Gemeenteblad van Zwartewaterland
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Zwartewaterland | Gemeenteblad 2025, 567180 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Zwartewaterland | Gemeenteblad 2025, 567180 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening financieel beleid, beheer en organisatie
De raad van de gemeente Zwartewaterland,
Overwegende dat in 2025 de regels voor de rechtmatigheidsverantwoording zijn veranderd en dat door deze veranderingen de Verordening Financieel beleid, beheer en organisatie moet worden aangepast;
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2025;
Gelet op het bepaalde in artikel 212 van de Gemeentewet waarin staat dat de raad in een verordening de uitgangspunten voor het financiële beleid, voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vaststelt;
De Verordening financieel beleid, beheer en organisatie vast te stellen.
In deze verordening wordt verstaan onder:
Accountant: Een door de raad aangewezen accountant, die de opdracht heeft de jaarrekening te controleren. (Zie artikel 213, tweede lid, van de Gemeentewet).
Administratie: Het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie. Het gaat informatie die nodig is voor het besturen, functioneren en beheersen van de gemeentelijke organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.
College: Het college van burgemeester en wethouders.
Jaarrekening: Het document waarin het college verantwoording aflegt aan de gemeenteraad over de baten en lasten in het begrotingsjaar. (Zie artikel 197 van de Gemeentewet).
Jaarverslag: Het document waarin het college verantwoording aflegt aan de gemeenteraad over het door hem gevoerde beleid en bestuur in het begrotingsjaar.
Overheidsbedrijf: Een onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, waarin de gemeente, al dan niet samen met één of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt.
Rechtmatigheidsverantwoording: De rapportage van het college aan de gemeenteraad waarin verantwoording wordt afgelegd over de naleving van geldende wet- en regelgeving bij de totstandkoming van de baten en lasten en balansmutaties in de jaarrekening.
Artikel 2. Vaststelling programma-indeling en paragrafen
In het voorstel van het college staan in ieder geval de verplichte beleidsindicatoren1 .
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarverslag / jaarrekening
Artikel 4. Kaders begroting en meerjarenraming
Het college stuurt elk jaar voor 1 juli aan de raad een Kadernota. In deze nota doet het college een voorstel voor het beleid en voor de financiële kaders van de begroting voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming. De raad geeft zijn algemene beschouwingen over het voorgestelde beleid en stelt de (financiële) uitgangspunten voor de meerjarenbegroting vast.
Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten
Voor een investering waarvan het investeringskrediet niet met het vaststellen van de begroting is geautoriseerd, legt het college een voorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan de raad voor. Dit voorstel moet voorafgaand aan het aangaan van verplichtingen worden gedaan. In dat voorstel informeert het college de raad over het effect van de investering op de schuldpositie van de gemeente.
Het Rijk stuurt een bericht als alle gemeenten samen het collectieve aandeel van gemeenten in het EMU-tekort4 hebben overschreden. Het college informeert de raad en doet een voorstel voor aanpassing van de begroting als dat nodig is.
Artikel 10. Verantwoordings- en rapportagegrens
Bij de jaarrekening moet het college een rechtmatigheidsverantwoording opnemen. Voor die verantwoording doet het college onderzoek naar de toepassing van het voorwaardencriterium (zie artikel 11), het begrotingscriterium (zie artikel 12) en het misbruik en oneigenlijk gebruik criterium (zie artikel 13).
In de rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarrekening rapporteert het college aan de raad over afwijkingen. Alleen afwijkingen worden gemeld, die groter zijn dan de verantwoordingsgrens. Die grens is 2% van de totale lasten. Het gaat om de lasten exclusief de toevoegingen aan de reserves. Het percentage geldt voor fouten en onduidelijkheden samen.
