[Een deel van de tekst van deze bekendmaking is overeenkomstig artikel 7 lid 2 Bekendmakingswet bekendgemaakt en hier beschikbaar: Bijlage 3. Situatietekeningen per dorp.]
Op grond van artikel 1.1.11 Algemene verordening gemeente Eijsden-Margraten (hierna: Av) kan het bevoegd gezag algemene regels stellen in plaats van of naast de vergunningplicht als bedoeld in artikel 2.8.4, tweede lid Av. Ter bescherming van de openbare veiligheid en vermindering van de regeldruk maakt de burgemeester gebruik van deze mogelijkheid. Daarom besluit de burgemeester tot vaststelling van de ‘Algemene regels kamerschieten’.
Deze algemene regels doen geen afbreuk aan de verplichting van organisatoren, deelnemers en andere betrokkenen om ook te voldoen aan alle andere toepasselijke wetten en regels.
Artikel1 Kamerschietverbod
Het is verboden met kamers te schieten, tenzij dit uiterlijk 10 werkdagen daaraan voorafgaand schriftelijk wordt gemeld aan de burgemeester met het daarvoor bestemde formulier en wordt voldaan aan de onderstaande voorschriften in de artikelen 2 tot en met 4.
Artikel2 Algemeen
1.
Het kamerschieten is uitsluitend toegestaan in de aantallen, op de dagen en binnen de tijdstippen zoals vermeld in de melding. In verband met de praktische uitvoerbaarheid zijn tijdstippen indicatief. In ieder geval moet het kamerschieten binnen 30 minuten vóór en na het gemelde tijdstip plaatsvinden.
2.
Bij en tijdens het kamerschieten dienen alle veiligheidsvoorschriften in acht te worden genomen zoals vastgelegd in de actuele versie van het document ‘Veiligheidsvoorschriften Kamerschieten’ van 23 oktober 2018 van de Oud Limburgse Schuttersfederatie (hierna: Veiligheidsvoorschriften Kamerschieten), tenzij hiervan wordt afgeweken in deze algemene regels of in daarop gebaseerde maatwerkvoorschriften. Dit document maakt als bijlage 1 deel uit van deze algemene regels.
3.
Voor aanvang van het kamerschieten moet de leidinggevende kamerschutter een veiligheidscontrole uitvoeren conform de Veiligheidsvoorschriften Kamerschieten.
4.
Het kamerschieten wordt uitgevoerd conform de veiligheidsinstructies in de actuele versie van de ‘Veiligheidsinstructie Kamerschieten’ van de Oud Limburgse Schuttersfederatie (hierna: Veiligheidsinstructie Kamerschieten), die als bijlage 2 deel uitnaakt van deze algemene regels.
5.
De preventiemaatregelen zoals beschreven in de Veiligheidsinstructie Kamerschieten dienen volledig te worden uitgevoerd.
6.
Aanwijzingen gegeven door daartoe bevoegde ambtenaren, moeten precies en onmiddellijk worden opgevolgd.
7.
De gemeente is niet aansprakelijk voor de gevolgen en schade ontstaan door het kamerschieten.
8.
De melder moet zijn verzekerd tegen schade die het direct of indirect gevolg is van het kamerschieten.
Artikel3 Kamerschutter en veiligheidsbewaker
1.
Het kamerschieten mag uitsluitend worden uitgevoerd door de in melding genoemde leidinggevende kamerschutter(s).
2.
De leidinggevende kamerschutter is in het bezit zijn van een geldig ‘Bewijs van Erkenning’ als bedoeld in de artikelen 17 en 18 van de Wet explosieven voor civiel gebruik.
3.
De leidinggevende kamerschutter is minimaal 18 jaar.
4.
Gedurende het kamerschieten dient een veiligheidsbewaker, die is aangesteld door de leidinggevende kamerschutter en minimaal 18 jaar is, op ten minste 8 meter afstand van de kamers aanwezig te zijn.
5.
De leidinggevende kamerschutters en veiligheidsbewaker mogen niet onder invloed zijn van alcohol en/of drugs tijdens het kamerschieten.
6.
De leidinggevende kamerschutters en veiligheidsbewaker kennen hun taken en verantwoordelijkheden die zijn beschreven in de actuele versies van de Veiligheidsvoorschriften Kamerschieten en de Veiligheidsinstructies kamerschieten.
