Gemeenteblad van Land van Cuijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Land van Cuijk | Gemeenteblad 2025, 28213 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Land van Cuijk | Gemeenteblad 2025, 28213 | beleidsregel |
Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk 2025
In het Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk 2025 (hierna: PUH) zijn de voorgenomen werkzaamheden opgenomen op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving binnen de fysieke leefomgeving. Deze werkzaamheden worden ook wel de ‘VTH-taken’ genoemd. Vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn belangrijke instrumenten om de veiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid in de samenleving te borgen. Het PUH is de concrete uitwerking van de Uitvoerings- en handhavingsstrategie (hierna: U&HS) en omschrijft op hoofdlijnen de inzet van capaciteit, instrumenten en bestuurlijke maatregelen. Dit is de basis voor de programmatische en integrale uitvoering van de wettelijke taken en het bereiken van de doelstellingen zoals in de U&HS is verwoord.
Middels dit programma wil het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) een goede programmatische en integrale invulling geven aan de uitvoerings- en handhavingstaken, waarbij mensen en middelen zo efficiënt mogelijk worden ingezet. Hiertoe worden de doelen en prioriteiten uit het U&HS uitgewerkt in concrete acties per taakveld en gekoppeld aan de benodigde en beschikbare capaciteit. Om de uitvoering van dit programma te kunnen borgen, is een goede informatievoorziening van groot belang. Door te registreren en te rapporteren is het mogelijk om tussentijds bij te sturen en gesignaleerde knelpunten op te lossen. Dit wordt vastgelegd in een jaarverslag. Jaarlijks dient er een PUH door het college te worden vastgesteld en ter kennisname naar de gemeenteraad te worden gestuurd. Met het vaststellen van dit document voldoen we aan de wettelijke verplichting om jaarlijks een PUH vast te stellen.
De PUH gaat over de VTH-taken binnen onze gemeente voor zover deze betrekking hebben op het fysieke domein.
De PUH gaat niet over VTH taken die vallen onder:
In hoofdstuk 2 wordt het kader en het doel van het programma nader toegelicht. In hoofdstuk 3 staat de wijze van programmeren centraal en een toelichting op de taakbladen. Hoofdstuk 4 beschrijft de werkzaamheden binnen het taakveld uitvoering en handhaving. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op organisatie en middelen. Hoofdstuk 6 beschrijft de benodigde en beschikbare capaciteit.
Het proces vergunningverlening, toezicht en handhaving is aan wettelijke regels gebonden. In het Omgevingsbesluit zijn de wettelijke onderwerpen benoemd die betrekking hebben op de invulling van de uitvoering- en handhavingsstrategie (U&HS).
Naast de verplichte onderwerpen staan er in het PUH ook de taken met betrekking tot APV en Bijzondere Wetten. Centraal in het Omgevingsbesluit staat de beleidscyclus (Big 8). De strekking van dit programma heeft met name betrekking op de onderste operationele cyclus. De U&HS heeft betrekking op de bovenste strategische cyclus. Het opstellen van een PUH is een wettelijke verplichting.
In het kader van het Interbestuurlijk toezicht ziet de provincie Noord-Brabant toe of het programma daadwerkelijk wordt opgesteld. Volgens het Omgevingsbesluit moet het uitvoeringsprogramma de volgende onderdelen bevatten:
In het PUH sluiten we aan bij de begrippen uit de U&HS en werken we de doelstellingen uit de U&HS verder uit. Een gedetailleerde uitwerking hiervan is opgenomen in bijlage 1.
Dit hoofdstuk geeft een toelichting op de manier waarop de uitvoeringstaken in gemeente Land van Cuijk zijn geprogrammeerd. De werkzaamheden voor uitvoering en handhaving komen voort uit wettelijke ontwikkelingen en bestuurlijke thema’s (prioriteiten).
De gemeente Land van Cuijk in het kort
De gemeente Land van Cuijk is een jonge gemeente uit een fusie van de gemeenten Boxmeer, Cuijk, Sint Anthonis, Mill en Sint Hubert en Grave. Het Land van Cuijk: 33 dorpen en de vestingstad Grave. De Maas is een belangrijke identiteitsdrager van onze regio. Zij zorgt voor rivier gebonden bedrijvigheid in Cuijk en Grave, voor het cultuurhistorische karakter van de vestingstad Grave en voor unieke typen natuur en landschap. Het Land van Cuijk is een economisch sterke regio met veel bedrijven en een goede werkgelegenheid. Er is een stevige en stabiele agrarische basis. De mengeling van kleinschalige bedrijven, grote intensieve veehouderijen en daaraan gelieerde industriële bedrijven, is belangrijk voor de Agro & Food als economische ruggengraat van de regio Noordoost-Brabant. Het Land van Cuijk biedt een grote diversiteit aan natuur en landschap. De Maas is ook op dat vlak van grote invloed geweest. In het Land van Cuijk is het wonen in een land stedelijke, natuurrijke omgeving. Het biedt gevarieerde woonmogelijkheden: van moderne starterappartementen tot historische vestingpanden en van betaalbare huurwoningen tot vrijstaande villa’s. Voor ieder wat wils, en bovenal: het Land van Cuijk biedt rust en ruimte.
