Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Atsma.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Gisteren is het rapport Voer tot nadenken, tot stand gekomen naar aanleiding van de discussie over de diervoederketen, aan u aangeboden. Vervolgens hebt u het aangeboden aan de vaste commissie van LNV. De vaste commissie van LNV heeft hedenochtend vergaderd en zij vraagt via u of het kabinet binnen twee weken, dus vóór 1 oktober a.s., een inhoudelijke reactie kan geven op dit rapport en of het daarbij in het bijzonder kan ingaan op de vraag of en zo ja, welke gevolgen er voor het kabinetsbeleid zijn van de bevindingen in het rapport.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit deel van het uitgewerkte stenogram van deze vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder de betrokken ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Heemst.

De heer Van Heemst (PvdA):

Voorzitter. Op 3 juni jl. heeft de Kamer een brief gekregen over de ontwikkeling van de politiesterkte. Begin juli van dit jaar hebben Voorzitterwij daarover ongeveer 40 feitelijke vragen gesteld. Wij wachten nu al bijna drie maanden op het antwoord op die vragen. Er is gerappelleerd via de vaste commissie van BZK; de fractie van de PvdA wil de antwoorden graag hebben uiterlijk begin volgende week, zodat wij die desgewenst kunnen betrekken bij de algemene politieke beschouwingen.

De voorzitter:

Ik stel voor, ook dit deel van het uitgewerkte stenogram van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven