De manager Parkeervoorzieningen Stadsbeheer,
Overwegende dat,
verschillende zorginstellingen zijn gevestigd te Junolaan;
in het verleden twee algemene gehandicaptenparkeerplaatsen aan de Junolaan zijn ingericht met een maximale parkeertijd van 2 uur;
de gemeente Rotterdam een aanvraag heeft ontvangen waarin wordt aangegeven dat er behoefte is aan een extra algemene gehandicaptenparkeerplaats te Junolaan;
het ter voorkoming van langdurig parkeren wenselijk is om ook voor deze nieuwe algemene gehandicaptenparkeerplaats een maximale parkeertijd in te stellen;
een maximale parkeertijd van 3 uur beter aansluit bij het type bezoekers van de zorginstellingen aan de Junolaan;
in deze behoefte kan worden voorzien door de inrichting van een algemene gehandicaptenparkeerplaats met een tijdsbeperking van maximaal 3 uur en deze tijdsbeperking tevens toe te passen op de reeds bestaande algemene gehandicaptenparkeerplaatsen;
het, gelet op de hoge parkeerdruk, wenselijk is om venstertijden in te voeren voor zowel de bestaande als de nieuwe algemene gehandicaptenparkeerplaatsen;
de invoering van venstertijden ervoor zorgt dat deze parkeerplaatsen buiten de vastgestelde tijden beschikbaar zijn voor algemeen gebruik;
deze maatregel;
gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet, strekt tot:
• het verzekeren van de veiligheid op de weg;
• het beschermen van weggebruikers en passagiers;
• het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;
de weg is gelegen binnen de bebouwde kom en in beheer van de gemeente Rotterdam;
overleg heeft plaatsgevonden met de Politie Eenheid Rotterdam, waarbij te kennen is gegeven dat met de voorgestelde verkeersmaatregel wordt ingestemd;
gelet op artikel 18, eerste lid sub d van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), het bepaalde in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer en daartoe bevoegd krachtens door het college van burgemeester en wethouders verleend mandaat;