Artikel4 Locatie
1.
Het kamerschieten mag uitsluitend plaatsvinden op de locatie(s) zoals aangegeven in de melding.
2.
In de melding staat welke locatie(s) het betreft. Daarbij gaat het om minstens één van de in bijlage 3 aangegeven mogelijke locaties per dorp waar deze zijn uitgewerkt in situatietekeningen.
3.
Als de locatie incidenteel wordt gebruikt en daarom géén van de standaard vastgestelde uitgewerkte locaties betreft, dient voldaan te worden aan alle voorschriften uit artikel 9.7 van de Veiligheidsvoorschriften Kamerschieten.
4.
Conform de ‘Veiligheidsinstructie Kamerschieten’ is het niet toegestaan kamers op een verharde ondergrond te plaatsen. Indien de aangewezen locatie een verharde ondergrond heeft, moet de kamerschutter zorgen voor een tijdelijke, geschikte zachte ondergrond, zoals een dikke laag zand of losse aarde.
5.
De locatie waarvandaan kamers worden geschoten, moet schoon worden gehouden en dient na afloop in schone staat te worden achtergelaten.
Artikel5 Maatwerkvoorschriften
Ter voorkoming van onevenredige situaties kan de burgemeester in individuele gevallen maatwerkvoorschriften verbinden aan een dergelijke situatie, in afwijking van het gestelde in de artikelen 2 tot en met 4.
Artikel6 Inwerkingtreding
Deze algemene regels treden in werking op 1 januari 2026.
Artikel7 Citeertitel
Dit besluit wordt aangehaald als ‘Algemene regels kamerschieten’.
Aldus besloten op 4 november 2025 door de burgemeester van de gemeente Eijsden-Margraten,
Taken en verantwoordelijkheden bij het kamerschieten van:
-
de leidinggevende kamerschutter; en
-
de veiligheidsbewaker.
Inleiding
Kamerschieten is een traditie die vooral in Limburg voorkomt bij processies, kermissen en andere feestelijkheden maar ook bij begrafenissen. Hierbij wordt een hoeveelheid zwart buskruit in zogenaamde kamers gebracht (conische ijzeren blokken met een gat aan de onderkant en aan de bovenkant) en afgedekt met een prop papier, karton of leem. Vervolgens worden ze ontstoken om saluutschoten te produceren.
In de schutterswereld wordt de vaardigheid van het kamerschieten van generatie op generatie overgedragen. Een instantie die vaardigheidsbewijzen uitschrijft is er niet.
Het kamerschieten is een activiteit die niet zonder risico’s is. Risico’s die voorkomen zijn brandgevaar, schrikgevaar, gehoorschade en brandwonden aan huid of ogen.
Maatschappelijke veranderingen in de laatste jaren laten zien dat er een steeds grotere drang is om risico’s te vermijden c.q. uit te sluiten. Er is steeds minder acceptatie voor welke afwijking dan ook. Lokale, regionale en ook nationale overheden spelen hierop in en leggen steeds meer regels op.
Om met deze maatschappelijke verandering om te kunnen gaan, is het noodzakelijk alle betrokkenen dusdanig voor te lichten zodat de regelgeving op de juiste wijze toegepast kan worden.
Negeren van deze veranderingen zal ongetwijfeld leiden tot ingrijpen van deze overheden of het verplicht opleggen van te volgen, externe opleidingen.
Het kamerschieten moet veilig kunnen gebeuren. In dit document zijn door de commissie “Kamer- en kanonschieten” van de OLS-Federatie veiligheidsregels en afspraken opgesteld en op welke wijze risico’s vermeden kunnen worden. Met behulp van dit document kan de leidinggevende kamerschutter leidinggeven aan een veilige organisatie.
Waar in de tekst gesproken wordt over ‘hij’ wordt in voorkomende gevallen ook ‘zij’ bedoeld.
Mocht u tijdens het lezen van dit document onderwerpen tegenkomen die naar uw mening aanpassingen vereisen, neem dan contact op met:
Thijs Aengevaeren St. Jozefstraat 19
6039 BS Stramproy
0031 6 20994521
secr.olsfeest@olsfederatie.com
1.
