Beleidsregels voor laadpalen elektrische voertuigen gemeente Valkenburg aan de Geul 2024

Intitulé

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van Valkenburg aan de Geul houdende bepalingen met betrekking tot laadpalen voor elektrische voertuigen in de openbare ruimte van gemeente Valkenburg aan de Geul, hierna “de Gemeente” (Beleidsregels voor laadpalen elektrische voertuigen Gemeente Valkenburg aan de Geul 2024).

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenburg aan de Geul;

Overweegt het volgende:

• elektrisch rijden is een onomkeerbare ontwikkeling en er is een groeiende behoefte bij bewoners en bezoekers aan laadvoorzieningen om Elektrische voertuigen op te kunnen laden;

• de Gemeente wil emissieloos vervoer stimuleren om een bijdrage te leveren aan het behalen van de gemeentelijke, landelijke en internationale doelstellingen voor het beperken van gebruik van fossiele brandstoffen en vermindering van CO2;

• voor het kunnen gebruiken van Elektrische voertuigen is het beschikbaar hebben van voldoende oplaadmogelijkheden in de openbare ruimte essentieel;

• het is wenselijk dat het voor (huidige en toekomstige) Gebruikers van Elektrische voertuigen in de gemeente Valkenburg aan de Geul duidelijkheid is wat de voorwaarden zijn voor plaatsing en gebruik van Laadpalen met de bijbehorende parkeerplaatsen in de openbare ruimte;

• deze beleidsregel dient ter uitvoering van de gemeentelijke Laadinfrastrategie 2024.

b e s l u i t:

vast te stellen de volgende:

“Beleidsregels voor laadpalen elektrische voertuigen gemeente Valkenburg aan de Geul 2024”

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

Aanvraag: de aanvraag zoals hierna omschreven in artikel 3 waarmee de Aanvrager aan de Gemeente vraagt een Laadpaal in de openbare ruimte te (laten) plaatsen;

Aanvraaglocatie: het woon- of werkadres van de Aanvrager ten behoeve waarvan de Aanvrager de Aanvraag tot plaatsen van een Laadpaal wil doen;

Aanvrager:

• a. De Houder van een Elektrisch voertuig die blijkens de gemeentelijke basisadministratie woont in de Gemeente Valkenburg aan de Geul, of

• b. De Houder van een Elektrisch voertuig die niet woont in de Gemeente Valkenburg aan de Geul maar aantoonbaar ten minste 20 uur per week werkzaam is op de Aanvraaglocatie in de Gemeente Valkenburg aan de Geul.

College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenburg aan de Geul;

CPO: Charge Point Operator: de partij met wie de Gemeente een overeenkomst heeft gesloten voor de plaatsing, het beheer en de exploitatie van Laadpalen in de Gemeente Valkenburg aan de Geul;

Elektrisch voertuig: een motorrijtuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Wegenverkeerswet 1994, als zodanig geregistreerd bij de RDW en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor de elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een Laadpaal;

Gebruiker(s): bredere doelgroep met behoefte tot het laden van voertuig aan een openbaar laadpunt;

Houder van een motorvoertuig/Elektrisch voertuig: degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens was ingeschreven, met dien verstande dat ook degene die middels een lease overeenkomst of een verklaring van de werkgever kan aantonen dat hij de bestuurder is van het motorvoertuig dat ten tijde van het parkeren op naam van de leasemaatschappij respectievelijk de werkgever in het hiervoor bedoelde register was ingeschreven, als houder wordt aangemerkt.

Laadpaal: een oplaadobject, te plaatsen bij een Oplaadlocatie, in de vorm van een zuil met tenminste één aansluiting en de mogelijkheid voor twee of meer aansluitingen voor het (door middel van een laadkabel) opladen van Elektrische voertuigen.

Laadplein: Een laadplein bestaat uit meer dan twee laadpunten voor elektrische voertuigen die een gedeelde netaansluiting hebben.

Laadpunt: De elektrische aansluiting op een laadpaal waar de stekker wordt aangesloten. Reguliere laadpalen beschikken meestal over twee laadpunten.

Oplaadlocatie: locatie in de openbare ruimte en op grond in eigendom van de Gemeente waar een Laadpaal en één of meer parkeerplaatsen aanwezig zijn of worden gerealiseerd, uitsluitend ten behoeve van het opladen van Elektrische voertuigen.

