Wijziging Reglement van orde van de raad

De raad van de gemeente Apeldoorn;

 

gelet op de artikel 16 van de Gemeentewet;

 

besluit

 

vast te stellen de volgende wijziging van het Reglement van orde van de raad

 

Leeswijzer: In de bestaande tekst zijn de woorden die geschrapt worden doorgehaald. In de nieuwe tekst zijn de nieuwe woorden en leestekens vet gedrukt.

Artikel I Wijziging Reglement van orde van de raad

Het Reglement van orde van de raad wordt als volgt gewijzigd:

 

A. In de Intitulé wordt na ‘gelezen het voorstel (…)’ direct daaronder de zin toegevoegd:

 

gelezen het voorstel van het presidium d.d. 11 oktober 2024, nr. ..-2024, inzake besloten vergadering en informatiedeling fractievertegenwoordiger;

 

B. Artikel 1 wordt - naast het op alfabetische volgorde zetten van de begrippen - als volgt gewijzigd:

 

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

 

  • -

    voorzitter: de voorzitter van de raad of diens vervanger;

  • -

    fractievoorzitter: voorzitter van een fractie als bedoeld in artikel 6 van dit reglement;

  • -

    amendement: voorstel tot wijziging van een ontwerpverordening of ontwerpbeslissing, naar de vorm geschikt om daarin direct te worden opgenomen;

  • -

    subamendement: voorstel tot wijziging van een aanhangig amendement, - en naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement, waarop het betrekking heeft;

  • -

    motie: korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp waardoor een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken;

  • -

    voorstel van orde: voorstel betreffende de orde van de vergadering;

  • -

    initiatiefvoorstel: een voorstel ingediend door een lid van de raad;

  • -

    interpellatie: vragen van inlichtingen aan het college of de burgemeester over een onderwerp dat niet vermeld staat op de agenda;

  • -

    gemeentehuis: het Stadhuis en het Raadhuis;

  • -

    RIS: het raadsinformatiesysteem in de vorm van een digitaal bestand met agenda’s en bijbehorende stukken voor raadsvergaderingen en de Politieke Markt.

  • -

    wet: Gemeentewet.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

 

  • -

    amendement: voorstel tot wijziging van een ontwerpverordening of ontwerpbeslissing, naar de vorm geschikt om daarin direct te worden opgenomen;

  • -

    fractievoorzitter: voorzitter van een fractie als bedoeld in artikel 6 van dit reglement;

  • -

    gemeentehuis: het Stadhuis;

  • -

    initiatiefvoorstel: een voorstel ingediend door een lid van de raad;

  • -

    interpellatie: vragen van inlichtingen aan het college of de burgemeester over een onderwerp dat niet vermeld staat op de agenda;

  • -

    motie: korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp waardoor een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken;

  • -

    RIS: het raadsinformatiesysteem;

  • -

    subamendement: voorstel tot wijziging van een te behandelen amendement en naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement, waarop het betrekking heeft;

  • -

    voorstel van orde: voorstel betreffende de orde van de vergadering;

  • -

    voorzitter: de voorzitter van de raad of diens vervanger;

  • -

    wet: Gemeentewet.

 

C. Artikel 4, vierde en zevende lid, worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 4 Raadspresidium

  • 4.

    De voorzitter, en bij afwezigheid diens plaatsvervanger, is voorzitter van het presidium, doch geen lid van het presidium.

  • 7.

    De voorzitter van het presidium kan voorstellen de gemeensecretaris uit te nodigen voor de vergadering van het presidium.

Artikel 4 Raadspresidium

  • 4.

    De voorzitter, of bij afwezigheid diens plaatsvervanger, is voorzitter van het presidium, doch geen lid van het presidium.

  • 7.

    De voorzitter van het presidium kan voorstellen de gemeensecretaris of een wethouder uit te nodigen voor de vergadering van het presidium.

 

D. Artikel 6, eerste lid, sub a, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 6 Fractie

  • 1.

