Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter terzake gedane voorstellen:

1. negen brieven van de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, met de mededeling, dat zij in haar vergadering van 30 oktober 2001 de haar door de Tweede Kamer toegezonden voorstellen van wet, gedrukt onder de nummers 27623, 27604, 27634, 27651, 27697, 27733, 27791, 26436 en 26983 heeft aangenomen.

De voorzitter stelt voor, deze brieven voor kennisgeving aan te nemen;

2. de volgende brieven:

een, van de minister-president, minister van Algemene Zaken, ten geleide van een verslag van de informele bijeenkomst van de staatshoofden en regeringsleiders van de lidstaten van de Europese Unie en de voorzitter van de Europese Commissie in Gent op 19 oktober jl. (21501-20, nr. 173);

twee, van de minister van Buitenlandse Zaken, te weten:

  • een, over het lidmaatschap van Syrië van de Veiligheidsraad (26150, nr. 8);

  • een, over de verdragsverplichtingen van ons land op het gebied van terrorismebestrijding (27925, nr. 17);

een, van de ministers van Buitenlandse Zaken en voor Ontwikkelingssamenwerking, inzake het Conflictpreventiebeleid (28065);

een, van de ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie, over het verloop van de verschillende internationale acties in het kader van terrorismebestrijding, de ontwikkelingen in Afghanistan en de landen in de regio en het overleg in de verschillende internationale fora op dit terrein (27925, nr. 18);

twee, van de minister van Justitie, te weten:

  • een, ten geleide van een notitie met voorstellen inzake de regelgeving die betrekking heeft op Openbare inrichtingen (24036, nr. 233);

  • een, inzake het voetbalvandalisme (25232, nr. 25);

twee, van de minister van Financiën, te weten:

  • een, ten geleide van het verslag van de vergadering van de Ecofin Raad van 16 oktober 2001 te Luxemburg (21501-07, nr. 334);

  • een, inzake de accressen van het gemeente- en provinciefonds (28000-B, 28000-C, nr. 5);

een, van de minister van Defensie, over een informele vergadering van de defensieministers van de Europese Unie in Brussel op 12 oktober 2001 (21501-28, nr. 3);

twee, van de minister van Verkeer en Waterstaat, te weten:

  • een, ten geleide van de tiende Voortgangsrapportage Betuweroute (22589, nr. 187);

  • een, over het sluiten van een Memorandum van Overeenstemming met België en Duitsland (27737, nr. 3);

twee, van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, te weten:

  • een, ten geleide van antwoorden op vragen gesteld tijdens het notaoverleg met de vaste commissies voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (26991, nr. 56);

  • een, over het beleidsvoornemen ter bevordering van deelname van allochtone leerlingen aan groen onderwijs (27417, nr. 3).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

3. de volgende brieven:

een, van de staatssecretaris van Justitie, inzake wijzigingsbesluit adviescommissie;

een, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, inzake ziekteverzuim;

een, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, inzake seminar over duurzaam nationaal inkomen;

twee, van de minister van Verkeer en Waterstaat, te weten:

  • een, inzake declaraties van uitgaven met een duidelijk privé-karakter;

  • een, ten geleide van het werkprogramma Raad voor verkeer en waterstaat;

een, van de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, inzake Nationaal Remote Sensing Programma Rapport eindevaluatie.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies en niet te drukken;

4. de volgende brieven:

een, van de voorzitter van het Senaat Koninkrijk België, over de derde Europese Interparlementaire Ruimtevaartconferentie;

een, van H. Greven, ten geleide van het persbericht waarin de KPN aankondigt met de vakbonden in overleg te zijn over een sociaal plan voor de 5000 werknemers;

een, van K. in 't Veld, over homoseksuelen;

een, van H. Hermans, over inflatie;

een, van het Centrum Interculturele Gezondheidszorg, inzake klacht via de nationale ombudsman.

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies.

Naar boven