Gemeenteblad van 's-Gravenhage
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Reactietermijn |
|---|---|---|---|---|
| 's-Gravenhage | Gemeenteblad 2025, 370482 | ander besluit van algemene strekking | 17-10-2025 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Reactietermijn |
|---|---|---|---|---|
| 's-Gravenhage | Gemeenteblad 2025, 370482 | ander besluit van algemene strekking | 17-10-2025 |
Nota Reikwijdte en Detailniveau (NRD) voor het gebiedsprogramma Haagse Vlietzone
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
in de Omgevingswet is vastgelegd dat voor kaderstellende plannen met (mogelijk) mer-plichtige activiteiten een mer-procedure uitgevoerd moet worden, resulterend in een milieueffectrapportage plan-MER), met als doel het milieubelang volwaardig en vroegtijdig in de plan- en besluitvorming mee te nemen;
Het college van burgemeester en wethouders,
Het Gebiedsprogramma Haagse Vlietzone
Het college werkt aan integraal gebiedsprogramma Haagse Vlietzone (inclusief plan-MER). Het gebiedsprogramma zal de basis zijn voor de wijziging van het omgevingsplan.
Het proces om te komen tot dit gebiedsprogramma Haagse Vlietzone (en de ruimtevragen) zijn beschreven in de commissiebrief Proces Vlietzone (RIS320644).
In 2024/2025 zijn ten behoeve van het gebiedsprogramma diverse onderzoeken uitgevoerd en integrale gebiedsscenario’s opgesteld. Op 4 juni 2025 zijn deze onderzoeken en drie gebiedsscenario’s besproken in een werkbespreking van de commissie Ruimte.
Vanwege het kaderstellend karakter van het gebiedsprogramma Haagse Vlietzone dient er een plan-MER te worden opgesteld. De voorliggende Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) vormt de start van de plan=mer procedure. De in 2024/2025 uitgevoerde onderzoeken en gebiedsscenario’s zijn de basis voor de NRD en plan-MER.
De Haagse Vlietzone is een veelzijdig gebied dat zich uitstrekt tussen de snelweg A4 en de Vliet. Het biedt ruimte aan woningen, bedrijfsterreinen, voorzieningen voor sport en recreatie, buitenplaatsen en cultuurhistorie, natuur en waterberging. Er komen meerdere ruimtelijke opgaven op de Haagse Vlietzone af. Deze opgaven zijn benoemd in de commissiebrief Proces Vlietzone (RIS320644).
Den Haag heeft een ambitieuze verstedelijkingsopgave in het Central Innovation District (CID) en de Binckhorst, met plannen voor 35.000 woningen en 30.000 arbeidsplaatsen in de komende twintig jaar. Daarnaast is ruimte nodig voor (watergebonden) bedrijvigheid, sportvoorzieningen, natuur en klimaatadaptatie.
In de Ontwerp-Omgevingsvisie Den Haag 2050 wordt de Vlietzone aangemerkt als Duurzaam werk- en recreatielandschap. Een gebied dat transformeert van een stadsrandzone naar een gebied met ruimte voor recreatie, natuur, sport en economische functies en verbeterde bereikbaarheid. Om goede keuzes te maken voor de toekomst van de Haagse Vlietzone, werkt Den Haag is samenwerking met andere overheden en betrokken personen, bedrijven en organisaties aan een integraal plan voor het gebied. Dat plan is het Gebiedsprogramma Vlietzone.
Plan - MER en Nota Reikwijdte en detailniveau (NRD)
Het doel van de mer-procedure is om het milieu een volwaardige plaats te kunnen geven in de plan- en besluitvorming over het gebiedsprogramma. MER staat voor ‘milieueffectrapportage’.
Als eerste stap in de mer-procedure is de voorliggende ‘Notitie Reikwijdte en Detailniveau’ (NRD) opgesteld. De NRD vormt de basis voor een Milieueffectrapport (MER).
De NRD beschrijft wat er in het plan-MER aan alternatieven, omgevingsaspecten en effecten vanwege het gebiedsprogramma Haagse Vlietzone onderzocht gaat worden (‘reikwijdte’). Daarnaast geeft de NRD informatie over de manier waarop de effecten van de gebiedsontwikkeling onderzocht gaan worden en met welke diepgang (‘detailniveau’).
