Mandaatbesluit inzake huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024, hoofdstuk 4 Urgentie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Huizen,

 

Gelet op het bepaalde in de Huisvestingswet 2014;

 

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

 

Gelezen het bepaalde in de Huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024;

 

Overwegende dat de gemeenten Blaricum, Gooise Meren, Hilversum, Huizen, Laren en Wijdemeren op het terrein van volkshuisvesting intensief samenwerken en hun volkshuisvestelijk beleid met elkaar afstemmen binnen het openbaar lichaam "Regio Gooi en Vechtstreek";

 

Overwegende voorts dat de voorbereiding en de uitoefening van een aantal bevoegdheden in de huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024 in verband hiermee aan functionarissen binnen de Regio Gooi en Vechtstreek moet worden toebedeeld.

 

Besluit:

Artikel 1 Bevoegdheden

  • 1.

    De uitoefening van de navolgende bevoegdheden van het college op grond van de Regionale Huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2024, gemeente Huizen:

    • a.

      de bevoegdheid tot toekenning van urgentie als bedoeld in artikel 4.3 lid 3;

    • b.

      de bevoegdheid tot afwijzing van urgentie als bedoeld in artikel 4.3 lid 7;

    • c.

      de bevoegdheid tot verlenging van de gelding van de urgentie als bedoeld in artikel 4.6;

    • d.

      de bevoegdheid tot intrekking van de gelding van de urgentie als bedoeld in artikel 4.7

  • te mandateren aan de algemeen directeur van de Regio Gooi en Vechtstreek.

  • 2.

    De uitoefening van de navolgende bevoegdheden van het college op grond van de Awb bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in het eerste lid:

    • a.

      de bevoegdheid tot het niet behandelen van een aanvraag om urgentie en het stellen van een termijn om de aanvraag om urgentie aan te vullen als bedoeld in artikel 4:5 van de Awb;

    • b.

      de bevoegdheid tot het afwijzen van een herhaalde aanvraag om urgentie als bedoeld in artikel 4:6 van de Awb;

    • c.

      de bevoegedheid de aanvrager in de gelegenheid te stellen zijn of haar zienswijze te geven als bedoeld in artikel 4:7 van de Awb voordat het college besluit een aanvraag om urgentie geheel of gedeeltelijk af te wijzen;

    • d.

      de bevoegdheid tot het achterwege laten van de toepassing van artikel 4:7 van de Awb als bedoeld in artikel 4:11 van de Awb;

    • e.

      de bevoegdheid tot het verdagen van de beslistermijn als bedoeld in artikel 4:14 lid 1 van de Awb;

    • f.

      de bevoegdheid tot het opschorten van de beslistermijn als bedoeld in artikel 4:15 van de Awb;

    • g.

      de bevoegdheden tot het vaststellen van de verschuldigdheid en de hoogte van de dwangsom en het terugvorderen van onverschuldigd betaalde dwangsommen bij het niet tijdig beslissen over een aanvraag om urgentie als bedoeld in de artikelen 4:18 en 4:20 van de Awb te mandateren aan de algemeen directeur van de Regio Gooi en Vechtstreek.

  • 2.

    Ten aanzien van de uitoefening van de onder 1 en 2 vermelde bevoegdheden de navolgende voorschriften vast te stellen.

Artikel 2 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Huisvestingswet 2014

  • b.

    Regio: het openbaar lichaam " Regio Gooi en Vechtstreek"

  • c.

    Mandaat: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders besluiten te nemen over aanvragen om urgentie;

  • d.

    Gemandateerde: de functionaris die het mandaat verkrijgt om namens het college van burgemeester en wethouders besluiten te nemen over aanvragen om urgentie.

Artikel 3 Algemeen

Bij de uitoefening van de bevoegdheden in mandaat wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens wetten, verordeningen, regelingen, besluiten, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

Artikel 4 Verantwoordelijkheid

De uitoefening van de bevoegdheden in mandaat vindt plaats in naam en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 5 Reikwijdte mandaat

  • 1.

    De verlening van de bevoegdheden in mandaat geschiedt in de ruimste zin des woords.

  • 2.

    De gemandateerde is bevoegd tot het verrichten van alle handelingen, benodigd voor de voorbereiding, bekendmaking en uitvoering van een door hem krachtens mandaat genomen besluit.

  • 3.

    De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden geschiedt binnen de grenzen en met inachtneming van het ter zake geldende recht, specifiek met inachtneming van artikel 10:3 Awb.

Artikel 6 Ondertekening

In de ondertekening van besluiten dient tot uitdrukking te worden gebracht, dat het besluit is genomen krachtens mandaat. Hierbij wordt de volgende formulering aangehouden:

"namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Huizen, de algemeen directeur van de Regio Gooi en Vechtstreek, handtekening en naam".

Artikel 7 Ondermandaat

  • 1.

    Ondermandaat is toegestaan.

  • 2.

    Ondermandatering geschiedt bij schriftelijk besluit door de gemandateerde. De gemandateerde blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van de ondergemandateerde bevoegdheden.

  • 3.

    Bij ondermandaat geschiedt de ondertekening op de wijze als bepaald in artikel 6, waarbij voor de gemandateerde de naam en functie van de ondergemandateerde moet worden ingevuld.

Artikel 8 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024 door plaatsing in het Gemeenteblad.

  • 2.

    Het Mandaatbesluit inzake huisvestingsverordening Gooi en Vechtstreek 2023, hoofdstuk 3 Urgentie wordt ingetrokken.

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als Mandaatbesluit inzake huisvestingverordening Gooi en Vechtstreek 2024, hoofdstuk 4 Urgentie.

Aldus vastgesteld in de vergadering d.d. 20 december 2023

de secretaris,

G. Klompmaker

de burgemeester,

N. Meijer

Naar boven