Gemeenteblad van Bergeijk
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bergeijk | Gemeenteblad 2025, 562570 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bergeijk | Gemeenteblad 2025, 562570 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening Leerlingenvervoer gemeente Bergeijk 2026
overwegende het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 september 2025,
overwegende het advies van de commissie MZ d.d. 21 oktober 2025,
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 4 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 4 van de Wet op de expertisecentra en artikel 8.29 van de Wet voortgezet onderwijs 2020.
In deze verordening wordt verstaan onder:
toegankelijke school als bedoeld in artikel 4, vijfde lid, onder a, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 8.29, vierde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020 en artikel 4, vijfde lid, van de Wet op de expertisecentra, waar plaats is en waarbij de op godsdienst of levensbeschouwing van de ouders berustende keuze van een school geëerbiedigd wordt;
Hoofdstuk 2 Aanvraagprocedure van de vervoersvoorziening
Bij de beoordeling van de aanvraag voor een vervoersvoorziening voor de leerling en eventueel een begeleider, kan het college de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de leerling en die van het gezin, en de afstand en route tot de dichtstbijzijnde toegankelijke school onderzoeken. De mogelijke afstemming van de vervoersvoorziening, met andere in het kader van het sociaal domein aan de leerling of het gezin verstrekte voorzieningen, kan met toestemming van ouders ook deel uitmaken van het onderzoek.
Hoofdstuk 3 Beoordelingscriteria
Als de leerling aanspraak kan maken op een gehele of gedeeltelijke vergoeding voor de reiskosten, op basis van een andere regeling, betrekt het college deze vergoeding bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding, op grond van deze verordening of brengt hij dit bedrag als eigen bijdrage in rekening.
Artikel 11 Vervoersvoorziening naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school
In overeenstemming met artikel 4, vijfde lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 4, vijfde lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 8.29, vierde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020, wordt een vervoersvoorziening toegekend over de afstand tussen de woning, dan wel de opstapplaats, en de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school.
Er wordt, overeenkomstig artikel 4, vijfde lid, aanhef en onder c en d, van de Wet op het primair onderwijs, eveneens een vervoersvoorziening verstrekt over de afstand tussen de woning of de opstapplaats en de dichtstbijzijnde, voor de leerling toegankelijke, speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband van de basisschool waarvan de leerling afkomstig is, als ouders daar schriftelijk mee instemmen;
Als de ouders vanwege een specifieke onderwijskundige behoefte van de leerling een vervoersvoorziening aanvragen naar een school op een grotere afstand, dan de dichtstbijzijnde toegankelijke school van de onderwijssoort waarop de leerling is aangewezen, wordt deze slechts toegekend als is voldaan aan de volgende voorwaarden:
Artikel 12 Schooltijden en wachttijden
Het aangepast vervoer op schooldagen en schooltijden die afwijken van de in de schoolgids genoemde dagen en tijden wordt niet georganiseerd, tenzij de ouders als aanvrager, naar het oordeel van het college, toereikend bewijs overleggen waaruit blijkt dat de structurele handicap van een leerling de aansluiting op de standaard schooltijden onmogelijk maakt.
Artikel 13 Tijdelijk verblijf buiten de gemeente
Het besluit waarin de vervoersvoorziening is toegekend, voorafgaand aan een tijdelijke vervoersvoorziening, wordt opgeschort met ingang van de datum van het tijdelijk verblijf buiten de gemeente en herleeft weer zodra de leerling terugkeert in de gemeente, tenzij de geldigheidsduur van dit besluit is verstreken.
Artikel 14 Vervoersvoorziening voor weekeinde en vakantie bij verblijf in pleeggezin of internaat
Met inachtneming van de artikelen 7 en 9, van deze verordening, kent het college op aanvraag een vervoersvergoeding voor het weekeinde en de schoolvakantie toe aan de in de gemeente wonende ouders van de leerling die, met het oog op het volgen van voor hem passend speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs in een internaat of pleeggezin verblijft.
Het college kent aan de ouders een vervoersvergoeding toe voor het weekeindevervoer van de leerling voor de eenmaal per weekeinde gemaakte reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voor zover de weekenden niet vallen binnen de in het eerste lid genoemde schoolvakanties.
Het college kan, naast een vervoersvoorziening, ook een vervoerstraining inzetten ter versterking van de zelfredzaamheid van de leerling, waardoor deze na de training niet langer zal zijn aangewezen op een vervoersvoorziening, of door de training gebruik leert te maken van een goedkopere vervoersvoorziening.
Artikel 18 Vervoersvergoeding voor de begeleider
Het college verstrekt aan de ouders van de leerling, die een school bezoekt en daarvoor recht heeft op een vervoersvergoeding op grond van deze verordening, een vergoeding van de kosten van het openbaar vervoer of het vervoer per fiets van een begeleider van de leerling als naar het oordeel van het college voldoende is aangetoond dat de leerling niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.
Artikel 19 Vervoersvergoeding op basis van de kosten van door de ouders georganiseerd vervoer
Het college verstrekt een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer als:
aanspraak bestaat op een vergoeding zoals bedoeld in artikel 17, van deze verordening, en de leerling met gebruikmaking van openbaar vervoer naar school of terug, rekening houdend met wachttijden, overstaptijden en de duur van de reis met verschillende vormen van openbaar vervoer, meer dan anderhalf uur onderweg is en de reistijd met aangepast vervoer tot 50% of minder van de reistijd per openbaar vervoer kan worden teruggebracht;
Hoofdstuk 4 Bijdrage in de kosten
€ 31.500,- (prijspeil 2025). de op de zone-indeling van het openbaar vervoer gebaseerde kosten over de in artikel 8, van deze verordening, bepaalde afstand van 6 kilometer zelf. Dit bedrag wordt in mindering gebracht op de te verstrekken vervoersvergoeding of bij de verstrekking van aangepast vervoer bij de ouders in rekening gebracht.
Artikel 23 Draagkrachtafhankelijke bijdrage
Bij de verstrekking van een vervoersvoorziening betalen de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs bezoekt, die als gevolg van een keuze van de ouders verder is gelegen dan 20 kilometer van de woning, overeenkomstig artikel 4, elfde lid, van de Wet op het primair onderwijs, een van de financiële draagkracht afhankelijke bijdrage, tot ten hoogste het bedrag van de kosten van het vervoer.
De inkomensbedragen, genoemd in het tweede lid, worden jaarlijks met ingang van 1 januari aangepast aan de wijziging die het indexcijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 500,-.
De bedragen van de eigen bijdrage, bedoeld in het tweede lid, worden jaarlijks met ingang van 1 januari aangepast aan de wijziging die het consumentenprijsindexcijfer van de reeks alle huishoudens op het onderdeel vervoersdiensten heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar, en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 5,-.
Artikel 24 Doorgeven van wijzigingen
De ouders zijn verplicht wijzigingen, die van invloed kunnen zijn op de toegekende vervoersvoorziening, onder vermelding van de datum van wijziging, direct schriftelijk mede te delen aan het college.
Artikel 26 Beslissing in gevallen waarin de regeling niet voorziet
In gevallen, de uitvoering van het leerlingenvervoer betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Het college kan in bijzondere gevallen, de uitvoering van het leerlingenvervoer betreffende, ten gunste van de ouders gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze verordening, zo nodig na advies te hebben gevraagd aan deskundigen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-562570.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.