Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel (hierna: het college) maakt hierbij bekend dat het voornemens is om een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend als gemeente Bladel, sectie G, nr (s). 5296, met een totale oppervlakte van circa 84 m² te verhuren aan de eigenaar van aangrenzend perceel, voor de getaxeerde huurwaarde.
Het college is van mening dat bij deze verhuur geen mededingingsruimte door middel van een openbare selectieprocedure hoeft te worden geboden, omdat slechts één gegadigde in aanmerking komt voor de huur van het perceel. De criteria die het college daarbij in aanmerking neemt, zijn de volgende:
1.
Aangrenzend eigendom
Het perceel grenst enkel direct aan het eigendom van de beoogde huurders, waardoor het niet op een logische of functionele manier te gebruiken is door andere partijen. Alleen bij integratie in het bestaande eigendom kan het perceel effectief worden benut, terwijl het voor anderen zonder substantiële investeringen geen waarde of gebruiksmogelijkheden biedt. Door het perceel te verkopen, ontstaat een logische indeling en efficiënt beheer van de ruimte, wat versnippering van gronden voorkomt en aansluit bij het beleid van de gemeente en het algemeen belang.
2.
Voorgaande gebruikssituatie
De grond is reeds op basis van een eerdere huurovereenkomst feitelijk in gebruik geweest bij de vorige eigenaar. Het voortzetten van deze huur draagt bij aan rechtszekerheid en continuïteit.
Eén serieuze gegadigde
Op grond hiervan kunnen de beoogde huurder worden aangemerkt als de enige serieuze gegadigde voor de huur van het perceel.
Vervaltermijn reactie – Kort Geding
Eenieder die meent dat hij, met inachtneming van voornoemde criteria, als een serieuze gegadigde ook voor de huur van het perceel in aanmerking komt, dient binnen 20 kalenderdagen na de dag van publicatie van deze aankondiging een kort geding tegen het voorgenomen besluit van het college van burgemeester en wethouders aanhangig te maken bij de Rechtbank Oost- Brabant Leeghwaterlaan 8, 5223 BS ’s-Hertogenbosch. Het instellen van een kort geding geschiedt door middel van een tijdige betekening van een dagvaarding door een deurwaarder.
Bij gebreke van een tijdig kort geding vervalt het recht tegen het voornoemde in rechte op te komen en/of daarop enige vordering tot schadevergoeding of welke andere aanspraak dan ook te baseren, althans heeft u, uw rechten daarop verwerkt.
Indien er geen kort geding, binnen de gestelde termijn, aanhangig is gemaakt bij de Rechtbank Oost-Brabant zal het voorlopig genomen besluit veranderen in een definitief besluit van het college van burgemeester en wethouders.