Noot 1 (zie blz. 4537)

De commissie voor het Onderzoek van de Geloofsbrieven heeft de eer het volgende te rapporteren.

In handen van de commissie is gesteld, behalve de geloofsbrief van de heer J. J. Feenstra te Den Haag, de volgende missive van de voorzitter van het Centraal Stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal:

een afschrift van zijn besluit van 18 maart 1997, waarbij in de vacature ontstaan door het ontslag van de heer R. L. Vreeman te Heemstede, wordt benoemd verklaard tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal de heer J. J. Feenstra te Den Haag.

Uit de bij de geloofsbrief gevoegde stukken blijkt, dat hij de vereiste leeftijd heeft bereikt. Voorts blijkt uit een verklaring van de benoemde, dat hij geen betrekkingen bekleedt welke onverenigbaar zijn met het lidmaatschap der Kamer, terwijl aan de commissie ten aanzien van hem niet is gebleken van enige omstandigheid welke zijn Nederlanderschap in twijfel zou moeten doen trekken, noch van enige omstandigheid, ten gevolge waarvan hij op grond van artikel 54 der Grondwet van het kiesrecht ontzet zou zijn.

De commissie stelt derhalve voor als lid der Kamer toe te laten, nadat hij de bij de wet van 27 februari 1992, Stb. 120, voorgeschreven verklaringen en beloften zal hebben afgelegd, de heer J. J. Feenstra te Den Haag.

Noot 2 (zie blz. 4642)

DE WOLDENDROOM

DROMEND DWAAL IK DOOR HET DRENTSE LAND

DAAR WAAR NOG RUST EN STILTE HEERST, MIJN WOLDENLAND.

DE PRACHT VAN ZIJN BOS EN HEIDE

WAARAAN IK MIJN HART HEB VERPAND

ALTIJD WEER ZAL IK NAAR JE TERUG KEREN

DOOR HEIMWEE GEKWELD.

ALTIJD WEER DAT VERLANGEN

"GEEF ONS DE WOLDEN", DAT TELT.

WIJ LATEN ONS NIET VERLOKKEN

DOOR SCHONE BELOFTEN EN VALS GEVLIJ,

EN BLIJVEN ALERT

DE STAD ZAL ONS NIET OPSLOKKEN!

PAL BLIJVEN WIJ ACHTER DE WOLDEN STAAN,

VECHTEN ZULLEN WIJ!

POLITICI, OOK JULLIE ZULLEN WETEN

WIJ BLIJVEN ER VOOR GAAN.

WEET WEL, DIT ZIJN GEEN LOZE KRETEN

DAT ONZE GEMEENTEN WORDEN VERBEURD

DOOR VAN BOVENAF

OPGELEGDE HERINDELINGSDRECRETEN.

ZIJ DIE NIET IN HET DRENTSE LAND ZIJN OPGEGROEID

ZULLEN NOOIT BEGRIJPEN, NOCH WETEN

WAT HET BETEKENT, HOE DE LIEFDE VOOR DE WOLDEN

IN ONZE HARTEN IS OPGEBLOEID.

DE ZACHTE FLUISTERING VAN DE AVONDWIND

DE LIEFLIJKHEID VAN HET WOLDENLANDSCHAP

EEN OASE VOOR MENS EN DIER

DIE MEN OP DEZE AARDE NOG MAAR MOEIZAAM VINDT.

ALS OOIT MIJN WOLDENDROMEN VLEUGELS KRIJGEN

BID IK U, LAAT DIT GEBED TEN HEMEL STIJGEN.

WIJSHEID ZETELT NIET IN LOZE WOORDEN

EN ZOGEHETEN POLITIEK GEZAG

GEEF ONS DE WOLDEN EN WIJ BELONEN U

MET DONDEREND APPLAUS EN EEN GULLE LACH.

WIJ STAAN EN GAAN ER VOOR

WAT ER OOK GEBEURT, VOOR DE WOLDEN GAAN WIJ DOOR!

SCHOUDER AAN SCHOUDER STAAN WIJ IN DE STRIJD

POLITICI, WEES WIJS IN UW BESLUIT

VAN LUISTEREN NAAR DE BEVOLKING

KRIJGT U BESLIST GEEN SPIJT.

NU NIET LANGER GEDRAALD EN GEPRAAT

BIJ DUIDELIJKHEID IS EEN IEDER VAN ONS GEBAAT.

DE HEERLIJKHEID DE WOLDEN

IS HET MEER DAN WAARD.

JOS DE VINK

februari 1997.

Naar boven