Artikel 2 Algemene uitgangspunten

• 1. Deze beleidsregels hebben tot doel te voorzien in duidelijke criteria en voorwaarden voor het aanvragen, plaatsen en gebruiken van Laadpalen en de bijbehorende parkeerplaatsen in de openbare ruimte in gemeente Valkenburg aan de Geul.

• 2. De werkwijze ten aanzien van onder andere de aanleg en het beheer van de Laadpalen voor Elektrische voertuigen is geregeld in een concessieovereenkomst tussen de gemeente en de CPO.

• 3. Om te komen tot een dekkend netwerk van Laadpalen binnen de Gemeente, passend bij de groeiende laadbehoefte, worden de Laadpalen door de CPO in afstemming met de Gemeente proactief op strategische locaties in de openbare ruimte geplaatst (“proactieve plaatsing”).

• 4. Aanvullend bestaat de mogelijkheid voor Aanvragers om plaatsing van een laadpaal in de openbare ruimte aan te vragen (“paal volgt auto”), onder de voorwaarden zoals hierna in artikel 3 omschreven.

• 5. Daarnaast kan de Gemeente in afstemming met de CPO op eigen initiatief nog aanvullende Laadpalen in de openbare ruimte laten plaatsen (“strategische plaatsing”).

• 6. De Laadpalen zijn geschikt zijn voor meerdere aanbieders (interoperabiliteit) en voldoen aan de vereisten op het gebied van privacy en cyber security.

Artikel 3 Voorwaarden Aanvraag Laadpaal

• 1. Iedere Gebruiker kan een Aanvraag doen tot het plaatsen van een Laadpaal voor een Elektrisch voertuig ten behoeve van de Aanvraaglocatie. De Aanvraag wordt gedaan in het digitaal portaal van de CPO, dat toegankelijk is via de website van de Gemeente.

• 2. Voor een Aanvraag gelden de volgende voorwaarden. Wanneer niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, zal de Aanvraag niet in behandeling worden genomen of afgewezen:

  • a. De Aanvraag kan alleen worden gedaan door de Aanvrager zoals omschreven in artikel 1, dus een natuurlijke persoon die woont of (ten minste 20 uur per week) werkt in de Gemeente Valkenburg aan de Geul en Houder is van een Elektrisch Voertuig;

  • b. Met het Elektrisch voertuig kan ten minste 50 kilometer worden gereden volgens de WLTP-meetmethode;

  • c. De Aanvrager beschikt niet over een parkeervoorziening op eigen terrein (in eigendom, gehuurd of anderszins in eigen gebruik), zoals een oprit of parkeerterrein, waarop een Elektrisch voertuig middels een aan te brengen eigen laadvoorziening kan worden opgeladen.

  • d. Er is geen andere Laadpaal in de openbare ruimte aanwezig of gepland binnen een reële loopafstand van 300 meter vanaf de Aanvraaglocatie.

  • e. Als wel een bestaande Laadpaal aanwezig is binnen deze afstand van 300 meter, maar deze Laadpaal intensief gebruikt wordt, dan kan een extra Laadpaal worden aangevraagd. Van intensief gebruik is – ter beoordeling van de Gemeente – in elk geval sprake bij een verbruik van meer dan 3.500 kWh per Laadpaal per jaar - dus de twee of meer Laadpunten per Laadpaal bij elkaar opgeteld - of wanneer gedurende minstens een jaar elke maand sprake is van 6 of meer unieke gebruikers.

• 3. Een Aanvraag kan worden afgewezen of toewijzing ervan kan worden ingetrokken wanneer blijkt dat de Aanvrager niet de intentie heeft de Laadpaal daadwerkelijk of met voldoende frequentie te gaan gebruiken. Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn wanneer de Aanvrager is verhuisd of gaat verhuizen, Aanvrager geen Elektrische voertuig meer in bezit of in gebruik heeft.

Artikel 4 Voorwaarden voor plaatsing

• 1. Een Aanvraag voor een Laadpaal geeft nog geen recht op de plaatsing daarvan.

• 2. Definitieve plaatsing vindt plaats nadat is gebleken dat plaatsing mogelijk is op basis van de hierna onder artikel 5 genoemde voorwaarden en plaatsing mogelijk is binnen de voorwaarden en uitgangspunten van de Laadinfrastrategie van de Gemeente Valkenburg aan de Geul.

• 3. Plaatsing vindt pas plaats nadat het voor de locatie vast te stellen verkeersbesluit onherroepelijk is geworden.

