Gemeenteblad van Urk
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Urk | Gemeenteblad 2025, 87771 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Urk | Gemeenteblad 2025, 87771 | beleidsregel |
Beleidsregels standplaatsen gemeente Urk 2025
Burgemeester en wethouders van de gemeente Urk,
dat het gewenst is om in beleidsregels vast te leggen, die een nadere invulling geven aan artikel 2.5.1 van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Urk 2022 (VFL).
Gelet op afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht en op de artikelen 3.1.4, 3.3.1 en 3.3.3 van de VFL
“Beleidsregels standplaatsen gemeente Urk 2025”.
Standplaatsen zoals een viskraam, oliebollenkraam, loempiawagen of een snackkar zijn niet meer weg te denken in het Urker straatbeeld. Standplaatsen bevorderen de levendigheid, verschaffen werkgelegenheid, dragen bij aan een aantrekkelijk straatbeeld en zijn een verrijking van het voorzieningenaanbod voor de consument. Voor het innemen van een standplaats is een vergunning nodig op grond van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Urk 2022. Voor het verkrijgen van een vergunning moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Deze voorwaarden zijn nader uitgewerkt in dit beleid. Dit beleid is tot stand gekomen uit overleg met verschillende disciplines.
De beleidsregels standplaatsen gemeente Urk 2025 vervangt de NOTA standplaatsenbeleid welke vanaf 22-01-2009 van kracht is. De doelstelling van het beleid is om een zo volledig mogelijke beschrijving te geven van het toetsingskader voor beoordeling van een aanvraag voor een standplaatsvergunning. Daarnaast beoogt het beleid te komen tot het bieden van rechtszekerheid en verruiming van het aantal beschikbare locaties.
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Op grond van artikel 3.3.1 van de VFL Urk 2022 wordt onder een standplaats verstaan: het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten aan te bieden, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel.
Op grond van artikel 2.5.1 van de VFL Urk 2022 wordt niet onder standplaats verstaan:
Er wordt onderscheid gemaakt in de volgende standplaatsen.
Uitgangspunt bij alle standplaatsen is dat deze een mobiel karakter moeten hebben en dagelijks na sluiting verwijderd worden.
Dit zijn standplaatsen die 1 dag of meerdere dagdelen per week, het hele jaar of een deel van het jaar op een vaste locatie worden ingenomen. Als een standplaats meer dan 12 keer per jaar wordt ingenomen, wordt deze aangemerkt als vaste standplaats en wordt deze als zodanig aan deze voorwaarden getoetst.
1.2.2 Incidentele standplaatsen
Een incidentele standplaats heeft een tijdelijk karakter. Een vergunning voor incidentele standplaatsen wordt voor maximaal 10 dagen per jaar afgegeven.
Een seizoenstandplaats heeft een tijdelijk karakter en kan 1 of meerdere dagen per week gedurende de zomerperiode van 1 april tot 1 oktober of in de winterperiode van 1 oktober tot 1 april worden ingenomen.
Hoofdstuk 2. Bepalingen over vergunningen
Onderdeel van dit beleid is een standplaatsenkaart waarin de mogelijkheden zijn opgenomen voor het innemen van een standplaats. Er zijn 5 standplaatslocaties vastgesteld waarbij rekening is gehouden met de verkeersveiligheid en met de ruimtelijke omgeving en de voorwaarden genoemd in de toelichting van deze beleidsregels.
De locaties De Hofstee, Parkeerterrein Urkerhard A, Parkeerterrein Urkerhard B, Haventerrein en Kleine Strand zijn aangeduid op de standplaatsenkaarten.
In het toedelen van vaste standplaatsen wordt zoveel mogelijk gestreefd naar een gevarieerd aanbod ten behoeve van een goed verzorgingsniveau voor de consument. Een standplaats kan zorgen voor een verruiming van al aanwezig aanbod door toevoeging van ontbrekende branches of door uitbreiding van het huidige aanbod voor de consument. Hierbij wordt niet beoogd de concurrentieverhoudingen te regelen. Indien sprake is van een dwingende reden om van branche te wisselen kan het college afwijken van de branchering zonder dat beoogd wordt de concurrentieverhoudingen te regelen.
In de advertentie wordt een inschrijvingstermijn van 2 weken opgenomen.
Van de overige aanvragers wordt op volgorde van loting een(reserve) lijst van maximaal 3 aanvragers opgesteld. Als de aanvrager aan wie de standplaats is toegewezen zijn aanvraag intrekt, wordt teruggevallen op het resultaat van de loting en wordt de volgende aanvrager op de lijst benaderd en de standplaats aangeboden;
Volgens artikel 5.1.3 van de VFL Urk 2022 kunnen aan een vergunning, voorschriften en beperkingen worden verbonden. Deze voorschriften en beperkingen mogen slechts strekken tot bescherming van het belang of de belangen in verband waarmee de vergunning is vereist.
De Europese dienstenrichtlijn en de dienstenwet geven aan dat een vergunning in principe voor onbepaalde tijd verleend moet worden tenzij de aard van de vergunning zich hiertegen verzet. Standplaatsenvergunningen zijn in aantal beperkt waardoor zij vallen onder schaarse vergunningen. Volgens artikel 33, lid 4 onder b van de Dienstenwet vervalt de verlening voor vergunningen voor onbepaalde tijd. Er is door de Europese Commissie geen vergunningsduur voorgeschreven. Daar zijn gemeenten vrij in.
Op 21-01-2021 is het rapport “Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de ambulante handel” uitgebracht door SEO Economisch Onderzoek in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Het onderzoek richt zich op de terugverdientijd in de ambulante handel. In het rapport wordt duidelijk en helder onderbouwd dat de gemiddelde terugverdientijd voor gedane investeringen varieert tussen de 9 en 12 jaar.
De gemeente Urk vindt het belangrijk dat meegedacht wordt met ondernemers. Investeringen die noodzakelijk zijn om van de vergunning gebruik te kunnen maken moeten terugverdiend kunnen worden. Om deze reden wordt een termijn van maximaal 12 jaar voor vaste en seizoenstandplaatsen gehanteerd.
Hoofdstuk 3. Bepalingen over het gebruik van de standplaats
Artikel 10. Uitstallingsruimte
Een standplaatshouder mag gebruik maken van een uitstallingsruimte voor maximaal de helft van de grootte van de standplaats. De uiteindelijke afmetingen van de uitstallingsruimte zijn altijd afhankelijk van de ruimte op de standplaatslocatie en worden bij de aanvraag getoetst aan de toetsingscriteria;
Artikel 11. Bereikbaarheid en opstelling
Er moet ten behoeve van het verkeer van de hulpverlenende diensten (politie, brandweer, ambulance), een doorgaande route met een breedte van 3,5 meter en een hoogte van 4,2 meter worden vrijgehouden. In deze route mogen geen losse goederen (zoals vlaggen, kledingrekken, tafels, parasols, reclameborden en dergelijke) worden geplaatst.
Artikel 12. Verkoop van verkoopwagen
Wanneer de standplaatshouder zijn kraam, wagen of tafel verkoopt, verhuurt of in gebruik geeft, verschaft dat de koper, huurder of gebruiker geen recht op gebruik/overname van de standplaats en de standplaatsvergunning.
Artikel 14. Tijdelijke wijziging situering vaste standplaats
Als (tijdelijke) omstandigheden het noodzakelijk maken, kan het college – na overleg met de vergunninghouder(s) – wijziging aanbrengen in de situering van de vaste standplaatsen en elders in de gemeente een andere (tijdelijke) locatie aanwijzen.
Het kan voorkomen dat er op de standplaatslocatie een evenement wordt gehouden. Op het moment dat er een evenementenvergunning wordt verleend op een dergelijk locatie, kan de standplaats niet ingenomen worden. Er zal minimaal 1 maand voor het evenement overleg met de standplaatshouder plaatsvinden over het geplande evenement en samen gekeken worden naar een alternatieve (tijdelijke) locatie.
Toezicht en handhaving op de naleving van de voorschriften van een standplaatsvergunning vindt plaats door het team Toezicht en Handhaving van de gemeente Urk. In het Handhaving Uitvoering Programma (HUP) dat jaarlijks wordt vastgesteld worden de toezicht- en handhavingsactiviteiten omschreven. De handhaving gebeurt volgens de landelijke handhavingsstrategie (vastgesteld in het U&HS-beleid).
Het college is bevoegd om in bijzondere omstandigheden, of in gevallen waarin dit beleid niet voorziet, af te wijken van deze beleidsregels.
Standplaatsvergunningen die verleend zijn op grond van de oude beleidsregels ‘Nota standplaatsenbeleid 22-01-2009’ blijven van kracht tot een wijziging van de vergunning nodig is, de vergunning niet meer van kracht is of de vergunning wordt ingetrokken. De standplaatsvergunningen die verleend zijn voor onbepaalde tijd, komen te vallen onder de nieuwe beleidsregels standplaatsen gemeente Urk 2025.
Artikel 19. Intrekken oude beleidsregels
De beleidsregels Nota standplaatsenbeleid 22-01-2009 van de gemeente Urk worden ingetrokken op de dag van het in werking treden van deze beleidsregels.
De beleidsregels standplaatsen gemeente Urk 2025 vloeit voort uit de Verordening voor de fysieke leefomgeving Urk 2022. In artikel 3.3.1 lid 1 van de VFL Urk 2022 is bepaald dat het verboden is om zonder vergunning van het college een standplaats in de nemen of te hebben. Verder worden in deze toelichting de weigeringsgronden vermeld. Deze gronden geven het kader aan waarop een vergunningaanvraag wordt getoetst. Dit toetsingskader is als volgt nader uitgewerkt in deze beleidsregels en wordt als zodanig gebruikt bij de toetsing van vergunningaanvragen.
De aanwezigheid van een standplaats op zich en de aantrekkelijke werking die ervan uit kan gaan, kan een verstoring van de openbare orde opleveren door bijvoorbeeld vervuiling van de omgeving, de aanwezigheid van publiek en geluidsoverlast. Een standplaats moet bijvoorbeeld geen aanzuigende werking hebben op groeperingen met negatieve bedoelingen. De gemeente kan, in het belang van de bescherming van de openbare orde rekening houden door bijvoorbeeld standplaatsen te spreiden en een bepaalde afstand van de standplaats ten opzichte van woningen in acht nemen. Afhankelijk van de soort standplaats (aantrekkelijkheid voor groepen met negatieve bedoelingen of overmatige verkeerbewegingen) kunnen nadere voorschriften worden gesteld of kan zelfs de vergunning geweigerd worden.
Wanneer een standplaats op een onoverzichtelijke locatie wordt ingenomen kan er sprake zijn van een onveilige (verkeer)situatie. Om te voorkomen dat de verkeersvrijheid- en/of verkeersveiligheid in het geding komt zijn er vooraf bepaalde locaties aangewezen. Deze locaties zijn getoetst aan de volgende verkeersaspecten:
Ter bescherming van de volksgezondheid controleert de Voedsel- en Warenautoriteit of de regels van de Warenwet worden nageleefd door vergunninghouders die hoofdzakelijk etenswaren verkopen vanuit de standplaats. Bij overtreding van de Warenwet kan de NVWA maatregelen nemen. De NVWA kan bijvoorbeeld een waarschuwing geven of een bestuurlijke boete opleggen. Aan de hand van rapporten van de NVWA kan een standplaatsvergunning geweigerd worden als aannemelijk is dat de volksgezondheid in het geding is bij het verlenen van de vergunning.
Een standplaats valt onder de werking van de Omgevingswet. Hieraan zijn voorschriften opgenomen ter bescherming van het milieu. Verder moet rekening gehouden worden met de afvalstoffenverordening.
Een standplaats moet in goede staat van onderhoud verkeren. Wanneer een standplaats het uiterlijk aanzien van de omgeving of het straatbeeld zodanig verstoord dat daardoor het karakter van de omgeving wordt aangetast kan dat aanleiding zijn om een vergunning te weigeren.
Uit jurisprudentie van de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State blijkt dat het reguleren van concurrentieverhoudingen niet als huishoudelijk belang van de gemeente wordt aangemerkt. In het toedelen van standplaatsen zal echter wel gestreefd worden naar een gevarieerd aanbod voor de consument. Weigeren van een vergunning voor het innemen van een vaste standplaats in verband met het verzorgingsniveau kan, wanneer is vastgesteld door een distributieplanologisch onderzoek (DPO), dat het voortbestaan van de desbetreffende winkel in gevaar komt.
Toepassingsbereik van de beleidsregels
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-87771.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.