nr. 220
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2001
Op 19 september 1997 is aan de gemeente Amsterdam een verbetertraject
toegestaan met een looptijd tot 1 januari 2000. Met dit verbetertraject werd
beoogd om structureel en integraal tekortkomingen in de uitvoering op te heffen.
Op basis van het verslag over de eindevaluatie van het verbetertraject
is vastgesteld dat de tekortkomingen niet structureel waren opgelost. De gemeente
Amsterdam heeft mij naar aanleiding hiervan verzocht om een vervolgverbetertraject
toe te staan. Dit verzoek heb ik afgewezen. Tegelijkertijd heb ik besloten
een financiële maatregel op te leggen.
Naar aanleiding hiervan en van diverse signalen heb ik vervolgens een
onderzoek laten uitvoeren naar de uitvoering van de bijstandswet door de sociale
dienst van Amsterdam. Dit onderzoek getiteld «Onderzoek uitvoering Algemene
bijstandswet sociale dienst Amsterdam», heb ik de Kamer op 12 juni jl.
doen toekomen.
De resultaten van het onderzoek geven mij aanleiding tot de volgende maatregelen.
1. Ik heb besloten om twee inspecteurs met een bijzondere opdracht te
stationeren bij de gemeentelijke sociale dienst van Amsterdam. Deze inspecteurs
zullen mij maandelijks rapporteren over de gang van zaken bij de sociale dienst.
Hierbij gaat het in het bijzonder om het waarborgen van een rechtmatige en
adequate uitvoering van de bijstandswet. Dit verscherpte en bijzondere toezicht
geldt voorlopig voor onbepaalde tijd.
2. Op grond van artikel 131 van de Abw geef ik de gemeente Amsterdam drie
Aanwijzingen tot een goede uitvoering van de bijstandswet.
Allereerst leg ik de Aanwijzing op dat per 1 augustus a.s. met cliënten
die een aanvraag indienen voor een bijstandsuitkering van het begin af aan afspraken worden gemaakt over sollicitaties en/of andere activiteiten
gericht op het vinden van werk; werk dient voorop te staan. Daarbij dient
de bevoorschotting aan de cliënt zodanig plaats te vinden, dat het verstrekken
van een voorschot op de bijstandsuitkering slechts plaats kan vinden op basis
van individuele toetsing.
De tweede Aanwijzing betreft het verbeteren van de organisatie, inclusief
de verbetering van de activering en de fraudebestrijding. Daarbij wordt aan
de gemeente Amsterdam de verplichting opgelegd om vóór 1 september
a.s. een voorlopig plan van aanpak bij mij in te dienen waarin de volgende
concrete maatregelen worden getroffen:
– adequate maatregelen gericht op de bestrijding van fraude en oneigenlijk
gebruik in de bijstand;
– adequate maatregelen voor het opleggen van sancties;
– een pakket effectieve maatregelen gericht op daadwerkelijke uitstroom
van bijstandsgerechtigden naar de arbeidsmarkt, waaronder het wegwerken van
de achterstand in de heronderzoeken voor 1 januari;
– concrete maatregelen ter verbetering van de organisatie en werking
van de sociale dienst.
Het definitieve plan van aanpak, vastgesteld door de Gemeenteraad, dient
vóór 1 oktober in mijn bezit te zijn.
De derde Aanwijzing heeft betrekking op de achterstand ten aanzien van
de belastingsignalen. Aan de gemeente Amsterdam wordt de aanwijzing opgelegd
dat deze achterstand in de verwerking van de belastingsignalen voor 1 januari
a.s. weggewerkt moet zijn. Dit betekent dat alle inmiddels binnengekomen signalen
over de periode tot en met 2000 per 1-1-2002 zijn afgewikkeld.
Worden de Aanwijzingen niet of in onvoldoende mate opgevolgd dan zal ik
gebruik maken van mijn bevoegdheid op basis van artikel 4 van de Wet Financiering
Abw, Ioaw en Ioaz (WFA). Op grond daarvan kan ik ondermeer de bevoorschotting
van de uitkeringslasten Abw, Ioaw en Ioaz geheel of gedeeltelijk stopzetten.
De bevoorschotting van de uitkeringslasten betreft momenteel een rijksdeel
van ca. 75 mln. en een gemeentelijk deel van 25,7 mln. per maand.
3. Tot slot heb ik besloten de gemeente Amsterdam met terugwerkende kracht
tot 1 januari 2001 de thans maximaal mogelijke financiële maatregel op
te leggen van 1,2 mln. gulden per maand.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. A. F. G. Vermeend
Bijlagen:1
1. brief gemeente Amsterdam d.d. 2 juli 2001, maatregelen n.a.v. onderzoek
uitvoering Algemene bijstandswet Sociale Dienst gemeente Amsterdam
2. brief gemeente Amsterdam d.d. 2 juli, concept-Aanwijzingen