23 677
Wijziging van de Wet op de omzetbelasting 1968 in verband met de wijziging van en de invoering van vereenvoudigingsmaatregelen in de Zesde Richtlijn

nr. 203
NADER GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET

15 februari 1995

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Wet op de omzetbelasting 1968 dient te worden aangepast aan richtlijn nr. 92/111/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 14 december 1992 tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG en tot invoering van vereenvoudigingsmaatregelen op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde (PbEG L 384);

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet op de omzetbelasting 1968 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

A. In artikel 2a, eerste lid, worden de volgende wijzigingen aangebracht.

A.1. In onderdeel e wordt «intermediaire produkten» vervangen door: tussenprodukten.

A.2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel m door een puntkomma, worden drie nieuwe onderdelen toegevoegd, luidende:

n. gedeelte van een binnen de Gemeenschap verricht passagiersvervoer: het gedeelte van een vervoer dat, zonder tussenstop buiten de Gemeenschap, plaatsvindt tussen de plaats van vertrek en de plaats van aankomst van het vervoer van passagiers; in geval het een heen- en terugreis betreft, wordt de terugreis als een afzonderlijk vervoer beschouwd;

o. plaats van vertrek van een vervoer van passagiers: het eerste punt in de Gemeenschap waar passagiers aan boord kunnen komen, eventueel na een tussenstop buiten de Gemeenschap;

p. plaats van aankomst van een vervoer van passagiers: het laatste punt in de Gemeenschap waar passagiers die binnen de Gemeenschap aan boord zijn gekomen van boord kunnen gaan, eventueel vóór een tussenstop buiten de Gemeenschap.

B. In artikel 3a worden de volgende wijzigingen aangebracht.

B.1. In het tweede lid, aanhef, wordt «vervoeren» vervangen door: verzenden of vervoeren. Voorts wordt «het vervoerde goed» vervangen door: het goed.

In onderdeel d wordt na «aan de ondernemer» ingevoegd: in de lid-staat van de verzending of het vervoer. Voorts wordt «Lid-Staat van aankomst van het vervoer» vervangen door: lid-staat van aankomst van de verzending of het vervoer.

In de onderdelen e tot en met g wordt «Lid-Staat van aankomst van het vervoer» vervangen door: lid-staat van aankomst van de verzending of het vervoer.

B.2. Na het tweede lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

3. In geval ten aanzien van een goed als bedoeld in het tweede lid, aanhef, en onderdelen a tot en met g, op enig tijdstip niet meer wordt voldaan aan de in het van toepassing zijnde onderdeel gestelde voorwaarden, wordt het goed geacht op dat tijdstip te zijn overgebracht naar een andere lid-staat.

C. In artikel 5 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

C.1. In het eerste lid wordt in onderdeel a «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd. Tevens wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer.

Voorts wordt onderdeel c vervangen door:

c. in afwijking van onderdeel b, in geval van een levering van goederen aan boord van een schip, vliegtuig of trein en tijdens het gedeelte van een binnen de Gemeenschap verricht passagiersvervoer, de plaats van vertrek van het vervoer van passagiers.

C.2. Het tweede lid wordt vervangen door:

2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, worden, in de gevallen waarin de plaats van vertrek van de verzending of het vervoer van de goederen in een derde-land ligt, de plaats waar de levering wordt verricht alsmede de plaats waar eventuele volgende leveringen worden verricht, geacht in de lid-staat van invoer van de goederen te liggen, voor zover de goederen door de leverancier of in diens opdracht worden ingevoerd.

D. In artikel 5a worden de volgende wijzigingen aangebracht.

D.1. In het eerste lid wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd. Voorts wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer. Ten slotte wordt «dat vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer.

D.2. In het derde lid wordt «vervoerd» telkens vervangen door: verzonden of vervoerd. Voorts wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer. Ten slotte wordt toegevoegd: Artikel 5, tweede lid, is niet van toepassing.

D.3. In het vierde lid wordt «vervoerd» telkens vervangen door: verzonden of vervoerd.