Sinds 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht. Volgens die wet moet iedere gemeente een beeld maken van de toekomst van de gemeente. Dit is de Omgevingsvisie: de integrale visie op de fysieke leefomgeving van het Land van Cuijk tot 2040. Een omgevingsvisie beschrijft de maatschappelijke opgaven en de te beschermen kernkwaliteiten van de gemeente. Het beschrijft wat de gemeente, haar inwoners en ondernemers belangrijk vinden voor het gebied waarin zij wonen, werken en recreëren. Aanleiding voor de Omgevingsvisie zijn de grote ruimtelijke opgaven die nu en in de toekomst op het Land van Cuijk afkomen: van klimaatverandering tot betaalbaar wonen en van sociale voorzieningen tot duurzame energie. Om de grote ruimtelijke opgaven in de gemeente aan te pakken moet de gemeente nu al belangrijke keuzes maken.
De Omgevingsvisie Land van Cuijk wordt momenteel ontwikkeld en vervangt onder meer de structuurvisies van de gemeenten. De Omgevingsvisie wordt naar verwachting medio 2025 vastgesteld door de gemeenteraad.
Omgevingsanalyse en prioriteiten
De Omgevingsanalyse is een instrument dat we toepassen om onze ‘Omgeving’ zo goed en volledig mogelijk in beeld te brengen. Met de ‘Omgeving’ bedoelen we de omgeving binnen onze gemeente in de meest brede zin, het gehele grondgebied (fysieke leefomgeving/openbare ruimte) met al haar kenmerken (gebouwen, bewoners/bedrijven/instellingen, natuur etc.) waarvan we (niet) weten of en in hoeverre hier sprake is van risico’s en/of risicovolle activiteiten en/of ontwikkelingen.
Een probleemanalyse binnen Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) is een systematische aanpak om inzicht te krijgen in de risico's en problemen binnen de fysieke leefomgeving. Het doel van de probleemanalyse is om sturing te geven aan de inspanningen van vergunningverlening, toezicht en handhaving. De probleemanalyse vormt daarmee de basis voor het stellen van prioriteiten, het formuleren van doelstellingen en het uiteindelijk vaststellen van dit uitvoeringsprogramma. Op basis van de probleemanalyse bepaalt het bestuursorgaan welke activiteiten nodig zijn om de in kaart gebrachte handhavingsdoelen te bereiken en welke prioriteiten het daarbij stelt.
De probleemanalyse bestaat uit een omgevingsanalyse (beschrijvend gedeelte) en een risicoanalyse (cijfermatig gedeelte). In de nog op te stellen Omgevingsvisie van Land van Cuijk zal in een gebiedsanalyse uitgebreid ingegaan worden op de omgevingskwaliteit van Land van Cuijk en de hieruit voortvloeiende opgaven om deze te behouden en te versterken. Vooruitlopend op de omgevingsvisie Land van Cuijk is reeds de opgavenotitie en perspectievennotitie opgesteld en de Economische Visie Land van Cuijk 2040. Deze documenten vormen een basis van de omgevingsvisie en tevens de basis om onze prioriteiten op af te stemmen. Daarnaast hebben we de overtredingen en effecten van overtredingen inzichtelijk gemaakt door deze gebiedsgericht te beschrijven met een onderverdeling van verschillende gebieden. Hieruit onderscheiden we een aantal risico’s die voor VTH van belang zijn om bij de uitvoering van haar taken te betrekken:
Al onze dorpen hebben een eigen karakter en worden in zijn algemeenheid gekenmerkt door kleinschaligheid, een rijke cultuurhistorie en aanwezigheid van historische gebouwen en monumenten, een hoge omgevingskwaliteit (groen, rust en gemeenschapszin) en een groot sociaal verenigingsleven. Deze waarden willen we beschermen. Grote specifieke risico’s onderscheiden we daarbij niet maar in zijn algemeenheid staan deze waarden onder druk door de diversiteit aan functies in verschillende kleine woongebieden, burenoverlast, huisvesting arbeidsmigranten, geluidsoverlast evenementen en de grote maatschappelijke opgaven die voor ons staan (woningtekort, energietransitie/duurzaamheid, stikstofopgaven). Bij het inzetten van de VTH-instrumenten vormt het beschermen van de waarden van onze dorpen het uitgangspunt. Daar waar deze worden bedreigd door activiteiten zetten we onze instrumenten in om te reguleren of onomkeerbare effecten te voorkomen.
Buitengebied (waaronder bos- en natuurgebieden)
In een gemengd landelijk gebied is een evenwicht nodig tussen de verschillende kwaliteiten en functies. Zulk gebied behoudt een groen karakter, er is landbouw mogelijk, er vindt recreatie plaats en er wonen mensen. In het buitengebied van Land van Cuijk bevinden zich dan ook veel agrarische bedrijven, recreatievoorzieningen en bos- en natuurgebieden. Ook in Land van Cuijk is er sprake van vrijkomende agrarische bebouwing doordat agrarische ondernemers het bedrijf beëindigen. Leegstaande voormalige agrarische bedrijfsbebouwing leidt tot een toename van het risico op strijdige gebruiksactiviteiten. Ook het risico op ondermijnende activiteiten (drugslabs) neemt toe. Daarnaast vormen de relatief afgelegen en weinig bevolkte bos- en natuurgebieden een risico op ongewenste activiteiten zoals afvaldumping.
