7 Stemming Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer

Aan de orde is de stemming in verband met het wetsvoorstel Verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (35785).

(Zie vergadering van 25 januari 2022.)

De voorzitter:

Aan de orde zijn de stemmingen van dinsdag 1 februari 2022. Allereerst de stemming over het wetsvoorstel Verandering in de Grondwet strekkende tot het opnemen van een bepaling over een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (35785). Voor dit wetsvoorstel is ingevolge artikel 137, lid 4 van de Grondwet een gekwalificeerde meerderheid nodig, omdat het een tweede lezing van een voorstel tot wijziging van de Grondwet betreft. Dat wil zeggen dat wij het voorstel alleen kunnen aannemen met twee derde van het aantal uitgebrachte stemmen. Dit om de spanning op te voeren.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, de PvdA, Fractie Den Haan, D66, de ChristenUnie, de VVD, Lid Omtzigt, het CDA, BBB en Groep Van Haga voor dit wetsvoorstel hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Naar boven