E. In artikel 7, zesde lid, wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

F. In artikel 12, derde lid, wordt na «niet in Nederland woont of is gevestigd en aldaar geen vaste inrichting heeft» ingevoegd: van waaruit de levering of de dienst wordt verricht,.

G. In artikel 15, eerste lid, wordt aan het slot toegevoegd: Indien een verzoek om teruggaaf van belasting kan worden gedaan op de voet van artikel 30, eerste, tweede en derde lid, kan die belasting door de ondernemer niet in aftrek worden gebracht.

H. In artikel 17a worden de volgende wijzigingen aangebracht.

H.1. In het eerste lid wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

H.2. In het tweede lid wordt «vervoerd» telkens vervangen door: verzonden of vervoerd. Voorts wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer.

H.3. In het derde lid wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

H.4. Na het derde lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

4. Als intracommunautaire verwerving van goederen wordt voorts aangemerkt het komen binnen Nederland van goederen die zijn verzonden of vervoerd vanuit een andere lid-staat, waar zij ter beschikking hebben gestaan zonder dat over deze goederen aldaar belasting is geheven of voldaan in verband met het gebruik ervan in het kader van het Verdrag van Londen van 19 juni 1951 tussen de Staten, die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag, nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten (Trb. 1951, 114 en Trb. 1953, 10, Stb. 1953, 438), indien de invoer van die goederen niet zou zijn vrijgesteld.

I. In artikel 17b, eerste lid, wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer.

J. In artikel 17c worden na het derde lid twee nieuwe leden toegevoegd, luidende:

4. In afwijking van het eerste lid wordt met betrekking tot de intracommunautaire verwervingen van accijnsgoederen, andere dan tabaksprodukten, waarbij de voor die goederen in Nederland verschuldigde of voldane accijns niet in de vergoeding is begrepen, de belasting berekend over de vergoeding vermeerderd met die voor de goederen verschuldigde of voldane accijns.

5. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot de intracommunautaire verwervingen van alcoholvrije dranken als bedoeld in artikel 6 van de Wet op de verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten, waarbij de voor die goederen in Nederland op de voet van die wet verschuldigde of voldane belasting niet in de vergoeding is begrepen.

K. Aan artikel 17d wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een komma, toegevoegd: met dien verstande dat het tarief van nihil alleen toepassing kan vinden ten aanzien van intracommunautaire verwervingen van goederen, genoemd in de bij deze wet behorende tabel II, onderdeel a, posten 1, 3, 4 en 5.

L. In artikel 18, eerste lid, wordt onderdeel b vervangen door:

b. het brengen in Nederland vanuit een derde-land van andere dan de in onderdeel a bedoelde goederen;.

M. In artikel 19, tweede lid, onderdeel b, vervalt: in Nederland.

N. In artikel 21 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

N.1. Onderdeel b wordt vervangen door:

b. de invoer van goederen in de zin van artikel 18, eerste lid, onderdeel b, indien aanspraak op vrijstelling van invoerrecht zou bestaan indien de goederen zouden zijn ingevoerd in de zin van artikel 18, eerste lid, onderdeel a;.

N.2. In onderdeel d wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

O. Na artikel 22 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 22a

1. Op goederen als bedoeld in artikel 18, eerste lid, onderdeel b, die Nederland binnenkomen uit een derde-land dat deel uitmaakt van het douanegebied van de Gemeenschap, bedoeld in artikel 3 van de verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het Communautair douanewetboek (PbEG L 302) zijn de volgende bepalingen van toepassing:

a. de formaliteiten betreffende het binnenbrengen in Nederland zijn dezelfde als zijn voorzien in de Wet inzake de douane ten aanzien van goederen die worden ingevoerd in de zin van die wet;

b. indien de plaats van aankomst van de verzending of het vervoer van de goederen zich buiten de lid-staat van binnenkomen in de Gemeenschap bevindt, zijn de goederen binnen de Gemeenschap in het verkeer onder de regeling voor intern communautair douanevervoer als bedoeld in artikel 18, vierde lid, indien de goederen bij het binnenkomen in de Gemeenschap onder die regeling zijn gebracht;

c. indien op de goederen op het tijdstip van binnenkomen in de Gemeenschap een van de douaneregelingen als bedoeld in artikel 18, tweede lid, zou kunnen worden toegepast indien zij zouden zijn ingevoerd in de zin van artikel 18, eerste lid, onderdeel a, kan deze douaneregeling ook op deze goederen worden toegepast.

