Burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede,
gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) en de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW).
Overwegende:
dat de Overmaatweg is gelegen buiten de bebouwde kom van Enschede en in beheer is bij de gemeente Enschede;
dat dit een weg is als bedoeld in artikel 1, lid 1 onder b van de WVW 1994;
dat de wegencategorisering in Enschede aansluit op de categorisering zoals opgenomen in het landelijke programma Duurzaam Veilig;
dat de Overmaatweg gecategoriseerd is als erftoegangsweg;
dat op een erftoegangsweg de verkeersfunctie ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie;
dat aan de Overmaatweg het theehuis ‘Sprakel in ‘t Bos’ is gevestigd;
dat het pand in 2004 is aangewezen als gemeentelijk monument en een cultuurhistorische waarde heeft;
dat nabij het pand meerdere soortgelijke gebouwen staan;
dat de omgeving zodanig is ingericht dat sprake is van een verkeersluw verblijfsgebied;
dat voor bezoekers van de horecagelegenheid en de nabije omgeving een aantal parkeerplaatsen voor auto’s en fietsen zijn aangelegd ter hoogte van de zijweg Sprakelweg;
dat het gewenst is om door middel van een parkeerverbodszone de pleinachtige omgeving ter hoogte van de horecagelegenheid vrij te houden van geparkeerde auto’s en daarmee de aantasting van het karakter of van de functie van dit object en de nabije omgeving tegen te gaan;
dat dit wordt gerealiseerd door het plaatsen van verkeersborden E1 begin/einde zone van bijlage 1 van het RVV 1990 op de Overmaatweg ter hoogte van het weggedeelte tussen de Sprakelweg en de fysieke afsluiting;
dat het nemen van een verkeersbesluit volgens artikel 15 van de WVW 1994 vereist is indien:
- •
door plaatsing of verwijdering van verkeerstekens of onderborden, een gebod of verbod wordt ingesteld of aangepast;
- •
fysieke voorzieningen op de weg worden aangebracht of verwijderd;
dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het plaatsen of verwijderen van borden E1 van bijlage 1 van het RVV 1990 een verkeersbesluit is vereist;
dat gelet op artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994 het college van burgemeester en wethouders van Enschede bevoegd is verkeersbesluiten te nemen voor deze wegen;
dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor genoemde verkeersmaatregel strekt tot het verzekeren van de veiligheid op de weg;
dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor genoemde verkeersmaatregel voorts strekt tot het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden;
dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer in het geding komt bij het treffen van deze verkeersmaatregelen;
dat het waarborgen van de vrijheid van verkeer, gelet op de hiervoor genoemde overwegingen, in dit geval van ondergeschikt belang wordt geacht omdat in de directe nabijheid parkeerplaatsen zijn aangelegd en de reikwijdte van de maatregel klein is waardoor de maatregel slechts in geringe mate een beperkende invloed heeft op de vrijheid van het verkeer;
dat het treffen van een dergelijke verkeersmaatregelen een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee eenieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;
dat de in dit verkeersbesluit genoemde maatregelen niet leiden tot een toename van de geluidsbelasting afkomstig van het wegverkeerslawaai, zoals bedoeld in artikel 21a van het BABW, op geluidsgevoelige gebouwen;
dat met betrekking tot het uitvoeren van deze verkeersmaatregelen overleg is gevoerd met de gemandateerde verkeersadviseur van de politie ingevolge artikel 24 van het BABW 1990, deze een positief advies heeft afgegeven en de handhaafbaarheid van de maatregelen als gevolg daarvan gewaarborgd is.