• 4. Een geplaatste Laadpaal geeft geen recht op exclusief gebruik van die Laadpaal en de bijbehorende parkeerplaats(en) door de Aanvrager/Gebruiker.

Artikel 5 Voorwaarden Locatie

• 1. Wanneer de Aanvraag voldoet aan de in artikel 3 genoemde voorwaarden, bepaalt de Gemeente (in overleg met de CPO) de exacte locatie van de aangevraagde Laadpaal op basis van de volgende criteria en voorkeuren. Deze criteria en voorkeuren b t/m k zijn ook richtinggevend voor de proactieve en strategische plaatsing.

  • a. De Laadpaal wordt binnen de reële loopafstand van 300 meter van de Aanvraaglocatie van Aanvrager geplaatst, echter niet per se zo dicht mogelijk bij de Aanvraaglocatie, maar op een plaats die daarvoor volgens de Gemeente het meest geschikt is op basis van (onder meer) de volgende afwegingen;

  • b. Plaatsing vindt plaats zodanig dat eventuele uitbreiding tot Laadpleinen mogelijk is en een paal zo min mogelijk solitair komt te staan;

  • c. Plaatsing vindt plaats op de verkeerstechnisch meest gunstige wijze, rekening houdend met onder andere vluchtroutes, mindervalideparkeerplaatsen, opritten, toegangs- en vluchtwegen en gebouwtoegang, waarbij de goede doorgang voor andere verkeersdeelnemers (fiets, voetganger, rolstoel etc.) en van hulp- en verzorgingsdiensten, blijft gewaarborgd en er tevens voldoende ruimte is voor het parkeren en manoeuvreren van het Elektrisch voertuig;

  • d. De exacte locatie van de Laadpaal en de wijze van uitvoering van de plaatsing worden bepaald op basis van de plaatsingscriteria die zijn vastgesteld in samenspraak met de CPO;

  • e. De gemeente geeft, met name voor Laadpalen die overwegend gebruikt zullen worden door bezoekers (personen die niet wonen of werken in de Gemeente), de voorkeur aan de plaatsing op openbare parkeerplek buiten de vergunninghouders zone;

  • f. Het niet hoeven te verwijderen van kwalitatief groen (waaronder bomen) prevaleert bij het plaatsen van de Laadpaal of het aanleggen van de bijbehorende parkeerplaatsen en de Laadpaal wordt niet onder de kruin van een boom geplaatst en op minimaal 2 meter van de stam van de boom (in verband met beschadiging wortels);

  • g. Laadpalen worden waar mogelijk op een neutrale plek geplaatst (zoals een blinde muur en bij groenvoorzieningen). Voor de plaatsingsvoorkeur nabij gebouwen geldt de volgorde: blinde gevel, zijgevel, voorgevel. Er wordt terughoudend omgegaan met plaatsing van Laadpalen direct voor een raam of een deur van een woning;

  • h. De plaatsing en gebruik van de Laadpaal levert geen hinder op voor gebruik en onderhoud van straatmeubilair;

  • i. Bij de locatiebepaling kan tevens rekening worden gehouden met geplande of verwachte reconstructies of andere infrastructurele ontwikkelingen ter plaatse;

  • j. Plaatsing is alleen mogelijk binnen de maximale afstand van 25 meter tussen de Laadpaal en het lage spanningsnet;

  • k. Plaatsing vindt, tenslotte, plaats in afstemming met de netbeheerder en conform de afspraken met de CPO voor zover die hierboven nog niet zijn vermeld.

• 2. Van bovenstaande criteria en voorkeuren kan worden afgeweken als de Aanvrager beschikt over een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken. In dat geval zal worden beoordeeld in hoeverre het mogelijk en wenselijk is om de Laadpaal direct aan of zo dicht mogelijk bij deze invalidenparkeerplaats te plaatsen. Dat hangt onder meer af van voornoemde criteria, maar ook de technische en fysieke mogelijkheden ter plaatse (zoals de afstand tot het laagspanningsnet). Bovendien zal de CPO moeten instemmen met realisatie op de beoogde locatie. Als het mogelijk blijkt de Laadpaal te plaatsen naast de invalidenparkeerplaats, zal tevens (direct of later) een naastgelegen parkeerplaats moeten kunnen worden ingericht als openbare laadplaats zodat de Laadpaal optimaal kan worden gebruikt bij toename van de vraag.