    Dit reglement verstaat onder fractie:

    • a.

      de leden, die bij de laatstgehouden raadsverkiezing door het centraal stembureau op dezelfde kandidatenlijst verkozen zijn verklaard;

Artikel 6 Fractie

  • 1.

    Dit reglement verstaat onder fractie:

    • a.

      het lid of de leden, die bij de laatstgehouden raadsverkiezing door het centraal stembureau op dezelfde kandidatenlijst verkozen zijn verklaard;

 

E. Artikel 7, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 7 Vergaderfrequentie.

  • 2.

    In onvoorziene, spoedeisende gevallen kan de voorzitter beslissen een andere dag en/of aanvangsuur te bepalen of een andere vergaderplaats aan te wijzen.

Artikel 7 Vergaderfrequentie.

  • 2.

    In onvoorziene of spoedeisende gevallen kan de voorzitter beslissen een andere dag en/of aanvangsuur te bepalen of een andere vergaderplaats aan te wijzen.

 

F. Artikel 8, eerste en tweede lid, worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 8 Agenda

  • 1.

    Voordat de oproepingsbrief wordt verzonden, stelt het presidium de agenda van de vergadering (voorlopig) vast. Het presidium zendt de (voorlopige) agenda, met de eventuele uitnodigingen voor wethouders waarvan de aanwezigheid ten behoeve van de behandeling van een bepaald onderwerp is gewenst, aan het college.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de oproepingsbrief tot aan de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen.

Artikel 8 Agenda

  • 1.

    Voordat de uitnodiging wordt verzonden, stelt het presidium de agenda van de vergadering (voorlopig) vast. Het presidium zendt de (voorlopige) agenda, met de eventuele uitnodigingen voor wethouders waarvan de aanwezigheid ten behoeve van de behandeling van een bepaald onderwerp is gewenst, aan het college.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de uitnodiging tot aan de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen.

 

G. Artikel 9 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 9 Oproepingsbrief

  • 1.

    De voorzitter zendt ten minste vijf dagen vóór een vergadering de leden een digitale oproepuitnodiging voor de leden van de raad in het RIS onder vermelding van de dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 2.

    De voorlopige agenda, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, en de daarbij behorende stukken worden tegelijkertijd met de digitale oproep aan de leden van de raad digitaal beschikbaar gesteld in het RIS op de internetsite van de gemeente.

  • 3.

    Informatie van de raad of aan de raad verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk VA van de wet geheimhouding is opgelegd, blijft in afwijking van het eerste en tweede lid onder berusting van de griffier.

Artikel 9 Uitnodiging vergadering

  • 1.

    De voorzitter zet vóór een vergadering een uitnodiging voor de leden van de raad in het RIS onder vermelding van de dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 2.

    De voorlopige door het presidium vastgestelde agenda, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, en de daarbij behorende stukken worden tegelijkertijd met de uitnodiging aan de leden van de raad digitaal beschikbaar gesteld in het RIS.

  • 3.

    Informatie van de raad of aan de raad verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk VA van de wet geheimhouding is opgelegd, wordt in afwijking van het eerste en tweede lid en met inachtneming van het Protocol geheimhouding gemeente Apeldoorn onder regie van de griffier alleen in het RIS verstrekt.

 

H. Artikel 11 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 11 Ter inzage leggen van stukken

  • 1.

    Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de oproepingsbrief voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorstellen worden tevens door plaatsing in het RIS op de internetsite van de gemeente ter openbare kennis gebracht. De voorzitter maakt van de ter inzage legging melding in de openbare kennisgeving, bedoeld in artikel 12. Indien na het verzenden van de oproepingsbrief stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • 2.

    Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht. Een lid mag een kopie van een ter inzage gelegd niet-openbaar stuk slechts voor eigen gebruik buiten het gemeentehuis brengen.

  • 3.

    Informatie van de raad of aan de raad verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk VA van de wet geheimhouding is opgelegd, blijft in afwijking van het eerste en tweede lid onder berusting van de griffier.

