Verkeersmaatregel Hazendanslaan

Ruimte / Mobiliteit / 2025-1549977

 

Het college van burgemeester en wethouders van Maastricht neemt een verkeersbesluit voor verlagen van de maximum snelheid.

 

Overwegingen

De Hazendanslaan is een gebiedsontsluitingsweg in de gemeente Maastricht.

 

De maximum snelheid op de Hazendanslaan is 50 km/uur.

 

Aan de Hazendanslaan is een basisschool gelegen en ter hoogte van deze school is een schoolzone met een adviessnelheid van 15 km/uur ingericht. In de bocht van de Hazendanslaan wordt geattendeerd op voetgangers die kunnen oversteken richting de basisschool. Deze locatie wordt als onveilig ervaren.

 

Het is wenselijk om de maximum snelheid van 50 km/uur te verlagen naar 30 km/uur. Het CROW heeft een afwegingskader ontwikkeld waarbij een maximumsnelheid van 30 km/uur binnen de bebouwde kom een leidend principe moet zijn. In het afwegingskader is een nieuw wegtype geïntroduceerd: de gebiedsontsluitingsweg 30 km/uur (GOW30).

 

Met dit wegtype is het mogelijk om ook 30 km/uur in te voeren op de drukkere gebiedsontsluitingswegen, met zowel een verblijfs- en verkeersfunctie, zodat ook daar de verkeersveiligheid verbeterd kan worden.

 

Om de Hazendanslaan in te richten als een GOW30 worden een aantal verkeersmaatregelen genomen, waaronder het toepassen van extra drempels en het plaatsen van de juiste bebording.

 

Met deze maatregelen wordt de veiligheid van de schoolgaande kinderen verbeterd en worden weggebruikers en passagiers beschermd.

 

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW zijn de te nemen verkeersmaatregelen besproken met de Districtchef van politiedistrict Maastricht.

 

BESLUITEN:

  • 1.

    In te trekken het bepaalde ten aanzien van de Hazendanslaan in hun besluit van 3 juni 2019, Ruimte / Mobiliteit / 2019-16473;

  • 2.

    de maximum snelheid op de Hazendanslaan te verlagen door het (ver)plaatsen van de borden A1 (30 km zone) van Bijlage I van het RVV 1990;

  • 3.

    de schoolzone met een adviessnelheid van 15 km/uur uit te breiden door het verplaatsen van de de schoolzone-borden gecombineerd met de borden A4 van bijlage I van het RVV 1990;

  • 4.

    de voorrangsweg op te heffen door het verwijderen van de borden B1 van Bijlage I van het RVV 1990;

 

Bestaande maatregelen die in stand worden gehouden

 

  • 5.

    het bord C2 van Bijlage I van het RVV 1990 om het gedeelte van het fietspad gelegen tussen de rotonde Hazendanslaan/Keurmeestersdreef en de aansluiting met de Goudenweg aan te wijzen als eenrichtingsweg gesloten voor (brom)fietsers in de richting van de rotonde;

  • 6.

    de borden E1 van Bijlage I van het RVV 1990 om een parkeerverbod in te stellen aan beide zijden van de Hanzendanslaan voor het deel tussen de Appiushof en de Gellikstraat;

  • 7.

    de borden G11 van Bijlage I van het RVV 1990 om de vrijliggende paden aan beide zijden van de Hazendanslaan tot aan de Koninksemstraat aan te wijzen als verplichte fietspaden;

  • 8.

    de borden L2 van Bijlage I van het RVV 1990 en de zebramarkering om aan te wijzen als voetgangersoversteekplaats:

    • a.

      de oversteekplaats ten noorden van de rotonde Hazendanslaan/Keurmeestersdreef;

    • b.

      de oversteekplaats ten noorden van de aansluiting met de Appiushof.

  • 9.

    door het in stand houden van onderbroken strepen en fietsvignetten aan te wijzen als fietsstroken, als bedoeld in artikel 1 n van het RVV 1990, de stroken aan beide zijden van de Hazendanslaan voor het deel tussen de Gellikstraat en de Besmerstraat.

 

Gelet op:

  • artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap dat deze bevoegdheid op grond van “Mandaatregeling Gemeente Maastricht 2023” is gemandateerd aan de teammanager Mobiliteit;

  • artikel 15, lid 1, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

  • artikel 15, lid 2, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor het aanbrengen of verwijderen van infrastructurele maatregelen die leiden tot een beperking of een uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  • artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge het plaatsen en verwijderen van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • artikel 14 van het BABW, wordt de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking gebracht;

  • artikel 24 van het BABW ingevolge verkeerbesluiten worden genomen na overleg met de gemandateerde van de korpschef van het nationale politiekorps.

 

 

 

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Aarts,

voor deze,

 

E. Westbroek

Teammanager Mobiliteit

 

(Deze brief is digitaal goedgekeurd en daarom niet met de hand ondertekend)

 

Maastricht, 2 september 2025

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

 

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

 

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via https://www.gemeentemaastricht.nl/bezwaarschrift-indienen. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

 

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

 

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

 

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

 

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

 

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

 

Bijlage

 

Naar boven