Gemeenteblad van Rotterdam
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Rotterdam | Gemeenteblad 2025, 144661 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Rotterdam | Gemeenteblad 2025, 144661 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Subsidieregeling financieringsarrangement Rotterdams Restauratiefonds
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van 25 maart 2025;
gelet op artikel 3, derde lid en de artikelen 4, 5, 8 en 12a van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;
overwegende dat het wenselijk is een financieringsarrangement vast te stellen dat bijdraagt aan de instandhouding van Rotterdamse monumenten;
Deze regeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidie in de vorm van een lening door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Een aanvraag wordt ingediend via www.rotterdam.nl/subsidies door middel van het daarvoor ter beschikking gestelde digitale aanvraagformulier.
Artikel 12 Aanvullende weigeringsgronden
De subsidie in de vorm van een lening kan worden geweigerd als:
Artikel 15 Overgangsbepalingen
De Nadere regels voor aanvragen krachtens de Verordening Rotterdams Restauratiefonds 2006 (Gemeenteblad 2007, 205) worden ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op reeds verleende subsidies en op aanvragen die voor inwerkingtreding van deze regeling zijn ingediend.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 25 maart 2025.
De secretaris,
G.J.D. Wigmans
De burgemeester,
C.J. Schouten
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010 - 267 2514 of bir@rotterdam.nl
Bijlage als bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de Subsidieregeling financieringsarrangement Rotterdams Restauratiefonds
Keuring van materialen, bouwstoffen en grond:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Civiele werken, uitgezonderd groene monumenten:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor werkzaamheden aan hierbij behorende onderdelen van bouwkundige of werktuigbouwkundige aard wordt verwezen naar de desbetreffende paragrafen.
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Deze paragraaf betreft diverse bouwkundige en weg- en waterbouwkundige elementen. Deze kunnen zelfstandig beschermd zijn.
Bouwkundige elementen (geen gebouw zijnde):
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor omvangrijke metsel-, smeed- en timmerwerkzaamheden aan bouwkundige elementen wordt verwezen naar de paragrafen 22, 43 en 45.
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor werkzaamheden aan hierbij behorende onderdelen van bouwkundige of werktuigbouwkundige aard wordt verwezen naar de paragrafen 21, 22, 24, 25, 43 en 90.
Waterpartijen en waterlopen inclusief bijbehorende stuwen en duikers, waterpeilen en waterkwaliteit:
Subsidiabel zijn de kosten van:
de instandhouding van waterlopen van poldermolens en watergedreven molens met de vanouds daarbij behorende elementen en onderdelen binnen een cirkel met het hart van de molen als middelpunt en een middellijn die gelijk is aan die van het wiekenkruis dan wel tot maximaal zes meter uit de buitengevel van de watergedreven molen,
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Behandelingen en voorzieningen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Behandelingen en voorzieningen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Beschietingen, bekledingen en betimmeringen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Behandelingen en voorzieningen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Kozijnen, ramen, deuren en dergelijke:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor het saneren en verwijderen van asbesthoudende onderdelen zie paragraaf 10.
Balkons, luifels en dergelijke:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Behandelingen en voorzieningen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Natuursteenwerken en -beeldhouwwerken:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor de instandhouding van geschilderde vloerdecoraties zie paragraaf 46.
Metaalwerken en metalen ornamenten:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Behandelingen en voorzieningen:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Omdat veel werkzaamheden voor met name de functionele instandhouding van klinkende onderdelen van monumenten specifiek en specialistisch van aard zijn, is ervoor gekozen hier een aparte paragraaf voor op te nemen. Voor subsidie komen alleen in aanmerking werkzaamheden aan klinkende onderdelen van monumenten die een monumentale waarde hebben.
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor de klokkenstoel of klokkentoren of dakruiter en bijbehorende onderdelen zie paragraaf 24.
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Zie onder luidklokken. Daarnaast:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Voor de klokkenstoel of klokkentoren of dakruiter en bijbehorende onderdelen zie paragraaf 24.
