Nadere regels voor het maken of veranderen van uitwegen

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE PEEL EN MAAS

 

Gelet op het bepaalde in artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Gemeente Peel en Maas;

 

Overwegende dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen voor het maken en veranderen van uitwegen

 

 

BESLUITEN:

 

 

Vast te stellen:

 

Nadere regels voor het maken of veranderen van uitwegen

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

 

  • 1.

    Uitweg: aansluitingen van een (privé)terrein op een voor het openbaar verkeer openstaande weg met een in-/uitritconstructie.

Artikel 2 toetsingscriteria voor een uitweg

  • 1.

    Per perceel, per woning of per bedrijf mag in principe één uitweg worden aangelegd.

  • 2.

    Aansluitend op de uitweg moet op het eigen terrein haaks op de rijbaan voldoende ruimte zijn om voertuigen volledig op eigen terrein te parkeren. Minimaal een vrije ruimte van 5 meter diep.

  • 3.

    Voor de breedte van een uitweg hanteren we de hoofdregel:

    • a.

      één uitweg per perceel met een maximale breedte van 4 meter;

    • b.

      één uitweg bij een bedrijfsuitweg met een breedte maximaal 8 meter;

    • c.

      één uitweg bij bedrijven waar grote voertuigen (langer dan 6 meter) het terrein moeten oprijden met een breedte van maximaal 12 meter;

  • 4.

    Bredere uitwegen of een extra uitweg worden alleen toegestaan als:

    • a.

      een perceel door meerdere wegen wordt omsloten;

    • b.

      er voor (bedrijfs)activiteiten en bereikbaarheid van gebouwen, die zijn toegestaan volgens het geldende omgevingsplan, een bredere en/of extra inrit nodig is:

  • 5.

    De noodzaak voor een bredere of extra uitweg toont de aanvrager gemotiveerd aan bij het indienen van de melding.

Artikel 3 De bruikbaarheid van de weg en andere voorzieningen

  • 1.

    Het wegverkeer mag geen hinder ondervinden van de uitweg en mag de verkeersdoorstroming en verkeersveiligheid niet negatief beïnvloeden.

  • 2.

    De aanleg van een uitweg mag niet ten koste gaan van andere voorzieningen zoals een (openbare) parkeerplaats, nutsvoorzieningen, lichtmasten, laadinfra, waterafvoer, straatvoorzieningen, groen, bomen, infiltratievoorzieningen, beek, sloot etc.

  • 3.

    Is verplaatsing van voorzieningen in het vorige lid mogelijk én noodzakelijk dan komen de kosten hiervan voor rekening van de aanvrager/melder.

  • 4.

    Toekomstige ontwikkelingen die bij de aanleg van een uitrit leiden tot verminderde bruikbaarheid van de weg zijn een reden om de melding te weigeren.

Artikel 4 Veilig en doelmatig gebruik van de weg

  • 1.

    De veiligheid van het verkeer op de weg is een zwaarwegend criterium. Een uitweg mag geen gevaarlijke situatie opleveren.

  • 2.

    Een uitweg mag niet binnen 5 meter van een bocht, rotonde, kruising of splitsing van wegen en/of een voetgangersoversteekplaats worden aangelegd.

  • 3.

    Er is geen uitweg mogelijk bij een verkeersdrempel, wegversmalling of kruispuntplateau.

  • 4.

    Een uitweg maakt geen gebruik van een fiets- en/of voetpad. Alleen met haaks kruisen bereik je een perceel.

  • 5.

    Er is geen uitweg mogelijk op een plaats waar het zicht vanaf de uitweg onvoldoende is.

  • 6.

    Er moet voldoende manoeuvreerruimte zijn om met een personenauto de uitweg direct op- of af te rijden.

Artikel 5 Bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving

  • 1.

    De aanleg van een uitweg heeft geen belangrijk negatief effect op het uiterlijk aanzien van de openbare ruimte, het straatbeeld, cultuurhistorische-, landschappelijke- en groene waarden.

  • 2.

    Een stedenbouwkundig plan, een beeldkwaliteitsplan en/of een omgevingsplan kunnen voorschriften en/of duiding bevatten waar een uitweg moet worden aangelegd.

  • 3.

    Wanneer een omgevingsvergunning aangevraagd wordt voor de bouw van een bouwwerk waarvoor ook een uitweg noodzakelijk of logisch is, dan vindt vooraf afstemming plaats met de melder/aanvrager.

Artikel 6 Bescherming van groenvoorzieningen

  • 1.

    Een uitweg door (gemeentelijke) groenvoorzieningen heeft een beperkt effect op de kwaliteit van de openbare ruimte. Daarnaast veroorzaakt een uitweg geen versnippering van gemeentelijke groen zoals een haag, groenstrook of bomenstructuur.