De bedrijventerreinen in land van Cuijk vervullen een belangrijke economische functie voor zowel de gemeente als de regio. De ondernemers in Land van Cuijk profiteren van de sterke geografische positie tussen de vier steden Nijmegen, Eindhoven, ‘s-Hertogenbosch en Venlo. Daarnaast is Land van Cuijk is één van de acht Brabantse gemeenten met binnenhavens die onlangs gefuseerd zijn in Brabant Ports. In het economisch beleid legt land van Cuijk de focus op de doorontwikkeling van onze topsectoren: voeding en gezondheid voor mens en dier. De inzet op innovatie en investeringen die bijdragen aan de ontwikkeling richting een toekomstbestendige economie zijn cruciaal voor de brede welvaart van de gemeente. Bedrijven die al gevestigd zijn in Land van Cuijk moeten zich op een duurzame manier kunnen door-ontwikkelen. Land van Cuijk focust zich op de doorontwikkeling van onze topsectoren, door een aantrekkelijk vestigingsklimaat te bieden voor bedrijven die in Land van Cuijk gevestigd zijn en door zorg te dragen voor toekomstbestendige en duurzame werklocaties. Binnen deze sectoren komen dan ook veel mensen bijeen en hier heeft (brand)veiligheid, afval, geluid en strijdige gebruiksactiviteiten en detailhandel ook onze speciale aandacht. Daarnaast kent de regio veel industrie en logistieke bedrijven, waaronder een aantal (complexe) bedrijven met een zware milieubelasting. Deze bedrijven vragen extra aandacht op luchtkwaliteit, (externe) veiligheid, geur en geluidsoverlast energieverbruik.
De uitvoeringstaken zijn gebaseerd op prioriteiten uit de U&HS en de probleemanalyse VTH. Wij werken risico gestuurd conform de uitkomsten van de risicoanalyse. De risicoanalyse wordt ten minste eenmaal per jaar bezien of er aanpassingen noodzakelijk zijn. Jaarlijks voor het opstellen en vaststellen van het Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk, vindt er overleg plaats met diverse teammanagers van de fysiek leefomgeving om integraal te beoordelen of de risicoanalyse compleet is of dat er onderwerpen geactualiseerd of toegevoegd moeten worden. Ook de signaallijst van alle jaarlijkse handhavingszaken vormt een instrument om de risicoanalyse en prioriteiten jaarlijks te actualiseren en opnieuw vast te stellen.
Hierbij wordt de samenwerking en samenhang tussen beleid en uitvoering geïntensiveerd en wordt de rol in de terugkoppeling verstevigd. Deze doelstelling en activiteiten dragen bij aan het opstellen van een meer specifieke analyse van inzichten in toekomstig beleid. Met deze risicoanalyse en prioritering geven wij vorm aan onze werkwijze voor de VTH-taken.
Een uitgebreide toelichting van de wettelijke ontwikkelingen is terug te vinden in de U&HS. We hebben deze impact, indien relevant, beschreven in de taakbladen.
Om inzichtelijk te maken welke werkzaamheden wij het komende jaar gaan uitvoeren maken we gebruik van een format (taakblad). In elk taakblad wordt een vast aantal aspecten uitgewerkt die gebaseerd zijn op de (proces)eisen gesteld in de kwaliteitscriteria VTH. In de taakbladen wordt beschreven welke concrete activiteiten we gaan uitvoeren, hoe we dit gaan doen en welke capaciteit1 hiervoor benodigd is.
4. Werkzaamheden uitvoering en handhaving
De uitvoeringstaken zijn gebaseerd op prioriteiten uit de U&HS en de probleemanalyse VTH.
Er zal nooit voldoende capaciteit zijn om alle taken uitputtend uit te voeren. Het maken van keuzes en stellen van prioriteiten heeft dus als doel het bepalen van die problemen/ overtredingssoorten die in potentie risicovol zijn en waar derhalve het meeste toezicht op moet worden gehouden vanuit de overheid. Een (door het bestuur vastgestelde) risicoanalyse levert inzicht in de benodigde menskracht en middelen, gebaseerd op de risico’s van activiteiten, op de specifieke lokale situatie en de ambities van het bestuur. Doel is via één uniforme werkwijze de handhaving en de vergunningverlening (in de Omgevingswet ook “uitvoering” genoemd) te benaderen. Ook de wetgeving streeft naar meer uniformering. Zo wordt steeds meer lokale wetgeving landelijk geüniformeerd. De Omgevingswet voorziet op één aanpak voor handhaving en vergunningverlening.
Deze kwalitatieve risicomethode (deels gebaseerd op het DBC-risicomodel) is gebruikt om voor de gemeente Land van Cuijk een integrale probleemgestuurde risicoanalyse uit te voeren, die uiteindelijk heeft geleid tot een prioriteitstelling ten behoeve van het integraal vergunningen- en handhavingsprogramma.
Toelichting toepassen en invullen van de risicomatrix
Voor de toekenning van de scores van 1 tot 5 is het volgende risicoscore overzicht uitgewerkt:
De risico’s van de problemen/overtredingssoorten worden beoordeeld op een zestal beoordelingsaspecten. Per aspect wordt het eventuele negatieve effect uitgedrukt op een schaal van 1 (geen negatief effect) tot 5 (zeer sterk negatief effect).
De resultaten van de risicoscores zijn gebaseerd op onderstaande schaalverdeling met betrekking tot de (minimale en maximale) totaaluitkomsten (is RISICO = Kans x Negatief Effect):
De eisen die aan de procescriteria worden gesteld zijn in de taakbladen nader uitgewerkt. Dit vormt de basis voor het stellen van prioriteiten en het formuleren van doelstellingen. Op deze manier kan de beschikbare capaciteit gerichter worden ingezet, namelijk daar waar de prioriteit het hoogst is. Hierdoor kan het college beter sturen op het behalen van de gestelde doelen met als gevolg dat de dienstverlening verbetert.
Bij een probleemanalyse vergunningen is het gebruikelijk om op basis van de gegevens van de voorafgaande jaren te analyseren. We houden de gegevens over de elementen van vergunningverlening nauwkeurig bij middels een actueel dashboard en met behulp van kengetallen die wij indien nodig aanpassen.
