25 333
Wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving

nr. 313a
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSHUISVESTING1

Vastgesteld 26 mei 1998

Het voorbereidend onderzoek gaf de leden van de vaste commissie voor Volkshuisvesting aanleiding tot het formuleren van de volgende opmerkingen en vragen.

De leden van de PvdA-fractie stelden vast dat het wetsvoorstel door de Tweede Kamer redelijk uitputtend is behandeld. De invalshoek dat het inlopen van de specifieke achterstand van woonwagenbewoners onvoldoende motiveert dat voor deze woonvorm aparte regelgeving nog noodzakelijk is kon, naar de opvatting van deze leden, positief worden gezien. Het opzetten van een apart steunpunt door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport alsmede een periode van voorrangsbehandeling van mensen uit deze doelgroep vanuit deze specifieke vorm van huisvesting lijkt een goede overgang op weg naar een vollediger integratie van het beleid. Woonwagens en woonschepen zijn, naar het oordeel van deze leden, een gewone woonvorm. Bewoners kunnen dan terecht dezelfde aanspraken maken op huurbescherming, woningaanpassing bij een handicap of huursubsidie als iedere andere burger. Hier echter constateerden deze leden nog steeds een merkwaardig onderscheid tussen woning op palen, op stijgers en in het water.

Veelal zijn woonschepen inderdaad eigendom. Maar er bestaan, bijvoorbeeld voor IJburg-plannen niet alleen «woningen op een steiger» maar ook «drijvende woningen aan een steiger» te bouwen in de sociale sector. Vraag is dan, aldus deze leden, of «drijvende of gedeeltelijk drijvende huurwoningen» woningen of woonboten zijn in de zin van de IHS. Zij vroegen of aangegeven kan worden waarom een dergelijke vernieuwende ontwikkeling voor het gebruik van ruimte – woningen op het water – anders moeten worden behandeld dan woningen op steigereilandjes boven het water?

De voorzitter van de commissie,

Hessing

De griffier van de commissie,

Heijnis


XNoot
1

Samenstelling: Baarda (CDA), Pit (PvdA), Veling (GPV), Pitstra (GL), Luimstra-Albeda (CDA), Werner (CDA), De Beer (VVD), Batenburg, Hendriks, Bierman, Wiegel (VVD), Van Heukelum (VVD), Ter Veld (PvdA), Ruers (SP) en Hessing (D66) (voorzitter).

Naar boven