Artikel I Wijziging Verordening
A.
In artikel 1:1 wordt, onder vernummering van p, q en r tot q, r en s, ingevoegd:
p. waterscooter: waterscooter als bedoeld in artikel 1.01 van het Binnenvaartpolitiereglement
B.
Na artikel 2:1 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidend:
Artikel 2:1a Flora en fauna
- 1.
Het is niet toegestaan om planten (of delen daarvan) en/of dieren uit het gebied te onttrekken en/of te beschadigen, danwel voor commerciële doeleinden te gebruiken.
- 2.
Het verbod geldt niet voor de (beroeps)visserij mits in het bezit van een visvergunning.
- 3.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.
- 4.
Dit artikel is niet van toepassing op situaties waarvoor bij of krachtens de Omgevingswet of Provinciale omgevingsverordening regels zijn gesteld.
C.
Artikel 2:3 komt als volgt te luiden:
Artikel 2:3 Honden
- 1.
Het is de eigenaar of houder van een hond verboden die hond te laten verblijven of te laten lopen:
- a.
op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak of op een andere door burgemeester en wethouders aangewezen plaats;
- b.
op een door burgemeester en wethouders aangewezen plaats zonder dat die hond is aangelijnd met een lijn met een lengte, gemeten van hand tot halsband, van ten hoogste 1,50 meter; of
- c.
op een openbare plaats indien die hond niet is voorzien van een halsband of een ander identificatiemerk dat de eigenaar of houder duidelijk doet kennen.
- 2.
De verboden in het eerste lid, aanhef en onder a en b, zijn niet van toepassing op de eigenaar of houder van een hond:
- a.
die zich vanwege zijn handicap door een geleidehond of sociale hulphond laat begeleiden; of
- b.
die deze hond aantoonbaar gekwalificeerd opleidt tot geleidehond of sociale hulphond.
D
Artikel 2:6 komt als volgt te luiden:
Artikel 2:6 Modelsport
- 1.
1.Het is verboden op een openbare plaats of in openbaar water de modelsport te beoefenen met modelvoertuigen, -vaartuigen of -vliegtuigen zoals drones, modelauto’s of -motorfietsen, modelhelikopters of andere voorwerpen op modelschaal die worden voortbewogen of aangedreven door verbrandings- of elektromotoren.
- 2.
2.Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.
- 3.
Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Regeling modelvliegen of hetgeen bij of krachtens de Omgevingswet is bepaald
- 4.
4.Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
E
Na artikel 2:6 wordt een nieuw artikel ingevoegd, te weten artikel 2.6a
Artikel 2.6a Vliegeren
- 1.
Het is verboden te vliegeren of te laten vliegeren met een kabelvlieger.
- 2.
Dit verbod geldt niet op door burgemeester en wethouders aangewezen plaatsen, mits:
- a.
de oppervlakte van de vlieger ten hoogste 1 m2 is;
- b.
de lengte van de kabel tussen vlieger en grond ten hoogste 25 meter is.
- 3.
Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de regeling kabelvliegers en kleine ballons.
F
Artikel 4:6 komt als volgt te luiden:
Artikel 4:6 Ligplaats grote vaartuigen
- 1.
Het is verboden met een vaartuig langer dan 15 meter ligplaats in te nemen anders dan op door burgemeester en wethouders aangewezen ligplaatsen.
- 2.
Op de aangewezen ligplaatsen bedoeld in het eerste lid is het niet toegestaan ligplaats in te nemen met een vaartuig dat 40 meter of langer is.
G
Na artikel 4:8 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidend:
Artikel 4:8a Draaien van motoren en het gebruik generatoren en/of aggregaten
- 1.
Het is verboden een motor, een generator of een aggregaat te laten draaien voor het opwekken van elektriciteit.
- 2.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.
H
Na artikel 4:11 wordt een nieuw artikel ingevoegd, te weten artikel 4.11a:
Artikel 4:11a Waterscooters
- 1.
Het is verboden zich op een varende waterscooter te bevinden buiten de op door burgemeester en wethouders aangewezen gedeelten van het openbaar water.
- 2.
Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Binnenvaartpolitiereglement of de Scheepvaartverkeerswet.
I.
Artikel 5:3 komt te luiden:
Artikel 5:3 Gebruik van vuur
- 1.
1.Het is verboden in de openlucht afvalstoffen te verbranden of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben.
- 2.
Burgemeester en wethouders kunnen gebieden aanwijzen waarbij het eerste lid niet van toepassing is op:
- a.
verlichting door middel van kaarsen, fakkels en dergelijke;
- b.
sfeervuren zoals terrashaarden en vuurkorven, indien geen afvalstoffen worden verbrand;
- c.
vuur voor koken, bakken en braden.
- 3.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.
- 4.
Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien bij of krachtens de Omgevingswet, de Wet milieubeheer, artikel 429, aanhef en onder 1˚ of 3˚, van het Wetboek van Strafrecht, de provinciale omgevingsverordening of de waterschapsverordening.
- 5.
Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Artikel 7:4 komt te luiden:
Artikel 7:4 Beheeractiviteiten
- 1.
De verboden gesteld in deze verordening gelden niet voor zover overheidstaken worden uitgeoefend als beheer en onderhoud, faunabeheer, markeren, inspectie- en toezichtwerkzaamheden, repressieve opsporings-, reddings- en defensietaken, calamiteitenbeheer.
- 2.
De verboden gesteld in deze verordening gelden niet voor door of in opdracht van een binnen het werkingsgebied terreinbeherende natuurbeschermingsorganisatie georganiseerde (educatieve) activiteiten, onderzoek en monitoring.
- 3.
De in het eerste en tweede lid genoemde uitzonderingen gelden voor:
- a.
Terreinbeherende natuurbeschermingsorganisatie Staatsbosbeheer;
- b.
Overheidsorganisaties als gemeente, waterschap en Rijkswaterstaat;
- c.
Overheidshulpdiensten als brandweer, politie, ambulance, Kustwacht Nederland en veiligheidsregio’s;
- d.
Hulpverleningsorganisaties als KNRM;
- e.
Derden die de activiteiten als bedoeld in het eerste of tweede lid uitvoeren in opdracht van een organisatie als bedoeld in dit artikel.
Artikel 7:7 Citeertitel wordt
7:6 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening natuur- en recreatiegebied de Grevelingen Schouwen-Duiveland.