De probleemanalyse dient tenminste 1 maal per 4 jaar te worden opgesteld en bestuurlijk vastgesteld. De risicoanalyse wordt ten minste eenmaal per jaar bezien of er aanpassingen noodzakelijk zijn. Jaarlijks voor het opstellen en vaststellen van het Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk, vindt er overleg plaats met diverse teammanagers van de fysiek leefomgeving om integraal te beoordelen of de risicoanalyse compleet is of dat er onderwerpen geactualiseerd of toegevoegd moeten worden.
Ook de signaallijst van alle jaarlijkse handhavingszaken vormt een instrument om de risicoanalyse en prioriteiten jaarlijks te actualiseren en opnieuw vast te stellen. Hierbij wordt de samenwerking en samenhang tussen beleid en uitvoering geïntensiveerd en wordt de rol in de terugkoppeling verstevigd. Deze doelstelling en activiteiten dragen bij aan het opstellen van een meer specifieke analyse van inzichten in toekomstig beleid.
4.2 Conclusie prioriteiten 2025
De resultaten zeer hoge risicoscores
Handelen zonder een omgevingsvergunning bouwactiviteit (omgevingsplan) en/of handelen zonder een omgevingsvergunning of melding voor de bouwactiviteit (technisch):
Verordeningen in de Fysieke Leef- omgeving
De resultaten hoge risicoscores
Handelen zonder een omgevingsvergunning bouwactiviteit (omgevingsplan) en/of handelen zonder een omgevingsvergunning of melding voor de bouwactiviteit (technisch):
RO Activiteit 'afwijken van regels in het omgevingsplan'
De mate van toezicht wordt bepaald door de prioriteit die aan een onderwerp is toegekend. Per onderwerp wordt de intensiteit van toezicht bepaald en is sturend voor onze inzet.
Voor de inzet van het VTH instrumentarium betekent de prioritering het volgende:
We maken een onderverdeling tussen de bestuurlijke en ambtelijke organisatie.
Het college is als bevoegd gezag verantwoordelijk voor het uitvoeren van de VTH-taken op het gebied van de Omgevingswet. Zij stelt hiervoor een U&HS vast en maakt dit bekend aan de gemeenteraad. Het college beslist op vergunningaanvragen en treedt waar nodig bestuursrechtelijk handhavend op.
De verantwoordelijke portefeuillehouder(s) VTH bewerkstelligen dat, waar nodig, op bestuurlijk niveau afstemming plaatsvindt zodat er slagvaardig richting inwoners, bedrijven, instellingen of andere overheden wordt opgetreden. Daarnaast dragen zij bestuurlijk verantwoordelijkheid dat de U&HS wordt uitgevoerd binnen de visie en uitgangspunten.
De gemeenteraad stelt het omgevingsplan en verordeningen vast en heeft in het kader van vergunningverlening in bepaalde gevallen de bevoegdheid van adviesrecht van de raad (zie besluit 29 juni 2023). De gemeenteraad heeft formeel geen wettelijke bevoegdheid over de wijze van uitvoering van de VTH-taken.
Op bestuurlijk niveau worden wij vertegenwoordigd door een gemeente in het bestuurlijk Platform Omgevingsrecht (BPO). Het BPO bewaakt en verbetert de kwaliteit, veiligheid, gezondheid en duurzaamheid van de fysieke leefomgeving in Brabant. De Brabantse samenwerking in het fysieke domein staat voor een aantal grote uitdagingen; de reeds ingevoerde Omgevingswet, de maatschappij stelt hogere eisen aan het realiseren van milieu-, klimaat-, natuur-, veiligheid- en gezondheidsdoelstellingen én bestuurders vragen om steviger verbinden van bestuursrecht en strafrecht. Deze opgaven beperken zich niet tot de grenzen van gemeenten, operationele kaders van omgevingsdiensten, werkgebieden van veiligheidsregio’s, GGD’s of waterschappen en uitvoeringsorganisaties van ministeries. In het BPO stemmen de handhavingspartners af over ontwikkelingen en maken ze afspraken over de onderlinge samenwerking. Binnen de kaders van het interbestuurlijke programma bepalen BPO-leden jaarlijks gezamenlijk wat nodig is en urgent, inclusief de ambtelijke capaciteit. Dit overleg vindt 2 keer per jaar plaats.
Binnen de gemeente Land van Cuijk is de capaciteit voor het VTH-domein ondergebracht in de teams “Veiligheid, Toezicht & Handhaving”, “Vergunningverlening” en “Ondersteuning Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving”.
Op basis van de Omgevingswet, OOV en Bijzondere wetten voert het team Vergunningverlening taken uit op het gebied van vergunningverlening. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door de casemanagers. Ook de vergunningverlening op basis van verordeningen (APV en Leefbaarheid) vindt binnen dit team plaats.
Team Veiligheid, Toezicht & Handhaving
Het toezicht op en handhaving van wet- en regelgeving in het omgevingsrecht, OOV en bijzondere wetten worden zowel door interne toezichthouders als externe toezichthouders uitgevoerd. Het toezicht op de brandveiligheid wordt uitgevoerd door de VRBN. Het toezicht op de bouwregelgeving, evenementen en ruimtelijke ordening wordt voornamelijk uitgevoerd door de eigen toezichthouders en de kwaliteitsborgers. Het taakveld toezicht en vergunningverlening is in de gemeente gescheiden, waardoor bevoegd- en verantwoordelijkheden elkaar niet kunnen beïnvloeden.
