Verkeersmaatregel Grote Gracht

Ruimte / Mobiliteit / 2025-1928739

 

Het college van burgemeester en wethouders van Maastricht neemt een verkeersbesluit voor het aanpassen van de geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen voor de Grote Gracht.

 

Overwegingen

De Grote Gracht is een erftoegangsweg gelegen in het centrum van de gemeente Maastricht, en is bij de gemeente in beheer en onderhoud.

Voor de Grote Gracht, ten oosten van de Helmstraat, geldt een geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen uitgezonderd lijnbussen en taxi’s.

Aan de Boschstraat is aan de oostzijde van de rijbaan, ter hoogte van het wegvak tussen de Markt en Boschstraat nummer 103, een taxistandplaats aangewezen. Deze standplaats wordt met name intensief gebruikt tijdens evenementen en uitgaansmomenten in de binnenstad.

In de praktijk blijkt dat zich op en rondom deze taxistandplaats regelmatig ongeregeldheden voordoen, voornamelijk als gevolg van een te grote toestroom van taxi’s. Dit leidt tot opstoppingen, onoverzichtelijke situaties en conflicten tussen taxichauffeurs onderling en met andere weggebruikers. Hierdoor komt de verkeersveiligheid in het geding en wordt de doorstroming op de Boschstraat negatief beïnvloed.

Om het taxiverkeer op en rondom de taxistandplaats beter te reguleren en de verkeersveiligheid te verbeteren, is het noodzakelijk om het gebruik van de taxistandplaats te beperken. Daarom wordt besloten dat uitsluitend taxi’s die beschikken over een geldige lokale taxiontheffing gebruik mogen maken van de taxistandplaats aan de Boschstraat.

Door deze maatregel kan de uitzondering van taxi’s op de geslotenverklaring voor motorvoertuigen en de verplichte rijrichting die gelden voor de Grote Gracht komen te vervallen.

Deze maatregel wordt genomen om de verkeersveiligheid te verzekeren, het beschermen van weggebruikers en passagier en de het in stand houden van de weg en waarborgen van de bruikbaarheid daarvan.

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW zijn de te nemen verkeersmaatregelen besproken met de Districtchef van politiedistrict Maastricht.

 

BESLUITEN:

  • 1.

    in te trekken het bepaalde ten aanzien de Grote Gracht in hun besluit van 7 maart 2025, Ruimte / Mobiliteit / 2024-1075989;

  • 2.

    de geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen die geldt voor de Grote Gracht aan te passen met de onderborden met de tekst “Uitgezonderd lijnbussen” bij het bord C12 van bijlage I van het RVV 1990;

  • 3.

    de verplichte rijrichting die geldt op de aansluiting van de Grote Gracht op de Helmstraat aan te passen met de onderborden met de tekst “Uitgezonderd lijnbussen en (brom)fietsen bij de borden C4 en D5 van bijlage I van het RVV 1990;

 

Bestaande regelingen die in stand worden gehouden

 

  • 4.

    de borden A4 en A5 van Bijlage I van het RVV 1990 om een schoolzone met een adviessnelheid van 15 km/uur in te stellen op de Grote Gracht nabij de aansluiting met de Capucijnenstraat;

  • 5.

    de borden E2 van Bijlage I van het RVV 1990 om een verbod stil te staan in te stellen aan de noordzijde van de Grote Gracht ter hoogte van de aansluiting met de Capucijnenstraat;

  • 6.

    de borden C2, C3 en C4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden om het gedeelte van de Grote Gracht tussen de Helmstraat en de Brusselsestraat aan te wijzen als eenrichtingsweg gesloten in de richting van de Helmstraat voor alle motorvoertuigen, bromfietsen en snorfietsen;

  • 7.

    de borden D4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden met de tekst “motor/auto” om motorvoertuigen te gebieden de rijrichting te volgen die op het bord is aangegeven;

  • 8.

    de borden E2 van Bijlage I van het RVV 1990 om het stilstaan te verbieden aan de noordzijde voor het gedeelte tussen de Markt en de Bogardenstraat;

  • 9.

    de borden E7 van Bijlage I van het RVV 1990 om de volgende gelegenheden aan te wijzen als gelegenheden voor het onmiddellijk laden en losssen van goederen:

    • a.

      ter hoogte van de Grote Gracht nummer 38;

    • b.

      ter hoogte van de Grote Gracht nummer 60;

    • c.

      ter hoogte van de Grote Gracht nummer 76;

  • 10.

    de fietsstrook als bedoeld in artikel 1n van het RVV 1990 aan de zuidzijde van de Grote Gracht tussen de Brusselsestraat en de Helmstraat.

 

Gelet op:

  • artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap dat deze bevoegdheid op grond van “Mandaatregeling Gemeente Maastricht 2010” is gemandateerd aan het afdelingshoofd Mobiliteit;

  • artikel 15, lid 1, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

  • artikel 15, lid 2, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor het aanbrengen of verwijderen van infrastructurele maatregelen die leiden tot een beperking of een uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  • artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge het plaatsen en verwijderen van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • artikel 14 van het BABW, wordt de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking gebracht;

  • artikel 24 van het BABW ingevolge verkeerbesluiten worden genomen na overleg met de gemandateerde van de korpschef van het nationale politiekorps.

 

 

 

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Aarts,

voor deze,

 

E. Westbroek

Teammanager Mobiliteit

 

(Deze brief is digitaal goedgekeurd en daarom niet met de hand ondertekend)

 

Maastricht, 18 december 2025

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

 

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

 

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via https://www.gemeentemaastricht.nl/bezwaarschrift-indienen. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

 

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

 

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

 

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

 

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

 

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

 

Bijlage

 

Naar boven