Gemeenteblad van Berkelland
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Berkelland | Gemeenteblad 2025, 152962 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Berkelland | Gemeenteblad 2025, 152962 | beleidsregel |
De raad van de gemeente Berkelland;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 december 2017;
Het huishoudelijk afval van de Berkellandse inwoners gaat grotendeels in de grijze container. Het verwerken van dat afval kost geld. Het verwerken van grondstoffen daarentegen kost aanzienlijk minder geld en levert soms geld op. Door grondstoffen zoals plastic, oud papier en textiel beter te scheiden van het afval wordt er aanzienlijk minder afval verbrand. Dat scheelt in de portemonnee én –nog belangrijker- het is beter voor het milieu (uitstoot schadelijke stoffen, hergebruik van grondstoffen en sluiten van kringlopen).
Daarom moet onze afvalinzameling anders
Tot nu toe heeft het gemeentelijke afvalbeleid onvoldoende resultaat opgeleverd. De hoeveelheid restafval stijgt jaarlijks in plaats van dat deze afneemt. Ook blijkt dat het overgrote deel van het restafval dat in de grijze container verdwijnt herbruikbaar is als grondstof. Vooral GFT (groente, fruit en tuinafval), PMD (Plastic, Metaal en Drankenkartons) en papier/karton kunnen beter gescheiden worden.
Kaders voor betere afvalscheiding
Het plan Van Afval Naar Grondstof legt de kaders vast waarbinnen het inzamelen en verwerken van grondstoffen uit het huishoudelijk afval de komende jaren vorm krijgt.
Berkelland wil voldoen aan de landelijke doelstelling uit het programma
VANG – Huishoudelijk afval. Dit betekent dat we in 2020 niet meer dan 100 kilogram restafval per inwoner inzamelen. Aanvullend heeft de gemeenteraad voor 2025 de ambitie gesteld om niet meer dan 75 kilogram restafval per inwoner in te zamelen.
Is de doelstelling realistisch?
In 2016 is 263 kilogram restafval per Berkellandse inwoner ingezameld. Vergelijkbare gemeenten zamelden gemiddeld zo’n 152 kilogram restafval per inwoner in. Dat is ruim 100 kilogram minder dan Berkelland. Omliggende gemeenten laten zien dat de VANG-doelstelling realistisch is. In de gemeente Aalten, Oost-Gelre en Winterswijk zijn in 2014 beleidsmaatregelen getroffen. Deze gemeenten voldoen nu al aan de landelijke VANG-doelstelling .
Hoe zijn onze inwoners betrokken?
Afval raakt iedere inwoner. Om die reden hebben wij onze inwoners actief betrokken bij het plan. We hebben vier informatieavonden gehouden waarbij meer dan 500 inwoners aanwezig waren. Ook konden onze inwoners een enquête invullen waar ze de voorkeur voor de manier van inzamelen kenbaar konden maken. In totaal hebben 1.812 inwoners de enquête ingevuld. Een mooi resultaat.
Wat hebben we opgehaald tijdens de bewonersavonden?
Tijdens de inloopavonden zijn alle scenario’s gepresenteerd. Er zijn veel vragen gesteld. In zijn algemeenheid is er (na uitleg) begrip voor het veranderen van het systeem. Er is veel waardering om een groene container beschikbaar te stellen voor de inwoners van het buitengebied. Onze inwoners zijn bezorgd over de frequentie van het leegmaken en de inhoud van de grijze container.
Handige tips zijn er ook gegeven. Deze nemen wij mee bij de uitvoering. Bijvoorbeeld:
Wat heeft de enquête opgeleverd?
1812 inwoners hebben de enquête ingevuld. De uitkomst:
Alle scenario’s gelden voor de kernen én het buitengebied. Voor de hoogbouw woningen verandert er niets. Ook het buitengebied krijgt een groene container. In alle scenario’s wordt de groene container voor het GFT 1 x per 2 weken en een oranje container voor PMD 1 x per 4 weken huis-aan-huis leeggemaakt. Het inzamelen van oud papier en karton blijft zoals het nu is.
75% vindt het een goed idee om vier keer per jaar (2 x voorjaar en 2 x najaar) huis-aan-huis grof tuinafval in te zamelen en om te stoppen met de huidige 11 brengplaatsen.
83% vindt het een goed idee om twee keer per jaar (1 x voorjaar en 1 x najaar) huis-aan-huis klein chemisch afval in te zamelen en om te stoppen met de huidige 11 brengplaatsen vindt 83% een goed idee.
42% wil in de toekomst overgaan op containers voor oud papier.
Om de gestelde doelen te bereiken, moet er een aangepast inzamelsysteem komen. In totaal hebben we 19 maatregelen geformuleerd om deze omslag te realiseren. Deze maatregelen zijn gericht op de inzamelvoorzieningen, communicatie en participatie, het financieel belonen van goed scheidingsgedrag, toezicht en handhaving, het vernieuwen van de contracten en monitoring/evaluatie.
De nieuwe inzamelmethode kan naar verwachting minimaal kostenneutraal worden ingevoerd. Ook als we nieuwe inzamelcontracten gaan afsluiten. Dit komt doordat de (dure) fractie restafval vermindert en de apart ingezamelde grondstoffen meer opbrengen.
Het financieel voordeel kan oplopen tot € 20,- per aansluiting.
De manier waarop we omgaan met huishoudelijk afval heeft de afgelopen jaren een flinke ontwikkeling doorgemaakt. Afvalbeheer heeft plaatsgemaakt voor ketenbeheer. Het landelijk afval- en grondstoffenbeleid is aangescherpt, doordat het bewustzijn is gegroeid dat natuurlijke hulpbronnen schaars worden en het besef toe is genomen dat materiaalhergebruik noodzakelijk is. Zowel uit economisch als ecologisch oogpunt is een goed beheer van grondstoffen essentieel. Ons (gemengde) restafval bevat nog veel grondstoffen die geschikt zijn voor hergebruik. Dit maakt het winnen van grondstoffen uit afval tot de kern van het huidige beleid.
Het gemeentelijke afvalbeleid heeft tot nu toe onvoldoende resultaat opgeleverd: de inwoner van Berkelland biedt gemiddeld nog teveel (gemengd) restafval in de grijze container aan. Het beleid is toe aan vernieuwing. In dit plan Van Afval Naar Grondstof (VANG) zijn de kaders zijn vastgelegd waarbinnen het beleid de komende jaren vorm krijgt.
