Gemeenteblad van Moerdijk
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Moerdijk | Gemeenteblad 2025, 167322 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Moerdijk | Gemeenteblad 2025, 167322 | beleidsregel |
Welstand-gebiedscriteria ‘Willemstad’
[Deze regeling is oorspronkelijk vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk en is op 13 maart 2025 bekrachtigd door de gemeenteraad. Dit besluit is bekendgemaakt op 17 april 2025 in Gemeenteblad 2025, 166934.]
Willemstad ligt in het uiterste noordwesten van de gemeente Moerdijk, aan de rand van het Hollandsch Diep. Op korte afstand liggen de kernen Helwijk, Fijnaart en Klundert. Via de Hellegatsweg is er een aansluiting op de A29, richting Rotterdam. De omgeving van Willemstad bestaat uit een polderlandschap.
De markies van Bergen op Zoom gelastte in 1564 de inpoldering van een gorzengebied. In de nieuwe polder stichtte hij het dorpje Ruygenhil volgens het Flakkeese type met loodrecht op de dijk (Bovenkade) een hoofdweg (Voorstraat) naar de Kerkring. Toen de markies de Spaanse zijde koos, vielen polder en dorp in Staatse handen. Willem van Oranje besloot er in 1585 een vesting van te maken, die de naam Willemstad kreeg. Onder leiding van vestingbouwer Adriaan Anthonisz werd het plaatsje door bastions omgeven. Sindsdien is het grondgebruik ondergeschikt aan de vestingsfunctie. Het oppervlak van de wallen is vrijwel even groot als dat van het eigenlijke stadje. Daarnaast zijn er arsenalen, een kazerne, een exercitieterrein en dergelijke. De achtkantige koepelkerk is de oudste voor het protestantisme gebouwde kerk in Nederland. De lokale economie was eeuwenlang afhankelijk van het garnizoen; pas in 1926 verloor Willemstad haar vestingsfunctie. Tegenwoordig brengen toerisme en watersport inkomsten en werkgelegenheid. Het wettelijk beschermde stadsgezicht verhindert wildgroei van recreatie.
1.4. Ruimtelijke karakteristiek Willemstad
De kern Willemstad bestaat uit twee ruimtelijk van elkaar gescheiden elementen: de historische vesting en de woningbouw-uitbreiding aan de zuidzijde.
De vesting bestaat uit de historische bebouwing en het groene wallencomplex met enkele bastions. Het geheel ademt een gemoedelijke sfeer uit. In en aan de rand van het historisch centrum staan markante objecten, zoals onder andere de achthoekige kerk, het arsenaal, het raadhuis en de molen.
De vesting Willemstad bestaat uit een centraal binnenstedelijk terrein met daaromheen vestingwallen en een gracht. In Willemstad vormt de Voorstraat de hoofdstraat. Aan weerszijden van de Voorstraat en aan de achterzijde van de kerkring zijn woonstraten gelegen.
Dwars door de vesting loopt een verbindingsweg naar het zuiden. Het betreft hier de Lantaarndijk, die via de Voorstraat en de Landpoortstraat doorloopt in het Steenpad. Aan deze route liggen de meeste voorzieningen.
Aan de zuidzijde heeft uitbreiding met woningbouw plaatsgevonden. Hier zijn in verschillende perioden woningen gebouwd. Aan de rand van de vesting, grenzend aan de gracht, ligt een parkachtig woongebied. In het verlengde hiervan liggen enkele rijtjescomplexen. Het betreft hier traditionele rijtjes aan de Wilhelminalaan.
Aan weerszijden van het Steenpad is woningbouw ontwikkeld. Het betreft hier de wijken Poortweide, Noordlangeweg en Kloosterblok. De Poortweide bestaat uit verschillende kleinere ruimtelijke eenheden, waarbinnen woningen ontwikkeld zijn.
Zo zijn in het westgedeelte woningen in een parkachtige setting gebouwd langs de gracht. Aan de Wilhelminalaan zijn rijtjeswoningen ontwikkeld. Richting het zuiden komen verschillende woningtypen voor. Tussen de wijk Poortweide en de Noordlangeweg ligt een brede groenzone, die ruimtelijk een scheiding aanbrengt. De woningen in het zuiden van Willemstad zijn van diverse typologieën en zijn in een ervenstructuur gelegen. Aan de oostzijde van het Steenpad in de wijk Kloosterblok heeft uitbreiding in de jaren 80 en 90 plaatsgevonden.
Aan de noordkant, boven de wijken Poortweide en Kloosterblok, zijn de sportvoorzieningen van de kern gelegen. Het betreffen hier velden en een zwembad.
Tussen het Hollandsch Diep en de vestingwerken is een jachthaven gelegen.
2. Gebiedsindeling, gebiedsgerichte criteria en welstandsniveaus Willemstad
De gebiedsgerichte welstandscriteria vormen een beoordelingskader voor bouwinitiatieven. Er wordt een negental gebieden benoemd met een specifiek eigen Gebiedsbeschrijving. Deze gebieden worden in de volgende paragrafen beschreven, gewaardeerd en tenslotte worden de welstandsniveaus toegekend en de welstandscriteria beschreven. De gebieden zijn:
De beschrijving en de criteria geschieden aan de hand van de aspecten:
In deze categorie gaat het om stedenbouwkundige beeldaspecten. Daarbij gaat het vooral om de situering van een gebouw ofwel de positie van het gebouw in relatie tot de omringende gebouwen en de publieke ruimte. Tevens wordt de massa en vorm van de gevelopbouw, de kapvorm en het aantal bouwlagen en het materiaal en de kleur van de hoofdvlakken belicht.
Het gaat hier om de compositie van de massa en de verschillende onderdelen. Met name wordt aandacht besteed aan de gevelindeling en de vormgeving van de verschillende gevelelementen. Daarnaast komen onder dit kopje ook de aan- en bijgebouwen aan de orde. Het gaat met name om de karakteristiek van het gebouw als object.
In deze paragraaf gaat het over het materiaalgebruik, de gebruikte kleur en de mate van detaillering, op onderdelen. Er wordt aandacht besteed aan de mate van oorspronkelijkheid / toevoegingen en decoraties.
Na de inventarisatie van de ruimtelijk samenhangende gebieden is voor alle gebieden een ruimtelijk ambitieniveau vastgesteld. Dit ambitieniveau bepaalt de aard en de intensiteit waarmee de bouwplannen aan de diverse criteria zullen worden getoetst.
Afhankelijk van de waarde en gevoeligheid van het gebied is voor elk gebied een niveau vastgesteld: bijzonder (niveau 1), regulier (niveau 2), soepel (niveau 3). Afhankelijk van het niveau worden de beoordelingsaspecten streng, kritisch of licht. In het algemeen geldt: hoe waardevoller de Gebiedsbeschrijving, hoe hoger het welstandsniveau. Deze waarde wordt per kern beoordeeld. Op deze manier worden de gebiedseigen waarden met betrekking tot beeldkwaliteit doeltreffend beschermd.
Welstandsniveau 1 is van toepassing op gebieden waar een strikte hantering van criteria noodzakelijk is om de aanwezige cultuurhistorische waarden en beeldbepalende objecten te beschermen. Monumenten vallen altijd onder welstandsniveau 1.
Welstandsniveau 2 is van toepassing op gebieden waar reguliere hantering van de criteria de aanwezige cultuurhistorische waarden en beeldbepalende objecten voldoende beschermt.
Welstandsniveau 3 is van toepassing op gebieden waar een soepele hantering van de criteria de aanwezige cultuurhistorische waarden en beeldbepalende objecten voldoende beschermt.
2.1. Historische stedelijke bebouwing (H3) (alles binnen de wallen)
Binnen de vestingwerken ligt het historische, stedelijke centrum van Willemstad. Hier ligt de bebouwing aan noord- zuid georiënteerde straten in een strak symmetrisch en orthogonaal patroon. Centraal gelegen is de Voorstraat met statige panden. De Groenstraat en de Achterstraat liggen parallel aan de Voorstraat. De vesting en haar wallen zijn duidelijk zichtbaar vanaf de lager gelegen polder.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
De bebouwing binnen de vesting heeft een stedelijk karakter. Met name doordat de panden dicht aaneengesloten staan en geen privé groen hebben aan de voorzijde, wordt het stedelijk karakter benadrukt (205). In de straten staan afzonderlijk van elkaar ontwikkelde panden, voornamelijk woningen en commerciële en maatschappelijke voorzieningen (16).
De Voorstraat vormt de hoofdstraat van de vesting. Hier komen verschillende functies voor, zoals detailhandel, dienstverlening en wonen. De panden bestaan overwegend uit twee verdiepingen, voorzien van een kap. De straat bestaat als het ware uit twee stenen wanden en een weg met in het midden een verhoogd voetgangersgebied in de vorm van een Lindenlaan.
De panden zijn grotendeels opgetrokken uit baksteen en de daken zijn met grijze of rode keramische dakpannen bedekt.
De panden staan in een strakke rooilijn tot de straat (25, 28, 168, 209). Enkele panden zijn voorzien van een privé-stoep of uitstekende verbijzondering van de entree. De panden aan de Landpoortstraat zijn vergelijkbaar in vorm en functie aan de Voorstraat, maar door het ontbreken van het voetgangerspad heeft de Landpoortstraat een minder formeel karakter.
Rond de Kerkring bestaat de bebouwing overwegend uit één laag met kap (161, 162, 164). Deze panden zijn veelal in gebruik als woning.
Aan de Groenstraat is de straatindeling van de Voorstraat overgenomen. Hier loopt een breed groen voetgangerspad, die de straat in tweeën deelt. De panden, die aan weerszijden van de straat staan, bestaan hoofdzakelijk uit één laag met een kap. Aan de noordzijde van deze straat heeft in de jaren 40 – 50 vernieuwing plaatsgevonden (178). Hier bevinden zich enkele rijtjeswoningen bestaande uit twee lagen met een zadeldak. De bebouwing aan de Achterstraat is vergelijkbaar met de Groenstaat (135, 136).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Historisch gegroeide panden hebben vaak verticaal gerichte ramen en deuren en dat is hier goed te herkennen (16). Er zijn meer hoge dan brede ramen met duidelijke, gemetselde tussenruimten tussen de afzonderlijke gevelopeningen.
Karakteristiek zijn enkele klok- (18) en trapgevels (22). Hier en daar is er een dakkapel met hellend of vlak dak toegevoegd (15, 20). De panden hebben geen erkers maar wel schoorstenen. Veel deuren zijn voorzien van een bovenlicht (14, 24, 26, 228). Karakteristiek zijn de symmetrische gevelindelingen met de voordeur aan de voorzijde en daarnaast vaak twee hoge ramen (10, 17).
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Veel woningen zijn voorzien van detailleringen, zoals trasramen (onderplint van een afwijkende kleur), fraaie goot en daklijsten, luiken (23) en sierlijsten rondom de voordeur. Alle woningen hebben houten kozijnen die in traditionele kleuren geschilderd zijn (23). Karakteristiek zijn de traditionele roedeverdelingen in de ramen.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Bij uitbreidingen aan de voor- en zijkant van het gebouw moet worden gekozen voor materialen en kleuren die reeds gebruikt zijn binnen de architectonische eenheid. Indien materialen niet meer voorhanden zijn, moet worden gezocht naar een materiaal dat in kleur, textuur en maat sterk lijkt op bestaande materialen.
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
2.2. Parkachtige woongebieden (W2)
Aan de oostkant van de gracht is een woongebied gelegen in een parkachtige setting. Het betreft hier de woonstraten Singel, Koningin Wilhelminalaan en Folke Bernadottelaan.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
De woningen in dit deelgebied zijn in een ruime groene setting geplaatst. Het betreft hier vrijstaande woningen, die op ruime percelen staan (94). Het geheel heeft een chique uitstraling. Parkeren vindt op eigen perceel plaats. Vrijwel elke woning heeft een duidelijk eigen karakter en heeft een eigen uitstraling (70-78). Middels materiaal- en kleurgebruik wordt het verschil benadrukt. Overwegend bestaat de hoofdmassa uit één of twee lagen met een kap. Ten aanzien van de kapvormen komen verschillende soorten voor zoals zadeldak, mansardedak (75).
Baksteen en keramische pannen zijn over het algemeen gebruikt. De hoofdmassa bestaat uit ingetogen, traditionele kleuren. Sommige panden zijn wit gekalkt/gestuukt (70).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
De woningen zijn overwegend voorzien van grote glaspartijen op de begane grond en een horizontaal geleed raam op de verdieping (214, 218). De meeste woningen hebben aangebouwde of losse garages die nooit op de perceelsgrens staan. De garages zijn opgebouwd uit hetzelfde materiaal als de hoofdbouw en hebben platte daken (71).
De deuren zitten zowel aan de voorkant als aan zijkanten. Er zijn dakkapellen aanwezig, erkers en aanbouwen (74).
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Er is overwegend gebruik gemaakt van traditionele materialen, zoals baksteen, keramische pannen en houten details. Incidenteel zijn versieringen aan de gevel aangebracht. De meeste panden hebben traditionele kenmerken (zoals glas in lood- en trasramen) en gevelindeling. Alle raamkozijnen zijn van hout (74).
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
2.3. Woonwijken in traditionele blokverkaveling (W4)
Aan de oostkant van de Koningin Wilhelminalaan komen enkele rijtjeswoningen voor in traditionele blokverkaveling (79).
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
In de jaren 50, 60 en 70 zijn veel uitbreidingen gerealiseerd met een eenvoudig patroon van rechte straten met een symmetrisch straatprofiel en bomen op de trottoirs. Langs deze straten zijn woningen gebouwd, veelal in rijtjes van drie of meer. Aan de Koningin Wilhelminalaan zijn drie van dit type rijen gebouwd. De architectonische eenheid bestaat uit de rij die bestaat uit vijf of meer woningen. De rij is op redelijke afstand tot de straat gelegen, waardoor er ruimte is voor een voortuin. De panden bestaan uit twee lagen voorzien van een zadeldak in de langsrichting van de straat.
Donkere baksteen en een rode pan zijn bij de woningen gebruikt (79-82).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
De woningen hebben de oorspronkelijke gevelindeling en opzet behouden. De gevel bestaat uit een groot glasvlak op de begane grond en twee kleinere ramen op de verdieping. Er zijn geen toevoegingen of uitbouwen aangebracht aan de voorzijde van de woning. Hierdoor is de gevelindeling nog in overeenstemming met het algemene beeld van de gevel. Ook hebben zich in het dakvlak geen aanpassingen voorgedaan. Op het dak zijn schoorstenen aanwezig, die een rij ritmisch geleden in afzonderlijke woningen.
De deuren zitten allen aan de voorkant.
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Er is overwegend gebruik gemaakt van traditionele materialen, zoals baksteen, keramische pannen en houten details. Het geheel heeft een sobere uitstraling. Alle raamkozijnen zijn van hout. Onder de ramen is een keramische lekdorpel aangebracht.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Aan de Dr. J. v.d. Tempellaan en Ds Schoutenlaan zijn woningen volgens de systematiek van het Nieuwe Bouwen gebouwd. De woningen zijn langs doorgaande straten in overzichtelijke blokken gelegen.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Het deelgebied is opgebouwd uit clusters van rijtjes en twee- onder-één kapwoningen. Aan de voorzijde van enkele rijtjeswoningen zijn bijgebouwen geplaatst. Hierdoor krijgt de wijk meer het karakter van de Forumbouwstijl.
De hoofdmassa is bij de rijtjeswoningen opgebouwd uit twee lagen voorzien van een kap en bij de twee-onder-één kapwoningen uit één tot twee lagen eveneens met een kap. De rijtjeswoningen beschikken over een zadeldak in de langsrichting van de straat. Bij de twee-onder-één kapwoningen komen verschillende kapvormen voor.
De gevels zijn opgetrokken uit baksteen (3, 4, 5, 54-61).
Aan de C.v. Gendlaan komt een ander type woning voor. Het betreft hier twee-onder-één kapwoningen in de boederette- stijl. De woningen bestaan uit één laag met een wolfsdak. Aan de voorzijde van het dakvlak zijn planmatig dakkapellen aangebracht. Aan de zijkanten van de woningen zijn garages toegevoegd, voorzien van een plat dak. Het geheel is uitgevoerd in een lichte kleur baksteen met donkere pan (36- 38, 41-43).
Op de hoek van de Van Vassenaerlaan komt een complex voor, dat is opgebouwd uit twee losse woonlagen met een galerij. Dit complex is opgebouwd uit donkere baksteen en heeft een donkere pan op het zadeldak liggen (62).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Bij de rijtjeswoningen zijn in de gevel houten toevoegingen op de verdieping aangebracht. Hierdoor ligt de nadruk van de woning op de voorgevel. Dit in tegenstelling tot de zijgevels die ‘blind’ gelaten zijn (210, 223). Er is gebruik gemaakt van spiegeling van de indeling tussen de woningen.
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De woningen zijn voorzien van houten, wit geschilderde kozijnenen. Bij de entree is, zoals genoemd, gebruik gemaakt van accentenen, die in verschillende, soms felle, kleuren zijn uitgevoerd. Ook meer open, transparante overkappingen zijn aangebracht.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Aan de zuidrand van het woongebied van Willemstad, bij de
P.v. Oldenborghlaan, de J. v.d. Wassenaerlaan en de Callenburghlaan, liggen woonerven. De bebouwing in deze erven is overwegend geschakeld of van het twee-onder-één kapwoningtype.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Het gebied heeft een duidelijke Forumbewegingstijl. Het betreft hier woonerven die in de jaren 70 tot 80 ontwikkeld zijn. Projectmatig zijn langs doodlopende straten twee-onder- één kapwoningen gebouwd. Deze woningen bestaan uit één tot twee lagen met een kap. Overwegend komen zadeldaken voor. Bij enkele woningen is afgeweken van een ‘normale’ hellingshoek (52) Aan de voorzijde zijn uit- en aanbouwen aanwezig, die opgenomen zijn in de architectuur. De woningen zijn op ruime afstand tot de weg gelegen waardoor ruimte is voor een voortuin (211).
Overwegend is gebruik gemaakt van een donkere baksteen.
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Per architectonische eenheid zijn verschillende kleurnuances gebruikt. Doordat de aan- en bijbouwen onderdeel uitmaken van de oorspronkelijke architectuur zijn de voorgevels erg dominant (68). Bij enkele woningen loopt het dakvlak door over de aanbouw, waardoor dit geheel onderdeel wordt van de hoofdmassa. Bij enkele woningen is een dakkapel toegevoegd (51)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De gevels zijn voorzien van enkele toevoegingen, waaronder balkons en overkappingen boven de entree. De toevoegingen zijn uitgevoerd in hout of plaatwerk in een traditionele kleur.
Het raamwerk is in traditionele kleuren uitgevoerd.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
2.6. Thematische uitbreiding (W8)
In de wijk Kloosterblok is thematische woningbouw toegevoegd aan de bestaande voorraad. De wijk bestaat uit geschakelde en twee-onder-één kapwoningen.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Binnen het woongebied liggen heldere woonstraten waaraan de bouwblokken gelegen zijn. De woningen hebben een sterk contract tussen de voor- en achterkant en beschikken over ruime privé-tuinen.
De bebouwing bestaat voornamelijk uit twee-onder-één kapwoningen of vrijstaande woningen die onderling geschakeld zijn. Elke architectonische eenheid vormt een eigen eenheid en heeft onderling vergelijkbare kenmerken, zoals kapvorm, materiaal- en kleurgebruik (113, 115, 119, 122, 138, 140).
Baksteen in een lichte en een donkere kleur komen allebei voor. Op de daken is eveneens een diversiteit aan kleuren aanwezig.
De vrijstaande en geschakelde woningen die voorkomen zijn in beeld vergelijkbaar met de twee-onder-één kapwoningen (97, 103, 139).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
De woningen zijn overwegend traditioneel in gevelindeling. Op de begane grond komen één of twee ramen voor. De entree is veelal in de zijgevel gelegen (120).
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De mate van detaillering is laag. De gevels zijn strak uitgevoerd zonder toevoegingen. Bij de rijtjeswoningen zijn dakvensters aangebracht.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
2.7. Individuele woningbouw (W9)
Individuele woningbouw is ontwikkeld in de Wijngaard, Heerhof, Zandkreek, Menno van Coehoornstraat, Carel v. Boetzelaerstraat, Cornabépark en de Priorindreef. Aan deze straten zijn de woningen als losse elementen aanwezig.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Het gebied waarin de individuele woningbouw is gerealiseerd, is opgezet in een strakke verkaveling. Op ruime percelen zijn verschillende vrijstaande woningen geplaatst (126-130). Deze woningen hebben een sterk individueel karakter en hebben elk een verschillende bebouwingstypologie. Over het algemeen bestaan de woningen uit één à twee lagen met een kap en staan vrij op een ruim perceel (86, 88, 91). Ten aanzien van de kapvorm komen verschillen voor, zoals piramidedak (95, 100, 101) en zadeldak. De woningen zijn uitgevoerd in rode of zandkleurige steen. De dakvlakken zijn overwegend donker van kleur, grijs of zwart.
Aan de Wilhelminalaan en de C. Van Boetzelaerstraat staan twee typen vrijstaande woningen. Twee-onder-één kap, één laag hoge, met garages geïntegreerde woningen, met grote voortuinen aan een parkachtige straat met brede grasbermen. Overwegend is gebruik gemaakt van donkere daksteen en een donkere pan (89). De dakvorm is bij de meeste woningen een zadeldak. Parkeren vindt op eigen erf plaats in garages die onderdeel uitmaken van de hoofdsmassa. De dakvorm sluit aan bij de dakvorm zoals deze voorkomt op de gevel (90). Er staan ook twee lagen hoge woningen (93) met doorlopende kleurvlakken.
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Overwegend zijn de woningen voorzien van een symmetrische indeling met de voordeur in het midden van de gevel of aan de zijkant. Op de eerste verdieping is incidenteel een dakkapel geïntegreerd in de hoofdmassa. De vrijstaande woningen zijn vrijwel allemaal voorzien van een afzonderlijk bijgebouw waarin de garage is gevestigd. Bij enkele woningen is de garage geïntegreerd in de hoofdmassa.
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De woningen zijn uitgevoerd in baksteen en houten details, zoals luiken. Bij de woningen wordt de individualiteit benadrukt door het gebruik van diverse kleuren en accenten. Het houtwerk is veelal uitgevoerd in wit of traditionele kleuren. Er zijn kapkapellen en dakramen toegevoegd aan de woningen. Deze woningen zijn tevens voorzien van markiezen en rolluiken.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
2.8. Parken, groengebieden en sportcomplexen (G1)
Het meest opvallende groenelement van de kern betreft de vestingwallen rondom de historische binnenstad (76, 200, 208, 216, 217, 226). Ten zuiden van de Oostdijk liggen de sportcomplexen van Willemstad (83-85, 224, 225).
