Verordening op de vertrouwenscommissie Lingewaard 2025

OP 1 oktober 2025 heeft de gemeenteraad de Verordening op de vertrouwenscommissie 2025 vastgesteld. Gelijktijdig is de verordening op de vertrouwenscommissie 2019 ingetrokken.

 

De raad van de gemeente Lingewaard;

 

gelezen het voorstel van de raadsgriffier van de gemeente Lingewaard d.d. 25 september 2025;

 

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet, de Archiefwet 1995 en het Archiefbesluit 1995, alsmede de circulaire Benoeming, functioneringsgesprekken en herbenoeming burgemeester van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

 

besluit:

 

vast te stellen de Verordening op de vertrouwenscommissie Lingewaard 2025

Artikel 1. Taak

De commissie heeft tot taak:

  • a.

    de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming van de burgemeester voor te bereiden;

  • b.

    een klankbordgesprek te houden met de burgemeester.

Artikel 2. Samenstelling commissie

  • 1.

    De commissieleden worden door de raad uit zijn midden benoemd. De omvang van de commissie bedraagt maximaal één raadslid per in de raad vertegenwoordigde fractie.

  • 2.

    Indien de gemeenteraad niet heeft bepaald wie voorzitter en plaatsvervangend voorzitter van de commissie is, kiest de commissie deze uit haar midden; in principe zal de voorzitter van de commissie het raadslid zijn dat tevens plaatsvervangend raadsvoorzitter is.

  • 3.

    De commissie kent geen plaatsvervangende leden, maar de samenstelling kan wel tussentijds worden aangepast.

Artikel 3. Ambtelijke ondersteuning

  • 1.

    De raadsgriffier is de secretaris van de commissie en geeft ambtelijke ondersteuning aan de commissie. De raad kan een griffiemedewerker aanwijzen als plaatsvervangend secretaris.

  • 2.

    De raad kan de gemeentesecretaris ter ambtelijke ondersteuning toevoegen aan de commissie.

  • 3.

    De in het eerste en tweede lid genoemde functionarissen zijn geen lid van en hebben geen stemrecht in de commissie.

Artikel 4. Adviseur

  • 1.

    De gemeenteraad kan een wethouders als adviseur aan de commissie toevoegen in verband met de vervulling van de in artikel 1 onder a genoemde taken.

  • 2.

    De adviseur wordt uitgenodigd voor de vergaderingen van de commissie.

  • 3.

    Een adviseur is geen lid van, en heeft geen stemrecht in, de commissie.

Artikel 5. Geheimhouding

  • 1.

    De vergaderingen van de commissie zijn besloten. Alle stukken van de commissie zijn geheim. Dit wordt op de stukken vermeld.

  • 2.

    De (fungerend) voorzitter van de commissie wijst bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure in elke vergadering op de geheimhoudingsplicht, die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van de Gemeentewet.

  • 3.

    De commissie legt bij de klankbordgesprekken in elke vergadering en elk gesprek, met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering of het gesprek. De (fungerend) voorzitter van de commissie ziet erop toe dat hieraan wordt voldaan.

  • 4.

    De geheimhoudingsplicht brengt onder meer mee dat aan raadsleden, die geen zitting (meer) hebben in de commissie, en aan anderen, behoudens het bepaalde in de artikelen 9, vierde lid, 10, tweede lid, en 11 van deze verordening, geen inzage in, of informatie omtrent de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het gesprek wordt verstrekt.

  • 5.

    De commissie treft, met inachtneming van de artikelen 7, 8, tweede lid, en 14 van deze verordening, een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de geheimhouding blijft gewaarborgd bij het beheer van bescheiden, het voeren van correspondentie en bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken.

  • 6.

    De commissie en de gemeenteraad kunnen de geheimhouding waartoe de Gemeentewet, respectievelijk zullen de geheimhouding waartoe het derde lid van dit artikel verplicht, niet opheffen.

  • 7.

    De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 8.

    Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de (plaatsvervangend) secretaris en, indien van toepassing, de adviseur.

Artikel 6. Vergaderingen

  • 1.

    De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste 2 leden dit noodzakelijk achten.

  • 2.