Veel gemeenten stellen nieuwe ambitieuze doelen en werken hard aan lokale transitieagenda’s. Zo ook de gemeente Berkelland. Met dit plan wil de gemeente voldoen aan de landelijke doelstelling uit het programma VANG: in 2020 wordt niet meer dan 100 kilogram restafval per inwoner ingezameld en het percentage afvalscheiding is 75% of meer.
Gezien de uitgangssituatie van Berkelland is het doel ambitieus te noemen. De ervaringen in andere gemeenten laten niettemin zien dat het VANG-doel haalbaar is. Om de gescheiden inzameling van grondstoffen uit het huishoudelijk afval te verbeteren zijn structurele veranderingen in het inzamelsysteem nodig.
2.1 Afvalstoffenplan 2014-2018
Het Afvalstoffenplan 2014-2018 was gericht op het efficiënt inrichten van de organisatie rondom preventie, hergebruik en verwerking van de afvalstromen en grondstoffen waarbij optimaal vorm wordt gegeven aan preventie, dienstverlening en scheidingsrendement. Doel was zo weinig mogelijk afval te verbranden of te storten.
Jaarlijks wordt de samenstelling van het restafval in de gemeente Berkelland onderzocht om te bepalen hoeveel grondstoffen nog worden weggegooid met het restafval door inwoners.
De samenstelling van een gemiddelde container is hieronder grafisch weergegeven in de vorm van een minicontainer voor zowel het gewicht als het volume.
Uit deze gegevens valt het volgende op te maken:
Vergelijking met andere gemeenten
In vergelijking met de gemiddelde Nederlander produceren de inwoners van Berkelland relatief veel restafval. In Berkelland ging het in 2016 om 263 kilogram restafval per inwoner (fijn en grof samen), terwijl in Nederland gemiddeld met 200 kilogram veel minder restafval vrijkomt (bron: CBS, peiljaar 2015). De prestaties van de gemeente Berkelland zijn ook vergeleken met de landelijke Benchmark Afvalscheiding. Er is gekeken naar gemeenten in klasse D (met 0% t/m 19% hoogbouw). Deze vergelijkbare gemeenten zamelden gemiddeld zo’n 152 kilogram restafval per inwoner in. Dat is ruim 100 kilogram minder dan Berkelland (bron: Benchmark Huishoudelijk Afval, peiljaar 2015, Rijkswaterstaat).
Inwoners van Berkelland hielden 52% van hun afval apart in 2016. Dat is 8% minder dan gemiddeld in Nederland (bron: CBS, peiljaar 2015). Ten opzichte van gemeenten uit de benchmark houden inwoners van Berkelland veel minder afval apart. In 2015 was het scheidingspercentage in deze vergelijkbare gemeenten gemiddeld namelijk 70%.
De huidige dienstverlening voor de afvalinzameling in Berkelland is over het algemeen vrij hoog te noemen, maar niet hetzelfde in het hele grondgebied. Inwoners hebben voor een aantal grondstoffen verschillende mogelijkheden om in te leveren of op te laten halen. Er is geen gemeentelijke milieustraat aanwezig, maar er zijn verschillende particuliere brengpunten.
Inwoners betalen afvalstoffenheffing voor de inzameling en verwerking van afval en grondstoffen. In 2016 bedroeg de gemiddelde afvalstoffenheffing in Nederland €239 per huishouden. De inwoners van Berkelland zijn aanzienlijk goedkoper uit met een tarief van €176,55 voor een grote grijze en groene container.
In bijlage 2 staat nog meer informatie over de huidige situatie.
In september 2016 is een enquête gehouden onder de inwoners van Berkelland over het inzamelen van afval. Uit de resultaten kan worden geconcludeerd dat ruim 85% op dat moment tevreden was over de inzameling van het huishoudelijke afval. Gemiddeld wordt de huidige inzameling beoordeeld met een rapportcijfer 7,7.
Ruim 90% zet de container voor restafval iedere twee weken aan de straat en 81% van de inwoners zet het gft elke twee weken aan de straat. Ruim 92% vindt afvalscheiding (heel) belangrijk. Vooral papier en glas worden goed gescheiden van het restafval. Circa 65% van de panelleden vindt dat mensen die beter scheiden dan anderen minder afvalstofheffing zouden moeten betalen. 63% van de deelnemers aan de enquête zou een container voor PMD1 willen en 40% een container voor oud papier.
Een veel gemaakte opmerking was dat inwoners van het buitengebied graag weer gebruik zouden willen maken van een groene container.
In september/oktober 2017 zijn vier inloopbijeenkomsten gehouden in Borculo, Ruurlo, Eibergen en Neede. Bewoners kregen uitleg over de veranderingen en zij konden vragen stellen (zie voor vragen en reacties ook Bijlage 1). De opkomst was met in totaal 500 deelnemers hoog.
Tijdens de inloopavonden zijn alle scenario’s gepresenteerd. Er zijn veel vragen gesteld. In zijn algemeenheid is er (na uitleg) begrip voor het veranderen van het systeem. Er is veel waardering om een groene container beschikbaar te stellen voor de inwoners van het buitengebied. Onze inwoners zijn bezorgd over de frequentie van het leegmaken en de inhoud van de grijze container.
Handige tips zijn er ook gegeven. Deze nemen wij mee bij de uitvoering. Bijvoorbeeld:
In oktober 2017 is ook een enquête gehouden Hieraan konden alle inwoners meedoen. In totaal vulden 1.812 inwoners de enquête in. Zij hebben aangegeven welke manier van inzameling het beste bij hen past, door een viertal scenario’s op volgorde van voorkeur te zetten.
Bijna driekwart van de deelnemers (71%) geeft aan dat zij van de vier voorgelegde scenario’s de voorkeur hebben voor scenario 1: inzamelen met drie containers voor restafval, GFT en PMD. De grijze container voor restafval wordt daarbij 1x in de 4 weken geleegd, de groene container voor GFT 1x in de 2 weken en de PMD-container 1x in de 4 weken.
4. WAAR WIL BERKELLAND NAAR TOE?
De gemeente Berkelland vindt het belangrijk om op een verantwoorde manier om te gaan met grondstoffen om nu en in de toekomst gezond te blijven en de kwaliteit van onze leefomgeving te behouden. De gemeente wil - samen met inwoners, bedrijven en andere overheden – bijdragen aan het realiseren van een circulaire economie. In dit economisch systeem worden producten en materialen volledig hergebruikt en ontstaat zo min mogelijk restafval2.