Team Ondersteuning Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving
Binnen dit team zijn de adviseurs en juristen werkzaam, die zorgen voor (juridisch ) advies op het gebied van vergunningverlening en handhaving. Zij schakelen tussen de interne en externe partijen en zorgen voor het behouden dan wel verbeteren van het kwaliteitsniveau binnen het VTH domein. Daarnaast wordt door het team een aantal lichte vergunningen verleend (kappen, inritten, parkeerontheffingen, etc.)
5.2 Interne en externe afstemming & samenwerking
De toegevoegde waarde van communicatie en voorlichting valt of staat met een eenduidige en uniforme toetsing en optreden naar burgers en bedrijven. Adequate interne en externe afstemming en samenwerking is daarbij noodzakelijk. Het gaat dan om interne afstemming en samenwerking tussen zowel vergunningverleners en andere interne betrokkenen onderling, als ook tussen vergunningverlener(s), toezichthouder(s), handhaver(s) en adviseur(s). Daarnaast omvat dit de relatie met andere organisatieonderdelen, zoals de teams die verantwoordelijk zijn voor ruimtelijke plannen, beleid en de uitvoering van projecten.
Externe afstemming en samenwerking is van belang om te komen tot een optimaal en integraal resultaat in zowel vergunningverlening, toezicht als handhaving en is bovendien cruciaal om een vergunning te kunnen afgeven binnen 8 weken. De samenwerkende partners (waterschap, politie, veiligheidsregio, omgevingsdienst, provincie, ministerie enzovoorts) benutten op deze manier de specifieke deskundigheid, ondersteuning, aanvulling en informatie over en weer. Ook het overleg met adviseurs van aanvragers, zoals architecten, milieuadviseurs enzovoorts, is veelal nodig en van betekenis voor het gewenste eindresultaat. Binnen de regio hebben wij met onze ketenpartners samenwerkingsafspraken voor de VTH ketenprocessen gemaakt. Voor de ketenpartners is de noodzaak om informatie uit te wisselen en te delen steeds groter geworden.
De wijze waarop wij samenwerken en het moment van afstemming liggen vast in specifieke werkprocessen, -instructies en -afspraken. Ook de samenwerkingsafspraken met ketenpartners maken hier onderdeel van uit.
Afstemming bestuur en ambtelijke organisatie
Er is frequent overleg tussen de portefeuillehouders en de ambtelijke organisatie. In deze overleggen komen zo nodig individuele handhavingszaken aan de orde en wordt gesproken over ontwikkelingen op het gebied van het omgevingsrecht. Bestuurlijk gevoelige handhavingszaken worden vooraf met de portefeuillehouder afgestemd. Daarnaast vindt periodiek overleg plaats over de uitvoering van VTH-taken bij de ODBN.
De gemeente heeft een regiefunctie bij uitvoering van VTH-taken en heeft een belangrijke rol bij een goede uitwisseling van informatie tussen de verschillende overheidsorganisaties. Voor de samenwerkingspartners aan wie uitvoering van VTH-taken is opgedragen, blijft de gemeente het bevoegd gezag en is verantwoordelijk voor het opstellen van de U&HS. De samenwerkingspartners voeren de VTH-taken uit conform de U&HS en leggen hierover verantwoording af aan de gemeente.
Met de toename van de complexiteit en omvang van de maatschappelijke opgave, realiseren wij ons dat geen enkele gemeente in staat is dit alleen op te lossen. Ook onze gemeente heeft de samenwerking met andere partners nodig. Coördinerende, interne en externe advies- en onderzoeksuren maken deel uit van de VTH-cyclus. Het is van belang deze inzichtelijk te maken, zodat hierop gestuurd kan worden. Samenwerking is belangrijk.
Structurele en incidentele overleggen
Er zijn diverse structurele en incidentele overleggen die binnen en/of buiten de organisatie plaatsvinden, die ondersteunend zijn aan de VTH-producten en/of dienstverlening, zoals intern overleg om inhoud te bespreken, de werkvoorraad en voortgang te bewaken en werkprocessen te optimaliseren:
Daarnaast werken we samen met de samenwerkingspartners in de regio, zoals:
De interne en externe afstemming richt zich met name op:
De raming benodigde uren voor 2025 zijn in de taakbladen verwerkt.
Afstemming uitvoeringsprogramma
Het uitvoeringsprogramma moet leiden tot een veiligere, gezondere en schonere leefomgeving. Het uitvoeringsprogramma richt zich vooral op de verbetering van de uitvoeringspraktijk op operationeel en bestuurlijk niveau, die gezamenlijk en integraal worden opgepakt. Iedere partij vorm een schakel in de keten vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheid. Zo hebben wij dit document – voor de voor hen relevante delen– aan de ODBN, VRBN en de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving (Politie district Maas en Leigraaf, het Openbaar Ministerie van het Arrondissementsparket Oost-Brabant) voorgelegd. Ieder speelt hierin een eigen en onmisbare rol.
Om de VTH-taken te kunnen uitvoeren worden middelen ingezet zoals personele capaciteit en hulpmiddelen (financieel, maar ook apparatuur en instrumenten). De beschikbaarheid van personele capaciteit en de benodigde hulpmiddelen wordt geborgd in de systematiek van de Planning en Control cyclus (hierna P&C cyclus) van de gemeente Land van Cuijk. De begroting, kadernota en jaarrekening zijn de bekendste producten uit de P&C-cyclus. Andere jaarlijks terugkerende producten zijn de zomerrapportage en de december-rapportage. Voor de interne beheersing van de processen werkt de gemeente Land van Cuijk op basis van een concernplan en de daarvan afgeleide jaarplannen op teamniveau.
De kosten die zijn gemoeid met de uitvoering van VTH-taken bestaan voornamelijk uit personele kosten, de gemeentelijke bijdrage aan de ODBN en de VRBN en budgetten voor overige kosten zoals licenties en extern juridisch en technisch onderzoek en -advisering. Daartegenover staan legesinkomsten, die over een langere periode niet meer dan kostendekkend mogen zijn. Overigens komen niet alle taken in aanmerking voor dekking vanuit leges. Zo zijn onder meer de uitvoering van bezwaar- en beroepsprocedures, meldingen (sloop, brandveiligheid) en toezicht en handhaving van de bestaande gebouwenvoorraad uitgesloten van legesheffing. Er dienen voldoende middelen ter beschikking te staan om de risico’s die met de uitvoering van U&H-taken worden tegengegaan tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen.
Het huidige budget en de formatieomvang voor VTH is voor het college het vertrekpunt. Als de taakuitvoering gedurende de looptijd wijzigt, bijvoorbeeld door wetswijziging of andere bestuurlijke keuzes, dan worden de budgettaire effecten daarvan meegenomen in de reguliere begrotingscyclus.
Reservering middelen voor permanente her- en bijscholing
De reservering van middelen voor permanente her- en bijscholing gebeurt centraal binnen de gemeentelijke organisatie. Hiermee wordt gefaciliteerd in toerusting, zodat medewerkers ter zake kundig zijn. Ook wordt gezorgd dat medewerkers hun werkzaamheden veilig kunnen uitvoeren.
VTH-taken ondersteunende taken
Daarnaast worden er ten behoeve van de uitvoering van VTH-taken ondersteunende taken uitgevoerd door andere teams: financiële diensten (legesheffing, invordering verbeurde dwangsommen, facturering), juridische diensten (commissie voor de bezwaarschriften) en administratieve diensten. Daarnaast worden er specifieke taken “uitbesteed”. De reden hiervan kan zijn dat dat verplicht gebeurt, maar het kan ook een eigen keuze betreffen. Deze uitbesteding c.q. deelname aan een gemeenschappelijke regeling kost natuurlijk geld. De hieraan verbonden uitgaven zijn opgenomen in de begroting.
De benodigde inzet van de VRBN is geregeld in de gemeentelijke bijdrage van de Veiligheidsregio en is niet direct inzet afhankelijk. De inzet van de ODBN is opgenomen in het werkprogramma welke in de begroting is opgenomen, de beschikbare en benodigde capaciteit komt niet terug in het overzicht van de taakbladen. Indien de financiële middelen niet toereikend zijn dan worden deze zo nodig aangevuld bij de tussenrapportages, dan wel wordt het werkprogramma aangepast.
Alle gemeentelijke taken op het gebied van milieu zijn uitbesteed aan de ODBN. Het gaat dan om advisering over en uitvoering van taken zoals vergunningverlening, toezicht en handhaving. Daarnaast voert de Omgevingsdienst een aantal verzoektaken uit. Deze bedragen die hiervoor nodig zijn kunnen jaarlijks wijzigen. Dit geldt voor alle ketenpartners.
6. Beschikbare en benodigde personele capaciteit
In onderstaande tabel wordt inzichtelijk gemaakt welke functies en personele capaciteit er voor Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving beschikbaar is:
In taakbladen wordt in detail ingegaan of met de beschikbare capaciteit de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. Het totaal beschikbare Fte is 77,8 en totaal aan beschikbare uren is afgerond ca. 106.314 uur (78 Fte x 1363 declarabele uren bepaalt het aantal beschikbare uren).
6.2 Benodigde personele capaciteit
Voor de uitvoering van voorgenomen VTH taken zijn de volgende uren in kaart gebracht:
Omgevingsvergunning voor de bouwactiviteit en de omgevingsplanactiviteit |
|||
Totaal benodigd Vergunningenverlening (inclusief 4 Fte frontoffice en 3 Fte administratie) |
6.3 Conclusie beschikbaar en benodigde capaciteit
Voor de uitvoering van alle werkzaamheden binnen VTH zijn afgerond 106.314 effectieve uren beschikbaar. Dit staat gelijk aan 77,8 Fte. Voor de uitvoering van alle werkzaamheden is naar verwachting 87,3 Fte noodzakelijk. Dit betekend een tekort van ca. 87,3 minus 77,8 = 9,5 fte.
Dit verschil heeft verschillende oorzaken: er is nog steeds sprake van een tekort aan capaciteit bij de BOA’s en de bouwtoezichthouders. Al is dit tekort wel veel kleiner dan in de afgelopen jaren door de keuzes die in het kader van de strategische personeelsplanning zijn gemaakt. We nemen de volgende maatregelen om het gat zo klein mogelijk te maken:
Team vergunningverlening werkt ook in 2025 vraag gestuurd met een flexibele schil van maximaal 4 fte aan externe inhuur. Op deze manier kan flexibel ingespeeld worden op de afhandeling van het proces vergunningverlening onder de Omgevingswet. Of het aantal ingeschatte fte’s voldoende is, zal blijken in de loop van het transitiejaar.
Voor het uitwerken van werkzaamheden gebruiken we een format (taakblad). In de taakbladen wordt beschreven welke concrete activiteiten we precies gaan uitvoeren, hoe we dit gaan doen en welke capaciteit hiervoor benodigd is.