    De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering. De voorzitter doet van elke vergadering tenminste vierentwintig uur tevoren aankondiging aan de leden van de commissie, indien een adviseur aan de commissie is toegevoegd, de adviseur en, indien het gesprek met hem plaatsvindt, de burgemeester. Indien bijzondere omstandigheden een spoedige bijeenkomst van de commissie vergen, kan van de genoemde termijn van vierentwintig uur worden afgeweken.

  • 3.

    De commissie vergadert niet als niet tenminste de helft plus één van het aantal leden aanwezig is.

  • 4.

    De commissie besluit bij de voorbereiding van een aanbeveling bij meerderheid van uitgebrachte stemmen, waarbij elk lid één stem heeft. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen, wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de commissie, maar de verschillende meningen in het verslag opgenomen. De commissie streeft naar unanimiteit. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag tot uitdrukking gebracht.

Artikel 7. Contactpersoon bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure

  • 1.

    De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon.

  • 2.

    Alle stukken bestemd voor de commissie worden onder vermelding van ‘persoonlijk en geheim’ gericht aan de voorzitter en gezonden aan de secretaris en aldaar bewaard tot het moment van archivering.

  • 3.

    Alle stukken die van de commissie uitgaan worden, onder vermelding van ‘persoonlijk en geheim’, door de voorzitter en de secretaris ondertekend en door de secretaris verzonden.

Artikel 8. Bijzondere bepalingen over de benoemingsprocedure

  • 1.

    De Gemeentewet bepaalt in artikel 61 lid 4 dat de commissie zich slechts door tussenkomst van de Commissaris van de Koning de door haar nodig geachte informatie over de kandidaten verschaft. Elk overleg met derden, schriftelijk of mondeling, is uitgesloten.

  • 2.

    De secretaris nodigt, op verzoek van de commissie, de kandidaten uit voor een gesprek met de commissie. De commissie treft voorzieningen met betrekking tot de wijze waarop de privacy van de sollicitanten wordt beschermd, bijvoorbeeld door de plaats en het tijdstip van de gesprekken zodanig te kiezen dat de vertrouwelijkheid van de gesprekken is gewaarborgd.

  • 3.

    Alle stukken die van de commissie uitgaan worden, tenzij elders in deze verordening anders bepaald, ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de vertrouwenscommissie.

Artikel 9. Bijzondere bepalingen over klankbordgesprekken

  • 1.

    Een commissie houdt minimaal eens per jaar een klankbordgesprek met de burgemeester.

  • 2.

    Indien de fractievoorzitters dan wel de burgemeester de wens daartoe kenbaar maken, houdt een commissie tussentijds een klankbordgesprek met de burgemeester.

  • 3.

    In het eerste jaar na benoeming van een nieuwe burgemeester vindt tevens een 100-dagengesprek plaats.

  • 4.

    De commissie maakt vooraf kenbaar aan de burgemeester bij wie zij informatie zal inwinnen over het functioneren van de burgemeester. De commissie en de burgemeester stellen in onderling overleg de agenda voor het functioneringsgesprek vast. De commissie en de burgemeester krijgen voorafgaand aan het gesprek de gelegenheid, voor zover van toepassing, het verslag van het vorige klankbordgesprek in te zien.

  • 5.

    Het gesprek is wederkerig. Zowel het functioneren van de burgemeester als het functioneren van de gemeenteraad zijn onderwerp van gesprek. De commissie toetst het functioneren van de burgemeester in elk geval aan de profielschets, de wettelijke taken van de burgemeester alsmede de andere aan de burgemeester toebedeelde taken. Tevens wordt getoetst aan het verslag van en de afspraken uit het vorige klankbordgesprek.

  • 6.

    Drie van de klankbordgesprekken worden gevoerd in ieder geval vier weken voorafgaand aan het klankbordgesprek dat de Commissaris van de Koning met de burgemeester heeft.

  • 7.

    In het laatste klankbordgesprek voor de start van de herbenoemingsprocedure geeft de commissie de burgemeester desgewenst een indicatie of herbenoeming op dat moment naar verwachting al dan niet op obstakels zal stuiten.

  • 8.

    Alvorens het verslag van een klankbordgesprek vast te stellen, krijgt de burgemeester de gelegenheid te reageren op het concept.

  • 9.