Artikel 11 Ter inzage leggen van agenda en bijbehorende stukken

  • 1.

    Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de uitnodiging voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorstellen worden tevens door plaatsing in het RIS ter openbare kennis gebracht. De voorzitter maakt van de ter inzage legging melding in de openbare kennisgeving, bedoeld in artikel 12. Indien na het verzenden van de uitnodiging stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • 2.

    Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • 3.

    Informatie van de raad of aan de raad verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk VA van de wet geheimhouding is opgelegd, wordt in afwijking van het eerste en tweede lid en met inachtneming van het Protocol geheimhouding gemeente Apeldoorn onder regie van de griffier alleen in het RIS verstrekt.

 

I. Artikel 12, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 12 Openbare kennisgeving

  • 1.

    De vergadering wordt door aankondiging op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing in het RIS op de internetsite van de gemeente ter openbare kennis gebracht.

Artikel 12 Openbare kennisgeving

  • 1.

    De vergadering wordt door aankondiging op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing in het RIS en op de internetsite van de gemeente ter openbare kennis gebracht.

 

J. Artikel 16, eerste en tweede lid, worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 16 Notulen

  • 1.

    De ontwerpnotulen van de voorgaande vergadering worden zo spoedig mogelijk aan de leden toegezonden. De ontwerpnotulen worden op hetzelfde moment aan de overige personen die het woord gevoerd hebben, toegezonden.

  • 2.

    De leden, de burgemeester, de wethouders en de griffier hebben het recht binnen drie dagen na toezending van de ontwerpnotulen een voorstel tot verandering bij de griffier in te dienen, indien de ontwerpnotulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is.

Artikel 16 Notulen

  • 1.

    De ontwerpnotulen van de voorgaande vergadering worden zo spoedig mogelijk aan de leden verstrekt in het RIS. De ontwerpnotulen worden op hetzelfde moment aan de overige personen die het woord gevoerd hebben, toegezonden.

  • 2.

    De leden, de burgemeester, de wethouders en de griffier hebben het recht binnen drie dagen na verstrekking dan wel toezending van de ontwerpnotulen een voorstel tot verandering bij de griffier in te dienen, indien de ontwerpnotulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is.

 

K. Artikel 17, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 17 Ingekomen stukken

  • 2.

    Deze lijst wordt, na vaststelling door het presidium van de wijze van afdoening, in het RIS geplaatst en ter inzage gelegd.

Artikel 17 Ingekomen stukken

  • 2.

    De lijst in het eerste lid wordt in het RIS geplaatst en na vaststelling door het presidium van de wijze van afdoening van de ingekomen stukken ter inzage gelegd.

 

L. Artikel 23, eerste en negende lid, worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 23 Algemene bepalingen over stemming

  • 1.

    De voorzitter vraagt of stemming wordt verlangd. Indien geen stemming wordt gevraagd en ook de voorzitter dit niet verlangt, stelt de voorzitter vast dat het voorstel zonder hoofdelijke stemming is aangenomen.

  • 9.

    Bemerkt het lid diens vergissing pas later, dan kan die nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat diegene zich heeft vergist. In de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.

Artikel 23 Algemene bepalingen over stemming

  • 1.

    De voorzitter vraagt of stemming wordt verlangd. Indien geen stemming wordt gevraagd en ook de voorzitter dit niet verlangt, stelt de voorzitter vast dat het voorstel zonder hoofdelijke stemming is aangenomen.

  • 9.

    Bemerkt het lid diens vergissing pas later, dan kan diegene nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat diegene zich heeft vergist. In de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.

 

M. Artikel 24, eerste, derde en vierde lid worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 24 Stemming over amendementen en moties

  • 1.

    Indien een amendement op een aanhangig voorstel is ingediend, wordt eerst over dat amendement gestemd.

  • 3.

    Indien twee of meer amendementen of subamendementen op een aanhangig voorstel zijn ingediend, bepaalt de voorzitter de volgorde waarin hierover zal worden gestemd. Daarbij geldt de regel, dat het meest verstrekkende amendement of subamendement het eerst in stemming wordt gebracht.

