nr. 6a
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE1
Vastgesteld 10 november 1998
Het voorbereidend onderzoek gaf de commissie aanleiding tot het formuleren
van de volgende opmerkingen en vragen.
Het voorliggende wetsvoorstel is op een belangrijk punt gewijzigd door
de aanvaarding van het, door de minister ontraden, amendement-Dittrich (stuk
nr. 7). De leden van de fracties van CDA, VVD, D66, SGP, RPF en GPV wilden van de
regering weten hoe zij het gewijzigde wetsvoorstel beoordeelt. Is zij voornemens
het opsporings- en vervolgingsbeleid in overeenstemming te brengen met de
strekking van het amendement, of maakt de aanvaarding ervan in de ogen van
de regering praktisch weinig verschil?
De leden van de fractie van de VVD merkten op dat in het voorgestelde
eerste lid van artikel 337 WvSr (artikel I onder 2 van het voorstel) de tekst
vanaf het woord «invoert» ten onrechte is geplaatst alsof deze
deel uitmaakt van onderdeel «e», terwijl het hier in feite zou
moeten gaan om het na dit onderdeel volgende slot van het artikellid. Bij
«invoert» dient derhalve een nieuwe regel te beginnen.
Voor het overige konden deze leden zich met het voorgestelde verenigen.
Zullen, zo vroegen de leden van de CDA-fractie vervolgens,
verdere wetswijzigingen als gevolg van het TRIPS nodig zijn? Hoe beoordeelt
de regering de vooruitzichten voor toetreding van gebruikelijke landen van herkomst van piraterij-producten tot verdragen ter bescherming van
de intellectuele eigendom?
De voorzitter van de commissie,
Heijne Makkreel
De griffier van de commissie,
Hordijk
XNoot
1Samenstelling: Heijne Makkreel (VVD) (voorzitter), Talsma (VVD), Glasz
(CDA), Michiels van Kessenich-Hoogendam (CDA), Holdijk (SGP), Vrisekoop (D66),
Pitstra (GL), Le Poole (PvdA), Meeter (PvdA), Hirsch Ballin (CDA), De Haze
Winkelman (VVD), Ruers (SP).