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Het groengebied van Willemstad beslaat een zeer groot oppervlak. De gehele historische stedelijke bebouwing wordt omsloten door wallen en singels, inclusief een vestinggracht. Op de wallen zijn restanten van militaire bouwwerken (171) als bunkers, munitieopslag e.d. te vinden. Dit hele gebied verdient als rijksmonument extra aandacht. Het groengebied bestaat voornamelijk uit bos en wandelgebied. In het zuidoosten bevinden zich de sportcomplexen. Deze sportcomplexen bestaan voornamelijk uit sportvelden en bijhorende bebouwing, veelal bestaande uit één laag met plat dak. Het sportcomplex is omgeven door opgaand groen.
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
De gevels van de clubhuizen zijn overwegend horizontaal geleed. De gevel is ingedeeld naar de achterliggende functie. De kleedruimten hebben weinig ramen, die veelal hoog gelegen zijn. De kantine daarentegen heeft veel raampartijen, uitkijkend op de sportvelden.
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De bebouwing van de sportcomplexen is sober en ingetogen uitgevoerd. De bebouwing is veelal uitgevoerd in een lichte bruine baksteen en gevelbekleding, in een sobere kleur.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De jachthaven van Willemstad bestaat uit twee delen. Ten noorden van de Buitendijk ligt een jachthaven met een drijvend havengebouw (199). En buitendijks ligt de oude kade met aanlegmogelijkheden (152). Bovendien heeft Willemstad een werkhaven aan de Lantaarndijk nabij de vuurtoren (155).
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
De boten en de bereikbaarheid hiervan staan centraal. De jachthaven ten noordwesten van de Buitendijk is verder afgelegen en de jachthaven en oude historische kern worden gescheiden door een groot groengebied. Deze jachthaven wordt voornamelijk gebruikt voor privé boten. De jachthaven ten noorden van de Buitendijk ligt dichter naar de historische bebouwing toe, maar wordt gescheiden door de dijk. De bebouwing in de haven heeft een ondersteunende functie: havenmeester, voorzieningen, etc. (147). Het havenkantoor is een klein kantoortje, dat zich bevindt aan de steigers die drijven in het water. De sanitaire voorzieningen bevinden zich in een klein gebouw tevens verbonden aan de steigers.
Omdat de jachthaven achter de dijk ligt, is er behalve de boven de dijk uitstekende masten van de boten weinig van deze jachthaven te zien (148). In de haven liggen voornamelijk zeilboten en kleine pleziermotorbootjes. Aan deze arm, die uitmondt in het Hollandsch Diep, liggen aan de westzijde met name plezierjachten die met hun veelal witte en lichte rompen met uitstekende ranke masten het beeld bepalen (151, 157, 197-203).
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
De aanwezige bebouwing, waaronder het havenkantoor en de sanitaire voorzieningen, bestaan uit één laag met plat dak. De gevelindeling is simpel. Het havenkantoor heeft veel ramen zodat er goed overzicht is op de haven en omgeving. De andere aanwezige bebouwing heeft ramen afgestemd op de achterliggende functie (145-157, 197-203).
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
De aanwezige bebouwing is simpel en sober uitgevoerd in lichte kleuren.
Hoofdaspecten (plaatsing, massa/vorm, gevelopbouw, materialen/kleuren hoofdvlakken)
Deelaspecten (geledingen, gevelindeling, vormgeving gevelelementen)
Detailaspecten (materialen, kleuren, detaillering van onderdelen)
Hierop zijn de “algemene criteria” van toepassing.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-167322.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.