Berkelland neemt haar verantwoordelijkheid als het gaat om de inzameling, recycling en verwerking van huishoudelijk afval. Juist omdat de gemeente een positie aan het eind van de gebruiksketen heeft, hebben wij een belangrijke rol bij het ombuigen van ‘afval’ naar waardevolle producten en grondstoffen. Dit doen we door inwoners te stimuleren grondstoffen apart te houden.
De afvaldriehoek geeft het verband aan tussen drie samenhangende aspecten van de afvalinzameling: milieu, service en kosten. Gemeenten voeren regie op deze aspecten en stellen beleid vast. Als basis voor het gemeentelijke beleid geldt dat er een goede balans moet zijn in deze afvaldriehoek3.
Doel is dat inwoners het ontstaan van huishoudelijk afval voorkomen en waarborgen dat waardevolle grondstoffen zoveel mogelijk worden ingezameld en hergebruikt. Hierbij streeft Berkelland ernaar om te voldoen aan het programma VANG4.
Het VANG-doel voor 2020 is gemiddeld maximaal 100 kg restafval per inwoner per jaar (grof en fijn restafval samen) en een scheidingspercentage van minimaal 75% van het huishoudelijk afval.
De gemeente moet nog een stap zetten om deze doelen te behalen: van 52% afvalscheiding in 2016 naar 75% in 2020 en van 263 kilogram restafval per inwoner naar 100 kilogram. Hoewel dit nog ver weg lijkt, laten de ervaringen in andere gemeenten zien dat het gestelde doel haalbaar is. In 2015 behaalden 26 gemeenten het doel voor 2020 al (bron: CBS Statline), waaronder de gemeenten Aalten, Oost-Gelre en Winterswijk. In 2015 lukte het drie gemeenten zelfs om nog minder restafval in te zamelen: 50 kg of minder.
Bij de gemiddelde burger wint het gemak van het aanbieden van restafval het van zijn motivatie om afval te scheiden. Als het makkelijker is om grondstoffen weg te gooien in het gemengde restafval in plaats van deze apart te houden, dan kiezen de meeste mensen voor die optie. Daarom wil de gemeente Berkelland het haar inwoners zo makkelijk mogelijk maken om waardevolle grondstoffen te scheiden. Het inzamelsysteem wordt zo ingericht dat het serviceniveau (gemak en ophaalfrequentie) voor grondstoffen hoger is dan voor het niet te hergebruiken restafval. Daarbij blijft een goede kwaliteit van dienstverlening belangrijk.
Bovendien wil de gemeente haar inwoners bewust maken van het belang van het scheiden van grondstoffen en wil zij hen motiveren om hiernaar te handelen.
De gemeente vindt het belangrijk dat de afvalstoffenheffing betaalbaar blijft voor inwoners. Daarom mag het nieuwe afvalinzamelsysteem niet zorgen voor hogere lasten. De afvalstoffenheffing moet minimaal gelijk blijven.
Onderzoek in het kader van het programma VANG toont aan dat verdergaande recycling kosten bespaart voor zowel gemeente als inwoners. Investeringen in een inzamelstructuur die gericht is op meer afvalscheiding leiden tot lagere kosten en/of hogere opbrengsten. De kosten voor het verwerken van de meeste herbruikbare grondstoffen zijn namelijk lager dan de kosten voor het verwerken van restafval. Gemeenten krijgen voor grondstoffen zoals papier/karton, textiel, PET, glas en blik zelfs inkomsten. Voor grondstoffen zoals kunststof verpakkingen en drankenkartons geldt dat de vergoedingen uit de producenten-verantwoordelijkheid in beginsel kostendekkend zijn.
Bronscheiding heeft de voorkeur in de gemeente Berkelland. Scheiden door inwoners thuis (dus ‘aan de bron’) levert namelijk schone materiaalstromen op, die relatief eenvoudig kunnen worden hergebruikt of nuttig toegepast.
Van een aantal grondstoffen – zoals PMD: kunststof verpakkingen, drankenkartons en metalen - is het (beperkt) mogelijk om deze uit het gemengd ingezamelde restafval te halen en te hergebruiken. Dit proces, waarbij de grondstoffen met een aantal technieken uit het gemengd ingezamelde restafval worden gehaald, heet “nascheiding”. Nascheiding vermindert het aantal vervoersbewegingen en vraagt minder van inwoners, omdat de motivatie om grondstoffen te scheiden en de beperkte opslagmogelijkheden in/om huis geen rol spelen.
Maar het levert ook een lagere kwaliteit op van het gescheiden materiaal dan bronscheiding.
Een bijkomend nadeel is dat nascheiding niet bijdraagt aan bewustzijn over consumptiegedrag, verspilling en afvalproductie. Daar komt bij dat de gemeente momenteel geen contract heeft afgesloten met een afvalverwerker die grondstoffen kan nascheiden uit het restafval.
Van de 252 kilogram van het restafval uit de grijze bak, is nog zo’n 189 kilogram herbruikbaar. Prioriteit wordt gegeven aan de inzameling van grondstoffen die nu nog het meest voorkomen in het restafval en dus nog beter gescheiden kunnen worden door bewoners: GFT, PMD en herbruikbaar papier en karton. Een betere scheiding van deze grondstoffen levert een flinke daling van de hoeveelheid restafval op en draagt bij aan het realiseren van de milieudoelen.
Berkelland blijft luiers en incontinentiemateriaal gescheiden inzamelen. Momenteel is de verwachting dat er binnen enkele jaren weer grootschalige recyclingmogelijkheden voor dit materiaal komen. Deze ontwikkelingen worden versneld dankzij het project 'Uit de luiers', een onderdeel van de ketenaanpak uit het Rijksbrede programma Circulaire Economie.
Om de kwaliteit van de dienstverlening te borgen, houdt de gemeente Berkelland rekening met mensen voor wie het moeilijker is om afval te scheiden. Het gaat dan om mensen die als gevolg van een ziekte meer afval produceren, zoals het materiaal dat vrijkomt bij extramurale gezondheidszorg (nierdialyse- en stoma-materiaal, etc.).
