Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van bepalingen van de Mediawet in verband met een herziening van de reclameregeling voor de publieke lokale en regionale omroep, het bevorderen van de samenwerking tussen de publieke regionale en landelijke omroep en het toestaan van commerciële omroep op niet-landelijk niveau (24336), en over:

- de motie-Klein Molekamp/Middel over een lokale opslag op de omroepbijdrage (24336, nr. 22);

- de motie-De Koning/Van Zuijlen over twee vacatures bij het Commissariaat voor de media (24336, nr. 23).

(Zie wetgevingsoverleg van 4 december 1995.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Stellingwerf (RPF):

Mijnheer de voorzitter! De noodzaak van dit wetsvoorstel is gelegen in het feit dat de reclameregeling voor niet-landelijke omroepen per 1 januari 1996 verloopt. De regering heeft deze gelegenheid aangegrepen om een aantal andere zaken, waaronder het mogelijk maken van niet-landelijke commerciële omroepen, en passant te regelen. Dit heeft geleid, naar onze mening, tot een onsamenhangend en fragmentarisch wetsvoorstel, een te hoge tijdsdruk en daardoor een onzorgvuldig wetgevingstraject. Een nieuwe reclameregeling had eenvoudig, bij wijze van spreken via een hamerstuk, vastgesteld kunnen worden. Alle andere zaken hadden dan zonder tijdsdruk kunnen worden betrokken bij reeds door de regering aangekondigde wetsvoorstellen. Om deze procedurele redenen en vanwege ons bezwaar tegen de voortgaande commercialisering van het omroepbestel zullen wij tegen dit wetsvoorstel stemmen.

De voorzitter:

De heer Verhagen trekt de amendementen op de stukken nrs. 8 en 9 in. De heer Middel trekt zijn amendementen op stuk nr. 15 in.

De aanhef van artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Verhagen/Middel (stuk nr. 6, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de RPF, de SGP, het GPV, de PvdA, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 6 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

VoorzitterOnderdeel A, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Verhagen/Middel (stuk nr. 6, I), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel B wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Middel (stuk nr. 19) tot invoeging van een onderdeel Ba.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, de RPF, het CDA, het AOV en het lid Hendriks voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

De onderdelen C t/m F worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, de RPF, de SGP, het GPV, het CDA, het AOV en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement de andere op stuk nr. 13 voorkomende amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Onderdeel G, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, I), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Stellingwerf (stuk nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks, de SP, het AOV en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-De Koning/Van Zuijlen (stuk nr. 17, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de PvdA, GroenLinks, de SP, de VVD, het AOV en de groep-Nijpels voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement de andere op stuk nr. 17 voorkomende amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Onderdeel H, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-De Koning/Van Zuijlen (stuk nr. 17, I t/m III), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Verhagen (stuk nr. 7, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks, de SP en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 7 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

In stemming komt het amendement-Van Zuijlen/De Koning (stuk nr. 24, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de RPF, de SGP, het GPV, de PvdA, GroenLinks, de SP, het CDA en het AOV voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 24 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Onderdeel I, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Van Zuijlen/De Koning (stuk nr. 24, I), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel J wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen K en L, zoals deze zijn gewijzigd door de aanneming van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, II), worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel M wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel N, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Verhagen/Middel (stuk nr. 6, II) en van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, III), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen O t/m X worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel Y, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, IV), wordt zonder stemming aangenomen.

De onderdelen Z t/m BB worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Verhagen (stuk nr. 10).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de RPF, de SGP, het GPV, GroenLinks en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Middel/Verhagen (stuk nr. 11, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de RPF, de SGP, het GPV, het CDA, het AOV en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 11 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Onderdeel CC, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Middel/Verhagen (stuk nr. 11, I), wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Ik merk op, dat door de aanneming van het amendement-Middel/Verhagen (stuk nr. 11, II) een onderdeel CCa is ingevoegd.

De onderdelen DD t/m LL worden zonder stemming aangenomen.

Onderdeel MM, zoals het is gewijzigd door de aanneming van amendement-Van Zuijlen/De Koning (stuk nr. 24, II), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel NN wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel OO, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, V), wordt zonder stemming aangenomen.

Onderdeel PP wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Middel/Verhagen (stuk nr. 12) tot invoeging van een onderdeel PPa.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, de RPF, de SGP, het GPV, het CDA, het AOV en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Onderdeel QQ wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Ik merk op, dat artikel II door de aanneming van het amendement-Middel/Stellingwerf (stuk nr. 13, VI) is komen te vervallen.

Artikel III en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de VVD, het CDA, de groep-Nijpels, het AOV en het lid Hendriks voor het wetsvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt de motie-Klein Molekamp/Middel (24336, nr. 22).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de PvdA, GroenLinks, de SP en de groep-Nijpels voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Koning/Van Zuijlen (24336, nr. 23).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, GroenLinks en de SP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven