Gedoogbesluit opvangschip Govert van Wijnkade 40-42, perceel 10873, Maassluis

Zaaknummer: 890445

Periode: 20 mei 2025 – 20 mei 2027

Betrokken partijen: Gemeente Maassluis, Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

Locatie: Govert van Wijnkade 40–42, Maassluis

Perceelgegevens:

  • Type: Perceel

  • Perceelnummer: 10873

Aanleiding

Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) heeft ingeschat dat er per 1 januari 2025 landelijk 96.000 opvangplekken nodig zijn. De verhoogde instroom van asielzoekers, personeelstekorten bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en de vastgelopen woningmarkt, die de doorstroom van statushouders beperkt, hebben geleid tot overvolle opvangcentra. Hierdoor is er dringend behoefte aan extra opvangplekken.

 

De Gemeente Maassluis kan bijdragen aan deze opgave door een opvangschip toe te staan aan de Govert van Wijnkade 40-42, met een capaciteit voor 70 bewoners. Het COA heeft op 6 april 2025 hiertoe een formeel verzoek ingediend. Aangezien de reguliere vergunningsprocedure tijd in beslag neemt, wordt via een gedoogbesluit toegestaan dat het schip vanaf 20 mei 2025 mag aanmeren en functioneren als opvanglocatie voor een periode van twee jaar (tot 20 mei 2027).

 

Inzet schip

Met de inzet van het opvangschip kan Maassluis direct bijdragen aan humane opvang van vluchtelingen, in lijn met de Spreidingswet. Door samenwerking met het COA wordt de druk op de lokale medische zorg en voorzieningen geminimaliseerd. Het schip wordt geëxploiteerd door een gespecialiseerde partij met ervaring in opvang.

 

In de bestuursovereenkomst tussen Gemeente Maassluis en het COA is afgesproken dat het gemeentebestuur zich binnen haar publiekrechtelijke verantwoordelijkheden inspant voor een zorgvuldige en voortvarende vergunningverlening. Dit gedoogbesluit maakt onderdeel uit van dit proces.

 

Toetsing aan beleid en regelgeving

Op grond van artikel 5.1, eerste lid, onder a, Omgevingswet is het verboden om zonder omgevingsvergunning een omgevingsplanactiviteit te verrichten. Het COA heeft een omgevingsvergunning aangevraagd, waarover later een besluit volgt.

 

Planologisch kader

Volgens het omgevingsplan Nieuwe Waterweg heeft de Govert van Wijnkade 40-42, perceel 10873 de bestemming ‘Water’. Dit staat normaal gesproken geen permanente bewoning toe. Een omgevingsvergunning is daarom vereist.

 

Omdat de doorlooptijd van de vergunningsprocedure te lang is om aan de acute opvangnood te voldoen, wordt middels dit gedoogbesluit tijdelijk afgeweken van het omgevingsplan.

 

Beginselplicht tot handhaving

Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State is het bevoegd gezag, in dit geval het college van burgemeester en wethouders van gemeente Maasluis, bij overtreding van wettelijke voorschriften in beginsel verplicht om daar handhavend tegen op te treden. Onder bijzondere omstandigheden kan worden afgezien van handhavend optreden en kan de strijdigheid met wet- en regelgeving tijdelijk worden gedoogd. Volgens relevante rechtspraak is gedogen aanvaardbaar indien:

  • 1.

    Het gedogen beperkt is in omvang en/of tijd;

  • 2.

    Het gedogen expliciet bij een besluit gebeurt;

  • 3.

    Sprake is van een zorgvuldige en kenbare belangenafweging;

  • 4.

    Duidelijke voorwaarden aan het gedogen worden gesteld;

  • 5.

    Regelmatig wordt bezien of de situatie zodanig is dat gedogen nog gerechtvaardigd is en of aan de voorwaarden die aan het gedogen zijn gesteld wordt voldaan.

Belangenafweging

De opvang van vluchtelingen is een urgente maatschappelijke opgave die een zorgvuldige afweging vereist tussen humanitaire noodzaak, wettelijke kaders en lokale belangen. Enerzijds heeft de gemeente Maassluis de verantwoordelijkheid om te voldoen aan de Spreidingswet, die gemeenten verplicht een eerlijke verdeling van opvangplekken te realiseren. De opvangcapaciteit in Nederland staat onder zware druk, en zonder adequate maatregelen dreigt een situatie waarin vluchtelingen zonder onderdak komen te zitten, wat in strijd zou zijn met internationale verdragen en de nationale opvangverplichting.

