Gemeenteblad van Bodegraven-Reeuwijk
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bodegraven-Reeuwijk | Gemeenteblad 2025, 167656 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bodegraven-Reeuwijk | Gemeenteblad 2025, 167656 | beleidsregel |
Om de doelstellingen van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk op het gebied van de energietransitie te kunnen realiseren, zet de gemeente niet alleen in op energiebesparing maar ook op grootschalige duurzame energieopwekking (zoals bijvoorbeeld zonne- en windparken). Dit gebeurt binnen de gemeentegrenzen en in samenwerking met de RES-regio.
De ontwikkeling van duurzame energieprojecten is geen taak van de gemeente zelf maar wordt aan de markt overgelaten. Omdat daarmee de kans bestaat dat (commerciële) projectontwikkelaars onvoldoende rekening houden met lokale belangen is het wenselijk dat er duidelijke afspraken worden gemaakt over de ruimtelijke en kwalitatieve inpassing van de projecten, en de mate waarin lokale belanghebbenden invloed kunnen hebben op deze ontwikkelingen. Daarnaast bestaat de uitdrukkelijke wens om niet alleen de lasten maar ook de lusten eerlijk te verdelen tussen de belanghebbende partijen.
In het Landelijke Klimaatakkoord en in de RES Midden-Holland wordt op hoofdlijnen richting gegeven aan de kaders voor de ontwikkeling van grootschalige energieprojecten (nieuwe, grootschalig zon- en windprojecten op land (>15 kWp, niet-gebouw gebonden 1 ). Het aanvullende gemeentelijke beleidskader Lokaal Eigendom (dit document) heeft als doel de gemeente te voorzien van handvatten om met name de lokale belangen voldoende te kunnen borgen. Met het vaststellen van het gemeentelijke beleid Lokaal Eigendom wordt het voor de belanghebbende partijen duidelijk waar een grootschalig energieproject in Bodegraven-Reeuwijk aan zal moeten voldoen om gerealiseerd te kunnen worden.
NB: Voor ‘Zon-op-dak’-projecten waarbij sprake is van energieopwekking voor eigen gebruik is dit beleidskader niet bedoeld.
Het beleidskader Lokaal Eigendom is van belang voor de volgende doelgroepen:
De initiatiefnemers van energieprojecten (Zoals een burgerinitiatief, een energiecoöperatie, publieke partijen, lokale ondernemers of commerciële partijen) - zodat zij weten aan welke uitgangspunten voor Lokaal Eigendom en Financiële Participatie hun initiatief voor een grootschalig energieproject moet voldoen;
Als gemeente willen we dat de baten van duurzame energieprojecten ook op de langere termijn ten goede komen aan onze gemeenschap. Daarnaast willen we regie houden op het duurzame landschap zoals verwoord in de Toekomstvisie van Bodegraven-Reeuwijk.
1] Het vergroten van draagvlak voor energieprojecten:
2] Het vergroten van zeggenschap van lokale belanghebbenden over energieprojecten:
Uit onderzoek van de GGD blijkt dat mensen minder overlast ervaren van grootschalige energieprojecten wanneer zij zelf (mede-) eigenaar zijn. 2
3] Een betere verdeling van de lusten en de lasten tussen lokale omgeving en exploitant (projectontwikkelaar):
Om de bovengenoemde doelstellingen (het vergroten draagvlak en zeggenschap, en het vinden van de juiste balans tussen lusten en lasten onder de belanghebbenden) te behalen zal de gemeente een faciliterende en coöperatieve houding aannemen in het ontwikkelingsproces en ten aanzien van de belanghebbende partijen.
De belangrijkste onderdelen die deze rol met zich meebrengen zijn:
Omdat de gemeente het belangrijk vindt dat ook mensen met een smalle beurs de mogelijkheid krijgen om te participeren in energieprojecten kan een extra inspanning om deze groep te betrekken nodig zijn.
NB: Het initiëren van een projectontwikkeling, het nemen van een meerderheidsbelang of het beheren van een grootschalig energieproject valt expliciet buiten de rol van de gemeente.
Goede communicatie is een essentieel instrument om de ontwikkeling van energieprojecten soepel te laten verlopen en ervoor te zorgen dat deze projecten de steun hebben van de lokale gemeenschap. Het vergroot de kans op succes en helpt bij het verminderen van obstakels en conflicten tijdens het ontwikkelingsproces.
De gemeente biedt ondersteuning aan lokale energiecoöperaties in oprichting of inwonersinitiatieven om de eerste (organisatorische) stappen naar een project te zetten:
Inzetten op (financiële) ondersteuning
Naast een faciliterende en coöperatieve houding kiest de gemeente ervoor om (beperkt) financieel te participeren bij de ontwikkeling van grootschalige energieprojecten. Hierbij zal scherp gekeken worden naar de financiële en organisatorische slagkracht van de gemeente en de daarbij passende mogelijkheden. De gemeente stelt daarom een haalbaarheidsonderzoek op waarin wordt onderzocht:
De gemeente heeft de ambitie om op de volgende manieren actief te participeren in grootschalige energieprojecten:
Energiefonds (éénmalige subsidie)
De gemeente richt een gemeentelijk energiefonds op. Dit fonds kan tot een bepaald maximum gebruikt worden om niet-commerciële initiatiefnemers te helpen bij het organiseren van voldoende kennis en middelen om een project op te zetten (procesgeld). Het fonds is niet bedoeld voor het aankopen van goederen en dergelijke.
De gemeente neemt (onder nader te bepalen voorwaarden) aandeel in het eigendom van een energieproject. Dit kan via coöperatieve modellen, waar de gemeente samen met burgers en bedrijven eigenaar wordt van het project, waardoor de winsten en voordelen lokaal blijven. Het gemeentelijk aandeel kan ingezet worden ter financiering van lokale maatschappelijke doelen of op een later tijdstip worden doorverkocht aan inwoners.
Andere manieren van financiële ondersteuning maken (vooralsnog) géén onderdeel uit van de mogelijkheden. Hieronder vallen onder andere:
Bij hoge uitzondering kan de gemeenteraad ervoor kiezen om (per project) toch gebruik te maken van een van deze vormen. Dit valt dan buiten het beleid Lokaal Eigendom en zij zal daar expliciet toestemming voor moeten geven.
Borging participatie en lokaal eigendom
De gemeente maakt gebruik van een maatschappelijk uitnodigingskader om participatie met lokale belanghebbenden te stimuleren. Potentiële projecten worden daarmee ook gewaardeerd op de wijze waarop de initiatiefnemers participatie meenemen in de ontwikkeling van hun project. De voorgestelde projecten die passen binnen de gemeentelijke ruimtelijke kaders en die het hoogste aantal punten behalen in het uitnodigingskader komen in aanmerking voor planologische medewerking.
De gemeente verplicht initiatiefnemers om:
Maatschappelijk uitnodigingskader
De gemeente Bodegraven-Reeuwijk nodigt geïnteresseerde partijen uit om voorstellen in te dienen voor de ontwikkeling en exploitatie van zonneparken op specifiek aangewezen grondgebieden binnen de gemeente.
Ingediende voorstellen moeten voldoen aan de geldende nationale, provinciale en lokale wet- en regelgeving met betrekking tot (zonne-)energieprojecten. De initiatiefnemer is bereid om de gedragscode voor zon op land te ondertekenen en te volgen. Daarnaast zijn duurzaamheid en milieuprestaties cruciale criteria, en voorstellen moeten in lijn zijn met de duurzaamheidsdoelstellingen van de gemeente.
Onderstaande eisen en het beoordelingskader zijn aanvullend op de bovengenoemde eisen en ondersteunen de ambities van de gemeente ten aanzien van het lokale draagvlak en de participatiemogelijkheden bij de ontwikkeling van energie-opwekprojecten binnen de gemeente Bodegraven-Reeuwijk:
1] Het vergroten van draagvlak voor energieprojecten.
2] Het vergroten van zeggenschap van lokale belanghebbenden over energieprojecten.
3] Een evenwichtige verdeling van de lusten en de lasten.
Hoe beter invulling wordt gegeven aan bovenstaande doelen, hoe meer kans een project zal maken om door de gemeente toestemming te verkrijgen om te ontwikkelen. Om daarnaast een aantal risico’s te beperken zullen in een anterieure overeenkomst tussen de gemeente en de initiatiefnemer afspraken worden vastgelegd over de proces- en financiële participatie met betrekking tot het project. De inhoud van de anterieure overeenkomst komt in overleg tussen gemeente en initiatiefnemer tot stand.
De initiatiefnemer zorgt voor een goede inpasbaarheid van het project op de locatie en houdt naast wettelijke eisen ook voldoende rekening met de wensen van belanghebbenden in de directe omgeving. Voor een objectieve meting wordt gebruik gemaakt van een impactanalyse en monitoring gedurende de levensduur van het project.
De initiatiefnemer zorgt voor transparante communicatie met de gemeenschap, met inbegrip van regelmatige updates over de voortgang van het project.
De initiatiefnemer verzorgt via een informatieportaal (bv. een website) een openbare rapportage van de projectgegevens (waaronder de impactanalyses, energieopbrengsten, CO2-besparing, financiële en maatschappelijke baten voor de directe omgeving) beschikbaar te stellen aan de lokale gemeenschap. Hierbij wordt gebruik gemaakt van transparante prestatie-indicatoren van het project, zodat de lokale gemeenschap de impact van het project kan volgen;
Lokaal Eigendom: De initiatiefnemer moet minimaal 50% van het eigendom van het project aan de lokale gemeenschap aanbieden. Dit kan door middel van de creatie van een energiecoöperatie met (50% van de) leden afkomstig uit de lokale gemeenschap, de uitgifte van aandelen of obligaties onder lokale belanghebbenden of met een gezamenlijke investering door lokale partijen.
Wanneer dit percentage na 1 jaar na de start van de exploitatie nog niet is behaald zal de projectontwikkelaar in overleg met de betrokken partijen een voorstel moeten doen hoe dit percentage alsnog behaald kan worden of hoe een evenredig deel van de winsten bij de lokale omgeving terecht kan komen (bijvoorbeeld in de vorm van een omgevingsfonds).
Het Lokale Eigendomsdeel (50%) van een energieproject moet economisch en juridisch bij meerdere lokale partijen zijn belegd. Dat kan zijn in de vorm van een energiecoöperatie, vereniging of samenwerkingsverband van minimaal 15 verschillende huishoudens of andere lokale partijen. Dit is van toepassing voor de gehele levensduur en exploitatie van het energieproject.
Evenwichtige verdeling lusten en lasten
De initiatiefnemer moet een minimaal percentage van de financiële voordelen van het project aan de lokale gemeenschap aanbieden. Dit kan in de vorm van een grondvergoeding, een omgevingsfonds of een tegemoetkoming. Een redelijke streefwaarde voor winstdeling zal worden bepaald op basis van de behoeften en verwachtingen van de lokale belanghebbenden en de financiële haalbaarheid van het project.
Afspraken met initiatiefnemers
In het beoordelingskader worden de bovenstaande afspraken uit het uitnodigingskader (cijfermatig) concreet gemaakt en beoordeeld. Op dit moment is het beoordelingskader nog in ontwikkeling en daarom in concept als bijlage toegevoegd. Het maakt daarmee geen onderdeel uit van het beleidsstuk Lokaal Eigendom. In RES verband zal nog nadere afstemming over het beoordelingskader plaatsvinden zodat alle initiatiefnemers voor eenzelfde locatie objectief en op gelijke wijze beoordeeld zullen worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-167656.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.