    Het door de commissie vastgestelde verslag wordt getekend door de voorzitter van de vertrouwenscommissie en de burgemeester.

  • 10.

    Raadsleden kunnen het verslag onder geheimhouding inzien bij de raadsgriffier. Het verslag wordt niet openbaar gemaakt. Wel wordt een afschrift van het verslag ter kennisname toegezonden aan de Commissaris van de Koning en de burgemeester.

Artikel 10. Bijzondere bepalingen over de herbenoemingsprocedure

  • 1.

    De commissie formuleert de informatiebronnen op basis waarvan zij zich een oordeel vormt over het functioneren van de burgemeester. Deze informatiebronnen maakt zij vooraf kenbaar aan de burgemeester.

  • 2.

    Alvorens haar verslag van bevindingen aan de gemeenteraad en Commissaris van de Koning te zenden, bespreekt de commissie dit met de burgemeester. Van het gesprek wordt een verslag opgemaakt dat niet openbaar wordt gemaakt; dit verslag wordt onder geheimhouding wél aan de Commissaris van de Koning toegezonden.

  • 3.

    Indien terzake van het functioneren van de burgemeester in het in de vorige zin bedoelde overleg afspraken worden gemaakt tussen de commissie en de burgemeester, worden deze in het verslag aan de gemeenteraad vermeld. De commissie zendt het verslag ook aan de burgemeester.

Artikel 11. Verslag (her)benoemingsprocedure

De commissie brengt over haar werkzaamheden ter zake van de voorbereiding van de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming verslag uit aan de gemeenteraad en de Commissaris van de Koning door middel van een verslag van bevindingen. Dit schriftelijke en geheime verslag bevat tenminste:

  • a.

    een weergave van de wijze waarop de commissie haar werkzaamheden heeft verricht;

  • b.

    een gemotiveerde weergave van de bevindingen van de commissie; bij benoemingen wordt in het verslag van bevindingen ook de volgorde van plaatsing van de kandidaten op de aanbeveling gemotiveerd;

  • c.

    aangegeven wordt of er sprake is van unanimiteit binnen de commissie;

    en heeft in ieder geval de volgende bijlagen:

  • d.

    bij benoemingen: de gemotiveerde conceptaanbeveling van twee personen;

  • e.

    bij herbenoemingen: het verslag van het gesprek met de burgemeester over het conceptverslag van bevindingen en de gemotiveerde conceptaanbeveling.

Artikel 12. Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorziet, beslist de commissie.

Artikel 13. Ontbinding van de commissie

De commissie is ontbonden met ingang van de dag volgende op die waarop:

  • -

    bij benoeming: door de minister van BZK aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat in de vacature van burgemeester is voorzien;

  • -

    bij een klankbordgesprek: het verslag van het klankbordgesprek is vastgesteld;

  • -

    bij herbenoeming: door de minister van BZK aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat de voordracht van de minister van BZK door een Koninklijk besluit is gevolgd.

Artikel 14. Archivering

  • 1.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat op het tijdstip bedoeld in artikel 13 alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als "geheim" worden overgebracht naar de op grond van artikel 31 van de Archiefwet door de gemeenteraad aangewezen archiefbewaarplaats.

  • 2.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1 sub a en c, van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

  • 3.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden vernietigd.

  • 4.

    De secretaris draagt bij klankbordgesprekken zorg voor een afdoende vertrouwelijke archivering van de stukken, waaronder het afschrift van het vastgestelde verslag.

Artikel 15. Aanhalingstitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de vertrouwenscommissie Lingewaard 2025.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag volgend op die van haar bekendmaking, waarmee de Verordening op de vertrouwenscommissie, vastgesteld op 17 december 2019, vervalt.

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 1 oktober 2025.

De raad voornoemd,

de griffier,

P.J. Peters

Toelichting op de Verordening op de vertrouwenscommissie Lingewaard 2025

Deze toelichting is de tekst van de verordening uit 2019. Bij de toelichting op artikel 3 is in het rood de wijziging genoemd.

 

Artikel 1. Taak

De taak van de commissie spreekt voor zich:

  • a.

    de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming van de burgemeester voor te bereiden;

  • b.

    een klankbordgesprek te houden met de burgemeester.

Artikel 2. Samenstelling commissie

Samenstelling

De gemeenteraad bepaalt de samenstelling van de commissie en bepaalt of elke fractie in de commissie is vertegenwoordigd. Veelal is de samenstelling van de commissie die functioneringsgesprekken met de burgemeester voert anders, beperkter, van aard dan die van de commissie die de aanbeveling tot benoeming of herbenoeming van de burgemeester voorbereidt. Dit, om bij functioneringsgesprekken het ‘tribunaaleffect’ te vermijden. Het ‘tribunaaleffect’ kan bij grotere commissies overigens ook iets worden afgezwakt door woordvoerders aan te wijzen. De verordening geeft daarom de mogelijkheid om de samenstelling van de commissie van taak tot taak – benoeming, functioneringsgesprek en herbenoeming – te laten variëren. De commissie wordt op grond van artikel 13 na afronding van haar taak ontbonden. Er hoeft dus niet steeds een nieuwe verordening te worden vastgesteld; alleen wordt bij elke nieuwe taak een nieuwe commissie ingesteld. Indien de voorkeur uitgaat naar een vaste commissie, die de functioneringsgesprekken met de burgemeester voert, kan de verordening daarop worden aangepast.

Raadslidmaatschap

De commissie bestaat uit raadsleden. Dit brengt mee dat het lidmaatschap van de commissie eindigt bij beëindiging van het raadslidmaatschap. Bij tijdelijke beëindiging van het raadslidmaatschap, bijvoorbeeld bij tijdelijke vervanging wegens ziekte, kan het commissielidmaatschap herleven zodra het raadslidmaatschap herleeft, tenzij de betrokkene in de commissie inmiddels blijvend is vervangen door een ander raadslid.

Gelet op de praktijk in Lingewaard is de voorzitter van de commissie in principe een raadslid dat tevens plaatsvervangend raadsvoorzitter is.

Geen plaatsvervangende leden

Deze bepaling is opgenomen om te voorkomen dat de commissie een ‘duiventil’ wordt. In geval toch een keer een commissielid moet worden vervangen, kan de samenstelling tussentijds worden aangepast.

 

Artikel 3. Ambtelijke ondersteuning

Plaatsvervanging commissiesecretaris

In de modelverordening wordt uitgegaan van een eventuele toevoeging van de gemeentesecretaris ter ambtelijke ondersteuning aan de commissie, waar het gaat over de benoeming en herbenoeming. In de oude verordening werd nog uitgegaan van de mogelijkheid om de gemeentesecretaris als adviseur toe te voegen aan de vertrouwenscommissie. Op grond van de Circulaire benoeming, klankbordgesprekken en herbenoeming burgemeester, welke op 1 oktober 2017 van kracht is geworden, is dit laatste niet meer mogelijk en resteert uitsluitend de toevoegingsmogelijkheid zoals in de eerste volzin van deze alinea is aangegeven.

De plaatsvervanging van de griffier als ambtelijke ondersteuning van de commissie is geregeld binnen de raadsgriffie; aangezien de raadsgriffier een plaatsvervanger heeft is dat primair degene die ook in dit geval voor hem in de plaats treedt. Daarnaast is in de praktijk gebleken dat het bijstaan van de griffier door een griffiemedewerker tijdens de sollicitatiegesprekken van de vertrouwenscommissie van groot belang is. Dat is de reden om dezelfde ondersteuningsbepaling ook in deze versie van de verordening te handhaven. Bij wijziging van artikel 3 wordt nu de vervanging van de griffier expliciet geregeld.

 

Artikel 4. Adviseur

Bij klankbordgesprekken ligt het niet voor de hand een of meer wethouders als adviseur aan de commissie toe te voegen; zij worden vaak al door de commissie als informant naar hun mening gevraagd. Dat is er de reden van dat een mogelijk adviseurschap is beperkt tot benoemings- en herbenoemingsprocedures.

 

Artikel 5. Geheimhouding

Wettelijke geheimhoudingsplicht

Strikt genomen is het overbodig om een geheimhoudingsplicht in het kader van de benoemings- en herbenoemingsprocedure in een verordening op te nemen en daarop bij de start van elke vergadering uitdrukkelijk te laten wijzen, als die rechtstreeks voortvloeit uit de (in dit geval: Gemeente)wet. Dat dit toch gebeurt, is omdat de praktijk uitwijst dat de geheimhoudingsplicht niet vaak genoeg kan worden benadrukt.

De geheimhoudingsplicht omvat alle informatie, niets uitgezonderd: hetgeen tijdens de vergadering is gewisseld, de stukken (de in artikel 11, eerste lid bedoelde verslagen inbegrepen) en alle andere informatie die langs welke weg ook de commissie bereikt.

De geheimhoudingsplicht strekt zich uit tot de leden van de commissie, alsmede tot degenen die ambtelijke ondersteuning verlenen en, indien van toepassing, de adviseur en de gemeentesecretaris. Vanwege de gevoeligheid van de informatie, alsmede vanwege de mogelijke strafrechtelijke consequenties van de schending van deze plicht, wordt aan het begin van de vergadering door voorzitter van de vergadering op de geheimhoudingsplicht gewezen.

De geheimhoudingsplicht brengt onder meer met zich dat aan raadsleden die geen zitting (meer) hebben in de commissie en aan anderen geen inzage in, of informatie omtrent de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het gesprek wordt verstrekt.

Voor wat betreft de klankbordgesprekken wordt gebruik gemaakt van de geheimhoudingsmogelijkheid op grond van artikel 86 van de Gemeentewet, nu het gaat om de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer, zoals bedoeld in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

 

Artikel 6. Vergaderingen

Bij de formulering in het eerste lid 1 is er voor gekozen om tot uitdrukking te brengen dat de commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste 2 leden dit noodzakelijk achten. Dit aantal is gelijk aan andere bepalingen in Lingewaard (b.v. de Wabo-/Wro-afspraken) om stukken in de raad te kunnen bespreken. Natuurlijk wordt een uitnodiging voor een vergadering tijdig kenbaar gemaakt, maar voor voorkomende bijzondere gevallen is een spoedbijeenkomst mogelijk gemaakt.

 

Artikel 7. Contactpersoon bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure

Contactpersoon

Het eerste lid van deze bepaling doet vanzelfsprekend niets af aan de geheimhoudingsplicht. De geheimhouding dient zeer strikt in acht te worden genomen. Sommige raadsgriffiers kiezen ervoor niets per post en per e-mail te versturen, maar alles te laten lopen via terinzagelegging en, in het algemeen, zo min mogelijk op papier te zetten. Om de griffier zelf de meest geëigende weg te laten bepalen om met deze bepalingen om te gaan, is de plicht om post via een privéadres te laten verlopen uit dit artikel gehaald.

 

Artikel 8. Bijzondere bepalingen over de benoemingsprocedure

Geen opmerkingen

 

Artikel 9. Bijzondere bepalingen over klankbordgesprekken

Klankbordgesprekken

In de vorige verordening werd gesproken over 'functioneringsgesprekken', maar vanaf de inwerkingtreding van de meergenoemde circulaire, zijn dat 'klankbordgesprekken' geworden.

Het belang van klankbordgesprekken staat buiten kijf. De houding waarin dergelijke gesprekken niet nodig worden bevonden, is vrijwel verdwenen. Het burgemeestersambt ontwikkelt zich steeds meer tot een politieke functie en de burgemeester ligt steeds vaker onder vuur. Aanbevelingen tot niet-herbenoeming brengen grote bestuurlijke en persoonlijke schade mee die koste wat kost moet worden voorkomen. Dit pleit voor het creëren van een cultuur, waarin regelmatige onderlinge reflectie op het functioneren van burgemeester en gemeenteraad uitmondt in formele klankbordgesprekken. Mocht na een aantal jaren blijken dat de samenwerking ondanks pogingen daartoe toch niet naar wens functioneert dan kan tijdig worden gesproken over de toekomst en kan de Commissaris van de Koning tijdig worden ingeseind.

Frequentie

Geadviseerd wordt in ieder geval jaarlijks het functioneren van de burgemeester te bespreken, als opmaat naar de herbenoeming. Zo kunnen eventuele problemen tijdig worden opgepakt en besproken of kan worden geconstateerd dat er op dezelfde weg kan worden doorgegaan, omdat het goed gaat. Het klankbordgesprek wint aan kracht als het het karakter heeft van gezamenlijke reflectie op het functioneren van het bestuur en de rol van de burgemeester daarin. Vaak vindt een eerste 100-dagengesprek plaats. Ook daarvoor geldt dan deze verordening. Conform de aanbeveling in de modelverordening is een bepaling opgenomen die ertoe leidt dat de klankbordgesprekken met de raad zoveel als mogelijk worden afgestemd op de gesprekken die de burgemeester met de commissaris van de Koning heeft over de ontwikkelingen in het functioneren van de burgemeester.

Voorbereiding en informatiebronnen

Een goed klankbordgesprek valt of staat met een goede voorbereiding. De commissie bepaalt daarom de informanten en deelt dit mee aan de burgemeester.

Als vertrekpunt zijn in ieder geval relevant de profielschets bij benoeming en de wettelijke taken van de burgemeester, te weten zijn voorzitterschap van raad en college en zijn taken als eenhoofdig orgaan, in het bijzonder zijn verantwoordelijkheid voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid. En verder zijn eventuele portefeuille als lid van het college. In deze voorbereiding kan worden gesproken met een of meer leden van het college, een samenwerkingspartner op het gebied van OOV, de gemeentesecretaris, de raadsgriffier en natuurlijk ook met medewerkers uit de organisatie die vanuit hun werk veel te maken hebben met de burgemeester.

Van al deze gesprekken worden verslagen opgemaakt. Die verslagen vormen de basis voor het volgende klankbordgesprek. Door ruimte voor inbreng van de kant van de burgemeester wint het gesprek aan kracht.

 

De verslaglegging

Het verslag kan bondig en beknopt zijn, ook puntsgewijs. Wel is van belang dat het verslag een goed beeld geeft van het gesprek en de gemaakte afspraken, zodat degenen die het volgende klankbordgesprek voeren alsmede de commissaris van de Koning zich een goed beeld daarvan kunnen vormen. Daarom is het van belang ook de sfeer te schetsen, waarin het gesprek plaatsvond.

De raadsleden die niet hebben deelgenomen aan de klankbordgesprekken moeten op enig moment kennis kunnen nemen van het verslag omdat het immers een aanloop is naar besluitvorming over een aanbeveling tot herbenoeming, en het gesprek over de herbenoeming plaatsvindt tussen de commissaris en raad als geheel en niet slechts de leden van de raad die de klankbordgesprekken hebben gevoerd. Wat in het klankbordgesprek gewisseld wordt, behoort tussen de raad en de burgemeester te blijven. Dat maakt dat het verslag dat van dat gesprek gemaakt wordt niet openbaar wordt gemaakt (vgl. artikel 61c van de Gemeentewet).

De Commissaris van de Koning

Het is te adviseren om bij serieuze kritiek op het functioneren dit vroegtijdig met de Commissaris van de Koning te bespreken. De raadsgriffier die een goed contact onderhoudt met het kabinet van de Commissaris van de Koning kan c.q. zal hierin een adviserende of intermediaire rol vervullen.

 

Artikel 10. Bijzondere bepalingen over de herbenoemingsprocedure

Informatie over en gesprek met de burgemeester

De informatiebronnen die de vertrouwenscommissie gebruikt bij het komen tot een aanbeveling inzake de herbenoeming dienen voor zowel de burgemeester, de gemeenteraad als de commissaris van de Koning, vooraf helder te zijn. De bevindingen die de commissie doet, dienen met de burgemeester besproken te worden. Net als bij de klankbordgesprekken zijn ook hier in ieder geval relevant de profielschets bij benoeming en de wettelijke taken van de burgemeester. Het gaat daarbij om zijn voorzitterschap van raad en college en zijn taken als eenhoofdig orgaan en in het bijzonder zijn verantwoordelijkheid voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid. En verder zijn eventuele portefeuille als lid van het college.

Ook hier kan uw raadsgriffier, net zoals bij de toelichting op het vorige artikel is omschreven, een rol spelen.