In de paragraaf Bedrijfsvoering in het jaarverslag geeft het college een toelichting op de uitkomsten van het rechtmatigheidsonderzoek. Het college geeft een toelichting op geconstateerde afwijkingen (fouten of onduidelijkheden) groter dan de rapportagegrens genoemd in het vastgestelde controleprotocol. En het college noemt welke maatregelen worden genomen om deze afwijkingen in de toekomst te voorkomen.
Artikel 11. Voorwaardencriterium
Voor de verantwoording over rechtmatige uitvoering is het belangrijk dat bij financiële (beheers)handelingen aan de eisen en voorwaarden wordt voldaan, die zijn opgenomen in wet- en regelgeving. Die eisen en voorwaarden gaan over de doelgroep, termijn(en), grondslag(en), administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.
Het college stelt jaarlijks een normenkader op. Dit kader bestaat uit alle relevante (interne) wet- en regelgeving waaruit financiële beheershandelingen kunnen voortvloeien. Het gaat om Europese regelgeving, wettelijke bepalingen en eigen regelgeving, zoals verordeningen vastgesteld door de raad. Bij de wettelijke bepalingen zijn alleen de financiële beheershandelingen van belang. Voor verordeningen geldt dat alle gemeentelijke verordeningen voor zover deze bepalingen bevatten over financiële beheershandelingen onderdeel uitmaken van het normenkader. Ook andere besluiten van de raad met een kader stellend karakter en die bepalingen bevatten over financiële beheershandelingen, zijn een verplicht onderdeel van het normenkader (begroting, beleidsnota’s5 , raadsbesluiten over investeringsvoorstellen).
Artikel 12 Begrotingscriterium
Voor de verantwoording over rechtmatige uitvoering is het belangrijk dat rekening wordt gehouden met de hoogte van de baten en lasten in de door de raad vastgestelde begroting en de door de raad vastgestelde investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s. De financiële beheershandelingen moeten binnen deze bedragen tot stand zijn gekomen. Afwijkingen op de ramingen van de baten en lasten van programma’s en investeringskredieten in de begroting groter dan de rapportagegrens genoemd in het vastgestelde controleprotocol worden toegelicht.
Bij (meerjarige) programma’s en projecten wordt de begrotingsrechtmatigheid beoordeeld op het niveau van het totaal van het door de raad beschikbaar gestelde bedrag voor het programma of project. Een overschrijding van het jaarbudget, passend binnen het totaal bedrag van het programma of project, wordt daarmee als rechtmatig beschouwd.
Artikel 14. Waardering en afschrijving vaste activa
Kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in maximaal 5 jaar afgeschreven als is voldaan aan de voorwaarden genoemd in artikel 60 van het Besluit begroting en verantwoording.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd als is voldaan aan de voorwaarden genoemd in artikel 61 van het Besluit begroting en verantwoording.
Artikel 15. Voorziening voor oninbare vorderingen
Voor openstaande vorderingen ouder dan drie maanden wordt jaarlijks (november) beoordeeld of er sprake is van oninbaarheid. Daarbij wordt rekening gehouden met de economische situatie en de informatie welke van derden wordt ontvangen met betrekking tot mogelijke problemen inzake het innen van vorderingen.
Artikel 16. Reserves en voorzieningen
In de beleidsbegroting, de financiële begroting, het jaarverslag en de jaarrekening vindt geen toerekening van rente over de reserves en voorzieningen aan de taakvelden plaats6 .
Artikel 17. Kostprijsberekening
De overheadkosten die kunnen worden toegerekend aan activiteiten welke geheel of deels worden bekostigd met een specifieke uitkering of subsidie, worden binnen het taakveld overhead apart geadministreerd en in de verantwoordingen over de besteding van die uitkering of subsidie toegerekend aan die activiteiten.
Voor de toerekening van de overheadkosten aan de kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden7 wordt uitgegaan van een aandeel in de totale overheadkosten. Dat aandeel wordt berekend door de totale overheadkosten te delen door het aantal formatieplaatsen binnen de overhead.