In de NRD wordt bepaald welke milieueffecten onderzocht moeten worden, zoals geluid, luchtkwaliteit, geur, bodem en gezondheid. Het document beschrijft ook de methoden en criteria voor deze onderzoeken in het plan-MER.
Net zoals bij de omgevingsvisie toetst het plan-MER aan de hand van extreme alternatieven. Voor een plan-MER is het essentieel om alternatieven te onderzoeken die breed genoeg zijn om een volledig beeld te krijgen van de mogelijke milieueffecten. Dit zorgt ervoor dat de besluitvorming goed onderbouwd is en dat de beste keuzes gemaakt kunnen worden bij de ontwikkeling van het gebiedsprogramma voor de ontwikkeling van het gebied. De scenario’s zijn daarbij extreme opties en dienen niet als drie plannen waaruit onderling een keuze gemaakt gaat worden.
De voor de Haagse Vlietzone opgestelde integrale gebiedsscenario’s bieden voldoende extreme variatie om als alternatieven te dienen voor de plan-MER. De plan-MER kan daardoor een breed overzicht aan milieueffecten in kaart brengen en evalueren.
Overzicht modellen / alternatieven Vlietzone Den Haag
In het plan-MER worden de ambities voor de ontwikkeling van de Haagse Vlietzone beoordeeld vanuit vijf functies in het gebied (mobiliteit, economie en bedrijvigheid, natuur, cultuurhistorie & water, sport & recreatie en maatschappelijke voorzieningen & wonen). Deze onderscheiden functies sluiten aan bij de in de commissiebrief Proces Vlietzone (RIS320644) benoemde ruimtevragen en thema’s.
Per functie worden de ambities beschreven met een omschrijving van het doelbereik dat met de ontwikkeling beoogd wordt.
De drie scenario’s voor de ontwikkeling van de Haagse Vlietzone hebben elk een eigen invulling (indicatief ontwikkelprogramma) voor deze vijf functies In de plan-MER zullen de functies per scenario (alternatief) beoordeeld worden op effecten. De effectbeoordeling geeft daarmee niet zozeer een totaalbeeld van effecten voor één scenario, maar laat juist per functie de effecten zien.
Met deze resultaten zal een gebiedsprogramma worden opgesteld wat een combinatie kan zijn van functies uit verschillende scenario’s (bijvoorbeeld mobiliteit uit scenario A en economie en bedrijvigheid uit scenario B).
In mei 2025 heeft de Vlietzoom Alliantie in samenwerking met andere stakeh0lders een plan voor de Vlietzoom (Haags Cultuurlandschapspark) aangeboden. Dit plan wordt meegenomen in de NRD doordat alle onderdelen van dit plan terugkomen in 1 of meerdere van de scenario’s.
De drie scenario's in de NRD zijn geen plannen die onderling worden afgewogen maar bevatten de ‘extremen’ van de mogelijkheden die er zijn in het gebied. In de MER worden de effecten van de verschillende onderdelen van de scenario’s beoordeeld. Hierdoor worden ook de milieueffecten van de verschillende onderdelen van het plan van de Vlietzoom Alliantie in de plan-MER onderzocht en meegenomen bij het opstellen van het gebiedsprogramma voor de Haagse Vlietzone.
De inspraakperiode omvat een formele inspraaktermijn van 6 weken. De inspraaktermijn loopt van 5 september tot en met 17 oktober 2025.
Het college publiceert de kennisgeving van de terinzagelegging van de concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) Haagse Vlietzone in het gemeenteblad.
Tijdens deze periode kan eenieder reageren op de aanpak van het plan-MER Haagse Vlietzone.
Daarnaast kunnen geïnteresseerden de NRD inzien op www.denhaag.nl, onder bestuurlijke stukken via het RIS.
Reacties in de vorm van zienswijzen kunnen op de volgende manieren bij de gemeente Den Haag ingeleverd worden:
Na de inspraakperiode zullen de zienswijzen worden gebundeld en voorzien van een reactie. Dit zal worden samengebracht in een Nota van Beantwoording en, samen met het advies van de Commissie mer en de NRD, ter vaststelling aan het college worden voorgelegd. Te zijner tijd zullen deze stukken als bijlage bij het plan-MER worden gevoegd. De plan-MER zal een bijlage vormen bij het gebiedsprogramma dat door het college wordt vastgesteld.
mer (procedure) = procedure om te komen tot een milieueffectrapportage
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-370482.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.