nr. 6
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de verordening
(EG) nr. 3295/94 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 1994 tot
vaststelling van maatregelen om het in het vrije verkeer brengen, de uitvoer,
de wederuitvoer en de plaatsing onder een schorsingsregeling van nagemaakte
of door piraterij verkregen goederen te verbieden (PbEG L 341) en de Overeenkomst
tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie, Bijlage 1C, Overeenkomst inzake
de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (Trb. 1995, 130) wenselijk
is het Wetboek van Strafrecht, de Auteurswet 1912 en de Wet op de naburige
rechten met het oog op de aanpassing van enkele strafbepalingen te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Artikel 337 van het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt «of» vervangen door
een komma.
2. In het eerste lid komt het gestelde na onderdeel c te luiden:
d. waren, waarop of op de verpakking waarvan een handelsnaam van een ander
of een merk waarop een ander recht heeft, zij het dan ook met een geringe
afwijking, is nagebootst of
e. waren of onderdelen daarvan die valselijk hetzelfde uiterlijk vertonen
als een tekening of model waarop een ander recht heeft, dan wel daarmede slechts
ondergeschikte verschillen vertonen, invoert, doorvoert of uitvoert, verkoopt,
te koop aanbiedt, aflevert, uitdeelt of in voorraad heeft, wordt gestraft
met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar of geldboete van
de vijfde categorie.
3. Onder vernummering van het tweede lid tot het derde lid wordt een nieuw
tweede lid ingevoegd, luidende:
2. Indien de schuldige van het plegen van het misdrijf, genoemd in het
eerste lid, zijn beroep maakt of het plegen van dit misdrijf als bedrijf uitoefent,
wordt hij gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete
van de vijfde categorie.
ARTIKEL II
De Auteurswet 1912 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 31a wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel c wordt vervangen door:
c. invoert, doorvoert, uitvoert of.
2. Aan het slot van onderdeel d wordt de zinsnede «met gevangenisstraf
van ten hoogste zes maanden of geldboete van de vierde categorie.» vervangen
door: met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar of geldboete
van de vijfde categorie.
B
In de artikelen 32 en 32a worden de onderdelen c telkens vervangen door:
c. invoert, doorvoert, uitvoert of.
C
In artikel 36a wordt de zinsnede «invoeren in Nederland» vervangen
door: invoeren, doorvoeren, uitvoeren.
ARTIKEL III
De Wet op de naburige rechten wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd :
1. Onderdeeld d wordt vervangen door:
d. invoert, doorvoert, uitvoert; of.
2. Aan het slot van onderdeel e wordt de zinsnede «met gevangenisstraf
van ten hoogste zes maanden of geldboete van de vierde categorie.» vervangen
door: met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar of geldboete
van de vijfde categorie.
B
In artikel 24 wordt onderdeel d vervangen door:
d. invoert, doorvoert, uitvoert; of.
C
In artikel 29 worden na «invoeren,» de woorden «doorvoeren,
uitvoeren» ingevoegd.
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,