  • 4.

    Indien aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over de motie gestemd en vervolgens over het voorstel.

Artikel 24 Stemming over amendementen en moties

  • 1.

    Indien een amendement op een te behandelen voorstel is ingediend, wordt eerst over dat amendement gestemd.

  • 3.

    Indien twee of meer amendementen of subamendementen op een te behandelen voorstel zijn ingediend, bepaalt de voorzitter de volgorde waarin hierover zal worden gestemd. Daarbij geldt de regel, dat het meest verstrekkende amendement of subamendement het eerst in stemming wordt gebracht.

  • 4.

    Indien aangaande een te behandelen voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over de motie gestemd en vervolgens over het voorstel.

 

N. Artikel 25 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 25 Stemming over personen

  • 1.

    Wanneer een stemming over personen voor het doen van een voordracht of het opstellen van een voordracht of aanbeveling moet plaatshebben, benoemt de voorzitter één of meer stembureaus. Elk stembureau bestaat uit drie leden, van wie de eerstbenoemde als voorzitter fungeert.

  • 2.

    Ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet op grond van artikel 28 van de wet van stemming moet onthouden, is verplicht een stembriefje in te leveren. De stembriefjes dienen identiek te zijn.

  • 3.

    Er hebben zoveel stemmingen plaats als er personen zijn te benoemen, voor te dragen of aan te bevelen. De vergadering kan op voorstel van de voorzitter beslissen dat bepaalde stemmingen worden samengevat op één briefje.

  • 4.

    Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.

  • 5.

    Voor het bepalen van de meerderheid als bedoeld in artikel 30 van de wet worden die leden die geen behoorlijk ingevuld stembriefje hebben ingeleverd geacht geen stem te hebben uitgebracht. Onder een niet behoorlijk ingevuld stembriefje wordt verstaan:

    • -

      een blanco ingevuld stembriefje;

    • -

      een ondertekend stembriefje;

    • -

      een stembriefje waarop meer dan één naam is vermeld, tenzij de stemming verschillende vacatures betreft;

    • -

      een stembriefje waarbij, indien het een benoeming op voordracht betreft, op een andere persoon wordt gestemd dan die waartoe de stemming is beperkt.

  • 6.

    In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist het stembureau.

  • 7.

    De voorzitter van het stembureau brengt verslag uit over het verloop van de stemming.

  • 8.

    Onder de zorg van de griffier worden de stembriefjes onmiddellijk na vaststelling van de uitslag vernietigd.

Artikel 25 Stemming over personen

  • 1.

    Wanneer een stemming over personen voor het doen van een voordracht of het opstellen van een voordracht of aanbeveling, een aanwijzing of een benoeming moet plaatshebben, benoemt de voorzitter één of meer stembureaus. Elk stembureau bestaat uit drie leden, van wie de eerstbenoemde als voorzitter fungeert.

  • 2.

    Ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet op grond van artikel 28 van de wet van stemming moet onthouden, is verplicht een stembriefje in te leveren. De stembriefjes dienen identiek te zijn.

  • 3.

    Er hebben zoveel stemmingen plaats als er personen zijn aan te wijzen, te benoemen, voor te dragen of aan te bevelen. De vergadering kan op voorstel van de voorzitter beslissen dat bepaalde stemmingen worden samengevat op één briefje.

  • 4.

    Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.

  • 5.

    Voor het bepalen van de meerderheid als bedoeld in artikel 30 van de wet worden die leden die geen behoorlijk ingevuld stembriefje hebben ingeleverd geacht geen stem te hebben uitgebracht. Onder een niet behoorlijk ingevuld stembriefje wordt verstaan:

    • -

      een blanco stembriefje;

    • -

      een ondertekend stembriefje;

    • -

      een stembriefje waarop meer dan één naam is vermeld, tenzij de stemming verschillende vacatures betreft;

    • -

      een stembriefje waarbij, indien het een aanwijzing of een benoeming op voordracht betreft, op een andere persoon wordt gestemd dan die waartoe de stemming is beperkt.