• 3. Indien en zodra de Laadpaal na plaatsing niet meer voldoet aan een of meer van de voornoemde criteria en voorkeuren of indien het verbruik van de Laadpaal gedurende een jaar minder is dan 2000 kWh kan de laadpaal worden verwijderd.

Artikel 6 Aanwijzen en inrichting parkeervoorzieningen bij een laadpaal

• 1. De Laadpaal wordt tussen minimaal twee (of meer in voorkomend geval) aangrenzende parkeerplaatsen geplaatst zodat (direct of in de toekomst) twee (of meer) Elektrische voertuigen gelijktijdig kunnen laden.

• 2. Bij elke publieke Laadpaal wordt bij oplevering één verkeersbord met onderbord ‘alleen voor opladen elektrische voertuigen’ geplaatst met onderbord met pijltjes naar 1 laadplek of (bij aanwijzing van het tweede parkeervak) 2 plekken. Het tweede parkeervak kan ofwel direct na plaatsing van de Laadpaal op dezelfde wijze worden aangewezen, of op een later moment nadat de Gemeente heeft geoordeeld dat voor de betreffende Laadpaal sprake is van bovenmatig verbruik. Daarvan is in elk geval sprake bij een verbruik van meer dan 3500 kWh per jaar of wanneer er 6 of meer unieke gebruikers zijn per maand gedurende een periode van 1 jaar. In geval van vergunninghouders zone zal hieraan een onderbord worden toegevoegd met ‘vergunningsvrij’.

• 3. Voor Laadpalen die zijn geplaatst in gebieden waar betaald parkeren, een maximale parkeerduur (blauwe zone) of parkeervergunningsplicht van toepassing is, geldt het volgende.

  • a. Voor betaald parkeren blijft in principe hetzelfde regime gelden voor gebruikers van de Laadpaal. Gebruikers van de Laadpaal moeten dus het voor het betreffende gebied toepasselijke parkeertarief betalen zolang het Elektrisch voertuig op de laadplaats is geparkeerd. Het College kan echter besluiten het tarief voor Elektrische voertuigen te verlagen, in welk geval voor parkeren op een laadplaats het dan vastgestelde tarief geldt.

  • b. Voor parkeren in een blauwe zone vervalt het betreffende regime voor de laadplaatsen. De voor die zone vastgestelde maximale parkeerduur geldt dus niet voor het parkeren voor het laden van het Elektrische voertuig.

  • c. Voor parkeren in zones waarvoor een parkeervergunning geldt, vervalt het betreffende regime voor de aangewezen parkeerplaatsen. Voor het laden van het Elektrische voertuig op deze aangewezen parkeerplaatsen is dus geen parkeervergunning nodig.

• 4. De Gemeente heeft er bewust voor gekozen om parkeerdruk niet mee te nemen als criterium voor plaatsing van Laadpalen om elektrisch rijden en laden zoveel mogelijk te stimuleren. De gemeente zal bij ingebruikname van een Laadpaal in gebieden met een hoge parkeerdruk aanvankelijk eerst éen parkeerplaats aanwijzen voor openbaar laden en de tweede pas nadat is gebleken dat daaraan voldoende behoefte bestaat (conform de criteria genoemd in artikel 6 lid 2).

Artikel 7 Afstemming met omwonenden(participatie) en verkeersbesluit

• 1. Participatie vindt plaats conform hetgeen in dit artikel is bepaald en met inachtneming van het gemeentelijk participatiebeleid en hetgeen over participatie is vermeld in de gemeentelijke laadinfrastrategie.

• 2. Inwoners worden door middel van plankaarten, behorende bij de proactieve plaatsing zoals bedoeld in artikel 2 onder 3, geïnformeerd over de proactief te plaatsen Laadpalen en kunnen hier input op leveren. Deze input wordt meegenomen in de verdere uitwerking van de plankaarten en de te nemen verkeersbesluiten, maar is niet bindend.

• 3. Na publicatie van het ontwerpverkeersbesluit kunnen de belanghebbenden (nogmaals) reageren op de gekozen locatie door het indienen van een zienswijze.

• 4. Nadien worden de definitieve verkeersbesluiten voor de proactief te plaatsen Laadpalen genomen en gepubliceerd. Daar staat dan bezwaar en beroep tegen open.

• 5. Bij plaatsing op Aanvraag of de strategische plaatsing zoals bedoeld in artikel 2 onder lid 4 resp. lid 5, vindt participatie alleen plaats in de vorm van bezwaar en beroep tegen het verkeersbesluit zoals hiervoor bepaald onder lid 4 van dit artikel.