De gemeente wil bewoners bewust maken van het belang van het apart houden van grondstoffen, zodat zij hiernaar gaan handelen en goed gaan scheiden. Communicatie is daarbij belangrijk, zodat inwoners de kennis krijgen hoe zij goed moeten scheiden en waar zij de herbruikbare grondstoffen kunnen inleveren.
In de afval- en recyclingbranche liggen veel kansen voor werkgelegenheid voor mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Berkelland streeft ernaar om een impuls te geven aan werkzaamheden - op lokaal of regionaal niveau - die geschikt zijn voor het creëren van sociale werkgelegenheid.
De gemeente Berkelland heeft een voorbeeldfunctie voor haar inwoners. Daarom komen in het gemeentehuis extra voorzieningen om grondstoffen te scheiden van het afval. Het gemeentehuis is immers een plek waar inwoners en medewerkers - waarvan een groot deel ook in de gemeente woont - regelmatig aanwezig zijn.
5. HOE REALISEREN WIJ ONS DOEL?
Het voorgaande maakt duidelijk dat een omslag nodig is om de gestelde doelen voor het afval- en grondstoffenbeleid te bereiken. Verschillende maatregelen om deze omslag te realiseren zijn getoetst op de uitgangspunten en onderzocht op haalbaarheid.
Invloed van het serviceniveau op de afvalscheiding
Uit de benchmark blijkt dat het serviceniveau een belangrijke invloed heeft op de milieuprestaties van gemeenten (bron: Benchmark Huishoudelijk Afval, peiljaar 2015, Rijkswaterstaat). Het afvalscheidingsgedrag van burgers wordt sterk beïnvloed door de gekozen inzamelmethode, inzamelfrequentie, het soort inzamelmiddel dat wordt gebruikt (zakken, minicontainers of verzamelcontainers) en de dichtheid/locatie van verzamelcontainers. Uit de cijfers is een aantal vuistregels af te leiden:
Berkelland past deze vuistregels toe. De basis van het geamendeerde plan VANG is dat het scheiden van grondstoffen uit het afval wordt gestimuleerd door de dienstverlening voor restafval te verminderen en die voor waardevolle herbruikbare grondstoffen – vooral voor gft, PMD en papier/karton - te verhogen.
Bij een hoge ophaalfrequentie van restafval bieden bewoners - uit gemak - ook waardevolle grondstoffen bij het restafval in de grijze container aan. Door het verlagen van de ophaalfrequentie komen bewoners minder snel in de verleiding om waardevolle grondstoffen bij het restafval te gooien. Ze worden gestimuleerd om goed na te denken over het apart houden van grondstoffen. Doen ze dan namelijk niet, dan is er niet genoeg ruimte in de grijze container.
Maatregel 1: Minder vaak ophalen van restafval (1 x per 4 weken)
Het restafval in de grijze minicontainers wordt minder vaak opgehaald. Nu is dat nog 1 x per 2 weken (26 x per jaar) en het wordt 1 x per 4 weken (13 x per jaar).
Deze maatregel leidt tot meer afvalscheiding en een besparing op de inzamelkosten, omdat de inzameldienst minder vaak aan huis hoeft te komen om de grijze containers te legen.
Maatregel 2: Keuze uit een grijze container van 140 liter of 240 liter voor restafval
Elk huishouden kan kiezen tussen een kleine of grote grijze container. Voor een grote container wordt een hoger tarief berekend. Inwoners die minder restafval aanbieden, worden dus beloond.
Omdat een groot deel van het gft nu niet wordt gescheiden en dus in het restafval terecht komt (circa 42%), is GFT één van de drie prioritaire grondstoffen.
Door de capaciteit van de grijze containers te beperken, is de verwachting dat de hoeveelheid GFT die nu nog in het restafval belandt, daalt van 105 naar 21 kilogram per inwoner. Ook wordt verwacht dat bewoners een gelijke hoeveelheid GFT extra gescheiden aanbieden, namelijk een stijging van 118 naar 202 kilogram per inwoner.
Maatregel 3: Invoeren groene minicontainer in het buitengebied
Van de 18.210 huisaansluitingen in de gemeente, liggen er 4.915 in het buitengebied. Bij deze woningen wordt het GFT nu niet gescheiden ingezameld. Hoewel veel bewoners het GFT zelf composteren, komt er - óók in het buitengebied – nog zeer regelmatig GFT in de grijze container terecht.
Om het alle inwoners zo makkelijk mogelijk te maken om GFT apart te houden, krijgen bewoners van het buitengebied ook de mogelijkheid om een groene container te gebruiken. Zij kunnen de groene container weigeren, als ze hier toch geen gebruik van willen maken.
Er is de afgelopen jaren veel vraag geweest naar de groene container in het buitengebied.
Maatregel 4: Invoeren gft-inzameling bij grondgebonden appartementen
Bewoners van appartementen met een tuin krijgen de mogelijkheid om een groene container te gebruiken of om GFT te scheiden via verzamelcontainers in de wijk. De keuze is onder meer afhankelijk van het aantal aanmeldingen in een gebied.
Tot nu toe konden bewoners één dag in het voorjaar en één dag in het najaar grof tuinafval brengen naar één van de 11 brengpunten voor grof tuinafval. Van deze brengpunten wordt weinig tot geen gebruik gemaakt.
Maatregel 5: Afschaffen brengpunten voor grof tuinafval en uitbreiden ophalen
De gemeente stopt met de brengpunten voor grof tuinafval.
De inzameling van tuinafval aan huis in de kernen en op afroep in het buitengebied wordt tweemaal in het voorjaar en tweemaal in het najaar.
PMD is één van de drie prioritaire grondstoffen van dit plan. Een groot deel van het PMD wordt nu namelijk nog niet gescheiden en belandt in de grijze container bij het restafval (bijna 10%).
Uit de landelijke benchmark blijkt dat huishoudens met PMD-containers bijna tweemaal zoveel PMD gescheiden houden: 56 kilogram PMD per huishouden bij containers en 29 kilogram bij zakken. Ook veel inwoners zouden graag beschikken over een PMD-container. Een container kan immers dicht (minder stank) en hij kan buiten blijven staan zonder dat afval weg waait of dat zakken worden vernield door dieren.
In afwachting van het onderzoek naar nascheiding (maatregel 19) kiezen we (nog) niet voor het inzamelen van PMD met een container.
