De burgemeester van Goirle,
Overwegende:
• dat ingevolge artikel 151c van de Gemeentewet de raad bij verordening de burgemeester de bevoegdheid kan verlenen om, indien dat in het belang van de handhaving van de openbare orde noodzakelijk is, te besluiten om voor een bepaalde duur camera’s in te zetten ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats;
• dat uit de Bestuurlijke Rapportage van de politie en verklaringen van jongerenwerk en handhaving blijkt dat een grote groep jongeren op oudejaarsdag veel en zwaar vuurwerk afsteken met als gevolg veel overlastmeldingen en vernielingen. Het zwaartepunt ligt in het Grobbendonckpark.
• Dat het gezien de grote omvang van de groep en de omstandigheden dat de individuen zich bij aankomst van politie in verschillende richtingen verspreidden lastig maakt voor politie inzicht te krijgen wie deel uit maken van de groep;
• Uit de Bestuurlijke Rapportage van politie en verklaringen van handhaving blijkt dat zij bij aankomst op locatie agressief en provocerend bejegend werden door de jeugd, hierbij werd ook vuurwerk richting handhaving gegooid. Dit zorgt voor een onveilige situatie voor politie en handhaving;
• Dat het plaatsen van een camera noodzakelijk is voor het voor het kunnen identificeren van zoveel mogelijk personen die overlast veroorzaken, dan wel strafbare feiten plegen.
• Het afsteken van vuurwerk zorgt voor gevoel van onveiligheid bij omwonenden;
• Dat het inzetten van cameratoezicht op de openbare plaats een preventieve werking kan hebben en daarnaast een bijdrage kan leveren aan het veiligheidsgevoel van omwonenden;
• Dat het openbare cameratoezicht wordt beperkt qua operationele uren waardoor de inbreuk op de privacy van burgers zoveel mogelijk wordt beperkt;
• Dat in het licht van het voorgaande het algemeen belang van de openbare orde, daaronder begrepen de rust en orde in de wijk, zwaarder weegt dan het individuele belang van de privacy van burgers;
• Dat behalve cameratoezicht ook jongerenwerkers worden ingezet om herhaling van een verstoring van de openbare orde te voorkomen.
Gelet op het bepaalde in artikel 151c van de Gemeentewet en het overleg met de lokale driehoek;