Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging Directie Bestuurszaken

De directeur Bestuurszaken,

gelet op:

• de artikelen 10:3 en 10:6 van de Algemene wet bestuursrecht;

• artikel 60, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek;

• artikel 1.3 en de paragrafen 4.1 en 4.10 van het Besluit Mandaat, Volmacht en Machtiging Rotterdam 2021;

• de artikelen 2, 4 en 12a van het Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging van de algemeen directeur 2021;

overwegende, dat het om redenen van doelmatigheid wenselijk is de aan hem in het Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging van de algemeen directeur 2021 opgedragen en daarvoor in aanmerking komende bevoegdheden te ondermandateren, ondervolmachten en ondermachtigen aan ondergeschikte ambtenaren;

besluit:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

• 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

  • directeur: directeur Bestuurszaken;

  • directie: Directie Bestuurszaken, genoemd in artikel 13b van de Regeling Organisatie 2016;

  • programmamanager: manager die verantwoordelijk is voor het aansturen van projectmanagers binnen een programma;

  • projectmanager: manager die verantwoordelijk is voor het realiseren van een project.

• 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt met de verlening van ondermandaat gelijkgesteld de verlening van:

  • a. ondervolmacht als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek om namens de gemeente privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • b. ondermachtiging om namens het college of de burgemeester handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 2 Indeling directie

• 1. De directie kent de volgende afdelingen met elk een afdelingshoofd:

  • a. afdeling Bestuur en Gemeentesecretaris;

  • b. afdeling Externe Betrekkingen en Stadhuis;

  • c. afdeling Public Affairs;

  • d. afdeling Strategie.

• 2. De afdelingen zijn onderverdeeld in de volgende teams met elk een teamleider:

  • a. afdeling Bestuur en Gemeentesecretaris

    • 1°. Team Bestuurlijke processen;

    • 2°. Team Bestuursadvisering;

    • 3°. Team Bestuursondersteuning.

  • b. afdeling Externe Betrekkingen en Stadhuis:

    • 1°. Team Chauffeurs;

    • 2°. Team Externe Betrekkingen, Kabinet en Protocol;

    • 3°. Team Fonds Bijzondere Noden;

    • 4°. Team Gastheerschap.

  • c. afdeling Public Affairs:

    • 1°. Team Bestuurlijke Zaken;

    • 2°. Team Internationale Zaken;

    • 3°. Team Juridische Zaken;

    • 4°. Team Wet open overheid.

Artikel 3 Reikwijdte

• 1. Een medewerker is in het kader van de uitoefening van de aan hem verleende ondermandaten bevoegd om die besluiten te nemen en die rechtshandelingen en feitelijke handelingen te verrichten die voor de uitoefening van deze bevoegdheden noodzakelijk zijn.

• 2. Indien aan een medewerker een bevoegdheid is opgedragen tot het verlenen van een vergunning, subsidie, toestemming, instemming of ontheffing is deze medewerker tevens bevoegd tot het weigeren, wijzigen, intrekken, niet in behandeling nemen, overschrijven, verbinden van voorschriften, vaststellen, terugvorderen of schorsen van die vergunning, subsidie, toestemming, instemming of ontheffing.

• 3. Indien een medewerker bevoegd is tot het besluiten tot het aangaan van een overeenkomst is deze medewerker tevens bevoegd tot het besluiten tot het wijzigen en beëindigen van de overeenkomst.

• 4. Een medewerker is bevoegd de gemeente buiten rechte te vertegenwoordigen met betrekking tot de aan hem opgedragen bevoegdheden.

• 5. De aan een medewerker ondergemandateerde bevoegdheden worden door hem niet ondergemandateerd.

• 6. De in dit besluit ondergemandateerde bevoegdheden zijn tevens opgedragen aan de hiërarchisch bovengeschikte van de medewerker aan wie de ondermandaten zijn verleend.

Artikel 4 Plaatsvervanging

• 1. De in dit besluit opgedragen bevoegdheden zijn bij afwezigheid van de betreffende medewerker opgedragen aan diens plaatsvervanger, waarbij beide partijen nadere afspraken kunnen maken over de invulling van de vervanging.

• 2. Plaatsvervanging geschiedt met de financiële begrenzing, genoemd in artikel 5, die op de plaatsvervanger zelf van toepassing is.

• 3. De plaatsvervanger van de directeur is:

  • a. de directeur Middelen en Control, of bij diens afwezigheid:

  • b. de directeur Veiligheid.

