Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs met onder meer vereenvoudiging van de bekostigingsbepalingen (29473).

(Zie wetgevingsoverleg van 14 juni 2004.)

De aanhef van artikel I en de onderdelen A t/m N worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Hamer/Lambrechts (stuk nr. 7).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Onderdeel O wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen P t/m DD en de artikelen I t/m III worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jan de Vries/Balemans (stuk nr. 8, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 8 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel IV, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Jan de Vries/Balemans (stuk nr. 8, I en II), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen V en VI en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de LPF tegen dit wetsvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.

Naar boven