Begrippen
1.1.
Kamer: Een kamer is een metalen schietbus met in het midden een schietgat van circa 25 tot 75 mm. Vóór gebruik wordt de kamer met het schietgat haaks op de ondergrond geplaatst. De kamers worden voor een deel gevuld met zwart buskruit. Dat wordt afgedekt met papier. Daarbovenop komt een prop droge, gezeefde, fijne leem.
1.2.
Kamerschieten: Het betreft een traditie die vooral in Limburg voorkomt. Het veroorzaakt een harde, oorverdovende knal. Hierbij wordt een hoeveelheid zwartkruit in zogenaamde kamers gebracht (conische ijzeren blokken met een zundgat aan de onderkant en het schietgat aan de bovenkant) en afgedekt met een prop papier, zand of leem. Vervolgens worden ze ontstoken om saluutschoten te produceren.
1.3.
Kruitpan: Onder het zundgat van de kamer geplaatst onderdeel in de vorm van een kleine pan. In de pan wordt zwartkruit gedaan om de kamer te ontsteken.
1.4.
Lont: Koord geïmpregneerd met brandbaar materiaal, waardoor het gemakkelijk vuur vat en langzaam of snel verbrandt, gebruikt voor het ontsteken van ontplofbare stoffen.
1.5.
PBM’s: Persoonlijke beschermingsmiddelen, dit zijn o.a. gehoorbescherming, een volledig aansluitende veiligheidsbril en eventueel handschoenen.
1.6.
Schoorsteentje: Zundgat. Ligplaats voor het slaghoedje.
1.7.
Slaghoedje: Klein metalen kapje dat slagsas bevat, wordt gebruikt om kruit te ontbranden.
1.8.
Trekontsteker: Mechanisme waarmee de kamer op afstand tot ontsteking kan worden gebracht, door op afstand aan een touw te trekken.
1.9.
Wecg (Wet explosieven voor civiel gebruik): De Wet explosieven voor civiel gebruik (Wecg) heeft tot doel misbruik van ontplofbare stoffen te voorkomen. Een belangrijke schakel hierin is de erkenning (Wecg). De Wecg stelt, dat eenieder die explosieven (art. 1 Wecg) vervaardigt, opslaat, gebruikt, overbrengt of verhandelt, in het bezit moet zijn van een erkenning. Voordat een erkenning aan een bedrijf of persoon wordt afgegeven, wordt eerst beoordeeld of aan het bedrijf of de persoon ‘het onder zich hebben van explosieven kan worden’ toevertrouwd en of er geen vrees voor misbruik bestaat. Het kamerschieten valt niet onder de Wet wapens en munitie (Wwm) omdat de kamer niet bestemd is voor het afvuren van een projectiel. Daarnaast is zwart buskruit zonder omhulsel geen munitie volgens de definitie van de Wwm. Het kamerschieten valt onder de Wecg omdat zwart buskruit wordt ingedeeld in gevarenklasse 1, het niet is bestemd voor gebruik door politie of defensie en het geen pyrotechnisch artikel (vuurwerk) of munitie betreft. Voor het kamerschieten is dus een erkenning vereist.
1.10.
Zundgat: Een gaatje onder aan de zijkant van de kamer, dat doorloopt naar het boorgat in de kamer, via het zundgat wordt de kamer ontstoken.
1.11.
Zwartkruit: Zwartkruit is een mengsel van 75% salpeter, 15% zwavel en 10% houtskool. Het heeft een relatief laag energiegehalte en is zeer licht ontvlambaar.
2.
Algemene regels voor het kamerschieten
2.1.
In Nederland valt het kamerschieten onder de Wecg (Wet explosieven voor civiel gebruik). Er is dus een erkenning vereist.
2.2.
Er mag alleen geladen en geschoten worden door personen die de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt.
2.3.
Aanwijzingen door of vanwege bevoegd gezag dienen stipt te worden opgevolgd.
3.
Taak en verantwoordelijkheden van de leidinggevende kamerschutter
3.1.