 

Anderzijds is er ook oog voor de belangen van omwonenden, bedrijven en andere betrokken partijen. Omwonenden kunnen zich zorgen maken over mogelijke overlast, druk op de leefomgeving en veiligheidsrisico’s. Daarom zijn er maatregelen getroffen, zoals beveiliging, toezicht en heldere gedragsregels voor de bewoners. Daarnaast is de locatiekeuze zorgvuldig afgewogen op basis van ruimtelijke inpasbaarheid en minimale impact op de directe omgeving.

 

Ook vanuit juridisch perspectief weegt de gemeente af in hoeverre een gedoogbesluit verantwoord is. Op basis van de Omgevingswet en vaste jurisprudentie is handhaving bij strijdigheid met het bestemmingsplan de norm, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. Gezien de acute noodzaak en de korte doorlooptijd van de vergunningsprocedure, acht de gemeente Maassluis het evenredig om tijdelijk af te wijken van de ruimtelijke regelgeving.

 

Gezien de dringende maatschappelijke behoefte, de tijdelijke aard van de maatregel, de minimale impact op de omgeving en de zorgvuldige juridische onderbouwing, is de gemeente van mening dat het algemeen belang zwaarder weegt dan het belang van handhaving van de planologische regels. Het gedoogbesluit biedt een realistische en humane oplossing die recht doet aan de wettelijke taakstelling én aan de belangen van de lokale gemeenschap.

 

Gedoogbeslissing

Op basis van bovenstaande besluit het college van burgemeester en wethouders van Maassluis onder voorwaarden een gedoogbeslissing af te geven voor de opvanglocatie.

 

Deze gedoogbeslissing ziet toe op het aanmeren van het opvangschip en het gebruik van het perceel als tijdelijke opvanglocatie, in strijd met het bestemmingsplan.

 

De gedoogbeslissing omvat:

  • Het gebruik van het schip in strijd met de bestemming ‘Water’;

  • Het plaatsen van nutsvoorzieningen op de kade in strijd met het bestemmingsplan;

  • Het bouwen van tijdelijke voorzieningen zonder omgevingsvergunning.

Voorwaarden gedoogbeslissing

  • 1.

    De gedoogbeslissing geldt uitsluitend voor perceel 10873 aan de Govert van Wijnkade 40-42 in Maassluis;

  • 2.

    Het schip mag worden afgemeerd en gebruikt als opvang voor maximaal 70 vluchtelingen;

  • 3.

    De gedoogbeslissing is geldig van 20 mei 2025 t/m 20 mei 2027 of tot het onherroepelijk worden van de omgevingsvergunning;

  • 4.

    Bij strijdig gebruik wordt de gedoogbeslissing per direct ingetrokken en moet het schip vertrekken;

  • 5.

    Alle operationele risico’s liggen bij het COA als beheerder;

  • 6.

    Het college behoudt zich het recht voor de gedoogbeslissing in te trekken indien omstandigheden dat vereisen.

Evaluatie en monitoring van het gedoogbesluit

Gedurende de looptijd van het gedoogbesluit wordt de situatie regelmatig geëvalueerd om te beoordelen of het gedogen nog gerechtvaardigd is en of aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Dit gebeurt door middel van structurele monitoring, waarbij zowel de operationele gang van zaken als de impact op de omgeving wordt meegenomen.

 

Het COA is verantwoordelijk voor het beheer van de opvanglocatie en dient periodiek te rapporteren aan de gemeente over de naleving van afspraken, zoals de inzet van beveiliging, het beheer van voorzieningen en de begeleiding van bewoners.

 

De gemeente voert periodieke controles uit om te toetsen of de opvangvoorziening functioneert binnen de kaders van de gedoogbeschikking. Indien blijkt dat er sprake is van overtredingen, overlast of veranderende omstandigheden, kan het gedoogbesluit worden herzien, aangescherpt of – indien noodzakelijk – worden ingetrokken.

 

Door deze structurele evaluatie en handhaving waar nodig, wordt geborgd dat het gedogen in lijn blijft met het algemeen belang, de rechtszekerheid en de ruimtelijke ordening. Dit zorgt ervoor dat het opvangschip verantwoord en volgens afspraak functioneert binnen de gemeente Maassluis.

 

Rechtsmiddelen

Op grond van een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 24 april 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1356) kunnen tegen een gedoogbeslissing geen rechtsmiddelen, zoals bezwaar of beroep worden aangewend.

Naar boven