Collectebeleid gemeente Zwolle 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zwolle,

gelet op het bepaalde in artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zwolle en artikel 4:81 en hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit vast te stellen de navolgende beleidsregel voor collecteren in de gemeente Zwolle: ‘Collectebeleid gemeente Zwolle 2024’.

1. Inleiding

1.1. Algemeen

Het college kan op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Zwolle een vergunning verlenen voor het houden van een openbare inzameling van geld of goederen of voor het aanbieden van een intekenlijst hiervoor. In deze beleidsregel is uitgewerkt wie wanneer voor een vergunning aanmerking komt.

1.2. Doelstellingen

De Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) biedt het college de mogelijkheid om beleidsregels vast te stellen. We maken van deze mogelijkheid gebruik omdat we eenduidig en transparant willen werken. Het doel van deze beleidsregel is:

• Zorgen voor actuele, eenduidige en transparante regels.

  De beleidsregel moet zorgen voor algemene en duidelijke regels zodat zowel personen of organisaties die in de gemeente Zwolle willen collecteren, als ook vergunningverleners en handhavers weten wat de kaders zijn.

• Zorgen voor een goede spreiding van de collectes in een jaar.

  Een collecte is nog steeds de meest gewaardeerde manier om te doneren aan een goed doel. Dit dankzij haar incidentele karakter, de anonimiteit van een gift, snelheid en de eenvoud. Maar om te voorkomen dat iemand in een week meerdere collectanten aan de deur krijgt, hanteert de gemeente Zwolle een vergunningstelsel en wordt er gewerkt met een collecterooster.

2. Juridisch kader

2.1. Wettelijke basis

In artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zwolle is bepaald dat het verboden is om zonder vergunning van het college een openbare inzameling van geld of goederen te houden of hiervoor een intekenlijst aan te bieden. Het college kan vrijstelling verlenen van het bepaalde onder lid 1 onder voorwaarden zoals genoemd in het ‘collectebeleid gemeente Zwolle’. Het verbod geldt niet voor een inzameling die in besloten kring gehouden wordt.

2.2. Begripsbepaling

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

• a. APV: De geldende Algemene Plaatselijke Verordening Zwolle;

• b. CBF: Centraal Bureau Fondsenwerving te Amsterdam;

• c. collecte/collecteren: het houden van een openbare inzameling van geld of goederen, of hiervoor een intekenlijst aanbieden. Onder een inzameling van geld of goederen wordt mede verstaan: het bij het aanbieden van goederen, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of goederen, indien daarbij te kennen wordt gegeven dat de opbrengst geheel of ten dele voor liefdadigheid of ideëel doel is bestemd;

• d. collectevergunning: een vergunning verleend op basis van het bepaalde in artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening;

• e. donateursactie: het werven van personen die op periodieke basis een geldbedrag willen schenken aan een goed doel;

• f. ideëel doel: wanneer met de verwezenlijking van het doel (mede) een algemeen, maatschappelijk belang wordt gediend dat het belang van de leden of dat van de organisatie zelf overstijgt;

• g. landelijk collecterooster: het door het CBF opgestelde landelijke rooster voor collectes;

• h. liefdadigheid: een actie waarbij het publiek wordt opgeroepen tot het schenken van geld of goederen of tot het op andere wijze leveren van een bijdrage ten behoeve van een goed doel;

• i. plaatselijke organisatie: een organisatie die gevestigd is in de gemeente Zwolle en die fondsen werft voor een ideëel- of liefdadigheidsdoel;

• j. ramp: een gebeurtenis waarbij een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan of waarbij het leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad, en waarbij een gecoördineerde inzet van diensten en organisaties van verschillende disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken;

• k. collectestaat: het door het college vastgestelde formulier dat binnen een maand na de collecte bij de gemeente ingeleverd moet worden;

• l. stortingsbewijs: bewijs waaruit blijkt op welk rekeningnummer, voor welk doel, welk bedrag gestort is;

• m. vergunninghouder: een ieder aan wie door het college een collectevergunning is verleend;

• n. verkoopactie: huis-aan-huis inzameling van geld door middel van de verkoop van goederen door lokale organisaties voor een bepaald doel.

Voor begripsbepalingen waarin deze beleidsregel niet voorziet gelden, de bepalingen uit de APV.

2.3. Toepassingsbereik

Deze beleidsregel is niet van toepassing op het inzamelen van textiel en oud papier, zowel op verzamelplaatsen als huis-aan-huis. Dergelijke inzamelingen worden gedaan op basis van de Afvalstoffenverordening. Ook is deze beleidsregel niet van toepassing op een inzameling die in besloten kring wordt gehouden.

3. Uitgangspunten voor collecteren

3.1. Algemene uitgangspunten

• a. Een collectevergunning moet worden aangevraagd op een daarvoor beschikbaar gesteld aanvraagformulier.

• b. Per kalenderjaar mag één keer door dezelfde organisatie voor hetzelfde doel worden gecollecteerd.

• c. Een collectevergunning wordt voor maximaal één week verleend.

• d. Per week wordt maximaal één collectevergunning verleend. In de periode van het collecterooster van het CBF kan geen vergunning worden verleend aan een andere organisatie, ook niet als de landelijke instelling geen gebruik maakt van de vergunning. Dit om verwarring bij burgers te voorkomen, omdat hier vaak wel landelijk campagne voor wordt gevoerd. Het kan dan misleidend zijn dat in de betreffende week een andere organisatie komt collecteren. Dit uitgangspunt geldt niet als er sprake is van een ramp als bedoeld in paragraaf 3.8.

• e. Er mag uitsluitend gecollecteerd worden op maandag tot en met zaterdag tussen 9.00 en 21.00 uur.

• f. Op zondagen en nationale feestdagen mag er niet gecollecteerd worden.

• g. De collectanten dienen ten minste zestien jaar oud te zijn; voor kinderen onder de zestien jaar geldt dat zij onder begeleiding van een volwassene moeten collecteren.

• h. Bij aanvragen voor dezelfde periode heeft de eerst ontvangen aanvraag voorrang.

• i. De collectevergunning wordt op de gebruikelijke wijze gepubliceerd.

3.2. Collectes van landelijke organisaties conform het collecterooster van het CBF

Burgemeester en wethouders kunnen, onder door hen te stellen voorwaarden, vrijstelling verlenen van het verbod om zonder vergunning te collecteren. Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling aan landelijke instellingen die voorkomen op het collecterooster, dat jaarlijks door het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) wordt vastgesteld.

De landelijke organisaties, die voorkomen op het collecterooster dienen te melden of zij in de gemeente Zwolle gebruik maken van de toegewezen collecteperiode.

Wanneer de organisatie kenbaar heeft gemaakt gebruik te willen maken van de periode dan wordt de bedoelde periode aan deze instelling toegewezen.

3.3. Landelijke organisaties die niet zijn vermeld in het collecterooster van het CBF

Niet op het collecterooster van het CBF vermelde landelijke organisaties komen uitsluitend in aanmerking voor een collectevergunning in de vrije perioden van het landelijke collecterooster van het CBF. Er wordt uitsluitend een collectevergunning verleend ten behoeve van organisaties die beschikken over het CBF keurmerk “Erkend Goed Doel”.

3.4. Collectes van plaatselijke organisaties

Plaatselijke organisaties kunnen voor een collectevergunning in aanmerking komen in de vrije perioden van het collecterooster van het CBF.

Een plaatselijke organisatie kan in aanmerking komen voor een collectevergunning als:

• a. de organisatie in Zwolle gevestigd is;

• b. de organisatie fondsen werft voor een ideëel- of liefdadigheidsdoel.

3.5. Verantwoording

Organisaties die niet zijn opgenomen in het collecteplan van het CBF moeten de verantwoording van de collecteopbrengsten, dat wil zeggen de volledig ingevulde collectestaat, opsturen naar de gemeente.

3.6. Verkoopacties

Verkoopacties mogen uitsluitend door plaatselijke organisaties georganiseerd worden.

Een verkoopactie mag zowel in als buiten de vrije perioden van het landelijke collecterooster worden georganiseerd en kan samenvallen met een andere collecte.

Er mag maximaal één verkoopactie per week plaatsvinden.

3.7. Donateursactie

Een collectevergunning voor een donateursactie wordt alleen verleend aan plaatselijke organisaties of aan bedrijven die werven voor organisaties die het CBF keurmerk ‘Erkend Goed Doel’ hebben.

Een donateursactie mag zowel in als buiten de vrije perioden van het landelijke collecterooster van het CBF worden georganiseerd en kan ook samenvallen met een andere landelijke of plaatselijke geldinzamelingsactie of verkoopactie.

Werving op straat vindt alleen plaats tijdens de winkeltijden en in de directe omgeving van het winkelgebied of in het centrum.

3.8. Ramp

Bij een ramp kan per organisatie één extra collectevergunning worden verleend. Ook aan particuliere initiatieven kan een collectevergunning worden verleend bij een ramp. Ten aanzien van deze specifieke collecte gelden de volgende extra voorwaarden:

• a. bij de aanvraag moet aangegeven worden wat het doel van de actie is;

• b. als er sprake is van een gezamenlijke hulpactie dan moet de opbrengst van de collecte gestort worden op het nationale gironummer;

• c. als er geen gezamenlijke hulpactie is moet het geld worden overgemaakt naar een vooraf bepaalde bestemming.

4. Toezicht en handhaving

De toezichthouders van de gemeente zien toe op de naleving van deze beleidsregel, de in de APV-opgenomen regelgeving over collecteren en de voorwaarden uit de vergunning.

Bij niet naleving van de voorschriften of de namens het bevoegd gezag gegeven aanwijzingen voor zover dit kan leiden tot fraude, dan wel bij geconstateerd wangedrag kan een vergunninghouder voor maximaal twee jaar uitgesloten worden van de mogelijkheid tot het verkrijgen van een vergunning.

5. Slotbepalingen

5.1. Hardheidsclausule

In uitzonderlijke gevallen kan het college – gemotiveerd – afwijken van de in deze beleidsregel vastgelegde criteria en voorwaarden.

5.2. Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag volgend op die van de bekendmaking.

Het ‘Collectebeleid Gemeente Zwolle’ uit 2001 wordt met het inwerking treden van deze beleidsregel ingetrokken.

5.3. Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: ‘Collectebeleid gemeente Zwolle 2024’.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 22 oktober 2024

P. Snijders, burgemeester

D. Emmer, secretaris