2. Op goederen, andere dan bedoeld in artikel 18, eerste lid, onderdeel a, die worden verzonden of vervoerd uit de Gemeenschap naar een derde-land dat deel uitmaakt van het douanegebied van de Gemeenschap als bedoeld in het eerste lid, aanhef, zijn de volgende bepalingen van toepassing:

a. de formaliteiten betreffende de verzending of het vervoer naar een derde-land zijn dezelfde als zijn voorzien in de Wet inzake de douane ten aanzien van goederen die worden uitgevoerd in de zin van die wet;

b. op goederen die tijdelijk zijn uitgevoerd uit de Gemeenschap met het oog op hun wederinvoer zijn de bepalingen inzake uitvoer in de zin van de Wet inzake de douane van overeenkomstige toepassing.

P. In artikel 25 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

P.1. In het eerste lid wordt na «Indien een ondernemer een natuurlijk persoon is» ingevoegd: die in Nederland woont of is gevestigd dan wel aldaar een vaste inrichting heeft.

P.2. Na het vijfde lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld inzake de toepassing van dit artikel.

Q. In hoofdstuk V wordt van afdeling 4 het opschrift «Tabaksfabrikaten» vervangen door: Tabaksprodukten en accijnsgoederen, andere dan tabaksprodukten.

R. In artikel 28 vervalt: (Stb. 1992, 683).

S. Na artikel 28 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 28a

De heffing van omzetbelasting ter zake van de intracommunautaire verwerving van accijnsgoederen, andere dan tabaksprodukten, geschiedt met overeenkomstige toepassing van de voor de accijns geldende regels, indien de verwerving wordt verricht door ondernemers of rechtspersonen, andere dan ondernemers, waarvoor artikel 1a, tweede lid, toepassing vindt ter zake van intracommunautaire verwervingen van goederen, andere dan nieuwe vervoermiddelen en accijnsgoederen.

T. In Artikel 28h worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. In het eerste lid wordt «artikel 35, eerste lid, onderdeel h» vervangen door: artikel 35, eerste lid, onderdeel i.

2. In het derde lid wordt «artikel 35, eerste lid, onderdeel i» vervangen door: artikel 35, eerste lid, onderdeel j.

U. In artikel 29, tweede lid, eerste volzin, wordt na «in aftrek heeft gebracht» ingevoegd: ter zake van aan hem verrichte leveringen van goederen en diensten.

V. Na artikel 29 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 29a

1. Op verzoek wordt teruggaaf verleend van de belasting ter zake van intracommunautaire verwerving van goederen, voor zover de vergoeding wordt terugbetaald omdat een vermindering van de vergoeding is verleend of omdat de goederen in ongebruikte staat zijn teruggezonden. De teruggaaf wordt slechts verleend voor zover de ondernemer de belasting niet in aftrek heeft gebracht.

2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld waarin het eerste lid niet van toepassing wordt verklaard op bedragen welke niet zijn betaald ten gevolge van een korting voor contante betaling.

W. In artikel 30 worden de volgende wijzigingen aangebracht.

W.1. In het eerste lid wordt «de ondernemer aantoont» vervangen door: door belanghebbende wordt aangetoond. Voorts wordt «het vervoer» vervangen door: de verzending of het vervoer.

W.2. Onder vernummering van het tweede lid tot vierde lid, worden twee nieuwe leden ingevoegd, luidende:

2. Op verzoek wordt mede teruggaaf verleend van de belasting ter zake van intracommunautaire verwerving van goederen in de gevallen waarin de belasting is geheven met toepassing van artikel 17b, tweede lid, en door de ondernemer wordt aangetoond dat de goederen door hem in de lid-staat van aankomst van de verzending of het vervoer worden geleverd aan ondernemers of aan rechtspersonen, andere dan ondernemers, en de goederen rechtstreeks naar die afnemers worden verzonden of vervoerd. De teruggaaf wordt alleen verleend indien de ondernemer heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 37a.