In afwijking van artikel 16 eerste lid wordt bij een verstrekte lening voor de bepaling van de rentekosten van de inzet van vreemd vermogen in de kostprijs uitgegaan van de rente van de lening die voor de financiering van de verstrekte lening is aangetrokken. Deze rente wordt verhoogd met een opslag voor het debiteurenrisico.
Artikel 18. Prijzen economische activiteiten
Raadsbesluiten met de motivering van het publiek belang als bedoeld in lid 4 zijn niet nodig als minder dan de integrale kostprijs in rekening wordt gebracht en er sprake is van een van de uitzonderingen zoals genoemd in artikel 25h van de Mededingingswet8 .
Het college neemt in de paragraaf lokale heffingen de verplichte onderdelen op grond van artikel 10 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten op. Die onderdelen zijn:
een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen. Daarbij wordt inzichtelijk gemaakt hoe bij de berekening van tarieven van heffingen, die hoogstens kostendekkend mogen zijn, de geraamde baten de geraamde lasten niet overschrijden, wat de beleidsuitgangspunten zijn die ten grondslag liggen aan deze berekeningen en hoe deze uitgangspunten bij de tariefstelling worden gehanteerd;
Artikel 22. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
In dit artikel wordt verstaan onder:
Onbenutte belastingcapaciteit onroerendezaakbelasting: de positieve uitkomst van het verschil tussen de opbrengst van de onroerendezaakbelasting bij de tarieven die minimaal nodig zijn voor toegang tot de procedure van artikel 12 van de Financiële-verhoudingswet en de in de begroting (geraamde) opbrengst onroerendezaakbelasting.
Artikel 23. Onderhoud kapitaalgoederen
Het college neemt in de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen de verplichte onderdelen op, die genoemd zijn in artikel 12 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Die onderdelen zijn:
Het college beschrijft voor die onderdelen het beleidskader, de financiële consequenties en de gevolgen daarvan voor de begroting.
Het college biedt de raad ten minste eens in de vier jaar een onderhoudsplan openbare ruimte aan. Het onderhoudsplan openbare ruimte geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud en de kosten van het onderhoud voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair. De raad stelt het onderhoudsplan openbare ruimte vast.
Het college biedt de raad ten minste eens in de vier jaar een rioleringsplan aan. Het rioleringsplan geeft het kader weer voor het beheer van het watersysteem, waaronder het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud, de uitbreiding van de riolering en de kosten van het onderhoud. De raad stelt het rioleringsplan vast.
Het college neemt in de paragraaf Financiering de verplichte onderdelen op, die genoemd zijn in artikel 13 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. In de paragraaf staan de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille. En de paragraaf geeft inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte.
Het college neemt in de paragraaf Bedrijfsvoering in ieder geval op:
een toelichting op de uitkomsten van het rechtmatigheidsonderzoek. In de toelichting staan de geconstateerde afwijkingen (fouten of onduidelijkheden) groter dan de rapportagegrens genoemd in het voor het boekjaar vastgestelde controleprotocol en eventueel welke maatregelen worden genomen om deze afwijkingen in de toekomst te voorkomen.
Het college draagt zorg voor een kwalitatief goede opzet en werking van de administratie. Daarmee zorgt het college voor:
de controle van de registratie van gegevens en van de daaraan ontleende informatie, de controle op de rechtmatigheid, de controle op de doelmatigheid en de controle op de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.
Het college rapporteert over de uitkomsten van de interne toetsing in de rechtmatigheidsverantwoording (zie artikel 10) en in de paragraaf Bedrijfsvoering in het jaarverslag (zie artikel 25, lid 2 onder f). Het college informeert de raad over genomen maatregelen tot herstel van eventuele tekortkomingen.
Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 4 december 2025.
Ing. H.W. Schotanus – Schutte,
griffier
drs. J. Compagner,
voorzitter
Bijlage 1 AFSCHRIJVINGSTABEL INVESTERINGEN
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-567180.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.