De leidinggevende kamerschutter:
3.1.1.
is bekwaam in het kamerschieten en is zich bewust van de risico’s. Hij kan bij calamiteiten de juiste maatregelen nemen;
3.1.2.
heeft kennis van de bepalingen die in de vergunningen of plaatselijke verordening staan over het kamerschieten;
3.1.3.
is in Nederland in het bezit van een erkenning voor het kamerschieten; en
3.1.4.
houdt toezicht op het naleven van de veiligheidsregels.
3.2.
Voorbereiding:
3.2.1.
Vooraf informeert hij de mensen in de buurt wanneer kamer geschoten wordt.
3.3.
Voor en tijdens het kamerschieten:
3.3.1.
Hij wijst personen aan die de veiligheid bewaken.
3.3.2
Hij wijst iemand aan die de kruitvoorraad bewaakt.
3.3.3.
Hij zorgt dat iedereen die betrokken is bij het kamerschieten op de hoogte is van de regels en hoe te handelen bij calamiteiten.
3.3.4.
Hij gebruikt en verstrekt PBM’s en ziet toe dat ze gebruikt worden.
3.3.5.
Hij controleert voor aanvang van het laden en het kamerschieten de veiligheid van de helpers en omstanders.
3.3.6.
Hij zorgt dat de omstanders gewaarschuwd worden.
3.3.7.
Hij laat bij onveilige situaties het kamerschieten direct stoppen.
3.4.
Na afloop.
3.4.1.
Dient hij persoonlijk te controleren of alle kamers leeg zijn.
4.
Taak en verantwoordelijkheden van de veiligheidsbewaker
4.1.
De veiligheidsbewaker:
4.1.1.
wordt aangesteld door de leidinggevende kamerschutter; en
4.1.2.
laat zich door de leidinggevende kamerschutter op de hoogte brengen van de regels en hoe hij moet handelen bij calamiteiten.
4.2.
Voor en tijdens het kamerschieten:
4.2.1.
Hij blijft op minimaal 8 meter afstand van de kamers.
4.2.2.
Hij gebruikt de aan hem verstrekte PBM’s (gehoorbeschermer en veiligheidsbril).
4.2.3.
Hij blijft op zijn post en verlaat deze niet zonder toestemming van de leidinggevende kamerschutter.
4.2.4.
Hij bewaakt voortdurend de veiligheid van zijn collega’s en de omstanders.
4.2.5.
Hij bewaakt dat geen toeschouwer(s) te dicht bij de werkzaamheden komen.
4.2.6.
Hij bewaakt dat geen onbevoegde(n) bij de kruitvoorraad komen.
4.2.7.
Hij laat bij onveilige situaties de werkzaamheden direct stoppen.
5.
Opslag en vervoer zwartkruit
5.1.
In Nederland dient de opslag en het vervoer van explosieven te geschieden conform vergunning Wet milieubeheer.
6.
Tijdelijke kruitopslag (werkvoorraad)
6.1.
Roken en open vuur is in de nabijheid van de opslag verboden, dus ook geen brandende toorts.
6.2.
Om te zorgen dat geen neerdalend brandend papier bij het kruit kan komen, dienen het kruit en de slaghoedjes tijdens het kamerschieten afgeschermd te zijn.
6.3.
De kruitvoorraad dient op een veilige afstand van het kamerschieten verwijderd te zijn.
6.4.
De kruitvoorraad en de slaghoedjes mogen nooit zonder toezicht achterblijven.
7.
Veiligheid materiaal
7.1.
In de kamers mogen geen scheurtjes aanwezig zijn. Controleer voor en na gebruik de kamers visueel op barsten en scheuren.
7.2.
Zorg dat er geen steentjes in het leem of (stop)zand zitten. Eventueel de leem of het zand zeven.
7.3.
Er mogen geen voorwerpen in de kamer gestopt worden om deze weg te schieten.
7.4.
Zwartkruit is te verkrijgen in diverse grofheden en ontbrandingseigenschappen. Gebruik deze niet door elkaar. Wil men een andere kruitgrofheid gebruiken, dan dient men de lading aan te passen.
7.5.
Meld gebreken, gevaarlijke situaties en (bijna)ongevallen bij het verenigingsbestuur.
8.
Persoonlijke bescherming
8.1.
Nooit alleen Kamerschieten.
8.2.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen:
8.2.1.
gehoorbescherming;
8.2.2.
volledig aansluitende veiligheidsbril; en
8.2.3.
handschoenen.