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Zie onder 17: Terreininrichtingen
Daarnaast zijn subsidiabel de kosten van:
Subsidiabel zijn de kosten van:
Niet subsidiabel zijn de kosten van:
Toelichting op de Subsidieregeling financieringsarrangement Rotterdams Restauratiefonds
Rotterdam is een stad met een rijke geschiedenis. Deze geschiedenis komt tot leven in gebouwen en plekken in de stad die daar onderdeel van geweest zijn. Om te zorgen dat deze geschiedenis tastbaar en zichtbaar blijft, heeft de gemeente gemeentelijke monumenten aangewezen. Het is in het belang van de stad en de kenbaarheid van haar verhaal dat de gemeentelijke monumenten goed onderhouden zijn en dat hun monumentale waarden goed tot hun recht komen. Deze regeling beoogt de eigenaren van gemeentelijke monumenten te helpen bij de instandhouding van hun monument. Het primaire doel van de regeling is een financiële bijdrage te leveren in het restaureren van het monument. Maar instandhouding op de lange termijn is ook gebaat bij het terugdringen van het energiegebruik bij gebruik van het pand. Daarom wordt het ook mogelijk om de lening gedeeltelijk aan te wenden voor isolatiemaatregelen aan gemeentelijke monumenten.
De Subsidieregeling Financieringsarrangement Rotterdams Restauratiefonds regelt de aanspraak op een lening bij het Nationaal Restauratiefonds, aan eigenaren van gemeentelijke monumenten als geldelijke bijdrage in de kosten van restauratie of verduurzaming van hun monument.
Deze regeling heeft de vorm van nadere regels als bedoeld in artikel 3 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 (SVR 2014).
Dit betekent dat de SVR 2014 op de subsidies in de vorm van een lening van toepassing is. De grondslag van de SVR 2014 houdt onder meer in dat, in het geval ondernemingen eigenaar zijn van het monument, er een staatssteuntoets plaatsvindt. Dit houdt bijvoorbeeld in dat aanvragen tot vaststelling van de subsidies in de vorm van een lening worden ingediend conform artikel 15 van de SVR 2014.
Door deze regeling krijgen eigenaren het recht om een laagrentende hypothecaire lening aan te vragen bij het Nationaal Restauratiefonds van maximaal € 400.000.
Het rentepercentage wordt vastgesteld door het Nationaal Restauratiefonds. Het rentepercentage is lager dan de tarieven die gelden in de markt.
Indien de aanvrager een onderneming is, geldt dat het staatssteunkader van toepassing is. De aanvraag wordt dan getoetst aan artikel 53 en de algemene bepalingen van de Algemene groepsvrijstellingsverordening
(Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard), dan wel aan de de-minimis verordening (Verordening (EU) Nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun).
Onder gebruiksoppervlak wordt verstaan het gebruiksoppervlak als bedoeld in NEN2580. De definitie die hier wordt gebruikt, is uit deze NEN-norm overgenomen.
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Subsidiabel zijn het aanbrengen van voorzieningen, treffen van maatregelen en verrichten van werkzaamheden voor het in stand houden van de cultuurhistorische waarden die het monument bezit. Daarbij heeft het college beoordelingsruimte. Het college beoordeelt of het aanbrengen van voorzieningen of het treffen van maatregelen en werkzaamheden noodzakelijk zijn voor het in stand blijven van de cultuurhistorische waarde. Omdat het een gemiste kans zou zijn om tijdens de restauratie niet tegelijkertijd maatregelen te treffen die energie besparen, kiest het college ervoor ook voor deze activiteiten een laagrentende lening bij het Nationaal Restauratiefonds af te sluiten. Het is niet mogelijk om een subsidie in de vorm van een lening te krijgen voor uitsluitend het treffen van isolatiemaatregelen.
Alleen eigenaren van gemeentelijke monumenten in Rotterdam komen in aanmerking voor subsidie. Tot de ‘eigenaar’ wordt gerekend VvE en de erfpachter die al dan niet gecombineerd met een opstalrecht de bevoegdheid heeft het monument te houden en te gebruiken.
Subsidiabel zijn de kosten die in de bijlage zijn opgenomen, mits die kosten ook zijn gericht op het maximaal behoud van de monumentale waarden en verder ook technisch noodzakelijk zijn. De kosten moeten voorts sober zijn. Dat betekent dat redelijkerwijs niet meer kosten worden gemaakt dan strikt noodzakelijk is voor het te dienen doel. In de bijlage zijn ook kosten genoemd die niet subsidiabel zijn.
Behalve de kosten die in de bijlage staan, kunnen andere kosten worden gesubsidieerd, mits die aan de voorwaarden van in het tweede lid voldoen.
Met het oog op een eenduidige toepassing is de bijlage opgezet volgens de STABU-bestekssystematiek.
Artikel 6 Hoogte van de subsidie in de vorm van een lening
De kosten voor isolatiemaatregelen kunnen maximaal 25% bedragen van de hoogte van de lening. Onder isolatiemaatregelen worden verstaan maatregelen zoals kierdichting of isolatie van wanden, kappen, vloeren en vensters. Een installatie zoals bijvoorbeeld een warmtepomp valt hier niet onder.
Het college heeft voor het kunnen verstrekken van leningen de beschikking over een restauratiefonds: het Rotterdams Restauratiefonds. Dit is een revolverend fonds. Dat betekent dat rente en aflossingen van leningen weer terugkomen in het fonds. Het bedrag dat in het fonds aanwezig is kan daardoor fluctueren. Aan het eind van een kalenderjaar wordt vastgesteld welk bedrag op dat moment in het fonds aanwezig is en beschikbaar voor het verstrekken van leningen. Dat bedrag vormt het uitgangspunt voor het subsidieplafond van het opvolgend jaar. Het college kan gedurende het kalenderjaar besluiten het subsidieplafond te wijzigen, bijvoorbeeld als de middelen in het fonds daarvoor aanleiding geven.
Artikel 10 Verstrekken van de lening door het Nationaal Restauratiefonds
Het college toetst aan deze regeling of een aanvrager in aanmerking komt voor subsidie in de vorm van een lening. Als de beschikking wordt verleend, gebeurt dit altijd onder de voorwaarde van een positieve uitslag van de financiële krediettoets die wordt uitgevoerd door het Nationaal Restauratiefonds. De verleningsbeschikking, dat is de subsidie in de vorm van een lening, komt daarom pas tot stand als de krediettoets, die in de bancaire sector gebruikelijk is, gunstig voor de aanvrager uitvalt.
Na een positieve krediettoets biedt het Nationaal Restauratiefonds de aanvrager een offerte aan voor een lening onder de voorwaarden die door het Nationaal Restauratiefonds worden gesteld. De subsidie in de vorm van een lening geeft dus aanspraak op een laagrentende hypothecaire lening die door het Nationaal Restauratiefonds met de leningnemer wordt afgesloten. De gemeente is geen partij in de leenovereenkomst. Verstrekte leningen komen ten laste van het Rotterdamse Restauratiefonds van de gemeente Rotterdam.
De lening wordt verstrekt via een depot. Dit betekent dat de aanvrager declaraties ten laste van dat depot kan indienen bij het Nationaal Restauratiefonds. Het Nationaal Restauratiefonds draagt zorg voor de controle op de declaraties aan de hand van de verleningsbeschikking.
Artikel 12 Aanvullende weigeringsgronden
Dit artikel bevat weigeringsgronden, aanvullend op de weigeringsgronden op grond van de Algemene wet bestuursrecht en de SVR 2014.
Het college kan de subsidie in de vorm van een lening in ieder geval intrekken als de aanvrager -al dan niet tijdelijk- in financiële problemen komt. Het voor de lening gereserveerde bedrag valt dan weer terug in het Rotterdams Restauratiefonds.
In de bijlage is een overzicht gegeven van werkzaamheden en voorzieningen waarvan de kosten in het kader van deze regeling subsidiabel kunnen zijn. Het is daarmee een nadere toelichting op artikel 5.
De bijlage is opgezet volgens de STABU-besteksystematiek. Het idee hierachter is dat het hiermee aansluit op de werkwijze van bouwkundige adviseurs en aannemers.
Op enkele onderdelen van de bijlage is een nadere toelichting gepast:
Bij onderdeel 01.04 Verrekening wijziging kosten en prijzen wordt beschreven dat de kosten voor zelfwerkzaamheid subsidiabel kunnen zijn. Daaronder kunnen de arbeidsuren van de eigenaar of zijn personeel worden opgevoerd, mits deze uren zijn gemaakt ten behoeve van werkzaamheden aan het monument en in het kader van een door de eigenaar gedreven onderneming. Deze uren dienen achteraf te kunnen worden aangetoond, bijvoorbeeld door middel van een accountantsverklaring.
