Verordening tot wijziging van de financiële verordening gemeente Enschede

De raad van de gemeente Enschede,

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 januari,

 

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet;

 

besluit vast te stellen:

 

Verordening tot wijziging van de financiële verordening gemeente Enschede

 

Artikel I

A. Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

 

Artikel 3. Planning & control cyclus

  • 1.

    Het college biedt de raad elk jaar de volgende documenten aan:

    • a.

      een zomernota

    • b.

      een gemeentebegroting (inclusief meerjarenraming)

    • c.

      één tussentijdse rapportage (WAS: een 1e tussentijdse rapportage (onderdeel van zomernota) en 2e tussentijdse rapportage)

    • d.

      een gemeenterekening (jaarrekening en jaarverslag)

  • 2.

    Het college biedt de raad elk jaar een voorstel aan voor de planning van de P&C documenten.

  • 3.

    We hebben één integraal afwegingsmoment per jaar, bij de zomernota. Zo kan bestuur en organisatie werken vanuit een helder financieel kader. De begroting is een uitwerking van de besluitvorming bij de zomernota en bevat enkel nog bijstellingen voor onvoorziene zaken die budgettair relevant zijn en zich na raadsbehandeling van de zomernota hebben voorgedaan.

  • 4.

    Het Rijk brengt een aantal keren per jaar circulaires uit met daarin bijstellingen op de algemene uitkering. Ten aanzien van de verwerking van deze circulaires geldt:

    • a.

      de financiële effecten voor het lopende jaar worden door het college verwerkt in de lopende begroting en zo mogelijk meegenomen in de tussenrapportages aan de raad.

    • b.

      op meerjarige financiële effecten uit circulaires wordt slechts op 1 moment per jaar bijgestuurd en wel bij de zomernota. Concreet betekent dit dat bij de zomernota worden betrokken de gesaldeerde meerjarige effecten van de september- en decembercirculaire van vorig jaar (jaar T-1) en de meicirculaire van het huidige jaar (jaar T).

    • c.

      de raad wordt tijdig geïnformeerd over de uitkomsten van circulaires.

 

B. Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

 

Artikel 6. Tussenrapportages en informatieplicht

  • 1.

    Het college informeert:

    • a.

      door middel van één tussenrapportage over de voortgang van de realisatie van de begroting (financieel en beleidsmatig) van de gemeente over het lopende boekjaar);

    • b.

      de rekeningencommissie in het voorjaar over het geprognosticeerd jaarresultaat van de gemeente over het vorige boekjaar;

    • c.

      de raad door middel van het MeerjarenPerspectief Grondbedrijf (MPG) over de uitkomsten van het grondbeleid. Daarnaast is ook de project view omgeving beschikbaar voor de raad. Tweemaal per jaar wordt daarin geactualiseerde informatie verstrekt over de status van grondexploitaties.

  • 2.

    De tussenrapportage bedoeld in lid 1a bevat een uiteenzetting over de uitvoering van het beleid en een overzicht met de prognose van:

    • a.

      de afwijkingen op baten en de lasten per programma uitgesplitst naar producten;

    • b.

      het totale saldo van de baten en lasten op gemeenteniveau;

    • c.

      de voortgang van de lopende taakstellingen in het lopende jaar;

  • 3.

    In de tussenrapportage bedoeld in lid 1a worden relevante afwijkingen (5% ten opzichte van de begroting en sowieso alle afwijkingen groter dan 100.000 euro) op de actuele ramingen van het saldo van de baten en lasten van producten of door de raad benoemde prioriteiten toegelicht.

  • 4.

    De informatie bedoeld in lid 1c bevat de uitkomsten van de jaarlijkse actualisatie van de grondexploitatiebegrotingen, kredieten, parameters en risicoanalyses.

  • 5.

    Indien in de tussenrapportage een negatief jaarresultaat wordt geprognosticeerd geeft het college aan wat daarvan de impact is op de financiële positie. Het college geeft daarbij een advies of het verstandig is om direct bij te sturen of de bijsturing uit te stellen tot de volgende begroting. De raad bepaalt of het college met een bijsturingspakket zal komen.

 

Artikel II

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 3 maart 2025 te Enschede

De Griffier, J.J. Ligteringen

de Voorzitter, R.W. Bleker

Naar boven