  • 6.

    In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist het stembureau.

  • 7.

    De voorzitter van het stembureau brengt verslag uit over het verloop van de stemming.

  • 8.

    Onder de zorg van de griffier worden de stembriefjes onmiddellijk na vaststelling van de uitslag vernietigd.

 

O. Na Artikel 25 wordt een nieuwe Artikel 25a toegevoegd met vetgedrukte titel:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 25a Stemming over één persoon

  • 1.

    Wanneer een stemming over één persoon voor het doen van een voordracht, het opstellen van een voordracht of aanbeveling, een aanwijzing of een benoeming moet plaatshebben, benoemt de voorzitter één stembureau.

  • 2.

    Ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet op grond van artikel 28 van de wet van stemming moet onthouden, is verplicht een stembriefje in te leveren. De stembriefjes dienen identiek te zijn.

  • 3.

    Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.

  • 4.

    Voor het bepalen van de meerderheid als bedoeld in artikel 30 van de wet worden die leden die geen behoorlijk ingevuld stembriefje hebben ingeleverd geacht geen stem te hebben uitgebracht. Onder een niet behoorlijk ingevuld stembriefje wordt verstaan:

    • -

      een blanco stembriefje;

    • -

      een ondertekend stembriefje;

    • -

      een stembriefje waarop meer dan één naam is vermeld, tenzij de stemming verschillende vacatures betreft;

    • -

      een stembriefje waarbij, indien het een aanwijzing of een benoeming op voordracht betreft, op een andere persoon wordt gestemd dan die waartoe de stemming is beperkt.

  • 5.

    In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist het stembureau.

  • 6.

    De voorzitter van het stembureau brengt verslag uit over het verloop van de stemming.

  • 7.

    Indien de uitslag is dat evenveel stemmen voor als tegen zijn, vindt er geen voordracht, opstellen van een voordracht of aanbeveling, aanwijzing of benoeming plaats.

  • 8.

    Onder de zorg van de griffier worden de stembriefjes onmiddellijk na vaststelling van de uitslag vernietigd.

 

P. Artikel 26, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 26 Herstemming over personen

  • 1.

    Wanneer bij de eerste stemming niemand de meerderheid heeft verkregen, wordt tot een tweede stemming overgegaan.

Artikel 26 Herstemming over personen

  • 1.

    Wanneer bij de eerste stemming over personen niemand de meerderheid heeft verkregen, wordt tot een tweede stemming overgegaan.

 

Q. Artikel 28, eerste, vierde en vijfde lid, worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 28 Amendementen

  • 1.

    Ieder lid kan tot het moment van stemming amendementen indienen. Ook kan die voorstellen een geagendeerde voorgestelde beslissing in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden.

  • 4.

    Elk (sub)amendement moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk of per e-mail en aangeduid met de naam van de indiener(s), bij de voorzitter worden ingediend, tenzij de voorzitter - met het oog op het eenvoudige karakter van het voorgestelde - oordeelt, dat met een mondelinge indiening kan worden volstaan.

  • 5.

    Intrekking, door de indiener(s), van het (sub)amendement is mogelijk, totdat de besluitvorming door de raad heeft plaatsgevonden

Artikel 28 Amendementen

  • 1.

    Ieder lid kan tot het moment van stemming zowel amendementen indienen als voorstellen een geagendeerde voorgestelde beslissing in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden.

  • 4.

    Elk (sub)amendement moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk of per e-mail en aangeduid met de naam van de indiener(s), bij de voorzitter worden ingediend, tenzij de voorzitter - met het oog op het eenvoudige karakter van het voorgestelde - oordeelt, dat met een mondelinge indiening kan worden volstaan die ter plekke gedurende een tijdelijke schorsing omgezet wordt naar een schriftelijk (sub)amendement.

  • 5.

    Intrekking, door de indiener(s), van het (sub)amendement is mogelijk, totdat de besluitvorming door de raad heeft plaatsgevonden.

