25 879
Arbeidsomstandighedenwet 1998

nr. 71e
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 mei 1999

Tijdens de plenaire behandeling op 27 oktober 1998 van het wetsvoorstel Arbeidsomstandighedenwet 1998 (Tweede Kamer, vergaderjaar 1998–1999, 25 879) heb ik de Tweede Kamer een notitie toegezegd over de wijze waarop ik wil aansturen op modernisering van regelgeving in Europa en de kansen en belemmeringen daarbij.

Zulks mede in verband met de constatering dat de bestaande Europese regelgeving Nederland weinig ruimte laat voor een stevige invulling van het maatwerkartikel uit dat wetsvoorstel. Voorts zegde ik toe in die notitie aandacht te besteden aan de verschillen in standpunten tussen Nederland en de Europese Commissie rond de implementatie van de zogenaamde kaderrichtlijn Veiligheid en gezondheid (89/391/EEG).

Bedoelde notitie Kamerstuk II, 25 879, nr. 47, die ik mede naar aanleiding van vragen uit uw Kamer over onderhavig wetsvoorstel ook aan uw Kamer heb toegezegd, gaat hierbij.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst

Naar boven