3. Op verzoek wordt voorts naar evenredigheid teruggaaf verleend van de belasting ter zake van intracommunautaire verwerving van accijnsgoederen in de gevallen waarin na het tijdstip waarop die intracommunautaire verwerving van accijnsgoederen is verricht de in de lid-staat van vertrek van de verzending of het vervoer van die goederen voldane accijns door de afnemer is terugontvangen.

W.3. In het tot vierde lid vernummerde tweede lid wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

X. Na artikel 30 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 30a

In afwijking van artikel 1, aanhef en onderdelen b en c, wordt ter zake van intracommunautaire verwervingen van goederen die op grond van artikel 17b, eerste lid, in Nederland worden verricht geen belasting geheven, voor zover:

a. de goederen zijn verworven door een ondernemer die niet in Nederland woont of is gevestigd en aldaar geen vaste inrichting heeft en aan wie een btw-identificatienummer is toegekend in een andere lid-staat;

b. de goederen door deze ondernemer in Nederland worden geleverd aan een ondernemer die in Nederland woont of is gevestigd dan wel aldaar een vaste inrichting heeft, of aan een in Nederland gevestigd lichaam in de zin van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, en aan welke afnemer in Nederland een b.t.w.-identificatienummer is toegekend; en

c. de goederen rechtstreeks naar de in onderdeel b bedoelde afnemer worden verzonden of vervoerd vanuit een lid-staat die niet een b.t.w.-identificatienummer heeft toegekend aan de in onderdeel a bedoelde ondernemer.

Y. In artikel 33a worden de volgende wijzigingen aangebracht.

Y.1. In het eerste lid, tweede volzin, wordt na «De fiscaal vertegenwoordiger» ingevoegd: treedt op namens de ondernemer en.

Y.2. In het zesde lid wordt «ter verzekering van de heffing» vervangen door: ter verzekering van de heffing en de invordering.

Z. In artikel 34, tweede lid, onderdeel a, wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd.

AA. In artikel 35, eerste lid, wordt onder wijziging van de lettering van de onderdelen g, h en i in h, i en j, na onderdeel f, een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

g. in geval van toepassing van artikel 30a het b.t.w.-identificatienummer van de ondernemer die de intracommunautaire verwerving en de daarop volgende levering verricht, het b.t.w.-identificatienummer van degene aan wie deze levering wordt verricht alsmede een aanduiding dat de verschuldigdheid van belasting ter zake van deze levering is verlegd door vermelding van «28 quater, E, 3»;.

BB. In artikel 37a worden de volgende wijzigingen aangebracht.

In het eerste lid, onderdeel b, wordt «vervoerd» vervangen door: verzonden of vervoerd. Voorts wordt de punt aan het slot van onderdeel b vervangen door een puntkomma.

Na onderdeel b wordt toegevoegd:

c. de afnemers aan wie in een andere lid-staat goederen zijn geleverd in aansluiting op in die lid-staat door de ondernemer verrichte intracommunautaire verwervingen waarvoor tevens belasting is geheven met toepassing van artikel 17b, tweede lid.

CC. In artikel 37b wordt «artikel 1, eerste lid, aanhef» vervangen door: artikel 1, aanhef.

DD. Na artikel 39 wordt een nieuw hoofdstuk opgenomen, luidende:

HOOFDSTUK VII. ADMINISTRATIEVE BOETE

Artikel 40

1. Indien de ondernemer de in artikel 37a bedoelde lijst niet of niet tijdig heeft ingediend, dan wel een onvolledige of een onjuiste lijst heeft ingediend, vormt dat een verzuim ter zake waarvan de inspecteur hem een boete van ten hoogste f 10 000 kan opleggen.

2. De inspecteur legt de boete op bij voor bezwaar vatbare beschikking. De beschikking wordt aangemerkt als naheffingsaanslag.

3. De bevoegdheid tot het opleggen van de in het eerste lid bedoelde boete vervalt door het verloop van vijf jaren na het einde van het kalenderjaar waarin de in artikel 37a, eerste lid, genoemde verplichting is ontstaan.