Taakblad 8: Toezicht op grond van de APV + bijzondere wetten (BOA Domein 2) |
||
De Handhavers BOA (Domein II) houden zich voornamelijk bezig met toezicht en handhaving in Natuur-, bos & buitengebied in beheer van Gemeente Land van Cuijk, en overlast op of rond het water en recreatiegebieden. Daarnaast houden zij zich bezig met zaken die binnen hun expertise vallen, zoals Bijtincidenten, Ondermijnende Criminaliteit en Milieu. In het Natuur-, bos & buitengebied richt het toezicht zich op het welzijn of de verstoring van natuur en dier. Hier wordt ingezet op toegangsvoorwaarden, afval(dumping), wildcrossers en stroperij. Ook kan sprake zijn van een overtreding van bijvoorbeeld de Wet Natuurbescherming. In de zomerperiode zal het accent meer liggen op overlast in recreatiegebieden met name op en rond de Kraaijenbergse plassen en Heeswijkse plas. De BOA Domein II trekt in bepaalde gevallen samen op met de Handhaver BOA Domein I. |
||
|
||
Toelichting 1. Overlast op of rond het water (1770 uur) Hierbij wordt ingezet op de Kraaijenbergse plassen, Heeswijkse plas, Maas (thv Cuijk, Gave, Sambeek, Vlieringsbeek en Boxmeer).
Toelichting 2 Bijtincidenten (750 uur) Er komt een nadere uitwerking met betrekking tot protocol en werkwijze met betrekking tot gevaarlijke honden. Na afstemming met de politie kunnen er ongeveer 30 bijtincidenten zijn waar bestuurlijk gevolg aan gegeven gaat worden. Gemiddeld 25 uur per zaak inzet. Dit betreft het opleveren van rapportages zoals aangifte, verhoor, getuigenverklaring, advies en nacontrole. Toelichting 3. Ondermijnende criminaliteit Dit jaar maken we een apart plan met actieweken, LIO en buitengebied. Ook wordt een plan van aanpak met betrekking tot reguliere signalering en controles ondermijning opgesteld. Inzet IML komt op 700 uur per jaar. Dit wordt ingezet op acties en overleg. Toelichting 4. Overlast Vuurwerk (340 uur) Het Vuurwerkproject (eind december) wordt geïnitieerd en uitgevoerde samen met de BOA Domein I. Samen met politie wordt ingezet om Vuurwerk bezit en overlast tegen te gaan en aan te pakken, met name in de aanloopperiode nov-dec. En intensief de laatste vijf dagen van het jaar. Toelichting 5 Natuur-, bos & buitengebied (1940 uur) Na de voorgenoemde punten worden de overige uren ingezet op met name;
|
||
We hebben een groot en uitgestrekt gebied. Conform uitkomsten van de risicoanalyse zijn dit de prioriteiten voor dit jaar:
|
||
We werken conform de toezichtstrategie zoals is beschreven in de U&HS (zie toelichting in taakblad 5). De BOA Domein II werkt meer zelfstandig en minder afhankelijk dan de BOA Domein I. De taken voert de BOA Domein II uit op de manier zoals uitgewerkt onder meldingen, hotspots en thematisch toezicht in Taakblad 6. De inzet op onderwerpen zoals hierboven bij Omvang Taak in de toelichting omschreven gaan voor. De Handhaver BOA (Domein II) werkt intensief samen met de politie. Ook werkt de BOA Domein II samen met andere ketenparktners zoals SSiB (Samen Start in Brabant) en gebiedsbeheersorganisaties zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Ook is er een groen convenant waardoor onze BOA’s bij de andere deelnemende gemeenten strafrechtelijk bevoegd zijn en andere BOA’s in onze gemeente strafrechtelijk bevoegd zijn. Hierdoor kan intensiever samengewerkt worden, bijvoorbeeld bij (handhavings)acties of als men op doorreis is. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (We beëindigen overtredingen oplossingsgericht ) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (Wij zetten in op gebieds- en projectgericht toezicht, waardoor wij op een meer integrale wijze toezicht gaan uitoefenen. Met gebiedsgericht toezicht willen wij binnen een afgebakend fysiek gebied (bijvoorbeeld een straat, wijk, dorp) gericht toezicht houden). De kernwaarde Betrouwbaar (we zorgen voor een effectieve inzet capaciteit door te werken met risicogerichte prioriteiten) staat de uitvoering van deze taken centraal. |
Een jurist die gespecialiseerd is in vergunningverlening heeft verschillende taken en verantwoordelijkheden om ervoor te zorgen dat het vergunningsproces juridisch correct en in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving verloopt.
|
||
|
||
Door de inwerkingtreding van de Omgevingswet verwachten wij een toename van het aantal adviesvragen intern over de gevolgen hiervan. Ook komend jaar blijft extra inzet nodig op het trainen en opleiden van de juristen vanwege de nieuwe wet- en regelgeving. Om de collega’s van juist advies te voorzien dient dit jaar extra geïnvesteerd te worden in training en opleiding. |
||
We werken is aanbod gestuurd zowel bij de behandeling van de procedures als bij het geven van juridisch advies. Via vakapplicaties worden adviesvragen schriftelijk uitgezet. De juristen hebben een gezamenlijke mailbox waarin de adviesvragen terecht komen. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (We werken met vaste procedures). De kernwaarde Betrouwbaar (vergelijkbare situaties worden op gelijke wijze afgehandeld: willekeur en rechtsongelijkheid wordt voorkomen en het proces is voorspelbaar) staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Over het algemeen draagt de jurist handhaving bij aan het behoud en de bescherming van de fysieke leefomgeving en zorgt ervoor dat individuen, bedrijven en organisaties zich houden aan de geldende wet- en regelgeving om de veiligheid en duurzaamheid van de samenleving te waarborgen.