• 4. De afdelingshoofden vervangen elkaar.

• 5. De teamleiders binnen een afdeling vervangen elkaar.

Artikel 5 Financiële beperking bevoegdheden

• 1. Bij de verleende ondermandaten gelden de volgende financiële beperkingen:

  • a. € 250.000 voor afdelingshoofden;

  • b. € 50.000 voor teamleiders;

  • c. € 50.000 voor projectmanagers;

  • d. € 15.000 voor taakmanagers;

• 2. De genoemde bedragen zijn exclusief BTW.

• 3. Bij overeenkomsten die een looptijd hebben van meer dan een jaar zijn de financiële beperkingen de genoemde bedragen per jaar.

• 4. In afwijking van het eerste lid, is een afdelingshoofd bevoegd om samen met de directeur overeenkomsten mede te ondertekenen in het kader van de interne bedrijfsvoering en het vertegenwoordigen van de gemeente buiten rechte met betrekking tot dergelijke overeenkomsten boven een bedrag van € 250.000.

Artikel 6 Instructies en overige begrenzingen bevoegdheden

• 1. Degene aan wie een bevoegdheid is verleend, is bij de gebruikmaking daarvan verantwoording verschuldigd aan de directeur.

• 2. De medewerker aan wie ondermandaat is verleend, is bij de gebruikmaking van zijn bevoegdheid verplicht:

  • a. te handelen binnen de gemeentelijke (beleids)kaders en conform de wettelijke voorschriften;

  • b. de binnen de directie vastgestelde procedures en overige voorschriften in acht te nemen;

  • c. de aanwijzingen in acht te nemen die hem worden gegeven bij de uitoefening van de bevoegdheid.

• 3. De medewerker aan wie ondermandaat is verleend, maakt geen gebruik van zijn bevoegdheid indien de directeur of een andere medewerker uit een hogere managementlaag van de betreffende bevoegdheid gebruik maakt.

Artikel 7 Algemene bevoegdheden afdelingshoofd

Aan het afdelingshoofd wordt ondermandaat verleend, voor zover deze bevoegdheid wordt uitgeoefend in het kader van diens werkterrein, tot:

• a. de actieve en passieve openbaarmaking van documenten, bedoeld in de Wet open overheid;

• b. het uitoefenen van de bevoegdheden, bedoeld in de Wet hergebruik van overheidsinformatie;

• c. het nemen van besluiten met betrekking tot bestuursrechtelijke geldschulden;

• d. het doen van aangifte van een strafbaar feit, bedoeld in artikel 161 van het Wetboek van Strafvordering;

• e. het besluiten tot voegen in strafprocessen;

• f. het besluiten tot het aangaan en ondertekenen van overeenkomsten in het kader van de uitvoering van de aan hem opgedragen bevoegdheden, met uitzondering van de in artikel 4.1, eerste lid, onderdeel q, subonderdelen 1 tot en met 3, van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2021 genoemde uitzonderingen.

Artikel 8 Algemene bevoegdheden teamleider

Aan de teamleider wordt ondermandaat verleend, voor zover deze bevoegdheid wordt uitgeoefend in het kader van diens werkterrein, tot:

• a. het uitoefenen van de dwangsomregeling, bedoeld in de artikelen 4:17, 4:18 en 4:19 van de Algemene wet bestuursrecht;

• b. het behandelen van klachten, bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover de klachten betrekking hebben op gedragingen die toegerekend kunnen worden aan de afdeling waar hij werkzaam is;

• c. het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten in het kader van de interne bedrijfsvoering en in het kader van de opgedragen bevoegdheden en het ondertekenen ervan, het verrichten van rechtshandelingen ter uitvoering ervan en het vertegenwoordigen van de gemeente buiten rechte met betrekking tot genoemde overeenkomsten.

Artikel 9 Vertegenwoordiging bij bezwaarschriftprocedure

De medewerker van het team dat belast is geweest met de voorbereiding van een besluit waartegen bezwaar is gemaakt, is bevoegd het college van burgemeester en wethouders te vertegenwoordigen bij de behandeling van het bezwaarschrift.

Hoofdstuk 2 Slotbepalingen

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2025.

Artikel 11 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit ondermandaat, ondervolmacht en ondermachtiging Directie Bestuurszaken.

Aldus vastgesteld op 21 maart 2025.

Directeur Bestuurszaken,

A. Tahraoui

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010 - 267 2514 of bir@rotterdam.nl