 

Artikel 11. Verslag (her)benoemingsprocedure

Opbouw van het verslag van bevindingen

Het is van belang er zorg voor te dragen dat het verslag voldoende onderbouwing bevat van de visie van de commissie, nu de gemeenteraad op basis van het verslag van bevindingen besluit over de aanbeveling. Het verslag bevat in ieder geval een weergave van de wijze waarop de commissie haar werkzaamheden heeft

verricht, alsmede een concept aanbeveling met een gemotiveerde weergave van de bevindingen van de commissie.

Bij benoeming

  • 1.

    Proces: In een inleiding wordt vermeld hoe de vacature is ontstaan. Er wordt informatie gegeven over de samenstelling van de vertrouwenscommissie en (belangrijke eisen uit) de profielschets en hoe die te lezen is in het licht van het in de profielschetsvergadering verhandelde. Na informatie over de openstelling van de vacature en procedurele informatie over de ontvangst van de selectie van kandidaten van de Commissaris van de Koning kan het onderdeel 'proces' worden afgesloten met procedurele informatie over de opzet van de selectiegesprekken en eventuele assessments. Dit hoofdstuk bevat dus uitsluitend procedurele informatie.

  • 2.

    Bevindingen: In het verslag wordt chronologisch de inhoud en het verloop van alle beraadslagingen in, en gesprekken door, de commissie verwerkt. De bevindingen met betrekking tot de afzonderlijke kandidaten kunnen desgewenst geanonimiseerd worden gepresenteerd. De kandidaten worden dan bijvoorbeeld aangeduid door letters. De namen van de kandidaten die op de conceptaanbeveling staan, worden vanzelfsprekend wel genoemd. Zij worden uitgebreider besproken. Afgesloten wordt met een advies over welke twee kandidaten in welke volgorde op de aanbeveling zouden moeten staan. Deze conclusie wordt onderbouwd en aangegeven wordt of de commissie unaniem is in dit voorstel. Indien kandidaten zich gedurende de procedure terugtrekken, wordt de reden daarvan vermeld in het verslag.

  • 3.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en secretaris van de commissie.

Bij herbenoeming

Sommige herbenoemingsprocedures lopen vlekkeloos. Soms gaat het moeilijker. Als stelregel geldt dat het hele verloop van de procedure zowel procedureel als inhoudelijk in het verslag van bevindingen zijn weerslag krijgt. De opbouw van het verslag van bevindingen kan er bijvoorbeeld als volgt uitzien:

  • 1.

    Proces: Na een inleiding volgt procedurele informatie over de samenstelling van de raadscommissie, die de aanbeveling heeft voorbereid en over de functioneringsgesprekken (frequentie, gesprekspartners) die gedurende de ambtstermijn met de burgemeester zijn gehouden.

  • 2.

    Dan volgt chronologisch inhoudelijke informatie over de werkzaamheden van de commissie en over de inhoud van de met informanten en de burgemeester gevoerde gesprekken. Ook de aard en inhoud van eventuele tussentijdse contacten met de Commissaris van de Koning wordt vermeld.

  • 3.

    Bevindingen: In het verslag wordt kort de inhoud en het verloop van alle beraadslagingen in, en gesprekken door, de commissie verwerkt. Bevindingen met betrekking tot het functioneren van de burgemeester kunnen bijvoorbeeld worden geordend naar criteria uit de profielschets en afspraken uit functioneringsgesprekken. Afgesloten wordt met een conclusie.

  • 4.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en secretaris van de commissie.

Artikel 12. Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorziet, beslist de commissie zelf.

 

Artikel 13. Ontbinding van de commissie

Geen opmerkingen

 

Artikel 14. Archivering

Digitale bestanden in de benoemings- en herbenoemingsprocedure

De Archiefwet 1995 en het Archiefbesluit 1995 maken geen onderscheid naar de vorm van bescheiden en zijn dus zowel op papieren als op digitale bescheiden van toepassing. Ingeval er sprake is van digitale bestanden en bij de door de gemeente aangewezen archiefbewaarplaats de mogelijkheid bestaat tot digitale opslag dienen de daarvoor geldende regels te worden gevolgd en moet op overeenkomstige wijze de geheimhouding van de betrokken bescheiden worden gegarandeerd.

 

Artikel 15. Aanhalingstitel en inwerkingtreding

In afwijking van de modelverordening is ook de aanhalingstitel van de verordening hier opgenomen.

Naar boven