|
||
Alle wet- en regelgeving waar handhaving uit voort kan vloeien. Strategie Handhavingsverzoeken en meldingen, zoals beschreven in de U&HS. |
||
|
||
Uit de praktijk blijkt dat een substantieel deel van de handhavingscapaciteit in beslag genomen wordt door de behandeling van deze werkzaamheden. Deze werkzaamheden vloeien voort uit conflicten tussen buren onderling, maar ook door overige algemene vormen van overlast. Handhavingsverzoeken worden altijd opgepakt en zijn divers qua inhoud. Bij een handhavingsverzoek moet het bestuursorgaan binnen een bepaalde termijn een besluit nemen. Handhavingsprocedures kosten veel tijd. Het is belangrijk om de procedures zorgvuldig en geheel uit te voeren, zodat de gemeente serieus wordt genomen wanneer handhaving moet worden ingezet. Het doen van thematische handhaving en programmatische handhaving op alle overtredingen is met de huidige capaciteit niet mogelijk. Dat betekent dat we risicogestuurd werken en een signaallijst hanteren van zaken met een lagere prioriteit, die op een later moment kunnen worden opgepakt. In de meeste gevallen ontvangen overtreders wel een wrakingsbrief. Besluitvorming leidt in een aantal gevallen tot een reactie uit de omgeving in de vorm van bezwaar of beroep. Om dit soort reacties te kunnen behandelen is voldoende kwalitatieve en kwantitatieve juridische capaciteit nodig. Ook moet het bevoegde gezag vertegenwoordigd worden in juridische procedures. Burgers en instanties kunnen zich beroepen op het inzien van openbare stukken. De afgelopen jaren hebben we te maken gehad met onderbezetting binnen het team om het aantal taken te kunnen uitvoeren. Met het vaststellen van het SPP is de capaciteit gefaseerd uitgebreid. |
||
We handelen conform de LHSO en de strategie voor handhavingsverzoeken en meldingen. De LHSO gaat uit van het principe zo licht mogelijk starten met ingrijpen, gericht op herstel en het vervolgens snel inzetten van zwaardere middelen wanneer naleving uitblijft. De toezichthouders, handhavers en juristen van de gemeente Land van Cuijk bepalen het in te zetten sanctiemiddel met behulp van de interventiematrix. Er wordt in principe gekozen voor de minst zware (combinatie van) interventie(s) uit de matrix, tenzij de toezichthouder of handhaver motiveert dat in de betreffende situatie een andere (combinatie van) interventie(s) passender is. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (we beëindigen overtredingen oplossingsgericht) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (We werken met vaste procedures). De kernwaarde Betrouwbaar (vergelijkbare situaties worden op gelijke wijze afgehandeld: willekeur en rechtsongelijkheid wordt voorkomen en het proces is voorspelbaar) staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Naast de reguliere taken zijn ook andere taken relevant voor een goede uitvoering van de VTH-taken, zie hieronder de taakomschrijving.
|
||
Wet vergunningverlening, toezicht en handhaving (Wet VTH), Omgevingswet, besluit omgevingsrecht, omgevingsplan, Besluit bouwwerken leefomgeving, Wet Milieubeheer, gemeentewet, Wet veiligheidsregio’s. |
||
|
||
Coördinatie en kwaliteitsbewaking De wetgever stelt hoge eisen aan de kwaliteit van de uitvoering van VTH taken. Hiervoor gelden wettelijke procescriteria die stelt dat de organisatie tijdig en volledig aan die kwaliteitscriteria dient te voldoen en ook blijft voldoen. 2024 was het eerste jaar van de Omgevingswet. Ook in 2025 dient er extra tijd geïnvesteerd te worden in het door ontwikkelen, begeleiden en ondersteunen van alle betrokken medewerkers voor de vertaling van de nieuwe wetgeving naar de nieuwe praktijk. De inwerkingtreding van de Omgevingswet en de daaraan gekoppelde Wet kwaliteitsborging voor het bouwen zorgen ervoor dat wij ook in 2025 bezig blijven met de implementatie. Het inregelen van de VTH-systemen is een dagelijkse prioriteit. De afstemming met interne adviseurs en ketenpartners via de Digitale Samenwerkings-ruimte (DSO) dient vooral in het begin van het jaar geoptimaliseerd te worden. Om op tijd een vergunning te kunnen afgeven na de invoering van de Omgevingswet is het essentieel dat alle VTH processen zijn aangepast aan de nieuwe wetgeving. Naast het beschrijven van processen dienen de medewerkers te worden opgeleid in het kunnen uitvoeren van nieuwe processen. Dit zal ook in de 2025 capaciteit vragen van de medewerkers. We verwachten voldoende capaciteit voor de uitvoering van deze taken. |
||
Een adviseur VTH gaat te werk door interne en externe procedures te ontwikkelen, implementeren en evalueren om ervoor te zorgen dat vergunningen, toezicht en handhaving binnen de organisatie effectief en in overeenstemming met de wet worden uitgevoerd. Alle processen en handleidingen voor het werken met de nieuwe wet- en regelgeving zijn digitaal beschreven en vastgelegd en vastgelegd in de vakapplicatie. Een belangrijke taak is verbinding maken tussen de onderlinge teams om werkprocessen en uitvoering efficiënt op elkaar af te stemmen. Ook het verzorgen van cursussen en kennisoverdrachten aan medewerkers is een onderdeel hiervan. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling Uitvoeringskwaliteit (voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen). De kernwaarde Betrouwbaar (we sturen op duidelijke en transparante informatieverstrekking via de gemeentelijke website, frontoffice VTH en het KCC. We instrueren casemanagers op het geven van juiste, heldere en snelle informatie naar een initiatiefnemer. We werken met risicogerichte prioriteiten staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-28213.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.