 

R. Artikel 29 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 29 Moties

  • 1.

    Een motie wordt in behandeling genomen, indien deze schriftelijk of per e-mail en door de indiener ondertekend bij de voorzitter is ingediend.

  • 2.

    De behandeling van een motie over een op de agenda opgenomen onderwerp of voorstel vindt tegelijk met het debat of besluitvorming over dat onderwerp of voorstel plaats.

Artikel 29 Moties

  • 1.

    Ieder lid kan tot het moment van stemming moties indienen.

  • 2.

    Een motie wordt in behandeling genomen, indien deze schriftelijk of per e-mail en door de indiener bij de voorzitter is ingediend.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid is het mogelijk, enkel met instemming van de indiener, een zogeheten motie vreemd eerst via het Presidium te bespreken in een Politieke Markt Apeldoorn vergadering.

  • 4.

    De behandeling van een motie over een op de agenda opgenomen onderwerp of voorstel vindt tegelijk met het debat of besluitvorming over dat onderwerp of voorstel plaats.

  • 5.

    Zowel een motie als een motie vreemd kunnen door de indiener(s) worden ingetrokken tot het moment van besluitvorming over de motie dan wel motie vreemd door de raad.

 

S. Artikel 31 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 31 Initiatiefvoorstel

  • 1.

    Een initiatiefvoorstel wordt in behandeling genomen, indien het schriftelijk en door de voorsteller ondertekend bij de voorzitter is ingediend.

  • 2.

    Het presidium plaatst het voorstel op de agenda van een van de komende vergaderingen en regelt op welke wijze het voorstel wordt behandeld.

  • 3.

    De behandeling van een initiatiefvoorstel over een op de agenda opgenomen onderwerp of voorstel vindt tegelijk met het debat of besluitvorming over dat onderwerp of voorstel plaats.

Artikel 31 Initiatiefvoorstel

  • 1.

    Een initiatiefvoorstel wordt in behandeling genomen, indien het schriftelijk en door de voorsteller ondertekend bij de voorzitter is ingediend.

  • 2.

    Het presidium plaatst het voorstel op de agenda van een van de komende vergaderingen en regelt op welke wijze het voorstel wordt behandeld.

  • 3.

    De behandeling van een initiatiefvoorstel over een op de agenda opgenomen onderwerp of voorstel vindt tegelijk met het debat of besluitvorming over dat onderwerp of voorstel plaats.

  • 4.

    Intrekking, door de indiener(s), van een initiatiefvoorstel is mogelijk, totdat de besluitvorming door de raad heeft plaatsgevonden.

 

T. Artikel 33, titel, eerste en vijfde lid worden als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 33 Blok actualiteitsvragen

  • 1.

    Aan het begin van elke raadsvergadering kan ieder lid aan het college en de burgemeester een vraag stellen over een actueel onderwerp. In bijzondere gevallen kan de voorzitter bepalen dat dit blok actualiteitsvragen op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt per vergadering op welk tijdstip het blok actualiteitsvragen eindigt.

  • 5.

    Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om één of meer vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een korte toelichting daarop te geven.

Artikel 33 Actualiteitsvragen

  • 1.

    Aan het begin van elke raadsvergadering kan ieder lid aan het college en de burgemeester een vraag (maximaal vijf) stellen over een actueel onderwerp. In bijzondere gevallen kan de voorzitter bepalen dat dit blok actualiteitsvragen op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt per vergadering op welk tijdstip het blok actualiteitsvragen eindigt.

  • 5.

    Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om maximaal vijf vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een korte toelichting daarop te geven.

 

U. Artikel 33a wordt de titel ‘Het mondelinge vragenuurtje’ vervangen door de titel ‘Het mondelinge vragenuurtje’.

 

V. Artikel 34, vijfde lid, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 34 Schriftelijke vragen

  • 5.

    De vragen en antwoorden worden gelijktijdig met de stukken als bedoeld in artikel 17 aan de leden toegezonden.