8.3.
Niet eten of drinken tijdens de werkzaamheden.
9.
Veiligheid van omstanders en omgeving
9.1.
Vooraf moeten de aanwonende mensen gewaarschuwd worden.
9.2.
Geef vlak voor het kamerschieten een waarschuwing dat kamerschoten gelost gaan worden. (door luid te roepen of door een fluitsignaal te geven)
9.3.
Laat de toeschouwers tijdens de laden en schieten een gepaste afstand nemen.
9.4.
Houd rekening met dieren.
9.5.
Het kamerschieten mag alleen plaats vinden op een veilige afstand van mensen, dieren, goederen en gebouwen.
9.6.
De locatie waar het kamerschieten plaatsvindt, moet worden afgesloten met linten of ander vergelijkbaar materiaal zodat toeschouwers niet in de nabijheid van de kamers kunnen komen.
9.7.
Afstanden:
9.7.1.
Helpers dienen op 8 meter afstand te blijven.
9.7.2
. Publiek/toeschouwers dienen op 30 meter afstand te blijven.
9.7.3
. De tijdelijke kruitopslag dient op 8 meter afstand te zijn.
9.7.4.
Veestallen dienen op voldoende afstand van de schietplek te liggen.
10.
Brandveiligheid
10.1.
Bij het kamerschieten dienen geschikte blusmiddelen aanwezig te zijn. Deze blusmiddelen moeten onmiddellijk gereed zijn voor gebruik:
10.1.1.
CO2 ,schuimblusser of poederblusser;
10.1.2.
zand, schop;
10.1.3.
emmer met water.
10.2.
Controleer na afloop de omgeving op eventueel smeulend papier.
11.
Het laden van de kamer
11.1.
De kamers mogen alleen geladen worden met zwartkruit.
11.1.1.
Het gebruik van Nitro-kruit in kamers is gevaarlijk, door de verbrandingseigenschap van Nitro-Kruit kunnen de kamers exploderen (Nitro-kruit wordt o.a. gebruikt voor het laden van de munitie van de schuttersbuks).
11.2.
Plaats de kamer stevig en stabiel op een vlakke ondergrond.
11.3.
Dicht het zundgat met een stokje, gerolde papierprop of slagpin, zodat bij het vullen geen kruit uit de kamer kan lopen.
11.4.
Vul de kamer via het boorgat met de juiste hoeveelheid zwartkruit.
11.5.
Het zwartkruit afdekken met een prop papier.
11.6.
De rest van het boorgat afvullen met droge leem of droog zand.
11.7.
Aanstampen met een houten stamper en houten hamer, om vonken te voorkomen. Dus altijd vonkvrij gereedschap gebruiken.
12.
Het ontsteken van de kamer met lont of kruit
12.1.
Verwijder het stokje of papierrol uit het zundgat.
12.2.
Steek het lont in het zundgat of het kruit in de kruitpan.
12.3.
Maak een kruitspoor van zundgat naar zundgat.
12.3.1.
Indien de ondergrond vochtig is, kan men eerst (smids-)as strooien zodat het kruit droog blijft.
12.4.
Het kruit of lont wordt daarna met een lange toorts aangestoken.
12.4.1.
Houd tijdens het afvuren geen lichaamsdelen boven de kamer.
12.4.2
Gebruik voor het aansteken geen aansteker of sigaret.
12.5.
Indien men geen kruitspoor aanlegt, kan men met een lange toorts het lont aansteken.
13.
Het plaatsen van een veerontsteking
13.1.
Span de slagpin en borg deze met een veiligheidsschroef.
13.2.
Plaats een slaghoedje in het schoorsteentje.
13.3.
Draai de veerontsteker op het schoorsteentje.
13.4.
Plaats de veiligheidspen van het trekkoord in het gaatje van de slagpin.
13.5.
Draai de veiligheidsschroef pas vlak voor het schieten naar achter.
14
Weigeraars
14.1.
Blijf bij een weigeraar minimaal vijf minuten uit de buurt van de kamer.
14.2.
In het geval een kamer niet afgaat, wordt na vijf minuten voorzichtig (!) een nieuw lont of slaghoedje in het zundgat geplaatst en wordt nogmaals getracht de kamer af te vuren.
14.3.
