Gemeenteblad van Lingewaard
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Lingewaard | Gemeenteblad 2025, 59666 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Lingewaard | Gemeenteblad 2025, 59666 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere Regels Jeugdhulp 2025 gemeente Lingewaard
Op 4 februari 2025 heeft het college van burgemeester en wethouders de “Nadere Regels Jeugdhulp 2025” vastgesteld. Deze regels treden in werking op 1 maart 2025. Met de inwerkingtreding van deze nadere regels worden tegelijkertijd de oude nadere regels, “Nadere Regels Jeugdhulp 2021” van 19 oktober 2021, ingetrokken.
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE LINGEWAARD
Gelet op de Verordening Sociaal Domein gemeente Lingewaard 2025,
Gelet op de Algemene wet bestuursrecht (Awb), Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), de Jeugdwet en de Archiefwet;
Gelet op de regionale inkoop voor jeugdhulp van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Sociaal Domein Centraal Gelderland;
Overwegende dat het noodzakelijk is om nadere regels voor de uitvoering vast te stellen over de wijze waarop het college omgaat met de afweging van belangen, de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het gebruik van zijn bevoegdheden in het kader van de Jeugdwet;
de Nadere Regels Jeugdhulp 2025 gemeente Lingewaard.
De regels voor het aanvragen en toewijzen van jeugdhulp staan in de Jeugdwet en de Verordening Sociaal Domein gemeente Lingewaard 2025. Soms zijn de regels in de wet en de verordening te algemeen beschreven. In dat geval kan het College van Burgemeester en Wethouders nadere regels opstellen. Deze mogelijkheid is beschreven in artikel 10.1 van de verordening. In de nadere regels zijn de regels uit de wet en de verordening verder uitgewerkt. Deze regels moeten dus altijd samen met de wet en de verordening bekeken worden.
Artikel 2 Specialistische zorg voor Ernstige Dyslexie
Als vervolgens uit het onderzoek blijkt dat er sprake is van ED, dan wordt je behandeling vergoed volgens de regionale productbeschrijving1.
Artikel 3 Zorg binnen Onderwijs
Om je aanvraag goed te kunnen beoordelen, kunnen we aanvullende informatie vragen. Bijvoorbeeld om te kunnen bepalen hoeveel uren en hoe lang je de ZBO nodig hebt. We houden daarbij altijd rekening met de gebruikelijke en bovengebruikelijke hulp en wat je zelf kunt (het begrip ‘gebruikelijke hulp’ leggen we uit in bijlage 1: gebruikelijke hulp en richtlijnen én in de verordening).
Je krijgt in beginsel 2 tot 4 uur per week begeleiding bij gedragsproblemen (toezicht tijdens onderwijs). Het aantal uren hangt af van de mate waarin je gedragsproblemen jouw omgang met andere leerlingen moeilijker maken. Als je heel ernstige gedragsproblemen hebt kunnen we meer uren begeleiding inzetten. Of dit bij jou nodig is bepalen wij in afstemming met de gedragswetenschapper Jeugd van de gemeente.
Je krijgt schriftelijk bericht over de zorg die je op school ontvangt. Daarin staat per vorm van zorg beschreven hoeveel uren zorg je krijgt tijdens de schooluren. Je ontvangt de zorg tot je de doelen hebt gehaald of anders maximaal tot het einde van het schooljaar. Als je een blijvende beperking hebt, kan je voor een langere periode persoonlijke verzorging krijgen. Je hoeft dit dan niet ieder schooljaar opnieuw aan te vragen.
Artikel 4 Vervoer bij behandeling en/of begeleiding
Als het jouw ouders of mensen in jouw omgeving niet lukt om het vervoer naar jouw behandeling of begeleiding te regelen, onderzoekt de gemeente of er beschikbaarheid is bij een vervoerder. Als er beschikbaarheid is kunnen wij het vervoer regelen als dit naar onze mening echt nodig is. Dat kan een medische reden zijn of omdat er aantoonbare beperkingen zijn in de zelfredzaamheid van jou en/of jouw ouders. Hierbij wordt ook rekening gehouden met de eigen kracht van ouders.
Artikel 5 Buitenschoolse Opvang Plus (BSO+)
De BSO+ wordt geleverd door een van de regionaal gecontracteerde aanbieders van dit product. Deze aanbieders hebben zich te houden aan de regionale productbeschrijving4.
Vastgesteld door het College van B&W op 4 februari 2025,
de secretaris,
drs. I.P. van der Valk
de burgemeester,
dr. P.T.A.M. Kalfs
Gebruikelijke hulp is de dagelijkse verzorging of opvoeding die alle (pleeg)ouders/ wettelijke vertegenwoordigers aan hun kinderen bieden. Dit geldt ook als de ouder de gebruikelijke zorg vanwege een eigen aandoening, beperking, stoornis of handicap niet kan bieden.
Onder gebruikelijke hulp verstaan wij in ieder geval:
Dat ouders hun kinderen de verzorging, begeleiding en stimulans geven die nodig is bij de ontwikkeling naar zelfstandigheid en zelfredzaamheid (ouderlijk toezicht). Dit is voor alle leeftijden gebruikelijke zorg. Dit toezicht wordt anders van aard naarmate een jeugdige ouder wordt en zich ontwikkelt.
