Toestemming voor het plaatsen van erfafscheiding aan Toermalijndreef 107, kadastraal bekend gemeente Emmen, sectie Y, nummer 247 te Emmen

Het college heeft bij besluit van d.d. 6 mei 2025 de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het plaatsen van erfafscheiding geweigerd. Op 20 mei 2025 bezwaar is gemaakt op de weigering van d.d. 6 mei 2025 en dat de volledige heroverweging in de bezwaarprocedure aanleiding is tot het nemen van een gewijzigd besluit conform artikel 6:19 van de Awb.

EMMEN

14 juli 2025, Toermalijndreef 107, kadastraal bekend gemeente Emmen, sectie Y, nummer 247, het plaatsen van een erfafscheiding. Dit betreft een heroverweging naar aanleiding van een bezwaarprocedure (2025-0633).

Bezwaar

U kunt binnen zes weken, na de genoemde datum van bekendmaking, een schriftelijk en gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van Emmen. U kunt uw bezwaar ook online doorgeven via gemeente.emmen.nl/bezwaar.

Voor zover reeds bezwaar is gemaakt tegen het besluit van 20 mei 2025, en het gewijzigd besluit niet aan het bezwaar tegemoet komt, wordt het bezwaar op grond van artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht (Awb) geacht onderwerp te zijn van het ingestelde bezwaar tegen het eerdere besluit. Dit betekent dat niet opnieuw bezwaar hoeft te worden gemaakt tegen het wijzigingsbesluit.

Inwerkingtreding en voorlopige voorziening

Het besluit treedt een dag naar haar bekendmaking in werking. Als u tegen een besluit bezwaar maakt, heeft dit geen schorsende werking. Dit betekent dat het genomen besluit mag worden uitgevoerd zolang het college van burgemeester en wethouders op basis van het advies van de onafhankelijke commissie niet anders heeft beslist. Uitvoering van een besluit kan echter nadelig voor u zijn. Daarom kunt u, zolang er nog geen definitieve uitspraak over uw bezwaar is, bij afzonderlijke brief een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening indienen. Voor de indiening van een verzoek om een voorlopige voorziening bent u griffierecht verschuldigd.

Het verrichten van de activiteit die de omgevingsvergunning mogelijk maakt, kan binnen vier weken leiden tot een wijziging van een bestaande toestand die niet kan worden hersteld. Verder strekken de regels over het verlenen van de omgevingsvergunning ertoe die bestaande toestand te beschermen. Het besluit treedt daarom in werking met ingang van de dag waarop vier weken zijn verstreken sinds de dag van bekendmaking of terinzagelegging.

Wanneer gedurende de genoemde termijnen bij de bevoegde rechter een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan, treedt het besluit niet in werking voordat op dat verzoek is beslist.

In het laatstgenoemde geval kan de vergunninghouder de voorzieningenrechter van de rechtbank verzoeken de opschorting op te heffen.

 

Naar boven