Maatregel 6: PMD blijven inzamelen met zakken die 1x per 2 weken huis-aan-huis worden opgehaald
Voor inwoners met medisch afval kan het moeilijker zijn om uit te komen met een container die 1x per 4 weken wordt geleegd. Een lagere ophaalfrequentie kan voor hen mogelijk (stank)hinder geven. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het materiaal dat vrijkomt bij extramurale gezondheidszorg (nierdialyse- en stoma-materiaal, etc.).
Maatregel 7: Onderzoeken van de behoefte aan en mogelijkheden van inzamelen van medisch afval
In de voorbereidingen van de implementatie wordt nagegaan hoeveel mensen als gevolg van ziekte meer (medisch) afval hebben. Op basis hiervan worden de mogelijkheden bekeken om tegemoet te komen aan deze bewoners. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan het organiseren van een speciale inzamelronde voor het medisch afval, waarbij mensen worden ingezet vanuit sociale werkgelegenheid.
Bewoners met luiers of incontinentiemateriaal kunnen gebruik blijven maken van de gratis verzamelcontainers.
In de praktijk blijkt dat het aantal glasbakken en de glasbakkendichtheid nauwelijks invloed heeft op de inzamelrespons van glas. De meeste bewoners leveren hun glas in bij het boodschappen doen, wat betekent dat het belangrijk is om ieder geval te zorgen voor voldoende glasbakken bij de supermarkten.
Maatregel 8: Optimaliseren ondergrondse glasbakken in de wijken
De locaties van ondergrondse glascontainers in de wijken worden weggehaald. Momenteel staan er ondergrondse glasbakken op 26 locaties.
Op dit moment haalt de chemokar twee keer per jaar het KCA aan huis op met een milieubox. Bewoners kunnen dan ook frituurvet en klein wit- en bruingoed gratis meegeven. Daarnaast kunnen inwoners hun KCA tweemaal per jaar op een zaterdag gratis inleveren bij één van de 11 standplaatsen van het mobiele brengpunt van de chemokar. Van het brengpunt wordt echter weinig gebruik gemaakt. De kosten wegen niet op tegen de baten.
Maatregel 9: Afschaffen brengpunten KCA en uitbreiden ophalen KCA (4x per jaar)
De mobiele brengpunten van de chemokar worden afgeschaft en in plaats daarvan wordt het KCA 4x per jaar aan huis met de chemokar opgehaald.
Papier/karton is naast gft en PMD één van de drie prioritaire grondstoffen.
Momenteel wordt papier en karton gebundeld (in dozen) aan huis ingezameld door verenigingen en scholen, die hiervoor een vergoeding van de gemeente ontvangen. Deze vergoeding is afhankelijk van de hoeveelheid die wordt ingezameld. De benchmark laat zien dat het gebruik van een papiercontainer zorgt voor meer afvalscheiding doordat bewoners meer papier gescheiden aanbieden. Dit komt doordat papiercontainers over het algemeen als gebruikersvriendelijker worden ervaren, omdat het papier en karton dan buiten in de container kan worden bewaard
Een deel van het oud papier en karton wordt nu nog niet gescheiden en belandt in het restafval (7%). Verwacht wordt dat de invoering van een papiercontainer ervoor zorgt dat het papier in het restafval daalt van 18 naar 4 kilogram per inwoner.
Maatregel 10: Optioneel invoeren van containers voor papier en karton
Er is bij de inwoners van Berkelland geen duidelijke voorkeur voor dozen of containers. Deze maatregel kan op termijn ingevoerd worden als blijkt dat er nog steeds veel papier in de grijze container wordt aangeboden. In 2018 gaan we in overleg met de verenigingen en scholen die papier inzamelen.
5.9 Communicatie en participatie
Communicatie en participatie rondom de veranderingen en de achtergronden van de maatregelen zijn essentieel om draagvlak te krijgen. De medewerking van inwoners is nodig om de kans van slagen van het geamendeerde plan Van Afval Naar Grondstof te vergroten en het voorkomt bovendien klachten/meldingen.
Maatregel 11: Opstellen en uitvoeren communicatieplan
De gemeente stelt een communicatieplan op, waarin alle activiteiten zijn opgenomen om te communiceren met inwoners over de implementatie van de veranderingen en de achtergronden van afvalscheiding (nut en noodzaak van de transitie van afval naar grondstof).
Belangrijke uitgangspunten zijn:
GFT, PMD en papier/karton vormen de prioritaire grondstoffen.
Om de veranderingen te ondersteunen en mensen zelf de mogelijkheden op het gebied van afvalscheiding te laten ervaren, overweegt de gemeente een ‘100-100-100’ project uit te voeren. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het ‘100-100-100’-format, dat de brancheorganisatie NVRD beschikbaar kan stellen.
100 huishoudens, 100 dagen, 100% afvalvrij, kan dat? Dat is de centrale vraag in het 100-100-100 concept. Tijdens het experiment worden de deelnemende huishoudens uitgedaagd zo min mogelijk afval te produceren en in het bijzonder restafval te vermijden. Deelnemers krijgen toegang tot een online platform, waarop elke week een opdracht wordt geplaatst om hen te stimuleren en enthousiasmeren. Bijvoorbeeld: hoeveel nieuwe verpakkingen gebruik je op één dag? De deelnemers hebben toegang tot het online platform, dat bestaat uit een tijdlijn, weekopdrachten, de afvalmeter en links. Zij kunnen op het platform ook elke week het gewicht van het restafval invullen. In een ‘afvalmeter’ wordt dan zichtbaar hoe de deelnemers presteren ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het gemiddelde.
Berkelland deed in 2017, samen met 100 andere gemeenten, mee aan de landelijke pilot ‘Schoon belonen’. In deze pilot worden scholen, sportclubs en andere maatschappelijke organisaties beloond voor het inzamelen en opruimen van kleine plastic flesjes, blikjes en eventueel ander verpakkingsmateriaal. De wijze waarop verschilt per gemeente. Het project is een initiatief van de VNG, Natuur & Milieu en het Afvalfonds Verpakkingen. De betaling verloopt uit de jaarlijkse zwerfafvalvergoeding van het Afvalfonds Verpakkingen, met een aanvullende gemeentelijke bijdrage. In 2017 deden er 21 verenigingen mee in Berkelland. De pilot zorgt voor goede resultaten: er ligt minder zwerfafval en een ander positief effect is de gezamenlijke participatie van verenigingen.
Maatregel 12: Doorgaan met ’Schoon belonen’
Ongeacht of de pilot landelijk wordt voortgezet, de gemeente gaat door met het belonen van de verenigingen voor het opgehaalde zwerfafval.
