nr. 303c
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN1
De memorie van antwoord gaf de leden van de CDA-fractie aanleiding tot
het formuleren van de volgende opmerkingen en vragen.
In de memorie van antwoord wordt in antwoord op vragen van de CDA-fractie
opgemerkt dat een conversierecht dat als loon in aanmerking wordt genomen
(in tegenstelling tot een «gewoon» conversierecht) onder de werking
van het wetsvoorstel valt waardoor o.a. de aanvullende heffing in beeld kan
komen.
Verder wordt gesteld, met betrekking tot de voorgestelde verruiming van
de spaarloonfaciliteit, dat bij een converteerbare personeelsobligatie (CPO)
het conversierecht en niet ook het leninggedeelte in aanmerking komt voor
de spaarloonverruiming.
Is het juist, dat de voorgestelde wettelijke behandeling voor CPO's tot
merkwaardige en onwenselijke effecten leidt, aangezien een conversierecht
voor een «normale» particuliere belegger onbelast is (BNB 1996/299)
maar voor een werknemer belastbaar loon (zie Drs. W.F. Mulder in Weekblad
Fiscaal Recht d.d. 28 mei 1998 «Gevolgen wetsvoorstel aandelenopties
voor converteerbare obligatie onwenselijk»)?
Tevens zal de voorgestelde belastingverzwaring voor CPO's leiden tot een
belemmering van (ook door het kabinet voorgestane) werknemersparticipatie.
Is de staatssecretaris, in het kader van de uitvoering met het oog hierop,
bereid om te verklaren dat onder «daarmee (dat wil zeggen aandelenoptierechten)
gelijk te stellen rechten» niet ook conversierechten dienen te worden
verstaan, of om bij de redactie van de voor conversierechten voorgestelde
spaarloonverruiming zorg te dragen voor een zodanige formulering dat het positieve
effect hiervan niet grotendeels wordt uitgehold? Deze verruiming is namelijk
slechts toepasselijk nadat het totale spaarloonbedrag is verminderd met het
deel dat niet in opties is gespaard maar in andere vormen. Letterlijke toepassing
van deze bepaling op conversierechten zou als onbedoeld gevolg kunnen hebben
dat de verruiming voor de conversierechten slechts geldt nadat het totale
spaarloon is verminderd met het bedrag van de (converteerbare) lening waaraan
het conversierecht is gekoppeld, hetgeen deze verruiming van conversierechten
bijna tot een dode letter maakt .
Kan de staatssecretaris tenslotte een reactie geven op de brief van het Nederlands Participatie Instituut d.d. 26 mei 1998?1
Vertrouwende dat bovenstaande vragen tijdig zullen worden beantwoord,
acht de commissie de openbare beraadslaging over het onderhavige wetsvoorstel
voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie,
Boorsma
De griffier van de commissie,
Hordijk
XNoot
1Samenstelling: Boorsma (CDA), voorzitter, De Boer (GroenLinks), Van Dijk
(CDA), Stevens (CDA), Schuyer (D66), Hilarides (VVD), Rensema (VVD), Van den
Berg (SGP), Wöltgens (PvdA), Ter Veld (PvdA) en De Haze Winkelman (VVD).
XNoot
1Deze brief is ter kennis gebracht van de regering en ter inzage gelegd
op het Centraal Informatiepunt onder griffienr. 121.012.4