Verkeersbesluit diverse verkeersmaatregelen H. ter Kuilestraat en zijwegen te Enschede

Burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede,

gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) en de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW).

Overwegende:

dat het in dit verkeersbesluit beschreven weggedeelte van de H. ter Kuilestraat is gelegen binnen de bebouwde kom van Enschede en in beheer is bij de gemeente Enschede;

dat de in dit verkeersbesluit beschreven verkeersmaatregelen betrekking hebben op het weggedeelte tussen de Strootsweg en de rotonde met de Binnenhaven/Rembrandtlaan;

dat de H. ter Kuilestraat een weg is als bedoeld in artikel 1, lid 1 onder b van de WVW 1994;

dat de wegencategorisering in Enschede aansluit op de categorisering zoals opgenomen in het landelijke programma Duurzaam Veilig;

dat de H. ter Kuilestraat gecategoriseerd is als gebiedsontsluitingsweg met een maximumsnelheid van 50 km/u;

dat op een gebiedsontsluitingsweg de verblijfsfunctie ondergeschikt is aan de verkeersfunctie;

dat langs de H. ter Kuilestraat het havengebied is gelegen waar een groot aantal bedrijven zijn gevestigd;

dat de gemeente Enschede aan de slag gaat in de openbare ruimte van het havengebied en daarmee er voor zorgt dat dit gebied straks mooier, goed onderhouden en veiliger is;

dat in november en december 2023 via een inloopbijeenkomst en online enquête meningen van inwoners en ondernemers over de inrichting van de openbare ruimte zijn verzameld;

dat in februari/maart 2024 een planning voor de periode daarna is vastgesteld waarbij is bepaald in welke straten we als eerste aan de slag gaan;

dat daarna voor elke straat een ontwerp is gemaakt waar inwoners en ondernemers bij zijn betrokken;

dat de gemeente bij dit project ook werkt aan de Hendrik ter Kuilestraat;

dat deze straat een grote opknapbeurt krijgt waarmee de de doorstroming van het verkeer verbetert, de verkeersveiligheid wordt vergroot en het bedrijventerrein klaargemaakt wordt voor de toekomst;

dat in de loop der jaren op dit gedeelte va de H. ter Kuilestraat afzonderlijke verkeersmaatregelen zijn genomen die niet allemaal meer in overeenstemming zijn met elkaar of met de wettelijke voorschriften;

dat tegelijkertijd met de herinrichting van de weg de verkeersmaatregelen correct en eensluidend worden gemaakt;

dat op het kruispunt van het noordelijk fiets/bromfietspad van de H. ter Kuilestraat, met het fiets/bromfietspad van de Strootsweg een voorrangsregeling door middel van het plaatsen van haaientanden wordt ingesteld waarmee de doorgang van het fiets- en bromfietsverkeer op de Strootsweg wordt bevorderd;

dat tussen de Strootsweg en de Twekkeler Es aan zowel de noordzijde als aan de zuidzijde van de H. ter Kuilestraat een fiets/bromfietspad is gelegen;

dat deze fiets/bromfietspaden aansluiten op de hoofdverkeersroutes aan de westzijde van Enschede;

dat gezien het formaat van dergelijke voertuigen en de vastgestelde maximumsnelheden binnen de bebouwde de bromfiets tegenwoordig wordt gezien als een volwaardig motorvoertuig, waarmee de speedpedelec is gelijkgesteld;

dat door de toename van het fietsgebruik de drukte op het fiets/bromfietspad is vermeerderd en tegelijkertijd door de verscheidenheid in voertuigen de ruimte op de fiets/bromfietspaden afneemt;

dat door de verschillen in massa en snelheid op het fiets/bromfietspad het daarom ongewenst is dat de bromfiets nog langer gebruikt maakt van het fietspad;

dat op de rijbaan het verschil in toegestane maximumsnelheid tussen bromfietsen en andere motorvoertuigen gering is;

dat het dan ook gewenst en logisch is dat de bromfiets naar de rijbaan van de H. ter Kuilestraat wordt verplaatst;

dat om bovenstaande overwegingen de aanduiding van het noordelijke fiets/bromfietspad van de H. ter Kuilestraat vanaf het kruispunt met de Twekkeler Es in de richting van de Strootsweg wordt opgeheven door middel van het verwijderen van bord 12a van bijlage 1 van het RVV 1990 en wordt aangewezen als verplicht fietspad door middel van het plaatsen van bord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat voor de bromfiets een logische overgang naar de fiets/bromfietspaden langs de hoofdverkeersroutes noodzakelijk is;