5.11 Het goede voorbeeld geven
Maatregel 13: Verbeteren afvalscheiding gemeentehuis
Gemeenten moeten het goede voorbeeld geven aan inwoners. Daarom komen er in het gemeentehuis extra voorzieningen om de grondstoffen zoveel mogelijk te scheiden.
De huidige voorzieningen in het gemeentehuis, de afgesloten contracten voor de afvalinzameling en -verwerking en het vrijkomende afval (zoals voedselresten bij de kantine, etc.) worden in kaart gebracht. Op basis daarvan wordt onderzocht wat er verbeterd kan worden..
Maatregel 14: Apart houden van grondstoffen uit werkzaamheden en waar mogelijk duurzaam benutten
De gemeente zorgt ervoor dat de afval- en grondstoffen die vrijkomen bij werkzaamheden die in opdracht van de gemeente worden uitgevoerd, goed gescheiden worden gehouden en duurzaam worden benut.
De gemeentelijke afvalstoffenverordening verplicht inwoners om hun GFT, grof tuinafval, glas, oud papier en karton, textiel, klein chemisch afval (KCA), afgedankte apparaten, hout, bouw- en sloopafval en asbest gescheiden aan te bieden. Dat betekent dat het correct aanbieden van waardevolle grondstoffen kan worden afgedwongen.
Maatregel 15: Samen met de inzamelaar opstellen en uitvoeren plan voor toezicht en handhaving
De gemeente stelt een plan op voor toezicht en handhaving op het correct aanbieden van afval. Dit plan bevat ook gerichte controles en handhaving op het scheidingsgedrag van bewoners en voor het voorkomen van zwerfafval.
Indien nodig, wordt gericht gehandhaafd op het aanbieden van afval in die dorpen of wijken waar bewoners minder goed scheiden.
Daarnaast controleert de afvalinzamelaar de kwaliteit van het aangeboden afval. Als de beladers tijdens de inzameling merken dat er teveel verkeerd afval in een container zit, dan kan het gebeuren dat zij de container laten staan.
Op dit moment heeft Berkelland de volgende contracten voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval afgesloten:
Tabel 1: Overzicht contracten inzameling en verwerking
Maatregel 16: Vernieuwen/aanbesteden contracten voor de inzameling en verwerking
De contracten voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en grondstoffen moeten worden aangepast aan het nieuwe systeem en/of aanbesteed, afhankelijk van het contract.
Het is belangrijk om tussentijds na te gaan of de resultaten van de acties zijn zoals beoogd en vervolgens de plannen of de uitvoering ervan bij te sturen aan de hand van de leerervaringen.
Maatregel 17: Monitoren hoeveelheid restafval
Als vast onderdeel van de Jaarrekening wordt jaarlijks gerapporteerd over de belangrijkste indicator van de effectiviteit van de getroffen maatregelen: de hoeveelheid restafval per inwoner.
Maatregel 18: Evalueren: tussentijdse evaluatie en eindevaluatie
Zodra de belangrijkste veranderingen op het gebied van voorzieningen enige tijd zijn doorgevoerd, wordt een tussentijdse evaluatie gehouden (2020). Dan wordt onder meer onderzocht in welke mate de maatregelen hebben bijgedragen aan de gestelde doelen. Onderdelen van deze evaluatie zijn: een onderzoek naar de tevredenheid van bewoners en de resultaten van sorteeranalyses van het restafval. Blijven de resultaten achter bij de verwachtingen, dan kan er worden bijgesteld. Bij de tussentijdse evaluatie komt het invoeren van papiercontainers aan de orde.
In het laatste jaar van het plan Van Afval Naar Grondstof wordt een eindevaluatie gehouden (2022). Deze dient als basis voor de te maken keuzes in de beleidsperiode daarna.
Maatregel 19: Onderzoek naar de mogelijkheden tot nascheiding
De invoering van een container voor de inzameling van PMD kost veel geld en de technische ontwikkelingen gaan snel. Nascheiding is in de nabije toekomst misschien een welkome aanvulling op bronscheiding. Daarom laten we een onderzoek uitvoeren naar de technische ontwikkelingen en de aspecten die een rol spelen bij nascheiding. De resultaten van dit onderzoek zijn vóór de zomer 2018 bekend en kunnen leiden tot aanvullende besluitvorming over de wijze van inzameling van PMD.
In de onderstaande tabel zijn de diverse maatregelen uit het Uitvoeringsplan in een planning voor de planperiode weergegeven.
Tabel 2: Planning van maatregelen uit het Uitvoeringsplan
Tabel 3: Financiële consequenties nieuwe inzamelmethode
* Bij deze kostenraming is de invoering van een eventuele vierde minicontainer (voor oud papier en karton) niet meegenomen.
** De investering wordt in 10 jaar afgeschreven. De helft van de kapitaallasten wordt % betaald uit de egalisatiereserve en de andere helft komt ten laste van de jaarlijkse afvalstoffenheffing.
De nieuwe inzamelmethode kan naar verwachting minimaal kostenneutraal worden ingevoerd vanwege de hogere financiële opbrengsten van de apart gehouden grondstoffen en de lagere kosten voor het inzamelen en verwerken van restafval.
Als de omstandigheden niet veranderen en de autonome ontwikkelingen - die niet binnen de invloedssfeer van de gemeente vallen - buiten beschouwing worden gelaten, kan het voordeel oplopen tot wel € 20,- per aansluiting. Het voordeel kan uiteindelijk lager uitvallen als gevolg van een veranderende afzetmarkt, nieuwe wet- en regelgeving en andere financiële afspraken over de producentenverantwoordelijkheid.
Figuur B1.1: Banners informatieavonden: Welkom en Scenario 1
Figuur B1.2: Banners informatieavonden: Scenario 2 en 3
Figuur B1.3: Banners informatieavonden: Scenario 4 en Grof tuinafval inzameling
Figuur B1.4: Factsheet inwonerspanel
Grijze container voor restafval
Is het een idee dat mensen in het buitengebied een grote rolcontainer krijgen en deze laten legen als hij vol is en dan betalen na zoveel kilo(Had Lochem ook)
Reactie: Voor het buitengebied geldt dat zij ook een 140 liter grijze container krijgen. Het invoeren van diftar (betalen per keer dat de container wordt leeggemaakt) is niet aan de orde.
Bij appartementen (van 4 en 6 woningen) komen straks 12 tot 18 containers te staan. Beetje veel. Mogen ze ook samen doen?
Reactie: De Afvalstoffenheffing geldt per woonadres. Om de heffing te koppelen aan 1 adres is praktisch niet uitvoerbaar (info GBT), dus financieel levert dat niks op. Maar we hebben er geen bezwaar tegen als bewoners afspraken maken over gezamenlijk gebruik van containers.
Mogen agrariërs gebruik maken van de rolcontainer voor huishoudelijk afval?
Reactie: Het afval van een agrarisch bedrijf betreft bedrijfsafval. Dat mogen wij niet inzamelen en derhalve kunnen ze geen gebruik maken van onze containers.
Voor wat betreft het woonhuis is het gebruik van de containers wel mogelijk.
Groene container voor groente, fruit en tuinafval
Wat te doen met groenafval bij hoogbouw?
Reactie: Groen bij hoogbouw blijven we inzamelen in de ondergrondse containers. Bij hoogbouw is er geen ruimte om ieder appartement te voorzien van een containers.
Om voor een betere afvalscheiding bij hoogbouw te zorgen is een idee om grondgebonden appartementen met tuin een groene container te geven of de inzameling van GFT met een aparte ondergrondse containers te doen.
PMD container voor plastic, metaal en drankenkartons
Wat te doen met de plastic containers bij hoogbouw?
Reactie: Plastic bij hoogbouw blijven we inzamelen in zakken. Bij hoogbouw is er geen ruimte om ieder appartement te voorzien van een containers.
Om voor een betere afvalscheiding bij hoogbouw te zorgen is een idee om plastic in te gaan zamelen met een aparte ondergrondse containers.
Het blijkt dat mensen pasjes van de verzamelcontainer afgeven en zodoende anderen afval brengen; eerder vol; wanneer/op welk moment wordt de container geleegd. Als deze vol is dan wordt het vuil ervoor gezet
Reactie: Als de keuze wordt gemaakt om het restafval naar een ondergrondse container te brengen moet men daarvoor gaan betalen per keer dat er een afvalzak wordt aangeboden. Uitlenen van de afvalpas zal dan aanzienlijk minder worden. Nu zijn er geen kosten aan verbonden bij het gebruik van een ondergrondse container.
Komt er niet veel bij de ondergrondse verzamel container te staan wat er niet in past?
Reactie: Het aantal ondergrondse containers dat wij gaan plaatsen is afhankelijk van de hoeveelheid afval. Verder wordt de ondergrondse container zo uitgerust dat bij een vulgraad van 80% er een melding gaat naar de afvalinzamelaar zodat men weet dat deze moet worden leeggemaakt. Dat voorkomt dat er afval naast de container komt.
Per keer betalen bij een ondergrondse container leidt tot zwerfafval, waarom niet gewoon “gratis” en afvalstoffenheffing hoger?
Reactie: Dit gaat niet bijdragen aan een betere afvalscheiding. Ook is het uitgangspunt dat de afvalstoffenheffing niet hoger wordt. Het inzamelen met een ondergrondse container kan leiden tot zwerfafval. Daar komt aandacht voor (betere voorlichting en handhaving door BOA’s).
In wijk ‘op de bleek’ staan veel containers aan de voorkant van het huis. Geen gezicht. Kan dat anders? (M.a.w. kunnen we voor sommige wijken/straten een alternatieve oplossing bedenken? Bijvoorbeeld wegbrengen grijs en plastic naar ondergrondse containers.)
Reactie: Prima voorstel alleen waar trekken wij de grens voor een dergelijk initiatief?
Zorg voor slecht-ter-been-zijnde mensen als ze een zakje moeten wegbrengen (mijn tegenvraag; hoe doen die mensen dat nu met glas?). Conclusie: dat redt zich wel.
Reactie: We kunnen ook onderzoeken wat de mogelijkheid is om mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt deze zakjes aan huis op te laten halen en weg te brengen naar de ondergrondse container.
Is bij de appartementen aan de Borculoweg (boven Electroworld) de mogelijkheid dat er 1 centrale gft en plastic container wordt geplaatst? Bij de woningen is geen ruimte.
Reactie: Nemen we mee in uitvoeringsplan (bijvoorbeeld door het opzetten van een pilot voor ondergrondse containers in wijken. Ander voorbeeld is Op De Bleek in Eibergen).
Oud papier, nu hebben de verenigingen er wat aan(opbrengst), worden deze door de gemeente daarin gecompenseerd?
Reactie: Oud papier inzameling wordt op dit moment niet veranderd. Als de plannen daarvoor concreet worden, gaan we eerst overleggen met de verenigingen/scholen. Zij krijgen van ons een vergoeding voor de hoeveelheid oud papier die ze inzamelen.
De inhoud van de bak voor chemisch afval moet altijd helemaal meegenomen worden (gedrag belonen in plaats van bestraffen door sommige dingen niet mee te nemen).
Reactie: De inzamelaar (Remonis) mag een vergunning voor uitsluitend het inzamelen van chemisch afval. Andere producten mogen ze niet meenemen.
Een meneer woont vlakbij een school, gaat ’s-morgens vroeg weg en komt ’s-Avonds laat terug. Hij wil de blauwe box niet aan straat laten staan. Kan er ergens een vast brengpunt zijn?
Reactie: Optie om de box op een andere plek in de straat neer te zetten?
De brengpunten willen we juist afschaffen omdat er geen gebruik van wordt gemaakt.
Is de gemeente niet bang voor toename zwerfvuil?
Reactie: Zwerfafval heeft nu ook al onze aandacht. Bekend is dat een verandering van het inzamelsysteem een gevolg heeft op het dumpen van afval. Echter wij krijgen geen diftar (betalen per keer dat de container wordt leeg gemaakt) waardoor wij geen toename van het zwerfafval verwachten.
Waarom is het afval inzamelsysteem in Nederland niet overal hetzelfde? In ieder geval de prijzen voor restafval en bouw- en slooptafval. Nu gaan mensen ‘shoppen’.
Reactie: De manier van inzamelen en het verwerken van afval verschilt per gemeente. Daar hoort dus ook een ander afvalstoffentarief bij.
Bouw- en sloopafval zamelen wij niet in. Dat moet men tegen betaling naar particuliere afvalbrengpunten brengen.
