24 881
Instelling van vaste colleges van advies van het Rijk op het terrein van het Ministerie van Justitie (Wet adviesstelsel Justitie)

nr. 224a
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE1

Vastgesteld 22 april 1997

Het voorbereidend onderzoek gaf de leden van de CDA-fractie aanleiding tot het formuleren van de volgende opmerkingen en vragen.

De leden hier aan het woord constateerden dat het wetsvoorstel in de kern van de zaak het bestaande «adviesstelsel» handhaaft. Betekent dit dat de omvangrijke legislatieve arbeid ten aanzien van herziening van het totale Nederlandse adviesstelsel voor het ministerie van Justitie eigenlijk niet nodig was geweest? Waarom is afgezien van de instelling van een college van advies ten behoeve van een samenhangend beleid in de zgn. justitiële keten, terwijl voor andere beleidsterreinen van de rijksoverheid in het verlengde van «Raad op maat» wel adviescolleges voor het beleidsterrein in den brede zijn of worden ingesteld?

Verder zouden deze leden graag vernemen waarom op het gebied van het burgerlijk procesrecht wel behoefte bestaat aan een vast – dus ook na de lopende herziening te handhaven – college van advies, maar niet op de gebieden van het bestuursprocesrecht en van het strafprocesrecht?

Tenslotte vroegen de leden van deze fractie waarom niet gekozen is voor een consequente naamgeving van de commissies in de artikelen 1, 2 en 3.

De voorzitter van de commissie,

Heijne Makkreel

De griffier van de commissie,

Hordijk


XNoot
1

Samenstelling: Heijne Makkreel (VVD) (voorzitter), Talsma (VVD), Glasz (CDA), Michiels van Kessenich-Hoogendam (CDA), Holdijk (SGP), Vrisekoop (D66), Pitstra (GL), Le Poole (PvdA), Meeter (PvdA), De Wit (SP), Hirsch Ballin (CDA) en De Haze Winkelman (VVD).

Naar boven