dat dit wordt gerealiseerd door op het wegvak van de H. ter Kuilestraat, tussen de Strootsweg en de Twekkeler Es, aanleggen van verharde doorsteken met inleidende markering tussen het fietspad en de rijbaan waarbij de bromfiets, rijdende in westelijke richting van de rijbaan wordt afgeleid naar het fiets/bromfietspad en rijdende in oostelijke richting wordt afgeleid naar de rijbaan;

dat die overgang van of naar de rijbaan wordt aangeduid met verkeersbord model D103 respectievelijk D104;

dat ter hoogte van deze verharde doorsteken het vervolg van het noordelijke fietspad in de richting van de Strootsweg wordt aangeduid als fiets/bromfietspad door middel van het plaatsen van bord G12a van bijlage 1 van het RVV 1990 en het vervolg van het zuidelijke fietspad in de richting van de Twekkeler Es wordt aangeduid als verplicht fietspad door middel van het plaatsen van bord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat daarmee een eenduidige aanduiding van verplichte fietspaden en de fiets/bromfietspaden langs de H. ter Kuilestraat wordt gerealiseerd;

dat de kruispuntaansluiting van de Twekkeler Es op de H. ter Kuilestraat wordt heringericht zodat voor fietsers een logische en goed berijdbare aansluiting op de verplichte fietspaden ontstaat;

dat daartoe op de Twekkeler Es de verplichte fietspaden worden aangesloten op de aan te leggen fietssuggestiestroken waarbij het einde van het verplicht fietspad op de Twekkeler Es wordt aangeduid door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat tegelijkertijd de voorrangsregeling op het kruispunt van de Twekkeler Es met de Usselerhalte wordt gewijzigd;

dat thans sprake is van een gelijkwaardig kruispunt doch dat dit niet overeenkomt met de beleving en het verkeersgedrag van menig bestuurder wat onnodig leidt tot verkeersconflicten of onzeker verkeersgedrag;

dat om die reden een logische en geloofwaardige voorrangsregeling op dit kruispunt wordt ingesteld waarbij bestuurders die het kruispunt naderen vanaf de Usselerhalte voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de Twekkeler Es;

dat dit wordt gerealiseerd door middel van het plaatsen van borden B3 en B6 van bijlage 1 van het RVV 1990 waarbij bestuurders vanaf de Usselerhalte voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de Twekkeler Es;

dat ook de kruispuntaansluiting van De Ossenboer op de H. ter Kuilestraat wordt heringericht zodat ook daar voor fietsers een logische en goed berijdbare aansluiting op de verplichte fietspaden ontstaat;

dat daartoe op De Ossenboer de verplichte fietspaden worden aangesloten op de aan te leggen suggestiestroken waarbij het einde van het verplicht fietspad op De Ossenboer wordt aangeduid door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat eveneens de kruispuntaansluiting van Het Wolbert op de H. ter Kuilestraat wordt heringericht zodat voor fietsers een logische en goed berijdbare aansluiting in de vorm van verplichte fietspaden ontstaat;

dat daartoe op Het Wolbert de verplichte fietspaden worden aangesloten op de aan te leggen suggestiestroken waarbij het begin van het verplichte fietspad wordt aangegeven met bord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990 einde van het verplicht fietspad op Het Wolbert wordt aangeduid door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat langs het gehele traject van de H. ter Kuilestraat een groot aantal erfaansluitingen liggen voor de ontsluiting en bereikbaarheid van bedrijfspanden;

dat bij die erfaansluitingen een voorrangsregeling tussen bestuurders is toegepast in de vorm van aangebrachte haaientanden die een zelfstandige betekenis hebben bij het aanduiden van voorrang op kruispunten;

dat hier geen sprake is van kruispunten van wegen maar van uitritten en deze haaientanden slechts dienen ter ondersteuning van andere verkeersvoorschriften;

dat om die reden de aanduiding van een voorrangsregeling tussen bestuurders wordt opgeheven door middel van het verwijderen van de haaientanden en het aanleggen van een volwaardige en herkenbare uitritconstructie;

dat deze wijziging geen rechtsgevolg heeft voor de weggebruikers en daarmee niet onder artikel 15 van de WVW valt;

dat bij de doorsteken van de verplichte fietspaden naar de tegenoverliggende uitritten haaientanden worden aangelegd ter ondersteuning van andere verkeersvoorschriften;

dat het nemen van een verkeersbesluit volgens artikel 15 van de WVW 1994 vereist is indien:

• door plaatsing of verwijdering van verkeerstekens of onderborden, een gebod of verbod wordt ingesteld of aangepast;

• fysieke voorzieningen op de weg worden aangebracht of verwijderd;

dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het plaatsen of verwijderen van borden B3, B6, G11, G12 en G12a van bijlage 1 van het RVV 1990 en haaientanden een verkeersbesluit is vereist;

dat gelet op artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994 het college van burgemeester en wethouders van Enschede bevoegd is verkeersbesluiten te nemen voor deze wegen;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor genoemde verkeersmaatregelen strekken tot:

• het verzekeren van de veiligheid op de weg en

• het beschermen van weggebruikers en passagiers;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer in het geding komt bij het treffen van deze verkeersmaatregelen;

dat het waarborgen van de vrijheid van verkeer, gelet op de hiervoor genoemde overwegingen, in dit geval van ondergeschikt belang wordt geacht omdat de reikwijdte van de maatregelen klein is waardoor de maatregelen slechts in geringe mate een beperkende invloed hebben op de vrijheid van het verkeer;

dat het treffen van dergelijke verkeersmaatregelen een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee eenieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;

dat de in dit verkeersbesluit genoemde maatregelen niet leiden tot een toename van de geluidsbelasting afkomstig van het wegverkeerslawaai, zoals bedoeld in artikel 21a van het BABW, op geluidsgevoelige gebouwen;

dat met betrekking tot het uitvoeren van deze verkeersmaatregelen overleg is gevoerd met de gemandateerde verkeersadviseur van de politie ingevolge artikel 24 van het BABW 1990, deze een positief advies heeft afgegeven en de handhaafbaarheid van de maatregelen als gevolg daarvan gewaarborgd is.

Het besluit:

• door middel van het plaatsen van haaientanden een voorrangsregeling in te stellen op het kruispunt van het noordelijke fiets/bromfietspad van de H. ter Kuilestraat met het fiets/bromfietspad langs de Strootsweg;

• door middel van het plaatsen van verkeersbord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990 een verplicht fietspad in te stellen langs de noordzijde van de H. ter Kuilestraat, vanaf de Twekkeler Es tot halverwege de Strootsweg;

• door middel van het plaatsen van bord G12a van bijlage 1 van het RVV 1990 een fiets/bromfietspad in te stellen langs de noordzijde van de H. ter Kuilestraat halverwege, tot aan de Strootsweg;

• door middel van het plaatsen van bord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990 een verplicht fietspad in te stellen langs de zuidzijde van de H. ter Kuilestraat, vanaf halverwege de Strootsweg tot aan de Twekkeler Es;

• door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990 het einde van het verplicht fietspad aan te duiden op de Twekkeler Es, ter hoogte van de aansluiting op de fietssuggestiestrook;

• door middel van het plaatsen van borden B3 en B6 van bijlage 1 van het RVV 1990 een voorrangskruispunt in te stellen op het kruispunt van de Twekkeler Es met de Usselerhalte;

• door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990 het einde van het verplicht fietspad aan te duiden op De Ossenboer, ter hoogte van de aansluiting op de fietssuggestiestrook;

• door middel van het plaatsen van bord G11 van bijlage 1 van het RVV 1990 een verplicht fietspad van het einde van de fietssuggestiestrook in te stellen op Het Wolbert in de richting van de H. ter Kuilestraat;

• door middel van het plaatsen van bord G12 van bijlage 1 van het RVV 1990 het einde van het verplicht fietspad aan te duiden op Het Wolbert, ter hoogte van de aansluiting op de fietssuggestiestrook;

• een en ander overeenkomstig bijgevoegde situatieschetsen.

Situatieschetsen:

Aldus vastgesteld op 20 november 2025 te Enschede

Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede,

J. Kara

Technisch medewerker Vergunnen

Bezwaar

Dit besluit treedt in werking na bekendmaking in het Gemeenteblad. Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na publicatie van dit besluit in het Gemeenteblad bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Enschede, postbus 20, 7500 AA te Enschede. Door het indienen van het bezwaarschrift wordt dit besluit niet opgeschort.

Het bezwaarschrift moet de volgende gegevens bevatten:

• uw naam en adres;

• de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft;

• Het kenmerk van het besluit (0153Z2025110400025)

• een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;

• de reden waarom u het er niet mee eens bent;

• uw handtekening.