Geld dat we nu uitgeven aan nieuw inzamelsysteem investeren in betere achteraf-afvalscheiding.
Reactie: Achteraf-scheiding of nascheiding is voor Berkelland niet aan de orde binnen de bestaande contracten. Nascheiding kan bij Omrin, Attero en HVC. Gezien de afstand is dat uit milieu oogpunt (kilometers) niet wenselijk.
Van een mevrouw die veel bij oudere mensen over de vloer komt: het is beter voor de afvalscheiding om alles in de keuken te scheiden. Daar zijn handige mogelijkheden voor die mensen niet kennen. Geef daar als gemeente meer informatie over (keukeltafelgesprek VMK?).
Reactie: Voorlichting gaan we oppakken (mogelijk met IVN).
Optie is om aan te haken bij project over ‘verspilling van etenswaren’ van VANG.
Ingezamelde hoeveelheden restafval
Uit de inzamelresultaten van de afgelopen jaren blijkt dat de getroffen maatregelen slechts in beperkte mate leidden tot minder restafval. De hoeveelheid huishoudelijk restafval die per inwoner van Berkelland wordt geproduceerd, is in onderstaande figuur weergegeven.
Met “fijn” restafval wordt het gemengde afval bedoeld dat via de grijze minicontainers aan huis wordt opgehaald of naar verzamelcontainers wordt gebracht. Met “grof” restafval wordt al het gemengde restafval bedoeld dat niet in de container of verzamelcontainer past en wordt ingezameld op de particuliere brengpunten.
Figuur B2.1: Ingezamelde hoeveelheid restafval
De totale hoeveelheid huishoudelijk grof en fijn huishoudelijk restafval is tussen 2010 en 2016 gestegen van 259 kilogram naar 263 kilogram per inwoner. Van het ingezamelde restafval maakt het fijn restafval het overgrote deel uit.
Figuur B2.2 laat de ontwikkelingen zien in het scheidingspercentage van het grof en fijn huishoudelijk afval.
Figuur B2.2: Percentage afvalscheiding
De totale afvalscheiding is licht gestegen van 51% in 2010 naar 52% in 2016 (donkerblauwe lijn). Deze toename van 1% suggereert nog geen beweging in de richting van het streven uit het vorige Afvalstoffenplan om 60% gescheiden in te zamelen in 2018.
Het percentage gescheiden ingezameld “fijn” huishoudelijk afval schommelt tussen de 47% en 49% (groene lijn). “Fijn” afval is het gewone afval dat aan huis wordt opgehaald of wordt gebracht naar verzamelcontainers bij hoogbouw.
Het percentage gescheiden ingezameld “grof” huishoudelijk afval schommelt tussen de 75% en 83% (paarse lijn). Grof afval is al het afval dat niet in de container of verzamelcontainer past en wordt ingezameld op de particuliere brengpunten en door de kringloopbedrijven.
Gescheiden ingezameld “fijn” afval
Onderstaande figuur laat per grondstof uit het “fijn” afval zien hoeveel gescheiden is ingezameld.
Figuur B2.3: Gescheiden ingezameld fijn afval
Van het gescheiden afval maakt het grootste deel gft (groente-, fruit en tuinafval) uit, gevolgd door oud papier/karton, verpakkingsglas en verpakkingen van PMD5.
Gescheiden ingezameld “grof” afval
Onderstaande figuur laat per grondstof zien hoeveel “grof” afval is ingezameld.
Figuur B2.4: Gescheiden ingezameld grof afval
De hoeveelheid gescheiden ingezameld grof afval schommelt rond de 29 en 45 kilogram per inwoner per jaar. Veruit het meest wordt ingezameld van hout, bruikbare huisraad en wit- en bruingoed (apparaten).
Huidig serviceniveau (voorzieningen)
Onderstaande tabel geeft inzicht in het huidige inzamelsysteem.
Tabel B2.1: Huidig serviceniveau
|
Grof afval: asbest, puin, bouw- en sloopafval, metalen, hout, vlakglas, harde kunststof, gips, etc. |
|||
Huidige kosten (afvalstoffenheffing)
Inwoners betalen afvalstoffenheffing voor de inzameling en verwerking van afval en grondstoffen. Onderstaande tabel geeft de tarieven weer.
De afvaldriehoek geeft het verband aan tussen drie samenhangende aspecten van de afvalinzameling: milieu, service en kosten. Gemeenten voeren regie op deze aspecten en stellen beleid vast. Als basis voor het grondstoffenbeleid van de gemeente Berkelland geldt dat er een goede balans moet zijn in deze afvaldriehoek:
Bijlage 4: Circulaire economie en VANG
De economie volgde jarenlang een lineair model: van grondstoffen maakten we producten die na gebruik als afval werden weggegooid en vernietigd. Deze economie was gebaseerd op onbeperkt beschikbare grond- en hulpstoffen, het maken van producten en het verbruik door afnemers. Dit model loopt tegen haar grenzen aan. Vanuit de kennis dat de voorraden van ruwe grondstoffen beperkt zijn en dat schaarste op de loer ligt, vindt er een ombuiging plaats naar een circulaire economie. Dit economisch systeem hanteert de herbruikbaarheid van producten en grondstoffen als uitgangspunt en streeft waarde creatie in elke schakel van het systeem na. Centraal staan productie, innovatie en hergebruik. Producten en materialen worden volledig hergebruikt en er ontstaat geen restafval meer.
Nederland kent op dit moment een keteneconomie met recycling. Dit zit tussen de lineaire en circulaire economie in: producten en materialen worden gedeeltelijk hergebruikt, maar er ontstaat óók nog restafval.
Onderstaande figuur maakt het verschil duidelijk tussen de lineaire economie, keteneconomie met recycling en de circulaire economie en laat zien waar het programma VANG ingrijpt (bron: Uitvoeringsprogramma VANG - Huishoudelijk Afval).
Van Afval Naar Grondstof: Programma VANG
In 2014 kwam staatssecretaris Mansveld met een uitwerking van het programma VANG6, waarin de ambitie centraal staat om de transitie naar een circulaire economie te versnellen. VANG bevat ambities, doelstellingen en maatregelen om het ontstaan van restafval tot nul te reduceren. Hierin hebben het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Koninklijke Vereniging voor Afval- en Reinigingsmanagement afspraken gemaakt om de hoeveelheid huishoudelijk restafval aanzienlijk te verminderen
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-152962.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.