Subsidieregeling maatwerk huisvesting carnaval Weert 2026-2028

Burgemeester en wethouders van Weert;

 

gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Weert 2017, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluiten de volgende regeling vast te stellen:

 

Subsidieregeling maatwerk huisvesting carnaval Weert 2026-2028

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    maatwerkoplossing: activiteiten zoals bedoeld in artikel 6;

  • b.

    ASV 2017: de Algemene Subsidieverordening Weert 2017;

  • c.

    Carnavalsvereniging: een rechtspersoon die in haar statuten doelstellingen heeft staan gericht op het organiseren van activiteiten ten behoeve van of in het kader van carnaval;

  • d.

    Activiteitenoverzicht: een verslag met daarin een beschrijving van de aard en omvang van de gesubsidieerde activiteiten.

  • e.

    exploitatiebegroting: een overzicht te verwachten inkomsten en uitgaven van de carnavalsvereniging voor het carnavalsseizoen waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft;

  • f.

    financieel verslag: een gespecificeerd financieel overzicht van de daadwerkelijk gerealiseerde kosten en baten ten opzichte van de ingediende begroting;

  • g.

    kern: wijk zoals aangeduid door het CBS;

Artikel 2 Algemene bepaling

  • 1.

    Deze subsidieregeling is een regeling als bedoeld in artikel 3 lid 2 ASV 2017.

  • 2.

    De bepalingen van de ASV 2017 zijn van toepassing voor zover daarvan in deze regeling niet wordt afgeweken.

Artikel 3 Bevoegdheden college

Het college is belast met de uitvoering van deze regeling.

Artikel 4 Subsidieplafond, verdeling en begrotingsvoorbehoud

  • 1.

    Voor deze subsidieregeling geldt voor de periode 2026–2028 een subsidieplafond van €100.000 per jaar.

    De maximale subsidie per aanvraag bedraagt €40.000.

  • 2.

    Subsidies worden geweigerd voor zover verstrekking daarvan zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, als bedoeld in artikel 4:25, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht. De volgorde van behandeling wordt bepaald op basis van het moment van ontvangst van een volledige aanvraag.

  • 3.

    Indien gedurende het jaar blijkt dat het subsidieplafond dreigt te worden bereikt, kan het college aanvragen die nog niet zijn behandeld aanhouden of afwijzen wegens ontoereikend budget. Aanvragers kunnen aan de indiening van een aanvraag geen rechten ontlenen zolang hierover geen besluit is genomen.

  • 4.

    Het vastgestelde subsidieplafond wordt vastgesteld onder voorbehoud van voldoende financiële middelen in de gemeentelijke begroting van het betreffende jaar.

  • 5.

    Indien de gemeenteraad onvoldoende middelen beschikbaar stelt, wordt het subsidieplafond overeenkomstig verlaagd. Aanvragen worden in dat geval afgewezen wegens ontoereikend budget als bedoeld in artikel 4:25 Awb.

  • 6.

    Indien de gemeenteraad geen middelen beschikbaar stelt, kan het college besluiten deze subsidieregeling in te trekken. Aanvragers worden hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte gesteld. Aan de enkele indiening van een aanvraag kunnen geen rechten worden ontleend.

Artikel 5 Doelgroep

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt aan carnavalsverenigingen die voor het organiseren van hun activiteiten in het kader van carnaval niet terecht kunnen in het reguliere aanbod (commercieel en maatschappelijk) in hun eigen kern.

Artikel 6 Activiteiten

Deze regeling is van toepassing op activiteiten die erop gericht zijn om activiteiten in het kader van carnaval, die niet in het reguliere aanbod (commercieel en maatschappelijk) in de eigen kern plaats kunnen vinden, toch in de eigen kern doorgang te laten vinden.

Artikel 7 Doelstellingen

De subsidie omtrent maatwerk huisvesting carnaval is bedoeld om de meerkosten voor carnavalsverenigingen te vergoeden die het directe gevolg zijn van het niet in het reguliere aanbod (commercieel en maatschappelijk) kunnen organiseren van carnavalsactiviteiten in de eigen kern. Enkel wanneer een carnavalsvereniging voornemens is om daadwerkelijk carnavalsactiviteiten te organiseren, kan zij aanspraak maken op subsidie. De subsidie is niet bestemd als schadevergoeding voor carnavalsverenigingen die besluiten geen carnavalsactiviteiten te organiseren ten gevolge van huisvestingsvraagstukken.

Artikel 8 subsidiabele kosten

  • 1.

