Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2001 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (27754).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Leers (CDA):

Voorzitter. Het doel van het gewijzigd amendement-Dijsselbloem op stuk nr. 6 is ons uitermate sympathiek, maar niet alle middelen heiligen het doel. Aan de uitvoering van dit amendement zitten meer bezwaren dan voordelen. Uitvoering van dit amendement zal leiden tot een ernstige vertraging in de aanleg van een aantal wegprojecten, juist in de provincies die de indieners met dit amendement willen helpen. Deze provincies krijgen met dit amendement een beetje extra geld, maar ook zeer veel extra problemen. Het amendement lijkt een lot uit de loterij, maar brengt eerder een forse aanslag met zich mee. Bovendien is het in strijd en in tegenspraak met de afspraken die met de provincies zijn gemaakt over infrastructuurprojecten. Gelderland, Overijssel, Noord-Brabant, Zeeland en Limburg willen geen kat in de zak. Daarom kan van de CDA-fractie niet worden verwacht dat het dit amendement zal steunen.

De artikelen 1 t/m 6 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Dijsselbloem c.s. (stuk nr. 6, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de ChristenUnie en de SGP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit gewijzigde amendement het andere op stuk nr. 6 voorkomende gewijzigde amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

De begrotingsstaten, zoals ze zijn gewijzigd door de aanneming van de gewijzigde amendementen-Dijsselbloem c.s. (stuk nr. 6, I en II), worden zonder stemming aangenomen.

De beweegreden wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven