Gemeenteblad van Nijmegen
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Nijmegen | Gemeenteblad 2025, 75767 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Nijmegen | Gemeenteblad 2025, 75767 | beleidsregel |
Beleidsregels Sociaal Medische Indicatie Kinderopvang gemeente Nijmegen 2025
Met een Sociaal Medische Indicatie (hierna: SMI) kan de gemeente Nijmegen gezinnen (tijdelijk) ontlasten door een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang te bieden. De doelgroep van SMI bestaat uit gezinnen met kinderen van 0 tot en met basisschool leeftijd waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag en die vanwege een sociale of medische situatie ook niet instaat zijn om (volledig) voor hun kinderen te zorgen. Het kan ook voorkomen kinderopvang van belang is voor een goede ontwikkeling van het kind.
De Wet Kinderopvang (WKO) is een “voorliggende voorziening” op de SMI: Ouders die niet behoren tot de doelgroep kunnen voor kinderopvang gebruik maken van de reguliere kinderopvangtoeslag van de belastingdienst. SMI is aldus een vangnetregeling om gezinnen tijdelijk financieel te ondersteunen in de kosten van de kinderopvang. Bij structurele problemen is er een andere vorm van begeleiding en hulp noodzakelijk. Indien er andere voorliggende voorzieningen zijn die aansluiten op de behoeften van het gezin dan gaan die voor op de vergoeding SMI.
Een tegemoetkoming van de gemeente voor kinderopvang is mogelijk bij de aanwezigheid van een Sociaal Medische Indicatie (SMI). De algemene regels uit de wet worden overeenkomstig toegepast op de aanvragen voor kinderopvang wegens SMI. Met name de begripsbepalingen in de wet, de wet AWIR en de verordening zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregels. Deze tegemoetkomingen en gemeentelijke bijdragen zijn gebaseerd op de Verordening voorschoolse voorzieningen en opvolgende verordeningen, verder te noemen ‘de verordening’.
2. Tegemoetkoming voor kinderopvang wegens Sociaal Medische Indicatie (SMI)
2.1 Aanspraak tegemoetkoming voor kinderopvang wegens SMI
Om aanspraak te maken op een tegemoetkoming voor kinderopvang wegens SMI moet worden voldaan aan de voorwaarden:
Van SMI is sprake als de kinderopvang noodzakelijk is voor een goede en gezonde ontwikkeling van het kind. De noodzaak kan zijn ontstaan door oorzaken die gelegen zijn in het kind of doordat de ouder en/of partner lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke en/of psychische beperkingen heeft die een goede en gezonde ontwikkeling van het kind belemmeren. Noodzaak dient te worden vastgesteld zoals beschreven in paragraaf 2.3.
Uitgangspunt is dat de oorzaak van de noodzaak tot SMI-gebruik wordt aangepakt. Daartoe wordt aan de tegemoetkoming op basis van SMI de verplichting verbonden dat de ouder hulpverlening accepteert en werkt aan een plan van aanpak (behandelplan) samen met de hulpverlener, zoals beschreven in paragraaf 2.3.
Geen tegemoetkoming wegens SMI bestaat indien en voor zover er een voorliggende voorziening is, die passend en toereikend is. Elke wet of regeling is een voorliggende voorziening indien aanspraak op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang gedaan kan worden op grond van die wet, of regeling. Als voorliggende voorziening wordt eveneens gezien de aanwezigheid van een alternatief waardoor het probleem dat de reden is om een gemeentelijke tegemoetkoming aan te vragen, in voldoende mate verholpen kan worden. Die aanspraak gaat dan voor op de aanspraak op basis van de aanwezigheid van SMI. Tot een voorliggende voorziening worden in elk geval gerekend:
2.3. Noodzaak vaststellen & behandelplan
De gemeente neemt een besluit over de noodzaak van kinderopvang op grond van SMI op basis van een gemotiveerd advies betreffende de indicatie van de GGD, zijnde een onafhankelijke deskundige, of van een medewerker Buurtteams Jeugd en Gezin. De indicatie bevat in ieder geval een gemotiveerde omschrijving van:
Als voorwaarde stellen we dat als de medewerker van GGD Consultatiebureau/Buurtteams Jeugd en Gezin een SMI indicatie afgeeft er een behandelplan aanwezig is. Het behandelplan mag niet ouder zijn dan 3 maanden en dient in ieder geval een gemotiveerder omschrijving te bevatten van:
2.5. Hoogte van de tegemoetkoming
Bij verlening van de tegemoetkoming wordt uitgegaan van het bruto jaarinkomen voor het betreffende tegemoetkomingsjaar. De gemeente Nijmegen hanteert de Adviestabel ouderbijdrage peuterwerk van de VNG (Tabel 2024 in de bijlage). In opvolgende jaren worden de opvolgende tabellen van de VNG voor de betreffende jaren gehanteerd.
2.6. Vaststelling van de tegemoetkoming
Uiterlijk 1 juni van het jaar volgend op het kalenderjaar waarvoor de ouder een tegemoetkoming op basis van SMI heeft ontvangen, overlegt de ouder (een) jaaropgave(n) van zichzelf en indien van toepassing van zijn/haar partner. Daarnaast overlegt hij een overzicht van de feitelijke kosten van kinderopvang opgesteld door de kinderopvang instelling. De ouder wordt schriftelijk in kennis gesteld van de precieze datum waarvoor de stukken moeten worden aangeleverd. Bij zelfstandig ondernemers wordt de toeslag vastgesteld na de datum die in overleg met de ouder is bepaald.
Co-ouderschap wordt aanwezig geacht, indien de ouders niet bij elkaar wonen en het kind of de kinderen regelmatig en met een vast patroon bij elk van de ouders verblijven. Er moet sprake zijn van een verblijf van gemiddeld minstens drie dagen per week bij elk van beide ouders. Van co-ouderschap kan slechts sprake zijn indien beide ouders dit wensen en zij deze wens kenbaar maken middels een gezamenlijke schriftelijke verklaring waaruit blijkt gedurende welke dagen het kind of de kinderen doorgaans bij welk van beide ouders verblijft.
In het geval dat de opvang op grond van SMI is beperkt tot de verblijfsdagen van het kind bij één van beide ouders, kan de betreffende ouder een tegemoetkomingaanvragen.
In het geval dat de opvang op grond van SMI zowel betrekking heeft op dagen dat het kind bij de ene ouder verblijft, als op dagen dat het bij de andere ouder verblijft, dienen de ouders de aanvraag gezamenlijk te ondertekenen. De eigen bijdrage zal voor elk van beide ouders berekend worden op grond van zijn inkomen en voor het aantal dagen dat het kind bij hem verblijft en aanspraak op peutertoeslag en/of een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang op grond van SMI bestaat.
Het college hanteert het uitgangspunt dat onverschuldigd betaalde tegemoetkomingen in het kader van SMI altijd worden teruggevorderd tenzij:
sprake is van dringende redenen. Van een dringende reden kan sprake zijn indien terugvordering in het individuele geval, vanwege zeer uitzonderlijke, bijzondere omstandigheden onaanvaardbare consequenties zou hebben. Er kan slechts sprake zijn van dringende redenen bij zeer bijzondere individuele omstandigheden.
De ouders doen aan het college uit eigen beweging of op verzoek direct mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op het recht op een tegemoetkoming.
De ouders zijn verplicht wanneer het college, daarnaar gevraagd, medewerking te verlenen aan de uitvoering van deze beleidsregels.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-75767.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.