Tegenwoordig zijn 72 leden, te weten:
Baarda, Batenburg, De Beer, Van den Berg, De Boer, Boorsma, Braks, Van
den Broek-Laman Trip, Cohen, Dees, Van Dijk, Van Eekelen, Eversdijk, Gelderblom-Lankhout,
Van Gennip, Ginjaar, Glastra van Loon, Glasz, Van Graafeiland, Grewel, Grol-Overling,
De Haze Winkelman, Heijmans, Heijne Makkreel, Hendriks, Hessing, Van Heukelum,
Hilarides, Hirsch Ballin, Holdijk, Jaarsma, De Jager, Jurgens, Ketting, Korthals
Altes, J. van Leeuwen, L.M. van Leeuwen, Linthorst, Lodewijks, Loudon, Luimstra-Albeda,
Lycklama à Nijeholt, Meeter, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Pit,
Pitstra, Le Poole, Postma, Rensema, Rongen, Roscam Abbing-Bos, Schoondergang-Horikx,
Schuurman, Schuyer, Staal, Steenkamp, Stevens, Stoffelen, Talsma, Tuinstra,
Varekamp, Ter Veld, Veling, Verbeek, Vrisekoop, Werner, Wiegel, De Wit, Wöltgens,
Van de Zandschulp, Zijlstra en Zwerver,
en de heren Van Aartsen, minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
Pronk, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, en mevrouw Van de Vondervoort,
staatssecretaris van Binnenlandse Zaken.
De voorzitter:
Aangezien voor verschillende verdragen die ter stilzwijgende goedkeuring
zijn voorgelegd, voor algemene maatregelen van bestuur en voorgenomen rechtshandelingen
die zijn voorgehangen en gedrukt onder de nummers 25390, 25391, 25393, 25414,
25423 en 25458 de termijn is verstreken, stel ik vast, dat voor wat deze Kamer
betreft aan uitdrukkelijke goedkeuring van deze verdragen, algemene maatregelen
van bestuur en voorgenomen rechtshandelingen geen behoefte bestaat.
Ik deel aan de Kamer mede dat op 20 augustus jongstleden is binnengekomen
een brief van de minister van Justitie in het kader van de JBZ-Raad, houdende
een agenda met bijlagen voor een bijeenkomst van het in artikel 18 genoemde
Comité, die gisteren plaatsvond. Op deze agenda staan twee het Koninkrijk
bindende besluiten.
Voorts deel ik aan de Kamer mede dat op 4 augustus jongstleden een brief
met bijlagen van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken is binnengekomen
gericht op besluitvorming in het kader van het Uitvoeringscomité Schengen.
De desbetreffende agenda vermeldt ten minste twee het Koninkrijk bindende
besluiten.
Gelet op het feit dat de bedoelde ontwerpbesluiten de Kamer in de recesperiode
hebben bereikt, heb ik ervoor zorg gedragen dat de rechten van de Kamer voor
beraad terzake gewaarborgd bleven. Hedenmiddag zullen de betrokken vaste commissies
van de Kamer met dit beraad aanvangen.