Gaat de kamer wederom niet af, dan dient er na vijf minuten voldoende water in het zundgat en in de kamer te worden gegoten voor mogelijke smeulende resten van het lont te doven.
14.4.
Bij het kamerschieten dient een emmer of jerrycan met water gereed te staan.
15.
Algemeen
15.1.
Het terrein waarop het kamerschieten plaatsvindt, dient schoon te worden achtergelaten.
15.2.
Eventueel gemorst kruit dient op een veilige wijze te worden ontstoken.
16.
Geraadpleegde literatuur
16.1.
Vrom, Handreiking explosieven voor civiel gebruik Module II: Politie, 20 juni 2009, Ministerie van VROM.
16.2.
Gemeente Maastricht, Regels Kamerschieten, Gemeente Maastricht.
16.3.
Korpschef van politie Limburg-Noord, Regels Kamerschieten.
16.4.
Thijs Aengevaeren, Taak Risico Analyse Kamerschieten, augustus 2010, St. Catharina Stramproy.
16.5.
Thijs Aengevaeren, Veiligheidsinstructie 004 Kamerschieten 2e druk, 26 februari 2012, Vereniging voor OLS-buksmeesters.
16.6.
OLS-Federatie, Verslag bijeenkomst kamer- en kanonschutters, 30 april 2014, OLS- Federatie.
16.7.
OLS-Federatie, Enquête voor kamer- en kanonschutters, 8 augustus 2014, OLS-Federatie.
Afbeelding 1: Het principe van het kamerschieten in beeld
(illustratie: Els Maes-Verdonschot)
Checklist veiligheid Kamerschieten
De leidinggevende kamerschutter; of veiligheidsfunctionaris instrueert iedereendie betrokken is bij hetkamerschieten. Op die manier is iedereen op de hoogte van de regels en hoe te handelen bij calamiteiten.
Tijdens de instructie moeten minimaal de onderwerpen van deze checklist besproken zijn.
Behandeld
Bemerking
VOORBEREIDING
De activiteit is bij de gemeente gemelden er is toestemming verleend.
□
Buurtbewoners zijn voorafgaand schriftelijk op de hoogte gebracht.
□
De aanwijzingen van de gemeente zijn bekend.
□
Er zijn blusmiddelen aanwezig.
□
Er is een mobiele telefoon aanwezig.
□
TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN DE LEIDINGGEVENDE KAMERSCHUTTER
Hij wijst personen aan die de veiligheid bewaken.
□
Hij wijst iemandaan die de kruitvoorraad bewaakt.
□
Hij gebruikt en verstrekt PBM’s1 en ziet toe dat ze gebruikt worden.
□
Hij controleert voor aanvangvan het ladenen het kamerschieten de veiligheid van de helpers en omstanders.
□
Hij zorgt datde omstanders gewaarschuwd worden dat kamerschoten gelost gaan worden (door luid te roepen of door een fluitsignaal te geven).
□
Hij laat bij onveilige situaties het kamerschieten directstoppen.
□
Na afloop dienthij persoonlijk te controleren of alle kamersleeg zijn.
□
TAKEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN DE VEILIGHEIDSBEWAKER
Hij heeft de leeftijd van 18 jaarbereikt.
□
Hij zorgt ervoordat de locatiewaar het kamerschieten plaatsvindt, wordt afgesloten met linten of ander vergelijkbaar materiaal zodat toeschouwers niet in de nabijheid van de kamers kunnen komen.
□
Hij waakt erover dat de toeschouwer(s) op 30 meter afstand blijven van het kamerschieten.
□
Hij gebruikt de aan hem verstrekte PBM’s1.
□
Hij blijft op zijn post en verlaat dezeniet zonder toestemming van de leidinggevende kamerschutter.
□
Hij bewaakt voortdurend de veiligheid van zijn collega’s en de omstanders.
□
Hij zorgt ervoordat geen onbevoegde(n) bij de kruitvoorraad komen.
□
Hij laat bij onveilige situaties het kamerschieten directstoppen.
□
AFSTANDEN VANAF DE KAMERS
Helpers dienen op 8 meterafstand te blijven.
□
Publiek/toeschouwers dienen op 30 meter afstand te blijven.