01.04 Verrekening wijziging kosten en prijzen: Onder “overige kosten” wordt gesproken over specialistische werkzaamheden. Hiermee wordt gedoeld op werkzaamheden zoals specialistisch beeldhouwwerk of gespecialiseerd schilderwerk.
10 stut- en sloopwerk: Met “beschermende voorzieningen voor monumentale onderdelen” wordt gedoeld op voorzieningen zoals het voor of tijdens de uitvoering van de werkzaamheden dichtleggen van een dak, het afdekken van een vloer, het inpakken van het orgel of van meubilair, of het beschermen van bomen.
17 Terreininrichtingen: Met “de instandhouding van bouwkundige elementen” wordt gedoeld op de instandhouding van elementen zoals grafzerken, hekwerken, lantaarns, pergola’s, standbeelden, veeroosters, veewering, vlonders en zonnewijzers. Met “aardwerken” wordt gedoeld op greppels, heuvels, taluds, terrassen, vliedbergen en dergelijke.
21 Betonwerk: Onder betonconstructies worden wanden, vloeren, daken, kolommen, liggers, portalen, consoles, balkons, klokkenstoelen en dergelijke verstaan. Onder betonnen onderdelen worden balusters, cementrustiek, dorpels, hekwerken, gevelbanden en -ornamenten verstaan. Onder civiele en militaire werken worden sluis- en kademuren, forten en schuilplaatsen verstaan.
24 Ruwbouwtimmerwerk: Onder curatieve behandelingen tegen houtaantasters worden curatieve behandelingen verstaan tegen insecten, schimmels en zwammen.
35 Natuur- en Kunststeen: Onder natuursteenwerken worden balustraden, bordessen, dorpels, gevelbanden, kolommen, neuten, plinten, stoeppalen, traptreden en vloeren verstaan. Onder natuurstenen beeldhouwwerken worden decoratieve elementen en ornamenten zoals klauwstukken, kruisbloemen, pinakels en voluten verstaan.
38 Gevelschermen: Onder gevelschermen worden wind- en zonneschermen verstaan.
43 Metaalwerken: Onder metaalwerken worden gietijzeren of smeedijzeren of stalen hekwerken, balusters, kolommen en molenassen verstaan.
45 Afbouwtimmerwerk: Onder curatieve behandelingen tegen houtaantasters worden curatieve behandelingen verstaan tegen insecten, schimmels en zwammen.
47 Binneninrichting: Onder interieurelementen die hecht met het gebouw verbonden zijn worden elementen zoals bedsteden, grafzerken, haarden, hekwerken, kasten, kerkbanken, orgelkassen, schouwen en tochtportalen verstaan. Onder losse interieurelementen worden interieurelementen zoals boeken, gebruiksvoorwerpen, gordijnen, kandelaars, los meubilair, rouwborden en schilderijen verstaan.
48 Behangwerk, vaste vloerbedekking en stoffering: Onder interieurafwerkingen worden interieurafwerkingen zoals behangwerk, vaste vloerbedekking en stoffering, geschilderde behangsels, goudleer en textiele bespanningen; tapijten en lopers verstaan.
90 Werktuigbouwkundige installaties: Onder werktuigbouwkundige installaties van civiele monumenten worden onder andere brug- en sluisbedieningswerken verstaan. Onder werktuigbouwkundige installaties van industriële monumenten worden onder andere zoals machinerieën en werktuigen verstaan. Onder werktuigbouwkundige installaties van molens worden onder andere de onderdelen van het gaande werk verstaan.
91 Klinkende onderdelen van monumenten: Onder werkzaamheden in het kader van instandhouding van orgels worden werkzaamheden verstaan zoals aan de windvoorziening, de windladen, de tractuur, de claviatuur, het pijpwerk, de klankgeving en de stemming. Onder werkzaamheden in het kader van de functionele instandhouding van een orgel worden onder andere periodieke werkzaamheden verstaan zoals stemwerk door een ervaren orgelstemmer, het schoonmaken en bijregelen van mechanieken en het afregelen van de windvoorziening. Onder werkzaamheden in het kader van instandhouding van een uurwerk en zijn aandrijving worden werkzaamheden verstaan aan onder andere het uurwerkframe, de gewichten, de draden of kabels of kettingen of touwen, de katrollen, de valkisten, het opwindsysteem, de gelijkloop-inrichting, de slaghamers en de bijbehorende afhoudveren.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-144661.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.