    Voor subsidie komen uitsluitend redelijke en noodzakelijke kosten in aanmerking die rechtstreeks voortvloeien uit de maatwerkoplossing. Het zijn kosten die het directe gevolg zijn van het niet kunnen organiseren van de carnavalsactiviteiten in het reguliere aanbod in de eigen kern, die niet gemaakt zouden zijn als de activiteiten wel binnen het reguliere aanbod werd georganiseerd. Hierbij kan gedacht worden aan:

    • o

      Huur van een tijdelijk bouwwerk (zoals een tent);

    • o

      Huur van geluid- en multimedia-installaties;

    • o

      Huur van sanitaire voorzieningen;

    • o

      Huur van horeca-inrichting.

    • o

      Huur klimaatregeling;

    • o

      Extra kosten beveiliging en verkeersregeling t.o.v. reguliere organisatie;

    • o

      Extra kosten verzekeringen t.o.v. reguliere organisatie;

    • o

      Extra energiekosten in zoverre dat deze direct gevolg zijn van de maatwerkoplossing;

    • o

      Legeskosten voor het realiseren van de maatwerkvoorziening;

    • o

      Kosten voor het geschikt maken van een accommodatie, die normaliter niet geschikt zou zijn voor het huisvesten van carnavalsactiviteiten, onder de volgende voorwaarden:

      • enkel wanneer deze maatregelen ten behoeve van de maatwerkoplossing zijn;

      • enkel wanneer dit tijdelijke maatregelen of aanpassingen aan de accommodatie betreft;

      • wanneer het maatregelen betreft waarvan redelijkerwijs aangenomen kan worden dat deze een blijvende meerwaarde teweegbrengen voor de aanvrager of de gebruiker of eigenaar van de accommodatie, zijn deze uitgesloten van subsidiëring.

  • 2.

    Wanneer de maatwerkoplossing een extra financieel voordeel voor de aanvrager oplevert wordt dit in mindering gebracht op het totale subsidiebedrag.

Hoofdstuk 2 Aanvraag en verlening

Artikel 9 Eisen aan de aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie voor het carnavalsseizoen 2025-2026 moet uiterlijk drie weken vóór de datum waarop de eerste carnavalsactiviteit van het seizoen plaatsvindt, bij het college zijn ingediend. Aanvragen om subsidie voor de seizoenen 2026-2027 en 2027-2028 moeten uiterlijk acht weken vóór de datum waarop de eerste carnavalsactiviteit van het seizoen plaatsvindt, bij het college zijn ingediend;

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie dient vergezeld te gaan van:

    • a.

      een activiteitenoverzicht;

    • b.

      een exploitatiebegroting met duidelijke uitsplitsing van reguliere kosten en inkomsten en kosten en inkomsten die het gevolg zijn van de maatwerkoplossing.

    • c.

      offertes van gesubsidieerde kosten vanaf €1.000.

Hoofdstuk 3 Verplichtingen

Artikel 10 Algemeen

In aanvulling op de verplichtingen uit de ASV 2017 geldt dat:

  • 1.

    de subsidieaanvrager ten tijde van het plaatsvinden van de carnavalsactiviteiten beschikt over alle benodigde vergunningen en ontheffingen;

  • 2.

    de subsidieaanvrager bij het organiseren van de carnavalsactiviteiten primair gericht is op de kern waarin deze activiteiten plaatsvinden.

Hoofdstuk 4 Vaststelling

Artikel 11 Vaststelling

Ten aanzien van de subsidieverlening op grond van deze regeling geldt dat:

  • 1.

    de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten zijn verricht een aanvraag tot vaststelling indient bij het college;

  • 2.

    de aanvraag tot vaststelling vergezeld gaat van:

    • a.

      een verslag van de uitgevoerde activiteiten;

    • b.

      facturen van gesubsidieerde kosten vanaf €1.000;

    • c.

      een financieel verslag over de subsidiabele periode, met een duidelijke uitsplitsing in reguliere kosten en opbrengsten (die ook zonder de maatwerkoplossing zouden zijn gemaakt/gerealiseerd) en maatwerk gebonden kosten en opbrengsten (die rechtstreeks voortvloeien uit de maatwerkoplossing).

  • 3.

    Indien de subsidieontvanger de gevraagde informatie niet of niet tijdig verstrekt, kan het college besluiten de subsidie geheel of gedeeltelijk lager vast te stellen of in te trekken.

Hoofdstuk 6 Overige bepalingen

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college handelt overeenkomstig deze subsidieregeling, tenzij dat voor de subsidieaanvrager gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de subsidieregeling te dienen doelen.

Artikel 13 Inwerkingtreding en duur

Deze subsidieregeling treedt, na bekendmaking, met terugwerkende kracht in werking op 1 oktober 2025 en heeft een looptijd tot 31 december 2028.

Artikel 14 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Subsidieregeling maatwerk huisvesting carnaval Weert 2026-2028’.

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Weert 25 november 2025.

De secretaris,

de burgemeester,

Naar boven