EE. In tabel II worden de volgende wijzigingen aangebracht.

EE.1. In onderdeel a, post 1, worden de aanhef en onderdelen a, b en c vervangen door:

Van buiten Nederland komende goederen die niet zijn ingevoerd.

Voorts wordt aan het slot van de Bijzondere bepaling de zinsnede «behoren niet tot het onderdeel a van de post» vervangen door: behoren niet tot de post;.

EE.2. Aan onderdeel a, post 6, wordt toegevoegd:

Bijzondere bepaling

Tot de post behoren niet accijnsgoederen die worden verzonden of vervoerd naar een andere lid-staat ingevolge een levering aan een afnemer waarvoor artikel 28bis, lid 1, onder a, tweede alinea, van de Zesde Richtlijn toepassing vindt, tenzij de verzending of het vervoer van de accijnsgoederen geschiedt overeenkomstig artikel 7, leden 4 en 5, of artikel 16 van richtlijn nr. 92/12/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 februari 1992 betreffende de algemene regeling voor accijnsprodukten, het voorhanden hebben en het verkeer daarvan en de controles daarop (PbEG L 76);.

EE.3. In onderdeel a, post 7, wordt, onder aanduiding van de bestaande tekst als onderdeel a, een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

b. minerale oliën die zijn gebracht buiten een accijnsgoederenplaats en die niet worden gebracht naar een andere accijnsgoederenplaats die voor minerale oliën als zodanig is aangewezen, indien:

1°. het buiten de accijnsgoederenplaats brengen van de minerale oliën ingevolge de Wet op de accijns niet als uitslag is of wordt aangemerkt;

2°. voor het vervoer van de minerale oliën ingevolge de Wet op de accijns een geleidedocument is afgegeven als bedoeld in de verordening (EEG) nr. 2719/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 11 september 1992 (PbEG L 276); en

3°. de minerale oliën niet worden vervoerd naar een andere lid-staat noch worden uitgevoerd of opgeslagen in een entrepot.

EE.4. In onderdeel b, post 5, wordt «indien deze laatste buiten de Gemeenschap woont of is gevestigd» vervangen door: indien deze laatste buiten Nederland woont of is gevestigd.

FF. In de artikelen 2a, eerste lid, onderdelen b en g, 3a, eerste lid, tweede lid, aanhef, 5a, eerste, derde en vierde lid, 6a, tweede en vierde lid, 7, zesde lid, 17a, eerste, tweede en derde lid, 17b, tweede lid, 21, onderdeel d, 22, tweede lid, 27, derde en vijfde lid, 30, eerste en tot vierde lid vernummerde tweede lid, 34 tweede lid, onderdelen a en b, 37a, eerste lid, onderdeel b, en 37b alsmede in tabel II, onderdeel a, post 6, wordt «Lid-Staat» telkens vervangen door: lid-staat.

GG. In de artikelen 2a, eerste lid, onderdelen c en h, 34, eerste lid, en 37a, tweede lid, wordt «Lid-Staten» telkens vervangen door: lid-staten.

ARTIKEL II

1. Met betrekking tot de omzetbelasting dienen voor goederen die voldoen aan de artikelen 9 en 10 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap en die overeenkomstig de op 31 december 1992 van toepassing zijnde douanewetgeving zich op of na 1 januari 1993 onder een douaneregeling bevinden, na 1 januari 1993 wat betreft de beëindiging van deze douaneregeling de douaneformaliteiten te worden vervuld overeenkomstig de douanewetgeving zoals deze op 31 december 1992 van toepassing was.

2. De in het eerste lid bedoelde douaneregelingen zijn:

a. een regeling voor communautair douanevervoer (interne procedure);

b. opslag als douanegoederen in een douane-entrepot of een vrij entrepot dan wel tijdelijke opslag;

c. een regeling voor tijdelijke invoer met vrijstelling van belasting.

ARTIKEL III

Artikel 40 van de Wet op de omzetbelasting 1968 vindt geen toepassing in de gevallen waarin de in artikel 37a van die wet bedoelde lijst is of had moeten worden ingediend op een tijdstip voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze wet.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Financiën,

Naar boven