□
De leidinggevende kamerschutter; of veiligheidsfunctionaris instrueert iedereendie betrokken is bij hetkamerschieten. Op die manier is iedereen op de hoogte van de regels en hoe te handelen bij calamiteiten.
Tijdens de instructie moetenminimaal de onderwerpen van deze checklist besproken zijn.
Behandeld
Bemerking
De tijdelijke kruitopslag dient op 8 meter afstand te zijn.
□
Veestallen dienen op voldoende afstandvan de schietplek te liggen.
□
PERSOONLIJKE BESCHERMING (PBM’s)1
Gehoorbescherming
□
Veiligheidsbril
□
Handschoenen
□
Veiligheid informatieblad kamerschieten
□
Instructie gegeven door:
Naam:
Datum:
Handtekening
Naam
Paraaf Instructie ontvangen:
Bijlage2. Veiligheidsinstructie Kamerschieten OLS
Veiligheidsinstructie
Kamerschieten
Belangrijke telefoonnummers
Alarmnummer: 112 Huisarts:
Huisartsenpost:
Ziekenhuis:
Contact persoon bestuur:
Algemeneinformatie
Zwartkruit is een mengsel van 75% salpeter, 15% zwavel en 10% houtskool. Het heeft een relatief laag energiegehalte en is zeer licht ontvlambaar
Dit kruit is te krijgen in diverse grofheden. Gebruik deze niet door elkaar, gaat men een andere kruitgrofheid gebruiken dient men de lading aan te passen, overleg dit met de leverancier.
Aandachtspunten voor en tijdens dewerkzaamheden;
-
Controleer de kamers op barsten en scheuren;
-
Zorg dat er geen steentjes in het (stop)zand zitten.
-
Nooit alleen Kamerschieten.
-
Laat niemand in de buurt van de werkzaamheden.
-
Maak in de omgeving bekent dat er kamerschoten gelost worden. Houd rekening met dieren.
-
Stop de werkzaamheden als er gevaarlijke situaties ontstaan.
-
Meldt de gebreken, gevaarlijke situaties en (bijna)ongevallen bij het bestuur.
Mogelijke gevaren
Preventiemaatregelen
Bestrijding / EHBO
Ongecontroleerde ontbranding, explosiegevaar en brandgevaar.
Ongecontroleerde ontbranding
-
Gebruik alleen houten gereedschap.
-
Wanneer een kamer weigert af te aan, blijfdan 5 minuten op een veilige afstand van de weigeraar.
-
Denk aan eigen veiligheid.
Explosiegevaar
-
Controleer de kamer(s) op barsten en scheuren;
-
Gebruik alleen zwartkruit;
-
Gebruik de juiste hoeveelheid kruit;
-
Plaats de kamersniet op een verharde ondergrond.
Brand
-
Niet roken, geen openvuur en geen vonken in de nabijheid.
-
Houd rekening met andere werkzaamheden die gelijktijdig in de nabijheid plaats vinden.
-
Houd rekening met de (brandbare) materialen die zichbevinden in de nabijheid van het kamerschieten. Struiken, drooggras e.d.
-
Denk aan eigen veiligheid.
-
Geschikte blusmiddelen zijn;
-
Brandblusser klasse A;
-
Zand;
-
Blusdeken.
Gezondheidsschade.
Gehoorbeschadiging
-
Gebruik gehoorbescherming.
-
Creëer een veilige zone voor de omstanders op afstand te houden
Ernstige brandwonden van de huid en ogen.
-
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen.
-
Volledig aansluitende veiligheidsbril.
-
De huid bij verbranding direct koelen met lauw, rustig stromend water. (Minimaal 10 minuten).
-
Naar gelang de ernst artsraadplegen.
-
De ogen bij verbranding minimaal 10 minuten spoelen / koelen met veel zacht stromend water,dan naar een arts vervoeren.
Kruitresten wordenin het bloed opgenomen via de huid of mond.
-
Gebruik rubberhandschoenen.
-
Niet eten en drinken tijdens de werkzaamheden.
-
Na de werkzaamheden de handen wassen.
-
Voorkom vergiftiging door verontreinigde kleding.
-
Huid met veel wateren zeep wassen.
-
Ogen minimaal 10 minuten spoelen met zacht stromend water, dan naar arts vervoeren.
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.