25 445
Wijziging van de Huurprijzenwet woonruimte, de Wet op de huurcommissies en enkele andere wetten (introductie van een afzonderlijke huurcommissieprocedure ter bevordering van het opheffen van gebreken aan of tekortkomingen ten aanzien van de woonruimte, wijziging van de regeling met betrekking tot de aan de Staat verschuldigde vergoeding voor een advies of een uitspraak door de huurcommissie en wijziging van het toezicht op de huurcommissies)

nr. 203
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 februari 1999

Hierbij deel ik u mede dat in Staatsblad nr. 69 een algemene maatregel van bestuur is geplaatst, die onder andere is gebaseerd op artikel 15, eerste en tweede lid, van de Huurprijzenwet woonruimte.

Het Staatsblad waarin de algemene maatregel van bestuur is geplaatst, wordt uitgegeven op 23 februari 1999.

Indien het wetsvoorstel tot wijziging van de Huurprijzenwet woonruimte, de Wet op de huurcommissies en enkele andere wetten (kamerstukken I 1997/98, 25 445, nr. 272) tot wet wordt verheven en in werking treedt, treedt deze algemene maatregel van bestuur op hetzelfde tijdstip in werking.

De Vaste Kamercommissie voor Volkshuisvesting van de Eerste Kamer heeft eerder besloten de bespreking van het hiervoor genoemde wetsvoorstel uit te stellen tot het advies van de Raad van State over het ontwerp van de bovengenoemde algemene maatregel van bestuur bekend zou zijn. Omdat de Raad van State een blanco advies terzake van het ontwerp heeft uitgebracht, wordt het advies niet openbaar gemaakt (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

Gezien de plaatsing van de onderhavige algemene maatregel van bestuur in het Staatsblad, verzoek ik u – in aansluiting op hetgeen ik op 9 februari 1999 tijdens de begrotingsbehandeling in de Eerste Kamer heb aangegeven – dit wetsvoorstel spoedig verder in behandeling te nemen.

Ook de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal heb ik per brief van de plaatsing in het Staatsblad op de hoogte gesteld.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. W. Remkes


XNoot
1

De vorige stukken zijn verschenen in vergaderjaar 1997–1998 onder de nrs. 272 t/m 272d.

Naar boven