  • 2.

    Als een uitweg wordt gevraagd waarbij gemeentelijke bomen gekapt moeten worden kan de melding voor een uitweg geweigerd worden.

  • 3.

    Er is geen uitweg toegestaan dwars door boomstructuren, landschapselementen met historische, natuur of cultuurwaarden zoals struwelen, (knot)bomen, hagen, steilranden.

  • 4.

    Bij de aanleg van een uitweg wordt bij bomen afstand gehouden van wortels en ruime kroonprojectie. Als het toch noodzakelijk is om een uitweg aan te leggen binnen de kroonprojectie van bomen in de openbare ruimte kan de gemeente om een bomeneffectanalyse (BEA) vragen op kosten van de aanvrager/melder. Uitvoeringskosten komen voor rekening van aanvrager.

  • 5.

    Als in overleg en na toestemming van de gemeente een groenvoorziening of landschapselement wordt verbeterend of gecompenseerd op kosten van de aanvrager kan alsnog toestemming voor een inrit verleend worden.

Artikel 7 Uitweg die een sloot kruist (duiker)

  • 1.

    Bij een uitweg die een sloot kruist (overkluizing) wordt een duiker aangebracht. Daarbij wordt een IT buis van minimaal ø 315 mm oftewel een infiltratiebuis gebruikt.

  • 2.

    De gebruiker moet de duiker schoonhouden tot en met 1 meter van de sloot voor de buisopening.

  • 3.

    Als het over een overkluizing gaat van een sloot, waarbij de duiker meer dan 10 meter lang is, dan worden kolken en inspectieputten aangebracht voor reiniging van de duiker door gebruiker. Als door de overkluizing problemen ontstaan met het verwerken van oppervlaktewater zullen er op kosten van de aanvrager kolken worden geplaatst die aangesloten worden op de duiker.

  • 4.

    Een duiker wordt aangelegd door de gemeente op kosten van de aanvrager/melder.

  • Of de duiker wordt in overleg én met toestemming van de gemeente aangelegd door de aanvrager.

  • 5.

    De aanvrager/melder heeft een onderhoudsplicht voor de duiker. Als er problemen ontstaan met waterdoorvoer zijn kosten van reiniging en aanpassingen voor rekening van de aanvrager.

Artikel 8 Verplaatsen of aanpassen van een bestaande uitweg

  • 1.

    Bij een aanvraag voor het verplaatsen of aanpassen van een bestaande uitweg gelden dezelfde beoordelingscriteria en voorwaarden als bij een aanvraag voor een uitweg.

  • 2.

    Bij een vervallen uitweg wordt deze op kosten van de aanvrager verwijderd en de vrijgekomen ruimte hersteld naar de bij de openbare ruimte passende omgevingssituatie.

Artikel 9 Gemeente legt de uitweg aan

  • 1.

    De gemeente, of een door de gemeente aangewezen aannemer, legt de uitweg aan.

  • 2.

    Er kan een uitzondering gemaakt worden op lid 1 bij uitwegen in het buitengebied en bedrijventerreinen. In overleg én pas na schriftelijke toestemming (met voorwaarden) van de gemeente mag de aanvrager zelf een uitrit aanleggen.

  • 3.

    Alle met de aanleg/wijzigen van de uitweg samenhangende kosten komen voor rekening van de aanvrager. Bijvoorbeeld aanleg uitweg, verplaatsing en/of verwijdering van straatmeubilair en lantaarnpalen, kap van bomen, duikers, groen etc.

  • 4.

    De gebruiker van de uitweg is onderhoudsplichtig voor de uitweg. Het onderhoud is belangrijk vanwege de aansprakelijkheid van de gemeente als wegbeheerder. Schade als gevolg van slecht onderhoud of schade door verkeerd gebruik van de uitweg wordt verhaald op de gebruiker.

  • 5.

    bij aanleg van een uitrit zonder de hiervoor benodigde (goedgekeurde) melding wordt handhavend opgetreden. Als legaliseren niet mogelijk is dan worden alle kosten voor het herstel van de openbare ruimte in originele staat verhaald op de aanlegger.

Artikel 10 Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze nadere regels, als toepassing van de regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 11 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze nadere regels wordt aangehaald als nadere regels voor het maken of veranderen van uitwegen.

  • 2.

    De beleidsregel treedt in werking op 1 oktober 2025

Panningen, 19 augustus 2025

Burgemeester en wethouders van de gemeente Peel en Maas,

de gemeentesecretaris/directeur,

K.H. Werps-Aerts

de burgemeester,

B.C.M. Vostermans

Naar boven