nr. 296
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1
Vastgesteld 25 maart 1998
Het voorbereidend onderzoek gaf de leden van de vaste commissie aanleiding
tot enkele opmerkingen en enige vragen.
De leden van de PvdA-fractie konden instemmen met de voorgestelde
reparaties van wetsvoorstel 25 913. Zij grepen de voorgestelde correctie
in de Algemene bijstandswet aan om enkele vragen te stellen over de vrijlating
eigen vermogen naar aanleiding van een praktijkvoorbeeld, waarmee zij recent
werden geconfronteerd.
Een één-oudergezin beschikt bij de aanvang van de bijstandsverlening
over een bescheiden vermogen van ± f 14 000, verdeeld over
de spaarrekening van de moeder (kleinste deel) en de kinderen. Door zuinigheid
en vlijt (rente op rente; de opbrengst van een klein krantenwijkje wordt toegevoegd
aan de spaarrekening) groeit het spaargeld langzaam aan.
De vragen van genoemde leden zijn de volgende:
Ten eerste, mag dit spaargeld in de loop van de jaren tijdens de bijstandsverlening
aangroeien tot iets boven de vrijstellingsgrens bescheiden eigen vermogen
zonder dat dit gevolg heeft voor de bijstandsverlening?
Ten tweede komt daar bij, dat het oudste kind van dit één-oudergezin
onlangs 18 jaar is geworden en daarmee uit de gezinsbijstand valt. De spaarrekening
van deze 18-jarige dochter bedraagt ± f 7 000.
Volgens de logica van de moeder (en van de leden van de PvdA-fractie)
valt deze spaarrekening vanaf het bereik van de 18-jarige leeftijd buiten
het vermogen van dit één-oudergezin. De plaatselijke sociale
dienst rekent echter die spaarrekening nog toe aan het vermogen van dit één-oudergezin.
Genoemde leden wilden graag antwoord op de vraag of de plaatselijke sociale
dienst gelijk heeft in deze interpretatie van de Abw? Indien ja, behoeft de
Abw op dit punt dan geen herziening?
Vertrouwende dat bovenstaande vragen tijdig zullen worden beantwoord,
acht de commissie de openbare beraadslaging over het onderhavige wetsvoorstel
voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie,
Heijmans
De griffier van de commissie,
Heijnis
XNoot
1Samenstelling: Van de Zandschulp (PvdA), Heijmans (VVD) (voorzitter),
Gelderblom-Lankhout (D66), Jaarsma (PvdA), Rongen (CDA), Veling (GPV), Van
den Broek-Laman Trip (VVD), Batenburg (AOV), J.van Leeuwen (CDA), Van den
Berg (SGP), Hendriks, Hofstede (CDA), De Wit (SP), De Haze Winkelman (VVD)
en Zwerver (GL).