Artikel 34 Schriftelijke vragen

  • 5.

    De vragen en antwoorden worden gelijktijdig met de stukken als bedoeld in artikel 17 in het RIS geplaatst.

 

W. Artikel 37 komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 37 Algemeen

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

  • 2.

    Bij een besloten raadsvergadering zijn in beginsel alleen de raadsleden, de voorzitter, de griffier, de door de griffier aangewezen griffiemedewerkers en de gemeentesecretaris aanwezig.

  • 3.

    De griffier treedt in overleg met de gemeentesecretaris over de mogelijke deelname van direct betrokken ambtenaren en collegeleden aan een besloten raadsvergadering.

Artikel 37 Algemeen

  • 1.

    Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

  • 2.

    Bij een besloten raadsvergadering zijn in beginsel alleen de raadsleden, de voorzitter, de griffier, de door de griffier aangewezen griffiemedewerkers en de gemeentesecretaris aanwezig.

  • 3.

    De griffier treedt in overleg met de gemeentesecretaris over de mogelijke deelname van direct betrokken ambtenaren en collegeleden aan een besloten raadsvergadering.

 

X. Artikel 37a komt als volgt te luiden:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 37a Geheimhouding

  • 1.

    Voor het opleggen en opheffen van geheimhouding op informatie en het delen van geheime informatie, zijn de bepalingen uit het Protocol geheimhouding gemeente Apeldoorn van overeenkomstige toepassing, onverkort het bepaalde in hoofdstuk VA Gemeentewet.

  • 2.

    Indien het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester of een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet geheime informatie heeft verstrekt aan de raad overeenkomstig artikel 88 van de Gemeentewet, wordt deze informatie op grond van artikel 88, lid 6, door de raad aan de door de raad aangewezen fractievertegenwoordiger(s) verstrekt.

Artikel 37a Geheimhouding

  • 1.

    Voor het opleggen en opheffen van geheimhouding op informatie en het delen van geheime informatie, zijn de bepalingen uit het Protocol geheimhouding gemeente Apeldoorn van overeenkomstige toepassing, onverkort het bepaalde in hoofdstuk VA Gemeentewet.

  • 2.

    Indien het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester of een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet geheime informatie heeft verstrekt aan de raad overeenkomstig artikel 88 van de Gemeentewet, wordt deze informatie op grond van artikel 88, lid 6, door de raad aan de door de raad aangewezen fractievertegenwoordiger(s) verstrekt.

  • 3.

    Het college en de burgemeester zijn uitsluitend bevoegd om informatie, waarop geheimhouding is opgelegd en aan de raad is verstrekt, met anderen dan de organen van het gemeentebestuur te delen indien dit noodzakelijk wordt geacht in het kader van het dagelijks bestuur.

  • 4.

    Ingeval het derde lid van toepassing is informeert het college of de burgemeester zo spoedig mogelijk de raad over welke informatie aan wie is verstrekt en de reden daarvan.

  • 5.

    Voordat de informatie ingevolge het derde lid door het college of burgemeester wordt gedeeld, dient er een door de ontvanger ondertekende geheimhoudingsverklaring te worden overlegd, tenzij eenzelfde of zwaardere geheimhouding(sverklaring) al voortvloeit uit de uitoefening van het beroep van de ontvanger met wie de informatie wordt gedeeld.

 

Y. Artikel 38, lid 2, wordt als volgt gewijzigd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 38 Notulen

  • 2.

    Deze verslagen en besluitenlijsten worden zo spoedig mogelijk in een besloten raadsvergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raad een besluit over het al dan niet opheffen van de geheimhouding op het vastgestelde verslag en de besluitenlijst.

Artikel 38 Notulen

  • 2.

    Deze verslagen en besluitenlijsten worden zo spoedig mogelijk in een besloten Presidiumvergadering ter vaststelling aangeboden.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin deze verordening wordt geplaatst.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 13 februari 2025

De raad voornoemd,

de griffier,

S.M. Stam

de voorzitter,

A.J.M. Heerts

Naar boven