• 6. Na een toegewezen Aanvraag voor een Laadpaal bij een individuele invalidenparkeerplaats (op kenteken) hoeft geen nieuw verkeersbesluit te worden genomen omdat dat verkeerbesluit al is genomen bij aanwijzing van de parkeerplaats als invalidenparkeerplaats. De Laadpaal betreft slechts een bijbehorende voorziening voor die parkeerplek. Laden en parkeren is op die parkeerplaats alleen toegestaan voor de kentekenhouder van de invalidenparkeerplaats. In het geval de individuele invalidenparkeerplaats wordt opgeven, dan zal de Laadpaal middels een verkeersbesluit toegevoegd worden aan de openbare ruimte voor algemeen gebruik.

• 7. De gemeente kan het initiatief nemen voor het (tijdelijk of definitief) verwijderen of verplaatsen van een Laadpaal. Bij het definitief verwijderen van een Laadpaal, neemt de Gemeente een nieuw verkeersbesluit waarin de reservering van de parkeerplaats(en) voor Elektrische voortuigen wordt (worden) opgeheven. Dit kan bijvoorbeeld wanneer de Laadpaal in praktijk niet of niet structureel wordt gebruikt of wanneer de ruimte nodig is vanwege andere ontwikkelingen ter plaatse.

Artikel 8 Veiligheid

• In verband met de openbare veiligheid staat de Gemeente geen oplaadkabels of dergelijke laadvoorzieningen op, over, door of in openbaar gebied toe. Dit betekent dat een Elektrisch voertuig, geparkeerd in de openbare ruimte, niet opgeladen mag worden via een laadvoorziening op eigen terrein waarbij de laadkabel op de openbare weg (trottoir, parkeervak, fietspad, hoofdweg, plantsoen e.d.) ligt. De aanwezigheid van een dergelijke laadkabel wordt geacht gevaar op te leveren voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering te vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg en/of kan overlast of gevaar opleveren voor gebruikers van de weg, een en ander zoals bedoeld in artikel 7.1.1.2 van de Verordening Fysieke Leefomgeving Valkenburg aan de Geul waarmee de daar bedoelde vergunning kan worden geweigerd.

Artikel 9 Handhaving

• 1. Indien een niet-elektrisch voertuig op een parkeerplaats voor opladen van Elektrische voertuigen staat, kan handhavend worden opgetreden jegens de Houder van het geparkeerde onjuiste (niet-elektrische) voertuig. Dit geldt ook voor een Elektrisch voertuig dat niet door middel van de laadkabel verbonden is met de laadpaal, of wel verbonden is maar geen sprake (meer) is van een actieve laadsessie. Het juiste gebruik van de parkeerplaats bij een Laadpaal is: als een Elektrisch voertuig met de laadkabel aangesloten is aan de Laadpaal en ook daadwerkelijk aan het laden is.

• 2. Het Elektrisch voertuig mag altijd tot maximaal 1,5 uur na het beëindigen van de laadsessie (een doorlopende laadsessie of een Smart Charging-sessie) ter plaatse geparkeerd blijven.

• 3. Tussen 22:00 en 9:00 uur hoeft het Elektrisch voertuig niet aan het laden te zijn (maar moet wel met de laadkabel verbonden zijn aan de Laadpaal).

Artikel 10 Wijzigingsbevoegdheid

• De ontwikkelingen op het gebied van elektrisch rijden en laadinfrastructuur zijn ten tijde van en na de vaststelling van deze beleidsregel nog volop gaande. Om die reden wordt deze beleidsregel ten minste jaarlijks, en steeds nadat relevante ontwikkelingen daartoe aanleiding geven, geëvalueerd en waar nodig aangepast en opnieuw vastgesteld.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het College kan besluiten van deze beleidsregel af te wijken wanneer toepassing ervan, gelet op de belangen die deze regeling beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking. Met ingang van die datum vervalt de Beleidsregel voor laadpalen elektrische auto’s gemeente Valkenburg aan de Geul zoals vastgesteld op 25 augustus 2015.

Artikel 13 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Beleidsregel voor laadpalen elektrische voertuigen gemeente Valkenburg aan de Geul 2024”.

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van de gemeente Valkenburg aan de Geul, gehouden op 4 juni 2024.

D.M.M.T. Prevoo, Mr. G.S. Reehuis,

Burgemeester algemeen directeur/gemeentesecretaris