Gebruikelijke hulp bij jeugdigen kan ook zorg zijn die niet standaard bij alle jeugdigen voorkomt. Het gaat dan om zorg die in plaats van gebruikelijke zorg komt, zoals sondevoeding in plaats van eten. Het kan ook gaan om zorg die samen met reguliere zorg kan worden geboden, zoals medicijnen toedienen.
24 uur per dag zorg in de nabijheid is ook gebruikelijke hulp, afhankelijk van de leeftijd van de jeugdige (zie richtlijn). Hiermee bedoelen we dat zorg en toezicht de hele dag door nodig is, zonder dat het nodig is de hele dag bij te houden hoe de jeugdige zich gedraagt en welke handelingen je verricht (actieve observatie). Het gaat hier om het bieden van zorg die voor een groot deel bestaat uit meer passief toezicht. De zorg is wel nodig op zowel geplande als ongeplande momenten en ook steeds in de buurt van de jeugdige. Dit is gebruikelijke hulp omdat een jeugdige met een normaal ontwikkelingsprofiel tot een bepaalde leeftijd:
Niet onder gebruikelijke zorg valt permanent toezicht. Daarmee bedoelen we dat de jeugdige onafgebroken toezicht nodig heeft en dat de hele dag bijgehouden moet worden hoe de jeugdige zich gedraagt en welke handelingen bij de jeugdige worden uitgevoerd (actieve observatie). Dit kan nodig zijn om op tijd op te merken dat het gedrag of de gezondheidssituatie van de jeugdige uit de hand loopt. Door op tijd in te grijpen kan verergering van onveilige, gevaarlijke, (levens)bedreigende situaties op het gebied van gezondheid en/ of gedrag voor de jeugdige worden voorkomen. Bij een jeugdige die permanent toezicht nodig heeft kan er elk moment iets (ernstig) misgaan. Deze vorm van zorg noemen wij bovengebruikelijk en valt onder de Wlz.
Richtlijnen Gebruikelijke Hulp
Bij het beoordelen of hulp gebruikelijk is of bovengebruikelijk gebruiken wij de RICHTLIJNEN GEBRUIKELIJKE ZORG.
Volgens de Richtlijn is gebruikelijke zorg de zorg waarvan wij het in Nederland ‘normaal’ vinden dat je die aan je kinderen biedt. Daarbij gaat de richtlijn uit van de zorg voor kinderen en jongeren zonder beperkingen. En ten slotte houdt de richtlijn rekening met wat normaal is voor kinderen van verschillende leeftijden.
Bij jonge kinderen (tot ongeveer 10 jaar) vinden we de meeste zorg gebruikelijke zorg. De gemeente kan soms wel een indicatie voor extra zorg of hulp geven als er een diagnose is (zoals genoemd in artikel 4, lid 4a).
Om te beoordelen of zorg voor een jeugdige gebruikelijke zorg is, kijkt de gemeente naar:
Bij de beoordeling kijken we naar al deze elementen. Ook kijken we naar wat de jeugdige en zijn/haar ouders zelf kunnen. Als het om een korte periode gaat waarin de extra hulp of zorg nodig is, valt dit onder gebruikelijke hulp. Het gaat dan om een situatie van maximaal drie maanden, waarin de kans op herstel groot is. De jeugdige moet zich dan weer zelf kunnen redden met de gebruikelijke hulp van zijn/haar ouders.
Ouders zijn niet verplicht om de zorg te bieden die eventueel op school nodig is.
RICHTLIJNEN GEBRUIKELIJKE ZORG VAN OUDERS VOOR KINDEREN MET EEN NORMALE ONTWIKKELING PER LEEFTIJD.
RICHTLIJN BIJ (DREIGENDE) OVERBELASTING VAN PARTNER, OUDER, VOLWASSEN KIND EN/ OF ANDERE HUISGENOTEN.
De zorg voor een ziek kind of een zieke partner, kan zo zwaar worden dat van overbelasting sprake is. In de meeste gevallen is de boven gebruikelijke zorg die geïndiceerd is voldoende om deze overbelasting te voorkomen. Maar soms blijkt deze geïndiceerde zorg niet voldoende te zijn.
Aan het indiceren van gebruikelijke zorg gaat het beoordelen van de overbelasting vooraf. Overbelasting wijst op een verstoring van het evenwicht tussen draagkracht en draaglast. Door tekortschieten van “coping mechanisme” kan er een aanpassingsstoornis bij de ouder(s)/ verzorger(s) optreden. Naast de aard en ernst van de overbelasting wordt ook onderzocht of deze komt doordat er iets met de ouder(s)/ verzorger(s) zelf aan de hand is (draagkracht vermindering) of dat deze gevolg is van ernst van de ziekte van het kind of de partner (draaglast verhoging).
Het kan zijn dat degenen van wie wordt verwacht dat zij taken overnemen, overbelast zijn (geraakt) en niet meer in staat zijn de gebruikelijke zorg te leveren. Het moet duidelijk zijn hoe de overbelasting zich uit en wat deze inhoudt. De met de overbelasting gepaard gaande klachten moeten duidelijk beschreven worden.
Klachten en symptomen bij overbelasting:
Er moet een verband zijn tussen de overbelasting en de zorg die iemand (aan partner of kind) biedt. Bij overbelasting door een dienstverband van te veel uren of als gevolg van spanningen op het werk, zal de oplossing bij de werkgever gezocht moeten worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-59666.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.