Gemeenteblad van Roerdalen
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Roerdalen | Gemeenteblad 2025, 499360 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Roerdalen | Gemeenteblad 2025, 499360 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening reinigingsheffingen Roerdalen 2026
De raad van de gemeente Roerdalen heeft;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 september 2025,
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de navolgende “Verordening reinigingsheffingen Roerdalen 2026”:
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder
Minicontainer: een door of namens het college van burgemeester en wethouders ter beschikking gestelde voorziening ten behoeve van de opslag van afvalstoffen niet zijnde gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in artikel 1.1 eerste lid van de Wet milieubeheer, met een inhoud van 240 liter of minder.
Verzamelcontainer: een door of namens het college van burgemeester en wethouders ter beschikking gestelde voorziening bij o.a. hoogbouw, appartementen en seniorenhofjes ten behoeve van de opslag van afvalstoffen niet zijnde gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in artikel 1.1 eerste lid van de Wet milieubeheer, met een inhoud van 500 liter of minder.
Gft-afval: groente-, fruit- en tuinafval
Restafval: huishoudelijke afvalstoffen zijnde niet gescheiden.
‘gebruikmaken’ in hoofdstuk II Afvalstoffenheffing: gebruikmaken in de zin van artikel 15.33 van de Wet milieubeheer grof bedrijfsafval: afvalstoffen, met uitzondering van autowrakken, afkomstig van bedrijven en instellingen, welke door aard, omvang of hoeveelheid niet periodiek worden ingezameld.
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt, dan wel het aanbieden van afvalstoffen bij het Milieupark als bedoeld in Hoofdstuk 2, onderdelen 2.5 tot en met 2.9, van de tarieventabel behorende bij deze verordening.
Artikel 6 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Indien tijdens enige inzamelbeurt door een calamiteit of door een technische storing de minicontainerherkenningsapparatuur of de minicontainerregistratieapparatuur op het inzamelvoertuig of de middelen waarmee de gegevens van de geledigde minicontainers worden opgeslagen niet naar behoren functioneren, wordt de lediging voor het restafval niet meegeteld voor het berekenen van de belasting als bedoeld in eerste lid.
Percelen die een afvalcontainer in bruikleen hebben kunnen tevens gebruikmaken van een verzamelcontainer. Bij gebruik van de verzamelcontainer in deze situatie geldt naast het vaste bedrag, zoals bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.1 van de tarieventabel, en het bedrag per lediging van de container, zoals bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.4 van de tarieventabel, ook het bedrag per inworp in de ondergrondse container, zoals bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.4 van de tarieventabel.
Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel wordt geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 9 Reductie heffing medisch afval
De belastingplichtige als bedoeld in artikel 5, eerste lid, komt in aanmerking voor vermindering van de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.4, van de tarieventabel indien de belastingplichtige als gevolg van chronische ziekte of handicap dan wel chronische ziekte of handicap van personen die behoren tot zijn of haar huishouden, extra afval moet aanbieden aan de gemeentelijke inzameldienst.
De belastingplichtige die in aanmerking wil komen voor vermindering op grond van het eerste lid, dient uiterlijk binnen 6 maanden na dagtekening van de opgelegde belasting, zoals bedoeld in het eerste lid, een daartoe strekkend verzoek in te dienen bij de heffingsambtenaar. Bij dit verzoek dient een schriftelijke verklaring van de huisarts of medisch specialist te worden overlegd, waaruit blijkt dat als gevolg van een chronische ziekte of handicap extra afval wordt aangeboden.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing van de in het eerste lid bedoelde belasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Voor de beoordeling van de vraag tot welke tariefgroep een belastingplichtige behoort geldt als peildatum 1 januari van het belastingjaar. Indien de belastingplicht aanvangt in de loop van het belastingjaar geldt als peildatum voor het resterend deel van het belastingjaar het tijdstip van aanvang van de belastingplicht.
Artikel 12 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van een of meerdere op een aanslagbiljet vermelde aanslagen niet hoger is dan € 20.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste vier en ten hoogste tien bedraagt.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruikmaakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 18 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang
Voor de beoordeling van de vraag tot welke tariefgroep een belastingplichtige behoort geldt als peildatum 1 januari van het belastingjaar. Indien de belastingplicht aanvangt in de loop van het belastingjaar geldt als peildatum voor het resterend deel van het belastingjaar het tijdstip van aanvang van de belastingplicht.
Artikel 19 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van een of meerdere op een aanslagbiljet vermelde aanslagen niet hoger is dan € 20.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste vier en ten hoogste tien bedraagt.
Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen
Artikel 20 Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening reinigingsheffingen Roerdalen 2025” van 12 december 2024, of zoals laatstelijk gewijzigd, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 6 november 2025.
De gemeenteraad van Roerdalen,
De griffier,
mr. M. Heijnens-Coenjaerts
De voorzitter,
ing. J.M.A. van Agtmaal
Bijlage 1: Tarieventabel behorende bij de Verordening reinigingsheffingen Roerdalen 2026.
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1 Maatstaf en tarief afvalstoffenheffing
Het belastingbedrag per perceel per belastingjaar is afhankelijk van het grootste minicontainervolume voor restafval dat op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht in bruikleen is:
Als geen containers in bruikleen zijn bedraagt het belastingbedrag € 268,--
Indien sprake is van een woning met bedrijfsgedeelte en afvoer van afvalstoffen plaatsvindt via een bedrijfsafvalcontainer, en voor de afvoer van restafvalstoffen en GFT-afval geen gebruik wordt gemaakt van een container als bedoeld in onderdeel 1.4 wordt geen belasting geheven als bedoeld in onderdeel 1.4.
Hoofdstuk 2 Overige tarieven afvalstoffenheffing
Ophalen afval aan huis op verzoek.
Het tarief voor het aan huis ophalen van grof groenafval inclusief stronken bedraagt:
€ 20,-- voor 4 m³ of een gedeelte ervan. Het basisbedrag van € 20,-- wordt verhoogd met € 5,-- voor iedere m³ meer dan 4 m³.
Dit tarief geldt ook voor het ter plaatse versnipperen van groenafval met achterlaten van de snippers voor de aanvrager.
Hoofdstuk 3 Maatstaf en tarief reinigingsrecht.
Hoofdstuk 4 Overige tarieven reinigingsrechten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-499360.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.